Dit keer Saturno.

Het is nog vroeg, maar toch zitten Spica en ik al voor ons lokaal. Ze zit tegen me aangeleund en heeft haar ogen dicht. Ik wrijf over haar zij heen, en ze kreunt zachtjes, maar dat ben ik wel gewend van haar.
'Liefje? Wat ga je doen als die pestkoppen er echt een heel raar verhaal van maken?' vraag ik aan haar.
'De waarheid vertellen, met wat dramatische effecten.'
'Oké.'
Mijn vriendin doet haar ogen open en steekt haar hand naar iemand op. Spranka, een leerling uit het jaar boven ons, komt naar ons toe.
Ze is een goede vriendin van ons geworden, maar we hebben haar een paar weken geleden voor het laatst gezien.
'Hey! Lang niet gezien, is alles goed met jullie?' vraagt ze.
Spica mompelt: 'Het gaat best, we hebben verkering, maar...' Ze kreunt weer even zachtjes als ik per ongeluk over een wondje streel.
'Spic, lieverd, gaat het? Geen last van je zij of buik?' Ik kijk haar bezorgd aan.
Spranka schrikt even. 'Ze... ze is toch niet zwanger?'
'Nee, ze is aangevallen door een aantal gekken. Hoe kom je erop dat ze zwanger is?' vraag ik verbaasd.
'Eh, ze heeft last van haar buik en zij, en jij hebt een hand op haar zij gelegd. Logisch dat ik dat denk!'
Goede reden.
'Door wie is ze aangevallen?'
Spica komt langzaam overeind en zegt: 'Door Snotvlerk, Schorrie en Morrie uit onze klas. Ik haat ze echt.'
'Maar die vrienden van hen zijn wel aardig,' zeg ik.
'Oké, ik weet niet over wie jullie het hebben. Ik ga maar eens naar mijn lokaal.' Spranka loopt door, en Spica nestelt zich weer tegen me aan, met een zucht.
'Alles gaat goed, voordat je het vraagt,' mompelt ze. Ik glimlach.
Opeens hoor ik twee luide stemmen praten, en een kat die luid miauwt.
De twee vrienden van de pestkoppen komen onze kant op. Astrid en Hikkie zijn ook altijd vroeg op school. Tandloos, de kat van Hikkie, is er ook bij.
De kat springt bij Spica op schoot, en ze schiet met een kreet omhoog. Ik moet lachen en aai Tandloos.
'Dus, je bent weer op school, na dat mysterieuze voorval met onze vrienden?' vraagt Astrid.
'Jep,' antwoord Spica. 'Met sneeën en al.'
'Sneeën?' Bij die vraag schuift mijn vriendin haar shirt aan de zijkant een stukje omhoog. Er zit een verband om haar huid heen.
'Ai, pijnlijk,' mompelt Hikkie met een vreemd gezicht. Maar hij trekt wel vaker rare gezichten, en hij steekt in de klas de hele tijd zijn hand op. Super irritant, hij is een betweter, maar aardig. Astrid is de sporter uit onze klas, en ze is soms maar wat agressief. Ze is heel aardig, als je tenminste ook aardig tegen haar bent. Deze twee mensen hebben al ongeveer een jaar verkering, en ze proberen ons soms wat tips te geven om zolang bij elkaar te blijven... heel raar...
'Hebben jullie het gehoord? We hebben de eerste twee uur mentor les, waar wilt Stellarius het met ons over hebben?' vraagt Astrid.
Hikkie strijkt zijn haar uit zijn gezicht en voelt verstrooid aan het litteken op zijn kin. 'Heeft vast iets te maken met jullie ruzie met Snotvlerk.'
Astrid port hem, en hij roept: 'Auw! Waarom doe je dat!'
'Dat is voor het vertellen van dingen die niet waar zijn!' Hij krijgt nog een klap. 'En dat is voor al het andere.'
Die twee zijn grappig samen.
Dan komen er nog wat andere mensen, waaronder Rapunzel, Jack Frost, Lucy Pevensie, Eragon, Vissepoot en Hettie.
De meesten gaan op hun telefoon zitten, maar Hettie, Rapunzel en Lucy rennen vrolijk gillend naar Spica toe. Dat was altijd, met mij erbij, haar vaste groepje tijdens de pauzes. Astrid en Hikkie kwamen er soms ook bij. Niet vaak, soms.
De deur van het lokaal gaat open, Stellarius staat op ons te wachten.

De pestkoppen zitten al binnen, en Spica en ik gaan ver van ze af zitten.
Zodra iedereen een plaatsje heeft, begint Stellarius zijn praatje. Ik weet al precies wat er gaat gebeuren.
'Mijn lieve mentorklasje, ik wil jullie inlichten over een schokkend iets wat in jullie klas is voorgevallen. Een van de leerlingen is met messen aangevallen door drie anderen, en heeft daarbij ernstige verwondingen opgelopen, op haar buik, zij, wang en ver onder haar sleutelbeen. Onze directrice kwam gelukkig op tijd, anders was het misschien erger afgelopen. Nu wil ik graag het woord geven aan de leerlingen die deze misdaad hebben gepleegd. Kom maar hier, en spreek de waarheid, of ik zorg er eigenhandig voor dat jullie in de jongerengevangenis terecht komen.'
Schorrie en Morrie lopen lachend naar voren, hun vriend komt er triomfantelijk achteraan.
'Dus,' begint Snotvlerk, 'we waren aan het lopen in de gang, en we kwamen mevrouwtje Ik-ben-het-vriendinnetje-van-meneer-ik-ben-zo-zielig-want-ik-word-gepest tegen. Ze liep te neuriën en was vreselijk vrolijk, dus wij wilden ervoor zorgen dat ze niet meer vrolijk was. Dat was geen goed idee, want toen we daar kwamen, gilde ze en begon ze in het rond te slaan met een tas.'
Ik heb mijn arm om Spica heengeslagen, en ik voel dat ze verstijfd bij het horen van die woorden. Het is namelijk niet waar.
'Nou, dat deed pijn, en gelukkig had ik messen bij me, en heb mezelf verdedigd. Toen kwam onze geweldige directrice, en zij wist dus echt niet wat er gebeurde. We moesten naar onze mentor toe en nu zijn we hier, en dat vreselijke kind zit zich lekker aan te stellen! Lekker eerlijk!'
Ik begin een beetje boos te worden. Streep door, ik ben woedend.
'Bedankt, Snotvlerk, maar ik wilde dat je de waarheid vertelde. Dat was dit niet. Spica, willen jij en Saturno het hele verhaal vertellen?'

Reageer (1)

  • Allmilla

    Man, ik word ook woedend van die pestkoppen... :@

    6 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen