Foto bij Opdracht 1

Eerste initiatieopdracht
Soort: Schrijfopdracht
Opdracht: De schrijfopdracht heeft betrekking tot de factie waarin je actief zult deelnemen na de kiesceremonie. Het is de bedoeling dat we jou of je karakter die je in de Divergent wereld creëert beter leren kennen. Je staat dus op het moment om te kiezen in welke factie je de rest van je leven wilt wonen. Blijf je in je huidige factie of verander je? Wat zijn de redenen hiervoor? We willen dus een beter beeld krijgen van je eigenschappen en de persoon wie je in deze wereld bent. De manier waarop je dit inkadert is vrij te kiezen, maar het moet rond de periode van de kiesceremonie zijn (we willen dus geen verhalen lezen waarin iemand de test uitvoert!).
Voorwaarden: Minimum 500 woorden - maximum 1500 woorden.
Deadline: 7 mei 2014
Deadline aanvraag uitstel: 6 mei 2014
Deadline uitstel: 10 mei 2014
Afvallers: Geen

Anna Embry

Vandaag is de kiesceremonie. Dat was het eerste wat door mijn hoofd schoot toen ik wakker werd. Het zweet stond gelijk in mijn handen. Ik was heel vroeg wakker geworden en kon de slaap ook niet meer vatten, vandaar dat ik nu broodjes stond te smeren voor mijn ouders en kleine broertje, Misha. Toen ik klaar was liep ik met de borden in mijn hand naar de tafel. Mijn moeder en broertje zaten al keurig aangekleed aan tafel, terwijl mijn vader, met zijn pyjama nog aan, net slaperig de trap af kwam lopen. ‘Goedemorgen,’ bromde hij. Hij had altijd last van een ochtendhumeur en kon nooit uit zijn bed komen. Daar had ik eigenlijk nooit last van. Maar ik was dan ook een ochtendmens. Net als mijn moeder en broertje trouwens.
Ik zette de borden op tafel, haalde mijn hand liefdevol door het pikzwarte haar van Misha en zei goedemorgen tegen mijn ouders. Misha was absoluut geen zelfverloocheningsnaam. Mijn ouders hadden hem die naam dan ook niet gegeven. Ze hadden Misha gevonden, op straat. Het enige wat ze van hem wisten was dat hij Misha heette. Dit stond op een broche die op zijn kleding was gespeld. Misha leek ook helemaal niet op ons. Hij had pikzwart haar en een Aziatisch uiterlijk, terwijl wij een typisch Westers gezin waren met allemaal bruin haar. ‘Goedemorgen schat, goed geslapen?’ vroeg mijn moeder. ‘Gaat wel,’ antwoordde ik. ‘Zenuwachtig voor vanmiddag?’ vroeg ze. ‘Ja, maar het leven gaat door,’ mompelde ik. Ze knikte. ‘Maak je geen zorgen, elke keuze is de goede, als jij je er goed bij voelt,’ zei ze met een glimlach. Ik probeerde terug te glimlachen, maar dat mislukte jammerlijk. Ik vond het heel lief dat ze het zei en eigenlijk had ik niet eens zoveel moeite met de keuze, maar toch was ik gespannen. Zwijgend at ik mijn ontbijt op terwijl ik wat stukjes boterham aan Misha voerde.
Toen we allemaal uitgegeten waren, dat duurde wel even omdat mijn vader al zijn aandacht nodig had bij het lezen van de krant, pakte ik de borden om ze vervolgens af te wassen. Mijn moeder stond gelijk op om me te helpen, maar ik zei dat ik het wel alleen aan kon. Ze knikte, gaf me een kus op mijn wang en liep naar boven. Ook mijn vader bood even later om te helpen maar ook hem wimpelde ik af. Zo ging dat in een zelfverloocheningsgezin, iedereen wilde wat voor een ander doen. En dat vond ik een geruststellende gedachte. Dat er altijd mensen voor je klaar stonden. Die bereid waren om alles voor je te doen, wat de prijs daarvoor ook mocht zijn. Ik glimlachte bij die gedachte en bleef er nog even over nadenken totdat ik ruw uit mijn gedachten werd gehaald door een krijsende Misha. Snel liep ik naar hem toe en ik hoorde ook al een paar voetstappen van de trap af komen. Het was mijn vader. Ik pakte mijn kleine broertje op en rook het gelijk. Zijn luier moest verschoond worden. ‘Ga maar weer naar boven pap,’ zei ik met een glimlach. ‘Ik verschoon hem wel.’ Mijn vader lachte. ‘Wat ben jij ineens behulpzaam vandaag,’ zei hij terwijl hij de trap weer op liep. Ik grinnikte en begon Misha te verschonen. Even later ging ik met Misha op mijn schoot op de bank zitten. ‘Het is zo raar Misha,’ zei ik zuchtend. ‘Ik ben vreselijk zenuwachtig voor de ceremonie terwijl ik al zeker ben van mijn keuze.’ Ik zuchtte nog eens en Misha keek me met grote ogen aan. Ik gaf hem een kusje op zijn voorhoofd en prikte in zijn zij. Hij kraaide van plezier terwijl ik hem kietelde. Hij pakte mijn haar vast met zijn kleine handjes en keek me met pretlichtjes in zijn ogen aan. Ik gaf hem nog een kusje. Ook al was Misha niet mijn echte broertje, ik hield zielsveel van hem. Dat was al zo toen hij nog maar net bij ons was en dat zou ook nooit meer veranderen. Ik zette Misha in zijn box en liep naar de badkamer waar ik mijn tanden poetste en mijn haar kamde. Ik liep rechtstreeks naar mijn kamer waar ik vervolgens op mijn bed neerplofte. Ik keek mijn vertrouwde kamer rond. Iemand die niet in zelfverloochening opgegroeid was zou mijn kamer te grijs en daardoor saai hebben gevonden, maar ik vond het juist rustgevend. Ik hield niet zo van die felle kleuren en dergelijke. Ik steunde met mijn ellebogen op mijn knieën en met mijn hoofd in mijn handen. Eigenlijk was de keuze niet zo moeilijk. Mijn test zei zelfverloochening, ik zei zelfverloochening en mijn familie zou ook blij zijn. Dus wat zat ik dan te zeiken? Ik vermande me en sprak mezelf streng toe. Ik stond met nieuwe moed op en liep naar beneden. Wat had het voor nut om zenuwachtig te zijn. Ik hielp er toch niemand mee.
Net toen ik de trap afliep ging de deurbel. Ik liep naar de deur en opende hem. Ik keek recht in het lachende gezicht van mijn oma. ‘Hallo oma,’ zei ik blij verrast terwijl ik haar een knuffel gaf. Ik hield echt van mijn oma, ze was er altijd voor me als ik haar nodig had. ‘Hallo lieverd, ben je zenuwachtig voor vandaag?’ vroeg ze. Ik haalde mijn schouders op. ‘Wel een beetje, maar ik ben er wel uit.’ Ze glimlachte, ‘Dat is mooi.’ Ze liep naar binnen om ook mijn ouders te begroeten en ik sloot zachtjes de deur. Oma was nog best fit voor haar leeftijd en woonde dan ook op zichzelf. Ze was onze buurvrouw zodat, als er iets was, wij haar altijd konden helpen. Zij was mijn enige oma en haar man, mijn opa, was vier jaar geleden overleden. Dat was een hele zware tijd voor ons allemaal geweest. Iedereen was gek op mijn opa. Hij was heel sociaal en een echte zelfverloochenaar, net als mijn oma en mijn ouders trouwens.
Even later liepen we met z’n allen naar het gebouw waar de kiesceremonie gehouden wordt. De Naaf. Het hoogste gebouw van de stad. Ik had Misha in mijn armen en hij keek met grote, verwonderde ogen om zich heen. Hij was deze drukte niet gewend en hij kwam niet zo vaak in de stad. Het waren allemaal nieuwe indrukken voor hem. Ik vond dat altijd zo mooi. Kleine kinderen die praktisch alles leuk en mooi vonden. We moesten helemaal naar boven en zoals altijd liepen de zelfverloochenaars allemaal. Tussen alle zelfverloochenaars zag ik ook wat vriendschapsleden lopen, dat kwam ook niet vaak voor, die gingen meestal met de lift. De zestienjarigen uit zelfverloochening waren druk met hun vrienden of vriendinnen in gesprek. Ik was niet de meest sociale hier, vandaar dat ik ook niet echt bevriend was met iemand. Ik kende natuurlijk veel mensen van school, alleen daar was ik niet echt dikke maatjes mee. Uiteindelijk waren we bij de verdieping waar de kiesceremonie plaats zou vinden en stapten we een grote, ronde ruimte in. Op een podium stonden vijf bakken. Elke bak stond voor een factie. Eén met gloeiende kooltjes voor Onverschrokkenheid, één met glas voor Oprechtheid, één met water voor Eruditie, één met aarde voor Vriendschap en één met grijze stenen voor Zelfverloochening. Je moest zo meteen een druppel van je bloed in een van de bakken laten vallen, in welke bak je die druppel liet vallen lag aan je factiekeuze.
We gingen allemaal in de ongemakkelijke stoelen zitten en er kwam een Erudiet op het podium staan om een toespraak over de verschillende facties te houden. Ik probeerde te luisteren, maar dat lukte niet echt omdat ik weer heel zenuwachtig begon te worden en omdat ik werd afgeleid door Misha die steeds heel zachtjes rare geluidjes aan het maken was en me dan met pretoogjes aankeek. Ik glimlachte, wat was het ook een schat. En toen werden opeens de namen omgeroepen. De eerste overstapper, overstapster eigenlijk, was een meisje uit Vriendschap. Ze stapte over naar Zelfverloochening. Na nog een paar namen werd ik opgenoemd. Ik stond op en gaf Misha aan mijn moeder. Met rechte rug en opgeheven hoofd liep ik het podium op. Ik had geen idee waar ik het zelfvertrouwen ineens vandaan had gehaald, maar ik was er alleen maar blij mee. Ik pakte het mes dat op de tafel lag op, vouwde mijn vingers eromheen en zette het in mijn vlees. Ik opende mijn hand weer, legde het mes op tafel en bracht mijn hand boven de bak van zelfverloochening. Eigenlijk was ik me niet echt bewust van de situatie, bedacht ik achteraf, het was alsof ik op de automatische piloot stond. Ik bracht mijn hand boven de bak met de grijze stenen en liet er een druppel op vallen. Ik veegde het mes snel nog even af met een doek en liep terug naar mijn factie. Toen ik bij de juichende zelfverloochenaars stond zette ik de automatische piloot pas weer uit, om me met een glimlach naar mijn familie te wenden. Ze glimlachten allemaal blij terug, Misha zat zelfs met zijn armpjes te zwaaien.

Reageer (1)

  • Avarosa

    Het was goed geschreven, maar ik raad je aan om meer een nieuwe regel te starten. Er is een regel die zegt dat telkens er een dialoog gestart wordt, je deze op een nieuwe regel moet schrijven. Jij schrijft deze allemaal aan elkaar en dat is soms heel verwarrend om te lezen. Eveneens gebruik je beter een volle enter als je van momentopname wisselt zodat het beter opvalt dat er een periode voorbij is gegaan. Ook zijn de facties met een hoofdletter geschreven, probeer hier rekening mee te houden in de toekomst. Ook gebruikte je vaak geen zelfverloochingsafspecten, maar daar heb ik geen punten voor afgetrokken.

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen