Foto bij Schurk - 7

De eerste dag volgde hij met gemak haar spoor. Door haar verschrikkelijke haast om bij hem weg te komen, was ze erin geslaagd om zelfs op dit terrein duidelijk merkbare tekens achter te laten. Het lukte hem echter niet haar in te halen. Rijden kon ze wel, dat moest hij toegeven.
De volgende dag moest hij meer moeite doen om haar te blijven volgen. Nadat ze een eindje bij hem vandaan was, had ze blijkbaar geprobeerd haar sporen te wissen. Die nacht moest hij ook halthouden. De wolken hielden het maanlicht tegen en hij had geen fakkels of iets dergelijks bij zich. Terwijl hij iets te eten uit zijn zadeltassen haalde, bedacht hij dat Charlotte helemaal niets bij had! Hij had alles wat ook maar enig nut had altijd dicht bij zich gehouden.
De dag daarna verstreek zonder dat hij vorderingen leek te maken. Hij was sinds zijn vertrek geen beek meer tegengekomen. Dat ze nog niet van honger en dorst met hangende pootjes was teruggekeerd was bewonderenswaardig. Zeker voor iemand die gewend was in weelde te baden.
En de vierde dag vond hij haar. De zon was al over zijn hoogste punt heen. Hij had de moed al bijna opgegeven op het moment dat hij een paard hoorde hinniken. Dauw! Storm tot grotere spoed manend, reed hij in de richting van het geluid. Toen zag hij haar. Ze lag op de grond met Dauw naast haar. Hij werd pas opgemerkt toen hij al vlakbij haar stond. Met wijd opengesperde ogen keek ze naar de blikkerende zwaarden in zijn vuisten. Ze zoefde omlaag en… bleven steken op nog geen vingerbreedte van haar oren. Haar angst maakte plaats voor verbijstering.
“Waarom heb je me niet vermoord?” Niet begrijpend staarde ze hem aan.
“Ik sliep, mijn zwaarden stonden achter me. Je had alles mee kunnen nemen. Drinken en eten voor drie weken misschien langer.” Ze begreep hem niet. Wat was er zo moeilijk aan?

Reageer (1)

  • NEWgirlS

    hahahaaaaaaa
    snel verder(H)(H)(H)(H)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen