Overal in de media hoor ik vrouwen praten over hoe ze benadeeld worden door mannen, en de maatschappij over het algemeen. Dat verbaasde mij niet geheel, maar ik had het zelf nog nooit echt bewust meegemaakt. De enigste keer dat ik het bewust heb meegemaakt is dat mijn opa mijn jongere neef wel met de elektrische trein liet spelen, en mij niet. En zelfs toen had ik niet door dat het enkel ging om het feit dat hij een jongen is, en ik niet.
Die druk, of dat onderscheid, ben ik later ook nooit bewust gaan voelen. Het lag enkel in die kleine dingen, zoals het vooroordeel dat mannen sterker zijn dan vrouwen, en dus ook meer moeten slepen met de kratten afwas. Het idee dat de wetenschap een mannenveld is heb ik dan ook nooit bewust gezien, enkel gehoord via media en op school. Wellicht kwam dat door het feit dat er genoeg meisjes waren op mijn middelbare school die ook de profielen natuur & gezond en natuur & techniek hadden.
Zoals ik ongetwijfeld in eerdere columns heb verteld, is mijn schoolcarrière niet echt een succesverhaal. Op het middelbare haalde ik amper zevens of hoger en ik voelde dan ook niet dat ik wiskunde A had omdat ik een vrouw was en minder kon, maar omdat ik gewoonweg als persoon niet slim genoeg was om wiskunde B en misschien wiskunde D te doen. Bovendien, wiskunde D was voor nerds. Achteraf gezien betrap ik mij erop dat ik bij dat beeld van een “nerd” een jongen voor mijn ogen had.
Pas nu ik zelf biologie studeer, en een richting binnen mijn opleiding heb gekozen in de chemie, zie ik dit soort dingen pas echt. Alweer zou je me niet echt een succesnummer kunnen noemen, omdat ik in mijn derde jaar studeren pas aan het grootste deel van mijn tweedejaars vakken zit. Omdat ik die chemie-richting doe, die bekend staat als “de moeilijkste richting” binnen onze studie, heb ik een soort van onbewuste druk op mijn schouders gekregen, die ik pas sinds dit semester voel. Het is niet enkel omdat ik met ontzettend slimme mensen in dezelfde richting zit en ik voel alsof ik moet bewijzen dat ik echt niet minder intelligent ben dan hen. Maar het is ook het gevoel dat als ik faal, dat ik dan faalde “omdat ik een meisje ben”.
Het vreemde is eigenlijk, dat ondanks ik die visie al heel lang heb gehad blijkbaar, ik er nu pas achter kom. Dit maakt mij eigenlijk niet echt kwaad, maar motiveert mij enkel nog maar meer om de tanden te zetten in mijn studie en die mannen eens een poepje te laten ruiken. Dat wilt niet zeggen dat ik een excellente wetenschapper ga worden, want daar ben ik waarschijnlijk niet intelligent genoeg voor. Maar ondanks die intelligentie wil ik wel mijn bachelor halen met een minor in dat mannenvak, en wellicht ook mijn master.

Reacties (2)

  • Laleah

    Ik vind het ook grote onzin dat mannen ergens beter in zijn dan vrouwen... Echt gelul. Dan vraag ik me altijd af waarop zulke praatjes nou gebaseerd zijn.. Dus helemaal mee eens, die mannen maar even een poepie laten ruiken!

    7 jaar geleden
  • Fennec

    Ik zag die dingen wel eens op het nieuws, toen ik klein was werd er op het jeugdjournaal gezegd dat jongens beter waren in rekenen, ik was best boos toen, omdat ik de beste was van de klas en een meisje, en omdat ik niet goed was in taal zoals aaneensluitend werd gezegd; "Meisjes zijn beter in taal" . Maar toen begreep ik ook niet echt wat een gemiddelde betekende in de praktijk. Inmiddels zie ik wel dat er nog een enkeling het heel zwart-wit ziet maar die laat ik gewoon zien dat meisjes het ook wel kunnen:)
    In sommige bèta richtingen zijn nu meer meisjes dan jongens en over het algemeen doen meiden steeds vaker een bèta studie dan eerst. Wetenschap is iets voor ieder mens. Ik zit nu in mijn 4e jaar aan veel 3e bachelorvakken vast, dus zo gek is een beetje vertraging niet :/

    7 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen