Foto bij || O12

||Hogwarts

||Winter||


Mijn wakende dromen eindigden in heel veel gekrijs, ijzige schaduwen en kermende gebeden. Het was allemaal niets nieuws voor me, maar dat maakte me niet minder gebroken toen ik overeind kwam. De gebeden raakten me nog steeds even hard als de eerste keer dat ik ze gehoord had, tientallen jaren geleden. Maar elke nacht leken het er meer te worden en langzaamaan begon het zich op te stapelen tot een niet te overwinnen hoeveelheid. Nog even en ik zou weigeren mijn sluimer dromen toe te laten en elke nacht gewoon klaarwakker doorbrengen. Ik wist dat ik dat zou kunnen en ik wist ook dat ik deze dromen enkel had om mezelf te kwellen. Mezelf te herinneren aan vroeger. Op deze ochtenden, na zulke dromen, voelde ik me altijd anders. Kwetsbaar en zwak. Hoewel men dan mocht beweren dat mijn hart bevroren was, bleek het tegendeel wanneer ik inzag wat voor monster ik was. Het was om triest van te worden, en dat was ik dan ook terwijl ik me klaar maakte.

Toen ik er weer net zo smetteloos uitzag als gewoonlijk liep ik naar de deur en trok deze open. In de deuropening bevroor ik en staarde met ongeloof naar de muur tegenover me. Toen de schok vervaagde verliet een zucht mijn lippen. Ik stapte naar buiten en sloot de deur achter me. 'Je gaat het niet zo makkelijk opgeven is het wel.' Zei ik terwijl ik mijn rug naar hem toekeerde en de trap afdaalde. Hij zette zich af van de muur en kwam me met een grijns rond zijn lippen achterna. 'Nee ik ben niet zo'n opgever.' Gaf hij bijna trots toe. Ik liep stug door, zonder er op te letten of hij me bijhield. Dat deed hij jammerlijk genoeg zonder moeite en zodra ik door de muur was kwam hij naast me lopen. Zijn handen had hij nonchalant in zijn broekzakken gestoken en hij deed alsof hij op zijn gemak was. Zijn zijdelingse blikken en trillende neusvleugels gaven echter iets anders aan. Hij was,dat moest ik toegeven, een uitstekende toneelspeler en ik durfde te wedden dat hij ook goed kon liegen. De enige rede dat ik hem doorzag was mijn jarenlange ervaring. Ik had betere leugenaars gekend als hem. Maar ook duizenden die er slechter in waren.

'Heb je goed geslapen?' Vroeg hij tussen neus en lippen door en hij keek verwachtingsvol naar mijn reactie. Die kwam in eerste instantie niet maar ergens begon het te knagen en ik keek hem vanuit mijn ooghoeken aan. 'Prima. Jij?' Niet erg spraakzaam, maar het was een antwoord. Hij glimlachte oprecht. 'Ja prima. Het was wat aan de benauwde kant vond ik.' Ik snoof schamper. Hij noemde iets waar ik nooit last van zou hebben. Alles wat iets langer als een paar minuten in mijn omgeving was werd vanzelf kouder. Daarom was het in mijn kamer nooit warmer als vijf, hooguit zes graden. Een prima temperatuur voor de Godin van de winter. Correctie : voormalig Godin van de winter.

Zonder verder nog iets te zeggen begaven we ons richting The Great Hall. Ik nam zoals gewoonlijk plaats op het uiterste van de bank, direct bij de ingang en net zoals de ochtend ervoor kwam hij tegenover me zitten. Ik pakte een appel van de schaal voor me en keek hem al die tijd uitdagend aan. Zonder met zijn ogen te knipperen bleef hij terug staren, het was lang geleden dat iemand mijn blik zo lang had kunnen beantwoorden en ik kon het wel bewonderen. Ondertussen was hij zijn bord weer vol aan het laden, met zo'n beetje dezelfde junk als gisteren, maar toen zijn hand naar een bosbessen muffin reikte, bedacht hij zich plots, trok zijn wenkbrauwen arrogant op en liet zijn hand naar de schaal recht tussen ons in dwalen. Hij pakte de grootste appel die er tussen lag en legde die keurig naast zijn bord. Een scheve grijns sierde zijn lippen en liet hem er plotseling heel aantrekkelijk uitzien. Normaal gesproken liet Malfoy me ook niet geheel onberoerd maar nu zat ik hier gewoonweg met een warm gevoel in mijn buik, dat langzaam naar mijn wangen leek te trekken. Ik beet zonder er bij na te denken hard op mijn lip, ik mocht absoluut niet blozen. Maar ik zag de ogen van Malfoy groter worden en besefte dat het bij mensen verleidelijk was om op die manier op je lip te bijten. Ik hield er snel mee op en probeerde mezelf een houding te geven tegenover zijn starende grijze ogen.

'Was het gezellig met je speeltje gisteravond?' Vroeg ik nonchalant, in de hoop zijn aandacht ergens anders op te brengen. Het werkte beter als ik had verwacht en tot mijn verbazing verslikte hij zich in de slok jus die hij net had genomen. Eerst vond ik dat wel een leuk aanzicht en een mooie straf voor het feit dat hij me van mijn stuk bracht. Maar toen hij bleef hoesten, op zijn borst begon te slaan en rood aan begon te lopen was de lol eraf. Een tikkeltje bezorgd over zijn welzijn kwam ik een klein stukje overeind en boog me over de tafel naar hem toe. Mijn hand reikte naar de arm die op tafel lag. 'Draco, gaat het wel?' Vroeg ik twijfelend. Hij sloeg nog eens hard tegen zijn borst en leek eindelijk weer lucht te krijgen. Het hoesten hield op en hij haalde diep adem door zijn mond. Heel licht streken mijn vingers langs de naakte huid van zijn pols.

Hij verstijfde en deinsde van me weg, alsof hij net was gestoken door een bij. Zijn ogen flitsten naar mijn vingers en de schok was in zijn ogen te zien. Ik trok mijn arm met een ruk terug, als een gebeten hond. 'Ben je ziek?' Vroeg hij schor, zijn blik bezorgd op mijn gezicht gericht alsof hij daarin een antwoord zou kunnen vinden.

Just because I like to post ;D Tell me if you like x

Reageer (12)

  • Assietje

    O.ow wat gaat ze nu antwoorden!!??

    9 jaar geleden
  • Felonys

    ja, dat kun je. je bent dan onderkoeld, dus ziek.

    dit is echt het mooiste en origineelste verhaal ooit!!(H)

    1 decennium geleden
  • Ayleen

    In een woord: FANTASTISCH!x

    1 decennium geleden
  • MysticFool

    wauw je schrijft supper snel verder?
    xx

    1 decennium geleden
  • Dusty

    Kun, je koud aanvoelen als je ziek bent?
    Ik weet wel dat je koude handen kunt hebben als dat het enige is dat niet ondergestopt is...
    Maar verder jij, ik vind dit verhaal origineel en interessant ^^

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen