Foto bij H1

(A)

'Lilith! Meer wijn! NU!' Zuchtend kom ik overeind. Mijn vader is weer dronken. Ik loop naar onze kleine keuken en kijk in de kastjes, overal staat wijn. We zouden best rijk kunnen zijn, mijn vader en ik, maar hij verpast al ons geld aan wijn.
'Lilith! Wáár blijft mijn wijn? Of moet ik je soms laten merken wat ik doe als ik hem niet snel krijg?' Ik krimp ineen, nee dat hoeft hij niet. Zo snel al ik kan open ik de fles en ren naar mijn vader toe.
'Dat werdt tijd!' Boos kijkt hij me aan als hij de fles uit mijn handen grist. Ik kijk goed naar mijn vaders boze gezicht, vroeger was hij best knap. Hij had zwart lang haar en een klein baardje. Maar nu... Nu is hij elke dag dronken en is zijn haar grijs geworden.
'Wat staar je, ga weg,' gromt hij. Snel kijk ik weg, ik kijk naar mijn voeten. Vroeger was alles anders, oke, hij is nooit echt lief geweest, maar toen was ik ten minste nog een soort dochter. Nu lijk ik wel een slaaf... Ik weet de dag dat hij veranderde nog heel goed en precies, het was mijn 12de verjaardag.

'Lilith, ik heb geen taart voor je gekocht maar toch gefelisiteerd.' Mijn vader kijkt me serieus aan.
'Is niet erg pap,' glimlach ik naar hem. Mijn vader glimlacht niet terug.
'Oke, wat wil je doen op je verjaardag? Niet iets duurs he?' vraagt hij een beetje verveelt.
'I-ik... ik zou wel graag naar het bos willen gaan pap...' Elk jaar probeer ik dat opnieuw, naar het bos gaan. Maar mijn vader vind het nooit goed. Ik heb iets met de bossen, het lijkt soms wel of ze me aantrekken.
'Oke, voor een keer,' zegt mijn vader. En ik kijk hem verbaast aan. Ik wil hem vragen waarom, maar ik hou me in en loop mijn vader achterna.

In het bos aangekomen lach ik blij, de bomen zijn zo mooi! Ik kan me niet inhouden en ik ren vrolijk rond tussen de bomen. Ik hoor mijn vader niet, hij staat mijn naam te roepen, hij wil dat ik terug naar hem kom. Ik hoor het niet. Ik sta nog steeds lachend stil voor een grote boom met vele takken. Zonder na tedenken spring ik naar de laagste tak en klim ik de boom in. Ik ga daar lekker zitten, op een tak en ik pluk een blaadje. Zachtjes hou ik het in mijn hand, het is een mooi blaadje. Zachtjes strijk ik met mijn andere hand over het blaadje en zonder dat ik het door hem fluister ik er woordjes tegen. En dan kijk ik verbaast naar het blaadje, het is op gestegen van mijn hand en zweeft nu boven mijn handpalm. Met grote ogen kijk ik naar het blaadje als het weg vliegt, en dan moet ik lachen. Al lachend kijk ik hoe het blaadje verdwijnt, het is zo'n mooi gezicht. Dan valt mijn blik op mijn vader, hij staat recht onder me. Zijn blik maakt me bang, hij kijkt zo eng. Ik zie woede in zijn blik, heel veel woede. Maar ergens zie ik ook angst, ik wordt er bang van. Dan wordt ik uit de boom getrokken, aan mijn enkel.
'Naar huis, nu! Je mag nooit meer in het bos komen! Ik verbied het je!' Bang kijk ik naar zijn gezicht, woedend kijkt hij weg. En hij begint in zichzelf te mompelen, blijkbaar denkt hij dat ik het niet kan verstaan, maar ik heb goede oren.
'Ik wist het, het komt allemaal door die moeder! Ik wist dat zij zoals haar zou worden!' zijn handen ballen zich tot vuisten, hij draait zich om naar mij en slaat me hard in mijn gezicht.


Mijn 12e verjaardag... Een traan rolt over mijn gezicht. Ja, toen ging alles mis.

Reageer (1)

  • dineniel

    wow das wel erg
    omdat ze magisch is wordt ze gestrafd
    snel verder

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen