Krakend deed Draco Malfoy de deur open. Met een slaperig hoofd keek hij Moody aan. Alastor Moody lachte vrolijk en stapte naar binnen.
'Goedendag,' zei hij rustig. 'Net wakker?'
Ik moest stiekem lachen, maar na een waarschuwende blik van Moody hield ik op.
'Wat is er?' vroeg Draco chagrijnig. 'Waarom zijn jullie hier?'
'Ik ben hier voor jou.' Moody keek heel serieus om zich heen. 'Het gaat over je vader.'
'Wat is er met mijn vader?!' Draco keek boos op. 'Nou?'
'Niks ernstigs, hoor,' zei Moody. 'Ik doe een onderzoek.'
'Over mijn vader?'
De reactie kon ik niet horen, ik verschool me achter een boom. Rustig keek ik naar Villa Malfoy. Ik graaide in mijn tas en pakte er wat vuurwerk uit. Waarom moest nou net Moody er zijn als ik wat wilde dollen met Draco Malfoy? Alastor Moody zou het ook niet goedkeuren.
Ineens kreeg ik een briljant idee. Snel pakte ik mijn toverstok en stak het vuurwerk aan. Ik rende snel weg en keek naar Moody. Narcissa Malfoy kwam geschrokken naar buiten, met Draco achter zich aan.
Moody zag ik niet. Ik draaide me om en keek recht in de ogen van Moody.
‘Hoi,’ mompelde ik geschrokken met een scheef gezicht.
‘Wat doe jij hier, Weasley?’ gromde hij.
‘Ehm,’ stotterde ik, was Fred hier ook maar. ‘Ik ga al.’
Ik deed alsof ik weg ging, maar Moody hield me tegen.
‘Houd je gedeisd,’ mompelde Moody. ‘Ik heb ook wel zin in wat geplaag.’
Ik fluisterde iets dat op bedankt moest lijken en rende snel naar binnen. Ik ging in het hoekje van een bezemkast zitten.
Na een tijdje hoorde ik Narcissa, Draco en Moody weer binnen komen.
‘Waarom was u hier nou,’ vroeg Narcissa ongeduldig.
‘Ik wil weten of Lucius ook al in de Death Eater wereld zat voordat jeweetwel terug kwam.’
Narcissa barstte in huilen uit en liep weg.
‘Ik bemoei me hier niet mee,’ mompelde ze nog snel.
‘Zo Draco,’ zei Moody luid. ‘Nou, wat was Lucius voor vader?’
‘Is! Hij leeft nog!’ Draco schoof boos zijn stoel naar achteren.
‘Excuses, wat IS Lucius voor vader?’
‘Heel lief en hij… het stinkt!’ Draco haalde luidruchtig zijn neus op en keek vies om zich heen.
Lachend keek ik naar het onzichtbare bommetje dat ik in de kamer gegooid had. Ik moest aan Fred denken, als hij niet ziek was geweest had hij mee willen gaan. Arme Fred, ik weet ook wel dat het in deze tijden niet verstandig is om op pad te gaan, zeker niet naar Villa Malfoy, waar alleen maar Death Eaters wonen. Als je dan ziek bent verraad je jezelf.
Ik keek door een luikje naar Draco die alles af zocht naar het stinkgoedje. Moody kwam tegen de bezemkast aan staan.
‘Voorzichtig, kleintje,’ fluisterde hij.
‘Wat is er?’ Draco keek ongeduldig naar Moody die met een onschuldige blik tegen de kast aan stond. ‘Nou, ga je?’
‘Nog niet.’ Moody keek goed om zich heen en wees naar een stenen slang aan het plafond. ‘Hoe komen jullie daar aan?’
‘Weet ik veel.’ Ongeduldig tikte Draco met zijn vingers.
‘Borgin en Burkes, toch?’ Moody bestudeerde het kunstwerk goed. ‘Ja, sowieso Borgin en Burkes. Wacht? Is dit zo’n slang die je echt kan maken?’
Draco haalde zijn schouders op. ‘Ik weet het niet,’ mompelde hij.
Narcissa kwam het halletje in. Ze schrok van Moody die naar de slang staarde.
‘Nee,’ fluisterde ze, ‘niet Nagini.’
‘Wat?’ vroeg Moody geïnteresseerd. ‘Nagini?’
‘Zo noemen we hem.’ Narcissa keek geschrokken naar haar zoon en ze stak een vinger op.
Draco knikte en duwde Moody in de richting van de woonkamer. Alastor Moody, die nog even om keek, gaf me een korte knipoog.
Ik wist wat ik moest doen en pakte mijn Toeter die je Hoort mAar niet zieT, ook wel That genoemd.
Ik sprak snel een zelfspelende spreuk uit en gooide de toeter uit de bezemkast.
Ik hoorde Draco zuchten en hij liep naar het halletje.
‘Wat is dat toch telkens?’ zuchtte hij en hij keek even rond. Hij haalde zijn schouders op en draaide zich om. Opnieuw toeterde de toeter. Draco keek nog één keer om en liep terug naar Moody, waar de twee verder kletsten.
Ik ging snel uit mijn kast en ging in een hoekje zitten. Ik gooide mijn hangoor in de richting van de woonkamer.
Ineens hoorde ik een keihard gesis uit de hal komen. Geschrokken keek ik op en liet ik het draadje van mijn hangoor vallen. Op de grond lag een slang.
Ik keek omhoog, weg was de stenen slang! Ik keek om me heen, de slang kwam dreigend op mij af. Ik greep naar mijn tas. Leeg… Ik keek om me heen, oh nee, waarom zijn die stomme toeters ook onzichtbaar? De slang kwam steeds dichterbij. Ik keek geschokt om me heen. Toen pakte ik mijn tas op en gooide hem over de slang heen.
Ik ritste hem snel dicht. Eén van de giftanden van de slang stak al door mijn tas heen. Ik schrok heel erg en gooide mijn deur hard dicht. Ik voelde een steek in mijn linkerelleboog. Geschrokken keek ik naar mijn arm en zag een diepe tandafdruk zitten. In een korte beweging gooide ik mijn tas weg en verdwijnselde ik snel.
Ik hoorde nog net, voordat ik verdween het geroep van Draco.
‘NAGINI!’

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen