Titanic

'Ik geef je tien seconden teddy!'
Ik sla mijn kleine kinderhandjes voor mijn ogen en tel langzaam tot tien. Ik hoop dat Teddy zich goed heeft verstopt, anders is het niet eerlijk voor hem. Hij is niet zo goed in verstoppertje spelen, ik vind hem altijd al super snel. Ongeduldig spring ik van mijn ene voet naar de andere, de tien seconden gaan zo langzaam voorbij.
'7, 6, 5, 4, 1.'
Ik kijk om me heen, ik mag hem gaan zoeken. Vrolijk huppel ik naar links, de voorkant van de boot is Teddy zijn favoriete plekje. Ik wil hem snel vinden, ik wil hem graag vertellen dat ik eindelijk tot tien heb kunnen tellen. Trotst loop ik Teddy te zoeken, hij is deze keer goed verstopt. Ik loop over het overdek van de grote boot, mama en papa lopen hier ook ergens rondt. Ik wil nog niet naar bed toe, ik ben geen klein kind meer. Mama zegt dat ik al een hele grote meid ben, wat ook klopt. Ik ben namelijk al vier jaar oud en ik hoef geen middag dutje meer te doen! Zuchtend ga ik op een stoel zitten, mijn benen raken de grond nog lang niet. Mama zegt altijd dat als ik groter ben dat we dan samen naar Disneyland gaan, in Parijs. Overal lopen daar vriendjes van Teddy rond, dat zal hij erg leuk vinden. Ik sla mijn handen over elkaar heen, Teddy speelt echt vals deze keer. Boos ga ik hem weer zoeken en als ik de hoek om loop zie ik Teddy daar liggen. Ik druk mijzelf plat tegen de muur aan, zal hij me gezien hebben? Ik kijk voorzichtig weer om het hoekje heen, gelukkig kijkt hij net een andere kant op. Ik ren op hem af en tik hem aan, hij heeft verloren. Ik pak hem op en knuffel hem.
'Wees niet verdrietig Teddy, de volgende keer win jij vast.'
Ik giechel zachtjes, Teddy kan niet van me winnen. Ik ben de spelletjes kampioen, dat zegt papa altijd tegen me als ik weer eens een spelletje van hem win. Huppelend loop ik met teddy in mijn armen naar het zwembad toe, daar moet mama liggen. Ik zie mama al gelijk liggen, ze ziet al een beetje rood. Vrolijk schud ik aan haar hand, ik heb zin in frietjes. Mama doet voorzichtig haar ogen open en ze kijkt mij aan. Ze streelt wat over mijn lange blonde haren, ik ben erg trotst op mijn haar. Mijn vriendinnetjes zeggen allemaal dat ik net een prinses ben, ik kan zo meedoen in een sprookje. Mama staat op en tilt me op, ik nestel me tegen haar borst aan.
'Heeft Sophie weer eens honger, prinsesje van me?'
Ik stop mijn duim in mijn mond en knik, ik heb echt beren honger. Ze zet me bij papa, die rustig aan een tafeltje zijn saaie krant aan het lezen is. Ik snap niet wat hij er leuk aan vindt, er zitten bijna geen plaatjes in. Mijn gedachten worden naar de heerlijke frietjes verplaatst, mama zet ze voor mij neer. Ik pak netjes mijn vork en begin aan mijn lekkere frietjes. Ik drink ook wat van mijn appelsap, dat is echt het lekkerste wat er bestaat. Ik kijk om me heen, ik vraag me nog steeds af wat we hier doen. Papa heeft me verteld dat we met deze boot gaan reizen, erg ver van huis vandaan. We gaan allemaal ijs zien en sneeuw, voor de aller eerste keer in mijn leven. Waar ik woon, in Amerika, is bijna nooit sneeuw. Verwachtingsvol kijk ik omhoog, zou het al sneeuwen? Teleurgesteld kijk ik naar beneden, de vlokjes dwarrelen nog niet naar beneden. Het enige wat er nu gebeurt is de wind die hard te keer gaat, het maakt me bang. Ik kruip bij mama op schoot, ze heeft een rare blik in haar ogen. Vragend kijk ik haar aan en net als ik mijn mond wil opendoen gaat er een enorme schok door de boot heen. Met grote ogen kijk ik mama aan, wat is er aan de hand? Ik zie hoe papa en mama opspringen en ik word snel uit mijn stoeltje gepakt. Ze rennen omhoog, niemand volgt ons. Mama blijft tegen me praten, door de wind hoor ik het niet zo heel goed.
'Luister Sophie, papa heeft hier ervaring mee. Er is iets heel ergs aan de hand maar je mag niet bang zijn. Het komt allemaal wel goed.'
Ik kijk mama aan, ik snap niet wat er aan de hand is. Als ik naar beneden kijk zie ik dat alle mensen heen en weer worden gegooid, we zijn net op tijd weg gegaan. Papa heeft me vroeger altijd vertelt over schepen die zonken, hij werkt ook bij de scheepvaart. Papa praat nu tegen mama, hij wijst naar een lampje boven mij. Dat lampje kleurt oranje en met een schok besef ik wat er aan de hand is. Het eerste wat papa mij vertelde is dat als er lampjes oranje kleuren, is er iets heel ergs aan de hand. Gelukkig is het lampje niet rood, anders zou de boot zinken. Ik weet de betekenis van oranje niet meer, maar van rood weet ik het nog heel goed. Dan staat de boot op zinken. Ik klem mij nog extra goed vast aan de hals van mama en papa en mama rennen richting de reling. Ik zie dat de bemannings leden zich daar hebben verzamelt en ik zie hoe ze allemaal knoppen indrukken. Mijn vader ent er heen en ik hoor ze even tegen elkaar schreeuwen. Weer gaat er een schok door de boot heen waarbij ik bijna mijn evenwicht verlies, mama had me even neer gezet. Mijn vader wijst naar ons en hij schreeuwt wat.
'Wat bedoel je er zijn te weinig reddingsboten beschikbaar?'
Ik schrik, wat is er toch aan de hand? Papa komt op mij afrennen en hij roept naar mama.
'Ze gaan er vandoor, het schip is tegen een ijsrots aangebotst. Het staat op zinken.'
Ik hoor mama en papa nog wat discussiëren maar ik kijk naar het lampje boven mijn hoofd. Op dat moment springt het lampje naar rood, ik begin te gillen. Mijn vader ent op me af en pakt de hand van mijn moeder vast en samen rennen we naar de boten. Ik word aan boord getrokken en ik zie dat mijn vader mijn moeder op de boot helpt. Hierna springt hij zelf ook op de boot en samen gaan we in een hoek van de boot zitten, zodat er zo veel mogelijk mensen bij kunnen. Ik stop mijn handjes in mijn oren, ik wil nu echt even weg vliegen en er niet meer zijn. Om mij heen hoor ik allemaal plonsen en geschreeuw van mensen. Ik weet niet wat het betekent, maar het klinkt niet goed. Onze boot wordt steeds voller en voller, de boot zakt ook steeds meer na beneden. Plotseling zakt de boot naar beneden en bang druk ik mijn ogen dicht. Ik kijk weer als de boot het water raakt, ik heb de zee nog nooit zo woest gezien. Mijn moeder slaat haar armen om mij heen en fluistert: 'Het komt allemaal goed, ga maar slapen.' Met grote ogen knik ik, ik ben wel moe. Net als ik mijn armen om mij heen wil slaan merk ik dat er iets mist. Ik spring overeind, ik weet al wat ik ben vergeten. Er stroomt een traan over mijn wang en ik fluister heel zachtjes:'Vaarwel Teddy.'

Dapper blijf ik recht op staan, de mensen om mij heen bedelven mij. Ik hou mijn lampion goed vast, ik mag hem nu niet kwijt raken. Ik hou mama haar hand vast, die mij een zacht kneepje in mijn hand geeft. Papa houdt de hand van mama vast en met zijn drieën lopen we naar de rand van dit landschap. De kleine rustige golfjes raken net mijn schoenen niet en ik deins achter uit. Het doet me denken aan vorig jaar, aan het grote ongeluk dat ik heb meegemaakt. Mama heeft me verteld dat we heel erg veel geluk hebben gehad dat we het hebben overleefd, we zijn één van de weinige. Heel veel mannen, kinderen, oma's en opa's hebben het niet gered. Er glijdt een traan over mijn gezicht, dat dit allemaal werd veroorzaakt doordat er te weinig boten waren. Ik kan me de beelden van mensen die verdrinkten en schreeuwden nog zo goed herinneren. Ik was pas vier toen ik dit meemaakte, ik besefte het nog helemaal niet. Alles is toen in een waas voorbij gegaan. Vandaag is het precies een jaar geleden dat dit is gebeurt, om zeven uur precies herdenken we de slachtoffers van deze ramp. Papa schrijft wat op mijn lampion en ik lees het rustig. Nu ik vijf ben kan ik goed lezen en Mickey helpt me hier bij. Ik heb Mickey gekregen toen we aan het vasteland geraakte, maar hij zal nooit Teddy vervangen. In de verte slaat de klok zeven keer, het is tijd. Ik druk Mickey nog even goed tegen me aan en laat dan mij lampion los. Samen met honderden lampions word mijn lampion de lucht in geblazen, op naar het onbekende. Ik kijk omhoog totdat ik de mijne niet meer kan onderscheidden van de anderen. Ik pak mama haar hand vast en loop achter uit, het is alweer tijd om naar huis te gaan.
'Rust zacht, Teddy.'

Reageer (1)

  • MrsPayne1

    Wow!
    Dat is echt heel mooi geschreven!
    Respect, serieus(flower)
    Moest ik bijna weer huilen! Jeetje! -.-
    X

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen