Reacties motiveren :3

Toen ze bij zijn huisje aankwamen, was Emily erg opgelucht. Ze was helemaal gesloopt en hoewel ze heel erg haar best had gedaan om steeds minder op Michael te leunen, was dat nog helemaal niet gelukt. Lopen was moeilijk.
Hij vroeg haar om te gaan zitten, en ze vroeg zich af wat zitten was. Hij keek haar even verbluft aan, herstelde zich toen en zei toen dat dat was als je met je billen ergens op leunde. Hij liet haar zien dat ze op iets van stof mocht gaan zitten en dat dat een bank heette.
Het zat best comfortabel. Ze keek nieuwsgierig om zich heen, intussen ook kijkend naar haar benen. Michael had haar een doek gegeven om zich te drogen. Hij noemde het een handdoek en ze voelde zich iets minder koud daarna.
‘Ik heb helaas geen vrouwenkleding liggen hier,’ zei hij spijtig, maar het deed Emily niet zoveel. Ze wist toch niet heel goed wat kleding was. ‘Maar hier heb ik een vest en een joggingbroek.’
Ze deed de kleding aan die ze van hem had gekregen. Het voelde heel gek om zoveel stof om haar lichaam te hebben, maar het warmde haar wel wat meer op. Ze had het niet heel koud gehad, maar nu had ze het comfortabel warm.
Daarna zette hij iets op tafel wat hij een ‘kopje thee’ noemde, waar ze van kon drinken. Drinken uit zo’n stenen iets? Ze vond het maar gek. In de oceaan had ze sowieso niet veel hoeven drinken, want ze kreeg genoeg water binnen via haar huid en haar voedsel.
Ze nam een slok en spuugde het direct weer uit. ‘Dat is veel te warm!’ zei ze geschrokken, terwijl haar tong nu heel naar aanvoelde. Het tintelde.
‘Oh, je moet ook even wachten,’ zei Michael. ‘Tot het afgekoeld is…’ Hij gaf haar een kopje water om haar mond wat mee te verkoelen.
‘Ik hoef geen kopje thee,’ zei Emily vastbesloten. ‘Water is lekkerder.’ Ze nam een slok en zette grote ogen op. ‘Dit is niet zout!’
Michael schoot in de lach. ‘Ze noemen het ook wel zoet water,’ zei hij. ‘Daar zit inderdaad geen zout in.’
Terwijl Emily het kopje water leegdronk, keek ze om zich heen. Ze was nog nooit in een mensenhuis geweest. Het was een vergelijkbare grootte als de grotten waar zij wel eens geslapen had, maar het zag er totaal anders uit; het bestond uit muren, met glazen platen erin waar je doorheen kon kijken. Er stonden verschillende meubels in (waarschijnlijk was dat een overkoepelend woord voor alles wat in het huis stond, dat was haar nog niet helemaal duidelijk).
‘Reis jij ook?’ vroeg ze. ‘Van plek tot plek?’
‘Soms,’ zei hij. ‘Maar ik kom wel altijd weer hier terug.’
Ze fronste. ‘Dus dit is je thuis? Eén plek? Wat saai, zeg.’ Ze keek om zich heen. Vandaar dat het huiselijker was dan alles waar ze tot nu toe geweest was in het water. ‘Zeemeermensen reizen altijd de hele oceaan af. We blijven nooit te lang op één plek, want dat is gevaarlijk.’
‘Hebben jullie dan geen ‘vaste’ plek?’ vroeg Michael. Hij was tegenover haar op iets anders gaan zitten, wat leek op de bank waar zij op zat, maar dan kleiner. ‘Waar je altijd terug kunt komen?’
Ze schudde haar hoofd. ‘We hebben wel één keer per jaar het zeemeermensenfestival. Dat is wel altijd op dezelfde plek.’ Ze sloeg haar hand voor haar mond. ‘Oh, maar ik ga je niet vertellen waar!’
‘Dat is oké, rustig maar,’ grinnikte Michael. ‘Vertel me over je wereld wat je me wilt vertellen. Dat hoeft niet alles te zijn.’
Dus dat deed Emily, in ruil voor informatie over het mensenleven. Ze besefte dat haar nieuwsgierigheid naar mensen net zo groot was als die van Michael naar de zeemeermensen. Daarna vertelde hij haar een uitgebreidere variant van het verhaal waarin een zeemeerman hem gered had, waarna zij ietsje uitgebreider vertelde hoe ze haar ouders verloren was. Ze voelde een klik met hem; ze voelde zich op haar gemak bij hem, ondanks dat hij een mens was. Alles om haar heen was nieuw, maar gek genoeg voelde Michael’s aanwezigheid vertrouwd.
Aan het einde van de avond begeleidde hij haar naar boven, naar wat hij een bed noemde. Dat was een slaapplek voor mensen, vertelde hij. Ze ging op het bed zitten, toen liggen en toen ze het comfortabel vond liggen, sloot ze haar ogen. Ze realiseerde zich dat het naïef kon zijn om Michael te vertrouwen, maar ze wilde daar niet te veel aan denken. Ze was eigenlijk heel blij om eindelijk antwoord te krijgen op haar vragen over de mensen, om eindelijk met een ander wezens dan vissen te praten en om eindelijk haar verhaal kwijt te kunnen aan iemand die niet van schrik wegzwom.

Reageer (4)

  • Slughorn

    Nawh leuk ^^

    5 jaar geleden
  • GossipGirl21

    Super verhaal hoor.

    5 jaar geleden
  • Dominhe

    Blijft een goed verhaal en een keer wat anders hier op quizlet!

    5 jaar geleden
    • Caverna

      Dankjewel :) Het blijft ook leuk om te horen hihi

      5 jaar geleden
  • xxJennyxx

    Cute

    5 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen