• Druk op ctrl + V, en ontdek wat je het laatst hebt gekopieërd!


    So I guess we are who we are for a lot of reasons. And maybe we'll never know most of them.

    Lol, dat plaatje ken ik maar daar dacht ik niet aan x)


    I'm Ellie's & Mitshy's little secret. Rawr.

    1,6GHz


    As travars

    De twee wegen van Parmenides

    Onderstaand artikel is gebaseerd op de behandeling van een passage van Parmenides. Φ heeft zich in twee avonden gebogen over een tekst van deze wijsgeer. Allereerst zal ik een korte introductie op Parmenides geven en daarna zal ik de essentie van zijn filosofie proberen weer te geven.

    Parmenides is in het jaar 515 voor Christus1 in Elea geboren.
    Oorspronkelijk was hij een aanhanger van het pythagorisme, maar later heeft hij zijn eigen ideeën ontwikkeld. Zijn belangrijkste ideeën heeft hij in een leerdicht uiteengezet.

    “Het gedicht bestaat uit twee delen: de Weg der Waarheid en de Weg de Mening. Het eerste deel vangt aan met een allegorie, waarvan de vorm ontleend is aan de toen bestaande religieuze openbaringsliteratuur: Parmenides verhaalt hoe hij door de Zonnedochters geleid wordt tot het paleis van de godin Waarheid, die hem alles onthullen zal. Het vervolg echter heeft met zijn louter abstracte formulering en zijn klemmende argumentatie de kenmerken van een strikt rationeel betoog.”
    (Beknopte geschiedenis van de antieke filosofie, p. 35)

    De belangrijkste vraag die Parmenides behandelt is de vraag: “Is het of is het niet?” Volgens Parmenides zijn er op deze vraag drie antwoorden mogelijk:

    Het is en kan niet anders dan zijn;
    het is niet en kan onmogelijk zijn;
    het is en het is niet

    Het onderwerp van is blijft achterwege omdat het volkomen onbepaald is. Met is wordt bedoeld, alles wat het voorwerp kan wezen van ons denken en spreken.
    Wat het juiste antwoord op deze intrigerende vraag moet zijn, zal nu verder worden uitgewekt.

    We hebben al kunnen lezen dat het is slaat op alles wat we kunnen denken en spreken. Daarmee lijkt de eerste oplossing de juiste. Immers wat we kunnen bedenken bestaat, anders zouden we het niet kunnen bedenken of uitspreken. Descartes gebruikt deze redenatie in feite ook als hij zegt, ik denk dus ik ben.
    De tweede oplossing is volgens Parmenides onmogelijk. Iets wat niet is kan niet gedacht worden en bestaat daarom niet. Men kan het niet-zijnde niet kennen, want als men eraan zou kunnen denken dan zou het zijn. Het zou onzinnig zijn om dingen die niet zijn op te nemen in de werkelijkheid.
    Het grootste probleem bevindt zich bij de derde oplossing. Hier dolen volgens Parmenides namelijk veel stervelingen. Deze onwetenden worden heen en weer geslingerd tussen zijn en niet-zijn. “Zij houden het zijn en het niet-zijn voor hetzelfde en dan weer niet voor hetzelfde” (fr. 6,4-9). Hiermee bedoelt Parmenides dat mensen beweren dat iets bestaat, maar dat het een ogenblik of een eeuw later niet meer zou bestaan. Dit kan mensen in verlegenheid brengen. Het is bijvoorbeeld onduidelijk waar het object dat bestond dan gebleven is. Parmenides lijkt het liefst het begrip tijd buiten beschouwing te willen laten. Wij vinden het volstrekt aanvaardbaar te onderstellen dat iets een bepaalde tijd bestaat en daarna of ervoor niet. Parmenides heeft hier moeite mee. Iets bestaat of iets bestaat niet. Het feit of iets zich manifesteert doet daar niets aan af.
    Welke gevolgen deze manier van denken heeft wordt duidelijker als we de mogelijke oplossingen verder uitwerken.

    Voor de uitwerking van de oplossingen schetst Parmenides twee wegen. Ze volgen logischerwijs uit de drie oplossingen waarvan de eerste juist lijkt en de andere twee onjuist. Op de eerste weg geldt: “het zijnde is en het niet zijnde is niet” Op de tweede weg geldt: “het zijnde is niet en het niet zijnde is”. Parmenides laat de godin Waarheid als autoriteit optreden en zij vertelt ons dat de tweede weg niet kan. Het zijnde is niet geboren, zal niet sterven, beweegt niet en is ondeelbaar. Het zijnde is eeuwig. Als het zijnde geboren zou zijn, zou het moeten zijn ontstaan uit een ‘niet-zijnde’, wat een onmogelijkheid is en wanneer het te delen zou zijn, zou er iets tussen de twee delen in staan en dat zou dan niets moeten zijn. Zo kunnen we al deze kenmerken van het zijnde verklaren.
    Wij kunnen soms dingen uitvinden of bedenken die niet eerder zijn bedacht. Volgens Parmenides hebben deze zaken altijd bestaan en zijn ze niet door ons denken gecreëerd. Het zijnde is dus onafhankelijk van ons denken. Er ligt ongetwijfeld nog veel onbekend zijnde voor ons.

    Een interessante vraag is hoe Parmenides? filosofie gezien moet worden in verhouding tot de schepping. De vraag is of Gods scheppingsdaad het zijnde heeft geschapen of niet. Wat was er voor de schepping? God was er in ieder geval voor de schepping en Jahweh betekent ik ben. Als dus het zijnde er al was voor de schepping dan kan de schepping nog wel de rede en daarmee de logica hebben geschapen.

    Parmenides wordt in het laatste deel van zijn betoog wat meer onnavolgbaar. Hij stelt bijvoorbeeld dat jongetjes aan de rechterkant van het vrouwelijk lichaam ontstaan en ontwikkelen en de meisjes aan de linkerkant. In ieder geval was hij kennelijk al wel op de hoogte van het feit dat een vrouw twee eierstokken heeft.

    Samenvattend blijkt Parmenides in onze hedendaagse ogen niet verassend nieuw te zijn, maar doordat hij een aanzet heeft gegeven voor Socrates en Plato kunnen we in hem wel de eerste existentialist zien.


    Namens het filosofiedispuut Φ,
    Mark Horst


    Normality is a paved road: it's comfortable to walk, but no flowers grow on it.

    http://4.bp.blogspot.com/-01kW6m8d6Qc/Tf_sd7snFNI/AAAAAAAADY4/0ZIzNc-3x4E/s1600/gabelewis.jpg


    Caution first, always.

    http://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/thumb/0/0c/US_190.svg/750px-US_190.svg.png


    How lucky I am to have something that makes saying goodbye so hard.


    I hope you drown in all the cum you fucking swallow, to get yourself to the top.


    How lucky I am to have something that makes saying goodbye so hard.

    Gerard Thomas (Gerrit) Rietveld (Utrecht, 24 juni 1888 - aldaar, 25 juni 1964) was een Nederlands architect, grafisch ontwerper en meubelontwerper. Hij ontwierp ook enige boekbanden waaronder één voor De Gemeenschap in 1925. Hij is vooral bekend als lid van De Stijl en pionier van het Nieuwe Bouwen.





    Inhoud
    [verbergen] 1 Jeugd en opleiding
    2 De Stijl
    3 Nieuwe Bouwen
    4 Werk 4.1 Publicaties
    4.2 Meubels 4.2.1 Afbeeldingen

    4.3 Architectuur 4.3.1 Afbeeldingen


    5 Laatste rustplaats
    6 Zie ook
    7 Externe links


    [bewerken] Jeugd en opleiding

    Rietveld leerde het vak van meubelmaker al vanaf zijn elfde in de werkplaats van zijn vader aan de Poortstraat 98 te Utrecht. Hoewel hij grote waardering had voor zijn vakmanschap, verafschuwde hij de massieve meubelen die hij produceerde. Daarna was hij enige tijd ontwerper voor een juwelierszaak. Tussen 1904 en 1908 volgde hij 's avonds lessen bij Houtzagers en Kamman in de aan Het Utrechtsch Museum van Kunstnijverheid verbonden school. Deze lessen gaven hem inzicht in proportie en stijl. Op 18-jarige leeftijd maakte Rietveld zijn eerste meubels, die bestemd waren voor het poortgebouw van Slot Zuylen. In 1911 opende hij zijn eigen meubelmakerij en volgde opnieuw een avondcursus, nu in architectuur, bij de vooruitstrevende architect en ontwerper Piet Klaarhamer.[1]

    [bewerken] De Stijl

    Mogelijk via Klaarhamer nam Rietveld kennis van moderne ontwerpers als Berlage en Frank Lloyd Wright. Omstreeks 1918 begon hij mogelijk onder invloed van hen met het maken van exprimentele meubels, waaronder het prototype van de wereldberoemde 'Rood-blauwe stoel'. Hoewel Rietveld ze zelf nadrukkelijk als experimenten zag – de eerste 'Rood-blauwe stoel' zou hij voor zichzelf ontworpen hebben – wees zijn vriend Robert van 't Hoff hem op Theo van Doesburg, redacteur van het pas opgerichte tijdschrift voor moderne kunst De Stijl. Rietveld stuurde hem een brief en een foto, die hij in september 1919 in De Stijl publiceerde als voorbeeld van beeldhouwkunst in het toekomstige interieur.[2]

    Rietvelds eerste experimentele meubels waren nog onbeschilderd. Door ook meubels te ontwerpen voor zijn zes kinderen en voor de kinderen van opdrachtgevers, kon hij zich meer vrijheid veroorloven. Het waren juist deze kindermeubels die hij als eerste van kleur voorzag. Zijn hoge kinderstoel uit 1918 liet hij groen schilderen en voorzag hij van rode leren banden, terwijl hij zijn kinderkruiwagen en bolderkar omstreeks 1923 voor het eerst van de voor De Stijl kenmerkende primaire kleuren voorzag, niet lang daarna gevolgd door zijn Rood-blauwe stoel.[3]

    Zijn meubels waren niet alleen modern van uiterlijk, maar ook goedkoop en eenvoudig te produceren, zodat het werk van de arbeider aanzienlijk vergemakkelijkt werd. Toch had hij niet de behoefte de smaak van de gewone man te veranderen. Toen architect en De Stijl-lid Oud in 1919 een modelwoning in een door hem ontworpen woningbouwcomplex in Spangen inrichtte met meubels van Rietveld, schreef hij Oud:





    Maar laten wij toch niet zeggen, dat we werken om het volk te bevredigen, want bij het volk is er geen behoefte naar. Men is over het algemeen nog niet verder, dan juist iets aparts te hebben.

    — Brief aan Oud, januari 1920.




    Later maakte hij deel uit van de stroming van de Nieuwe Zakelijkheid. In 1919 werd hij zelfstandig ontwerper en meubelmaker, toen hij zijn bedrijf opende in Utrecht.

    Het Rietveld Schröderhuis ontwierp Rietveld in 1924 in nauwe samenwerking met de latere bewoonster van het huis, de binnenhuisarchitecte Truus Schröder-Schräder. Het huis staat aan de Prins Hendriklaan in Utrecht, en is een zuiver voorbeeld van alles waar De Stijl voor stond.


    [bewerken] Nieuwe Bouwen

    Omstreeks 1930 sloot Rietveld zich aan bij het Nieuwe Bouwen, de Nederlandse variant van de Internationale Stijl. Hij ontwierp in 1930-1932 een rij arbeidershuizen in de Wiener Werkbundsiedlung in Wenen en in 1934 in samenwerking met Truus Schröder-Schräder een rij huizen aan de Erasmuslaan in Utrecht.

    Tijdens de oorlog bleef Rietveld ontwerpen maken in de illegaliteit: hij had zich niet bij de Kultuurkamer aangemeld, en mocht dus officieel vanaf 1942 niet langer zijn beroep uitoefenen. In datzelfde jaar ontwierp hij een uit één stuk geperste kunststof stoel.

    Na een moeilijke tijd zonder veel aandacht werd 'De Stijl' in de jaren vijftig weer populair, en dit leverde Rietveld werk op in de vorm van overheidsgebouwen. In 1954 werkt hij samen met Constant Nieuwenhuijs aan een ontwerp voor een modelwoning voor warenhuis de Bijenkorf. In 1955 ontwierp Rietveld een kleurenschema voor de cabine van de Fokker F27. Hoewel de Fokker-directie zeer enthousiast was, werd het niet toegepast.

    In 1961 richtte hij samen met Joan van Dillen en Johan van Tricht het architectenbureau Rietveld Van Dillen Van Tricht op.


    Tijd voor koffie.

    Naam:
    Welke personage van 1D?:
    16+?:
    Wat voor situatie?:


    You're strong enough to win without a war || Vaucluse >> Thread.

    Lucas Afon Romanoff ~ "Afon"


    I hope you drown in all the cum you fucking swallow, to get yourself to the top.

    Jennifer Lawrence


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Eka aí fricai. Eka weohnata néiat haina ono.

    Dat is mijn signature en betekent "I'm a friend. I will not harm you."
    De tekst zelf komt uit de boekenserie "Het Erfgoed" wat uit de boeken Eragon, Oudste, Brisingr en Erfenis bestaat.

    [ bericht aangepast op 11 nov 2012 - 18:50 ]


    I hope you drown in all the cum you fucking swallow, to get yourself to the top.

    Real Directioner


    Always.

    Photoshop Elements 10.0


    I'm Ellie's & Mitshy's little secret. Rawr.

    http://static.fjcdn.com/gifs/When+someone+wakes+me+up+at+night.+Truth_5207dd_4227805.gif


    Dit topic is gesloten omdat het maximum van 300 berichten is bereikt


    Easy peasy, pumpkin peasy, pumpkin pie, motherfucker!