'Zo mevrouw Tomphsen, u hebt uzelf wel erg in de nesten gewerkt hè?' zegt Perkamentus nadat ik mijn "wandaden" aan hem vertelt heb.
'Blijkbaar....' zeg ik en ik trek een onschuldige blik.
Perkamentus zucht en gaat op zijn grote stoel zitten, hij vouwt zijn handen in elkaar en blijft me een tijdje aankijken. Ik word er erg ongemakkelijk van en begin met mijn voet op de grond te tikken. Uiteindelijk zegt hij moet nadenken over wat ik heb gedaan om een bijpassende straf te verzinnen want ongestraft komt ik hier natuurlijk niet vanaf.
'Maar ik word niet van school gestuurd?' vraag ik hem.
'Nee, nog niet'
'Nog niet?'
'Nee, maar als je ergere dingen doet natuurlijk wel, en dat begrijpt u wel toch mevrouw Tomphsen?' Perkamentus knikt naar de deur, ik kan gaan.
'Maar ik had nog een vraag' zeg ik snel, 'kan ik naar een andere afdeling? ik voel me niet zo thuis bij Griffoendor.'
'Wat denkt u wel!' roept Perkamentus uit die zijn geduld begint te verliezen. 'Dat u zomaar alles mag?'
'Nee maar ik dacht....' ruw onderbreekt Perkamentus me 'je afdeling is al gekozen door de sorteerhoed en die heeft het nooit fout en....'
Beledigd loop ik naar de sorteerhoed toe en ik druk hem op mijn hoofd waar hij wakker van schiet.
'Hè wat is er om mij gevraagd?' begint hij pruttelend, 'huh wat is dit ik had toch al gezegd waar je hoort?'
'Ja maar ik voel me daar niet thuis, en schiet dus even op'
De hoed maakt wat beledigde geluiden en begint na te denken over mijn afdeling. Na lang gezeur over keuzes roept hij zonder twijfel: 'Zwadderich!'. Perkamentus trekt wit weg maar hersteld zich snel.
'Ga maar terug naar je slaapzaal dan..'
'Welke slaapzaal?' vraag ik spottend omdat ik mijn zin heb gekregen en Perkamentus niet.
'Je oude' en hij wijst naar de deur waar ik deze keer wel heenloop en ik voel een warme gloed door me heen stromen doordat ik mijn zin een keer heb gekregen.
Op de gang kom ik Anderling tegen die net terug komt van de ziekenzaal.
'Het komt weer goed met hem' vertelt ze ter informatie waarvan ze weet dat het me niet boeit.
'Oké' antwoord ik ijskoud en ze loopt door. Wat Anderling niet weet is dat het me wel uitmaakt, en ik me doodschaam voor wat ik heb gedaan met die jongen. De andere dingen die ik heb gedaan (ook al waren het er niet veel) deden me niks maar het was niet mijn bedoeling hem zomaar van de trap te duwen.
O leukmet die gedachte sta ik voor de leerlingen kamer, weer naar die sukkels. Ik besluit te doen alsof het me allemaal niets uitmaakt en ik loop zelfverzekerd naar binnen.
'Hooooooooi, was het leuk?' vraagt Runo me overdreven vrolijk.
'Ja fantastisch Perkamentus en ik hebben thee gedronken en daarna hebben we over zwerkbal gepraat!' antwoord ik hem even vrolijk en ik geeft hem mijn liefste glimlach. Yody die achter hem op de bank hangt begint te lachen, en Runo schenkt hem een vernietigende blik en druipt af.
'Ik mag jou wel' zegt Yody tegen me en ik kijk hem verbaast aan. Hij heeft eigenlijk nooit iets tegen me gezegd als ik me goed herinner.
'Ben je er nog een beetje goed vanaf gekomen?' vraagt hij terwijl hij opstaat.
'Ik word in ieder geval niet van school gestuurd' ik lach hard. Aarzelend begint Yody ook te lachen.
'Wat ben ik toch goed' mompel ik.
'Zei je wat?' vraagt Yody die inmiddels gestopt is met lachen.
'Nee' ik glimlach, als iemand begint te lachen om een grap die niet grappig is moet hij me echt aardig vinden of bang zijn dat ik iets tegen hem doe. Dat is dus positief. Met een glimlach zak ik naast hem op de bank neer.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen