Dog...

Emmet lachtte en haalde zijn schouders op. ‘Maar blijkbaar zijn ze al weg!’ Ik schrok op. ‘Alice, het infuus!’ Alice keek me met grote ogen aan. ‘Oh jee! Haal Bella! Waar ligt het infuus?’ Ik dacht kort na. ‘In de kast!’ Toen rende ik naar boven en hief Bella voorzichtig van het bed, terug naar het andere bed. Alice stond al klaar met het infuus is haar hand. Ze stak de naald in Bella’s arm.
Toen knikte ze. ‘Ik denk dat we juist op tijd waren!’ ‘Waar zijn ze!’ Hoorden we plots beneden. Ik en Alice keken elkaar geschrokken aan. Edward was terug! Met Alice op mijn hielen liep ik naar beneden. ‘Rustig maar Edward, Bella is ok en de Volturi is weg!’
Edward slikte toen hij ons zag. ‘Echt waar?’ Zijn stem klonk breekbaar. ‘Ik ga nooit meer jagen als jullie alleen thuis zijn!’ mompelde hij. Ik deed mijn armen over elkaar. ‘Zeg! Zonder ons zou Bella nu dood zijn!’ Edward negeerde mij en ging vlug naar boven. Waarschijnlijk naar Bella. Ik plofte neer in de zetel. ‘Waarom ben ik toch zo slim?’ Zuchtte ik dramatisch terwijl ik 2 breinaalden en wol uit de kast haalde. ‘Wat ga de doen?’ vroeg Kimmy. ‘Breien duh!’ Kimmy’s mond viel open. ‘Breien? Jij?’ Ik haalde mijn schouders op. ‘Ik verveel me! Er moet iemand zijn die sokjes voor die baby gaat breien! Want ik denk niet dat Edward van plan is te breien...’ Kimmy rolde met haar ogen. ‘Laat ook maar, ik ga wat tv kijken!’ Ik knikte afwezig. ‘Je doet maar!’
En zo bleef ik een tijdje breien. Toen ging plots de bel. Alice, Emmet en Rosalie waren al naar huis. Kimmy zuchtte en zette het geluid van de tv harder. ‘Doe jij maar open!’ Bromde ze. ‘Rechts, rechts, averechts...’ Mompelde ik terwijl mijn breinaalden tegen elkaar tikten. Kimmy zuchtte en stond recht om de deur open te gaan doen.
‘Hond! Wat doe jij hier nu weer!’ Hoorde ik Kimmy mopperen. Verbaasd ging ik kijken. Inderdaad, het was Jacob. Hij negeerde Kimmy en keek meteen naar mij. ‘Jenna, wil je alsjeblieft Edward halen, en vragen of hij mee komt!?’ ‘Waarom zou ik?’ Hoorde ik plots achter me. Het was Edward. Jacob slikte. ‘Ik weet het, we zijn geen vrienden, verre van dat zelfs... Maar ik en de roedel hebben jullie nu echt nodig!’ Edward leek nieuwsgierig. Ik ook. We keken alledrie vragend naar Jacob. ‘3 vampiers! Ze waren er plots! Alleen Embry is gewond, maar ze kwamen van het Zuiden!’ Ik begreep Jacob meteen. Ik knikte. ‘Waar de kampplaats van de roedel van Timo is!’