(You know, christ is coming. So am i.. >=) Puscifer - Rev. 22:20)

Eindelijk, ja eindelijk komen we bij Härsbürg aan. Ik hoor Tyson's maag van hieraf knorren, dus hij zal wel blij zijn als we een herberg tegen komen, of iets dergelijks. We zoeken even naar een stal, maar kunnen niets vinden dus we besluiten onze paarden maar bij te houden. We lopen naast onze paarden door de stad en al snel komen we allerlei winkels tegen. "Misschien kunnen we daar onze zwaarden laten bijwerken?" hoor ik Tyson zeggen. "Ja, misschien. We vragen wel even, ja?" We lopen op een wapensmit af en de man kijkt meteen op. Zijn beschadigde handen laten overduidelijk zien dat hij al voor ongelooflijk lange tijd in dit beroep zit. "Goed'n dag Heer, dame." zegt hij. Hij heeft vast niet vaak pauze om te drinken, want zijn stem is schor en het zweet loopt over zijn gezicht. "Wat kan ik voor gulle doen?" zegt hij, glimlachend. De rimpels zijn zichtbaar over heel zijn gezicht en mijn medelijden meter is nu helemaal gevuld. "We kwamen om te informeren of we hier onze zwaarden kunnen laten slijpen. Ze zijn bot, maar we hebben ze dringend nodig." zeg ik. Tyson's maag knort weer en de man schiet in de lach. Ik kan een glimlach ook niet onderdrukken en wacht af tot de man weer tijd heeft voor onze vraag. "N'tuurlijk, eh, Dame. Achter mij kun je je zwaard slijpen." zegt hij, half lachend. "Danku zeer." zeg ik. De man gaat verder met zijn werk en wij lopen voorbij de man om onze zwaarden te slijpen. "Arme man." denk ik.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen