Foto bij Hoofdstuk vijftien

Zoals beloofd: Hoofdstuk vijftien!

Enjoy reading & I hope you like it!

‘Danku.’ knikte ik naar de stewardes voordat ik naar mijn stoel liep.
Ik installeerde me stilletjes op de stoel naast een man met kort, donkerbruin piekhaar en kraaienpootjes bij zijn ogen. Ik probeerde altijd zo mijn mogelijk contact te maken met andere reizigers, dat zorgde alleen maar voor gênante stiltes na een gesprek. De man knikte vriendelijk naar me en ik zei beleefd gedag, daar hielden we het bij. Nadat ik al mezelf en mijn tassen geïnstalleerd had stopte ik mijn oordopjes in mijn oren en deed ik mijn ogen dicht, misschien kon ik nog wat slaap inhalen van vannacht, toen ik te zenuwachtig was om te slapen. Het was ook heel raar om alleen in een hotel te slapen. Vannacht pas besefte ik dat ik dit helemaal alleen moest doen, zonder mijn vrienden en zonder andere mensen om me te helpen. Hiervoor had ik Betty en Firefly, nu zou ik het ook zonder hen moeten doen. Maar ik wist dat ik het kon, ik heb het nooit erg gevonden om alleen te zijn dus nu moet dat ook geen probleem zijn. Ik zou de tijd alleen nuttig gaan gebruiken door goed na te denken over…..alles.
Ik sliep al bijna toen omgeroepen werd dat we onze gordel om moesten doen, wat ik al lang gedaan had. Daarna volgde een heel verhaal met veiligheidsvoorschriften waarvoor ik niet echt de moeite nam ernaar te luisteren. Toen de stewardess haar mond hield was het een paar tellen heel stil in het vliegtuig. Ik deed één oog open om te kijken of er iets schokkends was gebeurd, maar er was niets te zien en al gauw hoorde ik alweer wat gemompel. Ik sloot mijn oog weer en concentreerde me op wat ik allemaal hoorde. De man naast me las een boek: Ik hoorde hem eens in de zoveel tijd een bladzijde omslaan. Achter me lag iemand zachtjes te snurken, of misschien ademde hij of zij wel gewoon heel zwaar. Aan de andere kant van het gangpad praatten er twee mensen over iemand anders, die blijkbaar een keer de weg kwijt was geraakt in een vliegtuig en boos was geworden op iemand die volgens hem zijn plaats had ingenomen – Wat eigenlijk niet zo was, omdat hij gewoon bij de verkeerde stoel stond. Verder had iemand zijn muziek te hard aan staan, huilde er ergens ver weg een baby en praatten er achter mij wat meiden over dat alles in een vliegtuig vies was.

Ik schrok wakker doordat er iets aan mijn schouder zat. ‘Oh, pardon.’ klonk het. ‘Sorry dat ik je liet schrikken, dat was niet mijn bedoeling.’
Geïrriteerd keek ik omhoog, naar de stem die mij wakker durfde te maken. Vlak boven mijn schouder zweefde een hand. De hand hoorde bij een getinte jongen met donker haar die bezorgd op me neer keek. ‘Wat was wel je bedoeling?’ vroeg ik met mijn hersens nog in slaapstand waardoor ik misschien wat arrogant overkwam.
‘Ik liep langs en zag dat je in slaap was gevallen met je hoofd helemaal scheef. Ik was bang dat je last van je nek zou krijgen als je zo bleef liggen dus leek het me verstandig om je wakker te maken. Een stijve nek kan erg vervelend zijn. ‘
Oh god, waar bemoeit hij zich mee? ‘Ké, thanks.’ mompel de ik met een flauwe glimlach, klaar om mijn hoofd weer te laten zakken.
‘Hier.’ zei hij terwijl hij een wit pakje onder mijn neus duwde.
Doordat ik nog niet echt wakker was – of echt nog niet – schrok ik van het felle ding dat plots voor mijn neus verscheen waardoor mijn schouders schokten en ik mijn hoofd omhoog trok. Dankje vriend, nu ben ik wakker. Ik keek hem vragend aan.
‘Het is een neksteun.’ legde hij uit. ‘Kijk, ik zal het je laten zien.’
De jongen haalde het witte ding uit elkaar en begon ergens op de blazen. Al snel kwam er een vorm van een halve donut in. Toen het kussentje vol was duwde hij het dopje erin en legde het ding in zijn nek. ‘Als je nu in slaap valt, kan je hoofd niet omvallen en krijg je dus geen stijve nek.’ vertelde hij trots terwijl hij met zijn hoofd draaide om te demonstreren dat zijn hoofd niet om kon vallen. Hij haalde het kussentje weer van zijn nek en gaf het aan mij. Ik keek ernaar, en nog eens naar de jongen en toen weer naar het kussen. Voorzichtig pakte ik het aan en legde het op mijn schoot. ‘Dankje.’ zei ik plat.
‘Graag gedaan.’ hij schonk me een stralende glimlach en ging er weer vandoor. Zó, daar was ik van af. Ik legde het kussentje in mijn nek en deed mijn ogen weer dicht. Na wat voor mijn idee een kwartier was werd ik weer wakker door het geluid van de intercom. ‘Beste passagiers, bladiebladiebla, gordels om, bladiebla, landing, huppeldepup.’ Braaf deed ik mijn gordel om en rolde met mijn hoofd. Nee, dat deed ik niet want dat lukte niet omdat mijn hoofd ergens tegenaan bonkte. Ik voelde om mijn nek en greep koud plastic vast. Verbaasd haalde ik het apparaat van mijn nek en staarde ernaar. Ineens schoot het me te binnen, het nekkussentje! Meteen kreeg ik een naar gevoel in mijn maag. Ik had heel bot gedaan tegen die jongen terwijl het hartstikke lief van hem was om me dat kussen aan te bieden. Misschien moest ik hem straks maar eens opzoeken om hem nogmaals te bedanken.
Toen het vliegtuig geland was en ik mijn gordel los mocht maken begon ik meteen om me heen te kijken of ik ergens een bekend gezicht was. Dit was zinloos, ik ben hopeloos in gezichten herkennen en namen onthouden en het zou een wonder zijn als ik die jongen ooit nog terug zou vinden. Toch gaf ik het pas op toen ik een taxi in stapte die me naar mijn hotel zou brengen. Het schuldgevoel in mijn maag werd alleen maar erger naar mate ik verder bij het vliegveld vandaan reed. De arme jongen doet een hele goede daad voor een vreemd en dan wordt hij zo afgekat. Normaal ben ik zou ik dat nooit doen, behalve als je me op mijn slechtst treft; als ik net wakker ben.

Reageer (7)

  • Stage

    Like it snel verder!

    1 decennium geleden
  • Slughorn

    Hihi :) Beter!
    Leuk Nikki!

    1 decennium geleden
  • Eloquentia

    Awesome. ^^

    1 decennium geleden
  • Rawiyah

    Mara heeft vast gelijk ;)

    1 decennium geleden
  • Altaria

    Idd WearyEyed wedden dat hij hetzelfde hotel heeft?

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen