oorlogskind.

Ik ben een oorlogskind.
Ik moet vechten voor mijn land.
Overal zitten schrammen op mijn hand.
Ik moet vechten voor de koning de priester of president.
Ik moet vechten het maakt niet uit hoe jong je bent.
Ik ben een oorlogskind.

Ik ben een oorlogskind.
Ik moet vechten ze maken niet uit wat ik vind!
Ik was een keer bijna overleden.
Ik was een keer bijna overreden.
Ik ben een oorlogskind.

Ik ben een oorlogskind.
Ik wil mijn leven terug wat ik blijkbaar niet verdien!
Ik heb gesmeekt om het niet te worden maar ze zeiden we zullen nog wel zien!
Elke dag krijg ik een nieuwe wond.
Elke dag hoor ik hé geef mij die lont!
Elke dag wil ik mezelf bij ik ben mezelf kwijt.
Ik kan er niet meer tegen dieren vermoorden ook: een koe, een poes en een geit.
Ik ben een oorlogskind.

Ik ben een oorlogskind
Ik heb geen reden om te praten.
Ik heb geen reden ik mag niks laten!
Ik met mijn camouflage.
Ik ben een oorlogskind
Niemand boeit wat ik vind ik ben een oorlogskind

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen