Foto bij Direction 36.

'Oe Harry hoor je dat, we gaan een spelletje spelen’ zei Louis speels.
‘Waar en wanneer’ hoorde ik Harry zeggen. Meteen was ik weer nuchter.
‘Jongens ik denk niet dat ze zo’n spelletje bedoelde’ wist ik uit te brengen nog altijd starend naar het nu inmiddels zwart geworden scherm. Het busje verscheen weer en we werden ongeveer het busje in geduwd.
‘Ik wil bij Hazza op schoot!’ riep Louis terwijl hij over de stoelen kroop en bij Harry op schoor belande. Harry sloot zijn armen om Louis heen en zo bleven ze even zitten. Zayn rolde even met zijn ogen. ‘Stelletje kleuter’
‘Hé wie was de gene die er opeens vandoor was met een meisje?’ zei Harry.
‘Inderdaad jij was de gene die vrolijk spelletjes ging spelen in het bos’ zei Louis terwijl hij zijn tong uit stak. Ik zuchtte even en keek strak vooruit. Ik werd steeds zenuwachtiger. Hoe langer we in dit ding zaten, hoe zenuwachtiger ik werd. Ik moest steeds terug denken aan Hennie haar laatste worden.
‘The game is back’
Waarom? Waarom moest dat nou weer. We hadden het net goed. Niets was er aan de hand geweest. We waren erg close geworden en ik had nu zelfs vier beste vrienden. Iets wat ik nooit had verwacht toen ik hier naar toe werd gebracht. Ik werd uit mijn gedachten gehaald doordat de bus ruw stopte en ik naar voren vloog. De buschauffeur trok ons ruw omhoog, deed een blinddoek om en duwde ons ruw de bus uit. Ik strekte mijn armen uit zodat ik nergens tegen aan zou botsen.
‘Loop.’ Commandeerde de man. Ik zuchtte even en begon met grootte stappen te wandelen. Ik voelde me net een zombie. Ik voelde twee sterke handen op mijn schouders en ik werd omgedraaid.
‘Wel de goede kant op, sukkel’ mompelde hij. Na een tijdje als een zombie te hebben gelopen moesten we halt houden. De ondergrond was veranderd eerst was het nog zacht en modderig, en nu hard en vloerachtig. Ik had het gevoel dat we omhoog gingen en viel bijna om. Na een tijde stopte het gevoel en moesten we een stukje vooruit lopen en daar weer halt houden. Onze blinddoeken werden af gedaan en een fel licht drong mijn ogen binnen. Na een tijdje te hebben stil gestaan wenden mijn ogen eindelijk aan het licht. Hennie stond recht voor mijn neus met een grootte glimlach. De wind blies haar haren door de war en de spotlights achter haar verblinden mij nog steeds.
‘Goedenavond’ begon ze. ‘Vanavond staan we eens in een ander gebied. We staan meters hoog op een flat en er hangen tien hangmatten tussen dit gebouw en het gebouw ernaast. De hangmatten hebben speciale electrice apparaten waarmee ze de snelheid van je hartslag kunnen meten. Als deze daalt zal de hangmaat open gaan en val je eruit, al die meters omlaag. En je hartslag daalt alleen als je in slaap valt, of als je dood gaat. Op dit moment komt het op hetzelfde neer. Succes en Sleep well!’ riep Hennie blij. Angstig keek ik naar de jongens waarna ik naar de rand van het gebouw werd geduwd. Nu snapte ik ook waarom ze ons een feestje lieten houden, van alcohol word je moe en onze magen waren nu ook goed gevuld wat ook aardig hielp voor een goedenacht rust. Wankelend klom ik in mijn hangmat. Ik moest wel een man zat met zijn geweer in mijn rug te porren en ik kon geen kant op. Ik keek even naar beneden en slikte. Slapen zou de dood betekenen.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen