Foto bij Chapter one, help

While it is always best to believe in one’s self, a little help from others can be a great blessing.

Toen de oude man van boord stapte, kon hij rekenen op veel bekijks. De inwoners van de stad hadden namelijk nog nooit zo'n excentriek figuur gezien. Zijn lange zilvergrijze haren en baard reikten haast tot op de grond en bovenop zijn kruin droeg hij een grote kleurrijke punthoed met de bijpassende jurk en mantel. De hakjes van zijn laarzen tikten bij elke pas die de vreemdeling zette. Gesprekken verstomden terwijl iedereen de vreemdeling nakeek terwijl hij voorbijliep en werd meteen het onderwerp van de dag. De man glimlachte vriendelijk iedereen, maar iedereen was te verbijsterd om terug te glimlachen. De blauwe ogen achter het kleine brilletje namen alles in zich op. De stad was voor de man even vreemd, als hij voor de inwoners vreemd was. Na een wandeling van een halfuurtje, kreeg hij zijn eindbestemming in het vizier. Het paleis bevond zich midden in de stad en toornde hoog boven de andere gebouwen uit. De lichte kleur van de steen weerkaatste het felle zonlicht waardoor het gebouw een speciale gloed over zich heen kreeg. Haast op elke muur was het teken van de stad te zien. De ingang van het gebouw lag tussen twee grote uitstekende muren. Aan de deur stonden twee bewakers gehuld in de traditionele uniformen en een derde persoon die duidelijk op iemand aan het wachten was. 'U bent er.' glimlachte de derde persoon. Hij stak zijn arm uit als teken dat de vreemdeling hem mocht voorgaan. De raar uitziende man knikte vriendelijk en betrad het gebouw. Buiten was het lekker warm, maar binnen was het verrassend koel. 'Als u mij wilt volgen.' De twee mannen liepen zwijgend langs elkaar door de gangen van het paleis, tot ze in een doodlopende gang voor een gesloten deur eindigde. De man klopte aan en het luikje ging open. 'Hij is er'. De ogen uit het luikje keken naar de vreemdeling. 'Er valt hier niets te zien, voor hen die niet weten wat ze zoeken.' De blauwe ogen van de vreemdeling twinkelden even vooraleer hij antwoordde. 'Hen die weten wat ze zoeken, zijn precies op de plaats waar ze het zullen vinden.' De ogen achter de deur sloten instemmend en een paar tellen later zwaaide de deur open.

Terwijl de laatste klanken van de gesproken woorden door de kamer galmden, nam de stilte het terug over. De kamer werd verlicht door fakkels en enkele hoge ramen lieten wat zonlicht binnen. In de kamer zaten acht personen, waarvan er zeven diep nadachten over de juist gesproken woorden. 'Ik denk dat er maar één persoon is die hier het recht heeft om een beslissing te nemen.' De weloverwogen woorden kwamen na een paar minuten. Zeven paar ogen keken nu in de richting van een meisje dat centraal zat. 'Ik zou hier heel graag even over willen nadenken vooraleer een beslissing te nemen.' De vreemdeling en de anderen knikten begrijpend. Het meisje stond op en verliet de kamer zonder iemand nog een blik waardig te gunnen.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen