• Gebaseerd op het boek Gone: Verlaten, geschreven door Michael Grant. Je hoeft het boek niet geheel te kennen om mee te kunnen doen.





    Een groep mensen, wonende te Perido Beach, moet op een dag nablijven op school. De tieners, sommigen onder hen zijn ouder dan achttien dus het zijn niet allemaal tieners, worden vergeten. Na een hele dag, en nacht, op school te hebben gezeten vinden ze het wel goed en besluiten ze te ontsnappen uit de school. Dat was maar goed ook, want het blijkt dat er iets vreselijks is gebeurd: alle mensen van 21 jaar en ouder zijn verdwenen. Alle baby's zijn hulpeloos, er is niemand die de stad bestuurt en alles is een grote chaos. De tieners besluiten de stad over te nemen. De een gaat de baby's verzorgen, de ander leidt de stad en nog een ander gaat bij de brandweer.
    Er is echter nog een academie, de Coates Academie, die onder leiding staat van nog een groep anderen. Die academie verkeerd in dezelfde staat: alle mensen van 21 jaar en ouder zijn verdwenen. De academie wil echter de leiding over de stad krijgen. Er komen rellen, er vallen gewonden en zelfs doden. Ook is er een mysterieus boek, ergens verborgen in de bibliotheek van Perido Beach. Zal het boek ooit gevonden worden, zullen mensen ooit ouder worden dan 21 jaar en bovenal; zal de ellende ooit ophouden?


    Regels:
    - Maximaal twee rollen per account (Dit om verwaarlozing te voorkomen)
    - Het minimaal aantal woorden van deze rpg is 300. (Onder een *spoiler zal ik tips neerzetten om je te helpen om die 300 woorden te halen)
    - Geen Mary-Sue's of Gary-Stu's (Geen perfecte karakters en dat spreekt voor zich)
    - Alleen je eigen personage besturen (Niet die van de ander!)
    - Dit rollentopic zal zolang openblijven als nodig is en ik zal echt niet moeilijk doen als je wat langer nodig hebt om je personage af te maken. (Laat dit echter niet te lang duren, om te voorkomen dat de rpg doodgaat voordat 'ie überhaupt begint)
    - Denk goed na voordat je meedoet (Als je snel afhaakt kan je beter niet meedoen)
    - Probeer je karakter/personage zo uitgebreid mogelijk te maken, oneliner personages worden niet goedgekeurd
    - Geef naamwijzigingen door!
    - Alleen ik open de topics, tenzij ik daar een ander voor vraag
    - Aantal mannen en vrouwen gelijk houden a.u.b.
    - 16+ mag, maar het moet onder een spoiler
    - Je mag past posten als er tussen jouw vorige post en de post, die je nu wilt gaan schrijven, twee posts zitten.

    Tips om lange posts te schrijven:
    1. Jouw personage is niet de enige op de wereld. Verzin andere personen, die niet per se door anderen worden gespeeld. Je kan ze tegen jouw personage op laten botsen, zorgen dat ze jouw personage de weg vragen, lastig vallen en ga zo maar door. Ze hoeven niet eens per se in contact te komen, alleen kijken is al goed. Hé, die gozer kon wel heel goed skaten en goh, wat had zij een leuk rokje aan!

    2. Gebruik de zintuigen. Wat ruikt hij lekker.. Wat ziet hij er knap uit in dat blauwe shirt en die versleten jeans en en en.. Niet alleen personages, ook waar ze zich bevinden. Kamers met hun versleten planken op de vloer en stoffige hoekjes, parkjes met versleten plekken in het gras en bomen waarvan de bladeren eraf vallen.

    3. 'Herhaal' dingen die de andere persoon hadden gedaan of gezegd, zo blijft het verhaal overigens ook logisch. Voorbeeldje:
    Leah: "Ik moet even naar de WC, ben zo terug," zei ze en vertrok richting de toiletten etc. etc.
    Tristan: Ze zei dat ze naar het toilet moest en hij keek haar na, om vervolgens weer dit en dat...
    Op deze manier blijft het verhaal logisch en herhaal je op een niet onprettige manier.

    4. Haal oude herinneringen op. Als je personage bijvoorbeeld in de bioscoop zit met iemand kan je schrijven dat het hem of haar deed denken aan die keer dat ze met hem weg was en dat er toen dat gebeurde..

    5. Je personage heeft een mening, vergeet dat niet en maak er gebruik van! De jongen was wel oké gekleed, maar het was niet echt haar smaak, ze hield meer van ... Het hoeft overigens niet altijd positief te zijn, je personage mag best kieskeurig zijn.

    6. Onderneem actie! Blijf niet op één plaats hangen en beeld je in wat jij zou doen in zo'n situatie. Wees niet bang je personage de ander mee te laten sleuren, als hij of zij het anders wilt, laat ie dat wel merken.

    7.Laat hem of haar denken, deze gedachtes mogen ook uitwaken, in het echt gebeurd het ook wel eens dat je plots aan het dagdromen bent en realiseert dat er iemand tegen je aan zat te praten. Oh sorry, wat zei je?
    Wat voelt je personage? Is hij of zij blij, moe, opgewerkt, verliefd, verdrietig.. Beschrijf natuurlijk ook waarom, of ze het ook laten merken aan de andere personages en zo kan de rest er ook makkelijker op doorgaan.

    8. Vertel wat meer over je personage zelf. Eigenlijk moest ze koken, maar ze had vrij weinig zin.. Ze was inderdaad behoorlijk lui en dat gaf ze dan ook eerlijk toe. Haar moeder had er vaak over gezeurd, maar ze was nou eenmaal zoals ze was en ze ging niet veranderen. Zwijgend draaide ze een lok haar rond haar vinger en na een poosje stond ze dan met veel tegenzin op om te beginnen.

    9. Omschrijf de omgeving waar een personage zich in bevind en wat het met het personage doet.

    10. Doe je best! Denk niet: Oh, ik heb genoeg, laat maar zitten.
    Of als het je écht niet lukt door gebrek aan inspiratie, meld het dan aan de ander! Dan kom je er samen vast uit.
    Desnoods stuur je jouw personage ook op een ander af: "Hé, daar heb je Lisa! Kom Mike!" zei ze enthousiast toen ze haar vriendin zag, ze pakte de hand van Mike en sleurde hem haast mee om haar vriendin te begroeten.


    Rollen:
    Deirdre Emmylou Fairchild - Astris 1;2
    Felicity Marylin O'Connor - Doge 1;1
    Alysha Maria Silveira - Kit 1;2
    Zara Edelaide Atkinson - Resurrect 1;6 inactief
    Alice 'Al' Fia Haugen - Pursuer 1;8
    Aislin Delphine Easton - Astris 1;10
    Meisje gereserveerd voor Promisess
    Charlize-Mae Cherry - Handles 1;13
    Lily Maia Tyger gereserveerd voor Magnus 1;14
    Seth Mitchel Richardson - JamesPotter 1;5
    Lucas Miguel Silveira - Sigil 1;2
    Sem Emerald Richardson - Vandinha 1;5 inactief
    Lyron Avalard Lonsdale - Lazulis 1;2
    Michael Jeremy Brown - Aia 1;4
    Blake Daven Agnelli - Magnus 1;9
    Andreas Frederick Lucas Jeager - Tolkien 1;10

    Topics:
    Praattopic
    Praattopic 2
    Rollentopic


    Het begin:

    De mensen in Perido Beach, die nog op school zitten, zitten ongeveer een uur of twee in de school. Het is nu een uur of vijf en de magen van de kinderen/pubers/tieners beginnen enorm te rammelen. Ze beginnen een vermoeden te krijgen dat ze vergeten zijn.

    De mensen in Perido Beach, die niet meer op school zitten, zijn op hun werk. Ze doen daar de dagelijkse bezigheden.

    De mensen op Coates, zijn bezig met de les. Op dit moment een scheikunde practicum.

    De mensen op Coates die al afgestudeerd zijn, komen even bij de scheikundeles koekeloeren. Zij zijn op de school vanwege een reünie.


    Alle 21+ verdwijnen om 18:00. Het is nu 17:57.

    [ bericht aangepast op 10 aug 2014 - 16:44 ]


    26 - 02 - '16

    Michael Jeremy Brown | 15 | Coates | Pyrokinese |

    "Niet hier," antwoord Charlize mijn vraag. Ik kijk haar even aan. "Ben net thuisgekomen, ik heb geen idee waar oudjes graag uithangen." Normaal kon ik wel om haar opmerkingen lachen, maar dit maal lukte het mij niet eens.
    "Oh..." bracht ik alleen maar uit. Ik keek de tuin even rond.
    "Ik heb honger, ga je mee naar de Mac? Geen idee wanneer ze terug gaan komen en gezond eten voor ons maken." Charlize trok een vies gezicht. Ze vond gezond voedsel maar vies. Zelf maakte het mij niets uit, als ik maar iets te eten had. "Ik trakteer!" riep ze toen en ze hielt een briefje van twintig voor mijn ogen. Ik haalde mijn hand even over mijn arm en keek ernaar. Mijn ogen gleden naar Charlize haar gezicht en ik zag er een grote grijns op staan.
    "Goed dan," zei ik na even na te hebben gedacht en ik griste het briefje van twintig uit haar hand. Ik bekeek hem en hielt hem vast. "Weet je wat we ook kunnen doen met het geld? Sparen en dan een hééél mooie auto komen," zei ik toen ineens en mijn ogen begonnen te glinsteren. "Zo'n Dodge ram. Ik hou van die auto's. En dan gaan we hem donkerpaars laten spuiten met glans en dan glimmende velgen en zo." Mijn fantasie sloeg op hol en zonder dat ik er erg in heb dat ik het briefje in de fik zet. Pas als het warm wordt bij mijn handen, niet heet, maar het is een bepaald soort hitte, kom ik uit gedachten.
    "Wat doe je!?" vraag ik geschrokken, maar als ik zie dat Charlize helemaal niets met het vuur te maken heeft frons ik een keer. "Uhm... het spijt me?" zeg ik dan twijfelachtig. "Ik geef je een nieuw briefje!" ik laat het, wat ervan over is,briefje vallen en ren naar boven. Daar haal ik twintig euro uit mijn spaarpot en ren terug. "Hier," hijg ik en ik hou het voor Charlize. Wat gebeurde er net ?


    Egal was kommt, es wird gut, sowieso. Immer geht 'ne neue Tür auf, irgendwo.

    [ Bij deze gooi ik het tempo even wat omlaag, tot minstens zondag. Zodat iedereen een kans heeft om zijn/haar begin hier neer te zetten]


    26 - 02 - '16

    [NIEUWE REGEL: - Je mag past posten als er tussen jouw vorige post en de post, die je nu wilt gaan schrijven, twee posts zitten.]


    26 - 02 - '16

    Chao schreef:
    Alice 'Al' Fia Haugen.
    - 2O - Psychometry -


    Ik hoor brekend glas, maar ben te druk bezig om op er op te letten. Seth komt naar me toe en kijkt me aan. 'Er zijn er meer. Er was een vrouw. Ze wilde een bosatlas, dus die ging ik voor haar pakken, maar toen ik me omdraaide was ze weg. Er waren plotseling een heleboel mensen weg.' Ik word lichtelijk bleek. Er is niemand die weg is waarom ik geef, maar het gaat tegen alle logica in. 'Wat is er aan de hand, Alice?' De toon in zijn stem klonk lichtelijk dwingend. 'Ik weet dingen. Ik raakte het boek "Silent Garden" zonet aan, nog nooit van mijn leven gelezen, en het was ineens alsof ik nooit iets anders had gelezen. En de hand van dat jochie, ik wist ineens zijn naam, zijn leeftijd, en...' Ik beet op mijn lip. 'En dat zijn moeder de komende tijd niet terug zou komen.'
    Ik kijk hem strak aan, en ik klem mijn kaken op elkaar. 'Seth.' Mijn toon is kalm en dwingend. Ik zet Jonas neer. 'Dit is niet goed. Als we er van uit gaan dat alle volwassenen en ouderen weg zijn,' ik spreek mijn woorden traag uit en dacht er goed over na. 'Is er geen politie. Geen brandweer. Geen artsen. Coates moet een grote bende zijn, als het zo ver rijkt. We weten niets.' Ik zucht en ga zitten. Maar meteen sta ik weer op, en loop naar buiten. Als Seth wil dan loopt hij maar achter me aan. Ik bestudeer de omgeving goed. Ik zie auto's, maar ik weet dat ze leeg zijn. Autoalarmen gieren door de straten. Als ik naar rechts kijk, zie ik ravage en chaos. En ik schrik me kapot als ik naar links kijk. Ik kan de straat niet eens uit kijken. Een gigantische muur gaat kilometers de lucht in, en deze doet me verschrikkelijk klein voelen.


    Seth Mitchel Richardson
    20 • Verscherpt zicht

    'Ik weet dingen. Ik raakte het boek "Silent Garden" zonet aan, nog nooit van mijn leven gelezen, en het was ineens alsof ik nooit iets anders had gelezen. En de hand van dat jochie, ik wist ineens zijn naam, zijn leeftijd, en...' Ze bijt op haar lip en ik frons even 'En dat zijn moeder de komende tijd niet terug zou komen.' Ik knijp mijn ogen samen omdat ik het niet wil geloven.
    'Seth.' Haar stem is zo kalm en dwingend. Ik kijk haar aan en bijt op mijn lip. 'Dit is niet goed. Als we er van uit gaan dat alle volwassenen en ouderen weg zijn, is er geen politie. Geen brandweer. Geen artsen. Coates moet een grote bende zijn, als het zo ver rijkt. We weten niets.' Ze zegt alle woorden zo kalm en rustig zodat er een rilling over mijn rug loopt. We hebben een probleem. Een heel groot probleem. Alice gaat zitten, maar staat meteen weer op en loopt naar buiten. Ik kijk om me heen en loop haar dan achterna.
    'Woow.' Zeg ik terwijl ik een scheldwoord doorslik. Het is een grote chaos en overal is paniek. Auto's zijn tegen elkaar gebotst en ik staar er naar. Dan draai ik mijn blik naar links, maar Alice ook naar kijkt.
    'What the Fack.' Dit keer hou ik het scheldwoord niet binnen en staar met grote ogen naar de kilometers hoge muur. Zonder dat ik het besef, pak ik Alice hand en blijf naar de chaos staren. Wat is hier nou weer gebeurd!?
    'Waar is Sem?' Is het eerste wat ik weer kan zeggen na een stilte. 'Alice? Jij wist dingen toch? Waar is Sem?' Ik pak nu haar beiden handen en staar haar in haar ogen. 'Ik moet weten waar Sem is. Als Sem achter die muur zit dan...' Tranen staan in mijn ogen terwijl ik door de paniek haar handen fijnknijp.


    And don't forget, Elvendork! It's unisex!

    Deirdre Emmylou Fairchild
    White light manipulation • 19 • Perido Beach
    •••••



          Ik ben al een enige tijd bezig met het bijles te geven aan het jonge meisje, genaamd Sophia, die naast me aan een tafeltje achterin het klaslokaal zit. Ze lijkt het echter nog niet te snappen, zelfs niet nadat ik het meerdere keren op verschillende heb uitgelegd. Er valt ook niet heel veel aan uit te leggen, het is meer goed stampen. 'Je kunt denk ik beter eerst de kenmerken van de stromingen uit je hoofd leren, en dan de opdrachten weer proberen te maken. Het zal vast een stuk beter gaan,' glimlach ik naar haar. Ik vind het niet erg om bijles te geven, ook niet als mensen het niet snel snappen, maar het is wel duidelijk dat het meisje met tegenzin bijles volgt, dat is wel te merken aan de diepe zuchten die telkens haar mond verlaten. Ik vermoed dat ze verplicht wordt door haar ouders, al is dat meestal wel het geval. 'Neem maar over wat ik zeg, dan kun je een schema maken. Het classicisme grijpt terug op de klassieke oudheid en -'
          Voordat ik de kans krijg meerdere kenmerken van het classicisme op te noemen, gaat de deur open. Ik kijk op en zie Sem staan. Door zijn onzekere houding ben ik gelijk alert en richt ik al mijn aandacht van de bijles, op Sem, die de deurkruk vastblijft houden, terwijl hij zijn andere hand steeds dieper in zijn zak drukt.
          ‘Deirde – het spijt me dat ik je stoor. Maar, ik was zojuist in gesprek met de conrector voor een telefoongesprek dat ik moest vertalen en. . . Hij antwoordde plotseling niet meer. Hij is simpelweg verwenen en. . . Ik – Ik snap het niet,' zegt Sem met rode wangen. Het is duidelijk dat hij zich schaamt. Ik heb al vaak aan hem uitgelegd dat hij zich echt niet hoeft te schamen wanneer iets niet lukt, maar het lijkt nooit tot hem door te dringen.‘Ik hoor ook minder stemmen, alsof er meerdere personen zijn verdwenen. Seth zou binnen een kwartier ook naar de school komen om me straks naar huis te brengen, maar. . . Ik snap het gewoon niet.’
          Ik sta enigszins verontrust op, want het is tenslotte niks voor de conrector om zomaar zonder te zeggen te verdwijnen. Het is niet echt een man van grapjes. Ik loop naar het lokaal toe, richting Sem, en wanneer ik bij hem ben, trek ik zijn hand uit zijn broekzak, zodat ik die vast kan pakken. 'Sophia, op het papier dat onder het boek ligt, staat ook een schema. Neem die maar alvast over en als je al klaar bent voor ik terug ben, kun je de opdrachten opnieuw proberen. Blijf in ieder geval in het lokaal, niet zo maar ergens heen gaan.'
          Met Sem's hand in de mijne, loop ik het lokaal uit, richting het kantoortje van de conrector. Daar aangekomen zie ik inderdaad dat het kantoor leeg is, er is geen spoor meer van hem te zien. 'Meneer?' roep ik aarzelend, maar er komt geen antwoord. 'Misschien is hij koffie aan het halen in de lerarenkamer, laten we daar gaan kijken.' We gaan op pad naar de lerarenkamer, en in de gang daar naar toe is veel herrie. Eén lokaal heeft echt een hels kabaal en ik ga op mijn tenen staan zodat ik door het raam naar binnen kan kijken, maar er is geen leraar in het lokaal te zien. 'Vreemd,' mompel ik. 'Het lijkt wel alsof de leraren ook weg zijn.' Ik hoop dat ze allemaal in de lerarenkamer zitten, om een één of andere onverklaarbare reden, maar ik heb zo'n gevoel dat dat niet het geval zal zijn.
          Mijn gevoel blijkt juist te zijn, want wanneer ik de deur van de lerarenkamer open, is er niemand te bekennen. 'Sem, er is hier ook al niemand.' De verontrustende toon in mijn stem is duidelijk te horen. Ik laat zijn hand los en loop naar een tafel, waar enkele mokken koffie op staan. Ik voel aan de mokken, die nog warm blijken te zijn. 'De koffie is nog warm en er liggen half opgegeten koekjes...' zeg ik langzaam, waarna ik terug loop naar Sem en zijn hand weer vast pak. Niet omdat hij nu hulp nodig heeft, maar meer omdat ik me zelf niet heel veilig voel.


    Aislin Delphine Easton
    Siren song • 17 • Coates
    †††



          Verdomde, saaie practicum. Op dit tijdstip nog wel. Ik weet zeker dat het enkel is, zodat de oud-leerlingen die naar de reünie zijn gekomen iets hebben om naar te kijken. Er is ook geen andere verklaring voor, gezien het niet logisch is om derdejaars, vierdejaars, vijjfdejaars en zesdejaars in één klas te plaatsen. Dat zou ook gelijk verklaren waarom ze zo'n simpele proef doen. Ik heb niet eens de moeite genomen om naar de uitleg van de leraar te luisteren. De proef heb ik de afgelopen jaren inmiddels zo vaak gedaan, dat ik de proef niet eens uit hoef te voeren, om het verslag erbij te kunnen schrijven. Normaal gesproken zou ik de proef alsnog wel doen, maar gezien ik er totaal geen zin in heb en er geen cijfer voor gegeven wordt, schrijf ik enkel het verslag op - gezien die wel aan het eind van de les ingeleverd moet worden - en doe ik de rest van de les niks. In plaats daarvan, ben ik meer bezig met het ontwijken van Andreas, die ook op de reünie gekomen is en samen met de andere oud-leerlingen staat te kijken. Hij hoeft me niet te zien met zo'n belachelijke labjas aan en mijn haar in een staart. Het grootste voordeel van het kennen van de proef, is nu misschien wel dat ik die veiligheidsbril nu niet op heb hoeven doen.
          Ik schrik op uit mijn gedachten wanneer er geroezemoes begint. Vragend kijk ik om me heen, en zie ik dat de leraar verdwenen is, eveneens als enkele oud-leerlingen. Snel laat ik mijn blik over hun heen flitsen en ik zucht opgelucht wanneer ik zie dat Andreas er nog is. We maken oogcontact, maar wanneer ik me bedenk dat ik een staart in heb, kijk ik snel weg, om het elastiekje uit mijn donkere lokken te trekken, en vervolgens loop ik naar Andreas te komen. Inmiddels wordt het steeds rumoeriger. Enkele mensen rennen het lokaal uit, terwijl uit de rest van de lokalen ook steeds meer herrie lijkt te komen, alsof alle leraren verdwenen zijn.
          'Wat is er in godsnaam aan de hand,' mompel ik wanneer ik naast Andreas sta.

    [ bericht aangepast op 1 aug 2014 - 23:54 ]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    ExpectoPatronum schreef:

    Seth Mitchel Richardson
    20 • Verscherpt zicht

    'Ik weet dingen. Ik raakte het boek "Silent Garden" zonet aan, nog nooit van mijn leven gelezen, en het was ineens alsof ik nooit iets anders had gelezen. En de hand van dat jochie, ik wist ineens zijn naam, zijn leeftijd, en...' Ze bijt op haar lip en ik frons even 'En dat zijn moeder de komende tijd niet terug zou komen.' Ik knijp mijn ogen samen omdat ik het niet wil geloven.
    'Seth.' Haar stem is zo kalm en dwingend. Ik kijk haar aan en bijt op mijn lip. 'Dit is niet goed. Als we er van uit gaan dat alle volwassenen en ouderen weg zijn, is er geen politie. Geen brandweer. Geen artsen. Coates moet een grote bende zijn, als het zo ver rijkt. We weten niets.' Ze zegt alle woorden zo kalm en rustig zodat er een rilling over mijn rug loopt. We hebben een probleem. Een heel groot probleem. Alice gaat zitten, maar staat meteen weer op en loopt naar buiten. Ik kijk om me heen en loop haar dan achterna.
    'Woow.' Zeg ik terwijl ik een scheldwoord doorslik. Het is een grote chaos en overal is paniek. Auto's zijn tegen elkaar gebotst en ik staar er naar. Dan draai ik mijn blik naar links, maar Alice ook naar kijkt.
    'What the Fack.' Dit keer hou ik het scheldwoord niet binnen en staar met grote ogen naar de kilometers hoge muur. Zonder dat ik het besef, pak ik Alice hand en blijf naar de chaos staren. Wat is hier nou weer gebeurd!?
    'Waar is Sem?' Is het eerste wat ik weer kan zeggen na een stilte. 'Alice? Jij wist dingen toch? Waar is Sem?' Ik pak nu haar beiden handen en staar haar in haar ogen. 'Ik moet weten waar Sem is. Als Sem achter die muur zit dan...' Tranen staan in mijn ogen terwijl ik door de paniek haar handen fijnknijp.


    Alice 'Al' Fia Haugen.
    - 2O - Psychometry - Perdido Beach -


    Ik ben te diep onder de indruk om te horen wat Seth allemaal zegt. Het bouwwerk heeft iets over zich dat me klein, nietig en hulpeloos doet voelen. En zo voel ik me niet graag. Seth's vingers sluiten zich om de mijne, maar ik trek voor deze ene keer mijn hand niet weg. Normaal ben ik niet zo gediend van menselijke aanwezigheid, maar nu heb ik het nodig.
    'Waar is Sem?' Ik scheur met moeite mijn blik weg van de muur en kijk naar Seth. 'Alice? Jij wist dingen toch? Waar is Sem?' Hij pakt mijn handen en staart me in de ogen. Verward kijk ik terug. 'Ik moet weten waar Sem is. Als Sem achter die muur zit, dan...' Tranen staan in zijn ogen terwijl hij mijn handen fijnknijpt, en daardoor weet ik dat hij echt in paniek is.
    Maar ik weet niet waar Sem is. 'Ik weet het niet, Seth. Het spijt me.' Ik sla mijn ogen neer, maar kan het niet aan hem zo te laten. 'Maar als hij in de school is, hebben we geen tijd om te verliezen. Wie weet wat er nog meer aangericht is behalve... dit.' Mijn woorden komen er onzeker uit, maar dat wil ik niet. Ik moet sterk zijn. Ik laat één van zijn handen los en ren in een tempo dat redelijk vol te houden is richting de school, hem met me mee sleurend. De school was nogal een eindje weg van hier, en het leek me het slimst om via de snelweg te gaan. Geen volwassenen zou geen verkeer betekenen.
    Bij de snelweg aangekomen kan ik niet anders dan stilhouden. Ravage. Kettingbotsingen overal, hier en daar nog een auto die niet in de prak gereden is. Ik wil een auto pakken niet riskeren. Langzaam loop ik langs de auto's, nog steeds verwerkend wat er is gebeurd. Of eigenlijk kan ik het niet eens verwerken.

    [ bericht aangepast op 2 aug 2014 - 11:58 ]


    These rings that I'm breaking are making you a personal debt.

    Sem Emerald Richardson
    2O – Blind / Bovenontwikkelde zintuigen
    •–––•–––•–––•–––•

    Met behulp van mijn bovenontwikkelde gehoor merk ik dat Deirdre is opgestaan van haar stoel en begonnen is aan haar weg naar de deur – oftewel, de plaats waar ik me op dit moment bevind. Mijn hand begint klam te worden doordat ik de klink van de deur veel te strak vast heb, waardoor ik opgelucht ben wanneer ik de bloemengeur van Deirdre’s lichaam steeds sterker begin te ruiken ; ten teken dat ze zich dichter bij mij bevindt.
          Uiteindelijk sta ik toe dat Deirdre mijn hand langzaam uit mijn broekzak neemt en hem in de hare laat glijden, waardoor ik tegelijkertijd mijn andere hand van de klink laat glijden – plotseling meer op mijn gemak dan ik voorheen was, enkel en alleen door het gevoel niet in het duister te staan.
          Wanneer Deirdre woorden over haar lippen laat rollen, frons ik voor een kort moment mijn wenkbrauwen – maar al snel krijg ik in de gaten dat het gericht is op de persoon welke eveneens in de ruimte zit. Ik wist dat Deirdre meerdere malen extra lessen geeft aan leerlingen welke het moeilijk vinden om “normaal” mee te komen ; iets wat ik in haar bewonderde.
          Zwijgend laat ik me vervolgens mee voeren, terwijl ik in mijn gedachten de afslagen probeer te onthouden en uiteindelijk te voorspellen waar we uitkomen. Echter, Deirdre loopt sneller dan ik normaal gesproken zou doen waardoor ik het spoor al snel bijster ben. Door de lucht van kantoorspullen weet ik dat we in de buurt zijn van een van de kantoren van de school – maar doordat er meerdere zijn te vinden, kan ik geen enkele keuze maken. Het gegeven dat er geen unieke geur van een persoon hangt, is tevens moeilijk om de precieze locatie te bepalen.
          ‘Meneer?’ De stem van Deirdre valt voor een minimaal moment stil, maar wanneer er geen antwoord schijnt te komen start ze weer met praten. ‘Misschien is hij koffie aan het halen in de lerarenkamer, laten we daar gaan kijken.’
          Er verschijnt een glimlach op mijn gezicht wanneer Deirdre me mede deelt waar we geen gaan, waardoor ik me direct minder verloren voel in de vele gangen welke de school bevat. Alsof ik mijn eigen route uit kan stippelen.
          Wanneer we halverwege de tocht zijn, hoor ik plotseling allerlei verschillende stemmen door elkaar klinken. Doordat ze minder hard zijn dan normaal, weet ik dat ze achter een deur of muur zitten – hoogstwaarschijnlijk een klaslokaal. Doordat Deirdre voor een kort moment stil blijft staan weet ik dat zij het eveneens heeft gehoord.
          Uiteindelijk komen we aan bij de lerarenkamer en ben ik voor een kort moment verward omdat Deirdre plotseling stil blijft staan. Door de oorverdovende stilte weet ik dat er zich niemand anders in de lerarenkamer bevindt dan Deirdre en ik – iets wat op de een of andere manier angstaanjagend is. Waar zijn in hemelsnaam alle leerkrachten gebleven? Waren ze evenals de conrector daar straks plotseling verdwenen in het niets?
          ‘Sem, er is hier ook al niemand. De koffie is nog warm en er liggen half opgegeten koekjes. . .’
          Voor een kort moment sta ik weer in het duister, maar al snel voel ik de hand van Deirde opnieuw in mijn eigen hand glijden. Het valt me op dat ze hem ietwat steviger vast houdt dan voorheen, wat voor mij aangeeft dat ze zich niet op haar gemak voelt en het mijn hand niet vast heeft om me te begeleiden.
          Mijn kijkers scannen de kamer langzaam, terwijl er een lichte frons in mijn wenkbrauwen verschijnt. De leerkrachten hebben niets achter gelaten – geen geur, geen geluiden. Niets. Alsof ze in rook zijn opgegaan en alle bewijzen van hun aanwezigheid hebben meegenomen.
          Voorzichtig geen ik een zacht kneepje in Deirdre’s hand, meer om haar gerust te stellen dan om mezelf gerust te stellen. Ik was het gewend om geen andere personen te zien – alleen voor Deirdre was dit een geheel nieuwe gewaarwording. Ik kon me niet voorstellen hoe het er uit zou moeten zien nu iedereen plotseling was verdwenen, maar ik wist wel dat het niet in overeenstemming was met de zwarte duisternis die voor mijn ogen dwarrelde.
          ‘Geen zorgen, ze zijn vast ergens anders. Misschien is er een bijeenkomst in de welkomsthal? Of is er een vergadering? Ze zijn vast niet allemaal verdwenen. Dat kan niet. . .’
          Ditmaal was het mijn beurt om Deirdre mee te voeren, geheel op mijn geheugen. Met mijn vrije hand voor uit gestoken voorkom ik het dat ik tegen een muur aan loop. De ingeklapte blindenstok welke aan een van de lussen van mijn broek bungelt weiger ik te gebruiken – ik had hem alleen bij aangezien mijn moeder me anders niet uit huis zou laten gaan.
          Wanneer we uiteindelijk aankomen in de welkomsthal, ruik ik alleen de geur van de plant waarmee ik enige tijd voorheen in gevecht ben geweest. Verder komt er qua zintuiglijke ervaring helemaal niets bij me binnen, alsof alles is verdwenen. Alleen de snelle hartslag van Deirdre naast me hoor ik vaag in mijn rechteroor.
          Plotseling herinner ik me dat Seth me zou komen ophalen van school, maar dat ik zijn geur niet binnen kreeg. Normaal gesproken was hij altijd te vroeg, maar op dit moment kon ik zelfs zijn stem van ver weg niet opvangen.
          ‘D – Deirdre? Je denkt toch niet dat Seth eveneens is verdwenen? Normaal gesproken zou hij er al moeten zijn, maar ik. . . zie hem niet.’
    Ik weet dat “zien” niet echt een goede benaming is voor wat ik doe – maar ik kon het op geen andere manier verwoording. Ik “zag” nu eenmaal anders dan andere personen en Seth en ik hebben al veel plezier gehad met het feit dat iedereen me altijd vreemd aan keek wanneer ik het op deze manier vertelde ; alsof ze dachten dat ik gek was geworden en daadwerkelijk dacht dat ik kon zien.
          Mijn hand begint te trillen wanneer ik Deirdre los laat en op goed geluk naar de balie stap, waar ik mijn hand overheen laat glijden om een telefoon te vinden. Ik moest de bibliotheek bellen om te controleren of Seth daar was – om te controleren of hem niets was overkomen.
    Met woeste bewegingen en een zachte vloek merk ik dat ik geen telefoon te pakken kan krijgen, waardoor ik met een zekere wanhoop op mijn gezicht op kijk richting Deirdre en mijn kijkers vervolgens op de glazen deur richt – hopend dat er iets ; een geur of een geluid ; van Seth naar binnen zou komen dwalen.

    [ bericht aangepast op 2 aug 2014 - 13:51 ]


    •


    Andreas Frederick Lucas Jeager
    Coates · Illusies · 20
    •·•·•


    "Uuuugghhhh." Een klagerige, langgerekte zucht verliet Andreas' mond. Zijn voorhoofd raakte het met papieren bedekte bureau, een doffe bons als geluid producerend. Hij keek op zijn horloge. Vijf voor vijf. Normaal gezien moest hij tien minuten geleden zijn vertrokken, maar dat maakte hem eigenlijk echt niets uit.
          Andreas haalde zijn gezicht van de zware cursus Latijn af en een paar blaadjes dwarrelden op de grond terwijl hij een hand door zijn haar haalde in een poging wat wakkerder te worden. Het was tevergeefs, want hij gaapte luidruchtig vlak daarna.
          Hij haalde even nors en diep adem en besloot met het neerleggen van de aansteker die gewoonlijk op zijn bureau lag, dat dingen in brand beginnen steken misschien toch niet de beste oplossing is. Zes uur. Zouden ze hem zelfs missen als hij niet ging? Maar dan zou hij Aislins gezeur weer moeten gaan aanhoren, dus hij besloot dat hij het best van al toch kon gaan. Andreas raapte de blaadjes van de grond, legde ze hardhandig opnieuw op zijn bureau en ging op zoek naar een lichtelijk minder gekreukt hemd om aan te trekken. Dertig seconden later zag hij er zo ongeveer nog steeds hetzelfde uit als toen hij zijn andere hemd had aan gehad.
          "Mam?" riep hij terwijl hij naar beneden liep en dan opnieuw naar boven om zijn sleutels te nemen, waarna hij de trap weer af ging. Ze gaf geen antwoord. Ze was misschien even naar de winkel of zoiets. Ah ja, ze zou wel zien dat hij weg was en wanneer hij terug kwam. Hij had het haar waarschijnlijk niet eens gezegd, dat hij naar die reünie op Coates ging.
          Andreas liep de deur uit. Al was de wijk waar hij woonde vaak kalm, nu was het toch echt verrassend stil. Er bekroop de jongeman een vreemd gevoel, alsof er iets aan de hand was. Hij fronste zijn wenkbrauwen en kroop twijfelachtig in de auto, achter het stuur. Drie na zes. Het was drie na zes wanneer Andreas de drukkere baan bereikte en wat hij daar zag, deed hem zijn wenkbrauwen nog dieper fronsen. Er was ontzettend veel kabaal, maar er was geen enkele volwassene aanwezig die er wat aan deed. Auto's waren op elkaar en op huizen ingereden en de auto-alarmen schreeuwden over de omgeving uit. Even was Andreas verbijsterd, maar uiteindelijk parkeerde hij zijn auto maar wat aan de zijkant. Coates was maar een paar minuutjes wandelen vanaf dit punt. Andreas had nooit begrepen waarom hij naar de academie gestuurd werd. Ze woonden er nota bene amper drie kilometer vandaan, maar eigenlijk was het niet zo verwonderlijk. Sinds de dood van zijn vader, had Andreas' moeder het moeilijk gehad de opvoeding van haar zoon verder te zetten. Hij bedacht dat het hoogstwaarschijnlijk was omdat ze het niet aankon hem verder alleen op te voeden. Of ze had er gewoon geen zin in. Dat laatste was waarschijnlijker, want ze waren stinkend rijk. De jongeman had het echter nooit erg gevonden. De weekenden thuis bestonden grotendeels uit geruzie. Andreas was meestal degene die ze won, zoals iedereen eigenlijk gewoon van hem was, maar het was nu niet echt iets waar hij veel plezier uit haalde. Hij had alleen willen gaan wonen toen hij weg was van Coates, maar daar had hij het geld niet voor. Of beter gezegd: hij mocht er geen geld voor gebruiken van zijn moeder omdat ze zich schuldig was gaan voelen tegenover haar zoon en wist hij veel wat nog meer voor nonsens. Zwakkeling.

    Andreas had gehoopt dat de deuren van Coates op miraculeuze wijze zouden gesloten zijn, toen hij toekwam aan de school. Hij werd verwezen naar een wetenschapslokaal wanneer hij naar de reünie vroeg aan het onthaal en ging er verveeld binnen - hoe kon het dat iedereen zo verschrikkelijk op tijd was? Hij was letterlijk vijf minuten te laat.
          Zijn ogen gingen automatisch onderzoekend de klas door en stopten bij Aislin, die er volgens hem veel te schattig uit zag in haar labjas en hoge paardenstaart. Hij glimlachte even, maar die glimlach verdween twee seconden later alweer wanneer er geroezemoes door het lokaal ging. Door de vermoeidheid had Andreas er niet eens op gelet, maar de leerkracht was blijkbaar verdwenen. Evenals sommigen van zijn medereüniemensen. De frons kroop opnieuw zijn wenkbrauwen in.
          "Wat is er in godsnaam aan de hand?" Aislins stem deed Andreas opschrikken. Hij keek haar verstoord aan.
          "Hmm?" Haar vraag deed er even over om tot hem door te dringen, maar hij trok één wenkbrauw op. "Wat, krijg ik niet eens een kus?" vroeg hij quasi-beledigd, alsof de chaos die zich nu rondom hen afspeelde helemaal over zijn hoofd ging. Maar dat deed het niet. Hij had eerlijk gezegd moeite om niet overdreven vrolijk te beginnen lachen. "In ieder geval, ik heb geen idee. Maar het is wel vrij amusant." Het leek alsof alle volwassenen waren verdwenen. Nee... Zo leek het niet, zo was het ook écht. Hij greep Aislin bij haar pols en trok haar het lokaal uit.

    [ bericht aangepast op 2 aug 2014 - 16:38 ]


    help

    Blake Daven Agnelli || 18 jaar || Weer verandering || Coates

    “Nee, die man moest mij altijd hebben – zelfs als ik niets deed had hij wel weer iets achter me hand om me van te beschuldigen.” Legde ze me uit voordat ik zei dat het mijn zusje niet was.
    "Ahh, zo'n persoon." zei ik tegen haar. Ik had ook zo'n leraar, al had hij geen bewijzen dat ik die dingen ook daadwerkelijk had gedaan.
    Nadat ik vroeg of ze met me mee naar binnen ging, knikte ze. Normaal gesproken zou ik niemand gevraagd hebben om met me mee te komen. Maar zij wist vast de weg, iets wat ik niet goed meer wist. We wurmden ons door de menigte van chaotische kinderen door, naar de kantine toe. Alysha stopte bij de vitrines en keek naar het eten. “Ze hebben vast nog een opslag kamer waar nog meer eten is – als andere kinderen die niet al aan het plunderen zijn.”
    Ik knikte en keek rond om wat te drinken te vinden in deze chaos. Mijn blik viel op een koelkast, waar ik net naartoe wou lopen toe Al zei:
    “Blake – ik ben zo terug,” Ik knikte en ik zag hoe ze wegging. Vervolgens zette ik Wynter op de grond en liep naar de koelkast toe, die ik opendeed. Erin stonden verschillende soorten pakjes met drinken. Mijn blik viel op een appelsap pakje. Snel pakte ik die en gaf het aan Wynter die zich aan mijn been had vastgeklampt. Dankbaar nam ze het aan en begon te drinken. Toen ik weer opkeek, zag ik dat Alysha weer terug was.
    “Blake, Wynter – dit is mijn broertje Lucca.” Stelde ze ons aan elkaar voor. Ik knikte en glimlachte naar het kleine jongetje. Lucca loopt al gauw op Wynter af om met haar te spelen. Even bleef ik naar ze kijken terwijl ze met elkaar speelden, om er zeker van te zijn dat er niet iets gebeurde met ze.
    "Blijf hier en ga niet verder de kantine in. Tussen de kinderen. Oké?" zei ik tegen ze en beiden knikte om vervolgens weer door te gaan met spelen. Ik wendde mijn blik af en zocht naar Alysha. Al snel zag ik haar op een stoel zitten met een EHBO doos. Echter legde ze de doos alweer weg en stond ze op waarna ze zich naar me omdraaide. “Het is chaos – overal lopen kleine kinderen op straat, de ouderen zijn winkels aan het plunderen en waarschijnlijk doen er een paar nog wat dommere dingen.” Met een zucht haalde ik een hand door mijn haren heen.
    "Dat was al wel te verwachten ja. Er moet weer orde komen, zo kan het niet doorgaan tot alle volw- ouderen weer terug zijn," zei ik. Eigenlijk wou ik volwassenen zeggen, maar bedacht me dat ik zelf volwassen ben. Technisch gezien, omdat ik achttien ben. "Nou ja, een ding per keer," vervolgde ik terwijl ik naar haar knieën knikte. "Wat is er gebeurt met je knieën?" vroeg ik toen. Misschien was hier ergens een megafoon zodat ik kon zeggen dat ze eindelijk eens hun koppen dicht moesten houden.


    It's not that I don't love our little talks, it's just... I don't love them. ~ Loki




    °Lucas Miquel Silveira° Telekinese°


    Zoals verwacht maakte Felicity inderdaad een gekke beweging, en ik lach. Ook Felicity schiet in de lach. "Dat is toch ook wat" lacht ze. "Wat doe jij eigenlijk hier?" vraagt ze vervolgens. "Ik had een sollicitatie" Antwoord ik. "Wie weet ben ik binnenkort wel jouw gymleraar poes" zeg ik met een knipoog. "Kijk!" Felicity wijst naar het klaslokaal en ik zet een paar stappen zodat ik weer naast haar sta en kijk het klaslokaal in, dat vol zit met leerlingen. "Geen docent te bekennen! Iets zegt mij dat er iets niet klopt en ik wil graag uitzoeken wat niet klopt" Aan de manier hoe Felicity praat, en van mij naar het lokaal en weer terug meerdere malen, merk ik dat Felicity in paniek begint te raken.
    Ik ken Felicity al een aantal jaar. Onze vriendschap begon eigenlijk best apart. Ik zat zelf nog op deze school, Ik was 17 geloof ik. Ik zag haar toen op een gegeven moment. Al was het duidelijk te zien dat ze een aantal jaar jonger dan mij was, was er iets dat mij tot haar aantrok. Zoals ik nou eenmaal ben begon ik met haar te flirten maar vrijwel direct wees ze me af. Normaal als iemand dat doet, is mijn ego aardig gekrenkt, dit keer niet. Ik vond het leuk, en mocht haar gelijk. En op de een of andere manier waren vanaf dat moment vrienden. Dat met de jaren alleen maar hechter is geworden. Ik heb zelfs haar litteken gezien. Die op haar rug. Ze schaamt zich er heel erg voor en ik heb haar toen gezegd en dat zou ik nu ook altijd weer zeggen: 'je bent het mooiste meisje dat ik ken, en dat litteken veranderd daar helemaal niks aan' Daarnaast hoopt mijn moeder nog steeds dat Felicity en ik ooit een stelletje worden. Zo gek zijn mijn ouders op Felicity. Ze is ook geweldig.
    Omdat we zulke goede vrienden, zeg maar beste vrienden, zijn weet ik meteen als er iets is en wanneer en hoe ik haar moet geruststellen. "Wie let er dan op deze kinderen?" vraagt ze zacht, nog voor ik iets kan zeggen. "Ik ga een docent zoeken" Ik rol met mijn ogen en loop achter Felicity aan. "Daar zijn jullie!" roept Felicity. Gelukkig, misschien weten zij waar de directeur is. "Hey! w-" nog voor ik mijn zin kan afmaken, of überhaupt normaal kan beginnen zijn ze weg. Zomaar ineens weg. Poef, weg. Geen knal, geen flits, ineens weg. Felicity draait zich om. "Zag je dat?" Ik frons mijn wenkbrauwen en krab even op mijn achterhoofd. "Ik ben blij dat jij het zag poes, anders had ik mijn eigen ogen niet gelooft en zou ik denken dat ik gek aan het worden ben"
    Ik pers even mijn lippen nadenkend op elkaar. Vervolgens leg ik mijn hand op Felicity haar schouder. Even knijp ik er zacht in. "Het eerste wat we gaan doen is niet in paniek raken" Ik leg mijn wijsvinger onder Felicity haar kin en til haar hoofd iets op zodat ze me recht aan kan kijken. "Hoor je me, niet in paniek raken" Ik maak mijn ogen zelfs nog een beetje groter terwijl ik dat zeg.
    "Ik denk dat we maar even moeten uitzoeken wat hier aan de hand is, En terwijl we dat doen kunnen we gelijk maar even mijn broertje en mijn zusje zoeken. Alysha is 16 dus die moet zich wel even redden, maar Lucca is vier en als zijn begeleidster zo verdwenen is als zij daarzo, heb ik denk ik een probleem" zeg ik. Ik glimlach alsof ik me helemaal geen zorgen maak en er helemaal niks aan de hand is. "Komop poes" Ik pak Felicity haar hand vast en verstrengel haar vingers met de mijne. Vervolgens trek ik haar mee naar het trappenhuis. Als ik mijn telefoon tevoorschijn haal zie ik dat ik helemaal geen signaal heb. "Ook dat nog eens" zucht ik. "Let's go Babe, let's go find some people."

    [ bericht aangepast op 3 aug 2014 - 22:11 ]


    [i]Help always come when people fight for right - Tonto [/i]

    Seth Mitchel Richardson
    20 • Verscherpt zicht

    'Ik weet het niet, Seth. Het spijt me.' zegt Al en ik voel een traan over mijn wang lopen. Mijn handen omklemmen de hare nu minder, maar ik blijf haar aanstaren. Sem kan niet weg zijn. Dat zou hij me nooit aandoen. 'Maar als hij in de school is, hebben we geen tijd om te verliezen. Wie weet wat er nog meer aangericht is behalve... dit.' Haar woorden klinken onzeker en ik blijf haar aanstaren. Een van haar handen glijdt uit de mijne en we rennen, eigenlijk sleurt ze mij meer mee, hand in hand richting de school in Perido Beach. Bij de snelweg stopt ze en ik kijk naar de ravage die ik aantref. Zoveel botsingen en ongelukken. Opengeklapte en opgeblazen airbags, in elkaar getimmerde auto's... Als ik onze theorie moet aanhouden zit er niemand in, maar zo zeker is dat eigenlijk helemaal niet. Ik heb ook een rijbewijs en ik ben hier ook nog. Stel dat je in zo'n auto rijdt en de bestuurders van de andere auto's verdwijnen... Of je kind zit naast je... Rillingen kruipen over mij heen en met mijn losse hand veeg ik de tranen weg. Ik moet weten waar Sem is. Ik volg Alice langs de auto's terwijl ik er niet in probeer te kijken. Ik kan het nu niet aan om een lijk aan te treffen. Dan space ik hem helemaal.
    Eindelijk gaan we de snelweg weer af en er zijn hier minder botsingen.
    'Wat als Sem weg is, Alice? Wat moet ik dan doen?' vraag ik met een hoge, onnatuurlijke stem. Zodra we de wijk van de school binnen komen lopen, begin ik haar mee te sleuren richting de school. Ik was hier zo vaak geweest. Zo vaak. Maar dan met Sem en niet zonder hem. De straten zijn vol met huilende kinderen en tieners die wanhopig verbinding proberen te krijgen. Zelfs op dit punt kan ik de angstaanjagende muur zien.
    Zodra we bij de fietsenrekken van de school aankomen, knijp ik iets meer in Alice hand. Niet wetend wat ik moet verwachten.


    And don't forget, Elvendork! It's unisex!

    Lyron Avalard Lonsdale//Tekeningen tot leven wekken
    Ik liep door de gangen als me de jongen met de naam Michael me opviel. Ik kende hem, we zaten in dezelfde klas en het viel me ook op dat ik naar beneden moest kijken. Hij had moeite met me bij te houden. Ik hoorde dat hij vroeg naar de leraren en de bepaalde kinderen, maar daar kon ik geen antwoord op geven. Ik botste bijna tegen een persoon op die ik nog net kon ontwijken, voordat ik hem zowat omver liep.
    Daarna hoorde ik Michael iets zeggen over een alien aanval, maar ik had echt niet het gevoel dat het aliens waren. Zelf rende hij voorruit en verdween om de hoek. Ik liep naar buiten waar meerdere kinderen zich verzameld hadden en sommige waren op de fiets gesprongen en naar perdido beach gereden.
    Auto's waren aan de kant geslingerd en sommige waren tegen elkaar aan gebotst.
    Wat is hier in godsnaam toch gebeurd.
    Een klein meisje trok aan mijn shirt en keek met een trillende lip me aan. 'Ik wil naar mama toe,' zei ze en ik keek voor me uit, niet wetend wat ik moest zeggen. Ik hurkte tot haar hoogte en pakte haar hand vast en kneep er rustig in.
    'Je moeder komt straks terug, even geduld. Weest een sterke meid.' Het meisje knikte en liep naar haar vriendinnen.
    Ik beende naar mijn eigen fiets en trapte met een zekere snelheid naar perdido Beach.
    Ik kwam bij het plein waar de kerk stond. Hij keek om zich heen en kon verschillende kinderen bij elkaar zien staan. Ik pak mijn schetsblok uit de tas en een potlood en ga op het randje van een bankje zitten en sla de bladzijdes om naar de laatste tekening.
    Ik begon de tekening rustig af te maken en hoopte dat ik nu niet gestoord werd door de kinderen om me heen.


    Vampire + Servant = Servamp

    Felicity Marylin O'Connor
    Helende gaven


    We raakten een beetje aan de praat, ik en Lucas. Hij was hier vanwege een sollicitatie. Hij wilde sport docent worden. Iets waar ik hem uitermate geschikt voor vond. Hij was sportief, kon goed met kinderen overweg en had een hart van goud. Hij probeerde me ook de hele tijd gerust te stellen, iets waar ik me erg fijn bij voelde. Ik snapte echter niet waarom ik hem ooit had afgewezen. Hij was eigenlijk best wel heel erg leuk. We hadden elkaar ontmoet op het schoolplein. Hij stond daar met wat vrienden te kletsen en probeerde contact met me te krijgen. We wisselden na een tijdje nummers uit en werden beste vrienden. Dit kwam waarschijnlijk, erg goed kon ik het me ook niet herinneren, vanwege het feit dat ik voelde dat ik nog niet klaar was voor een relatie. Misschien was ik wel bang dat hij me zou bedriegen, omdat hij best wel een beetje een playertje was. Wel op een leuke manier of course. Zijn moeder zag me in ieder geval wel erg graag. Ik kwam haar wel eens tegen in de supermarkt. Hoe zou het nu eigenlijk met haar gaan? Ze kon zo leuk beginnen over het feit dat Lucas en ik een leuk stel zouden zijn. Ik voelde me er telkens weer ongemakkelijk bij. Ik zou maar wat graag een stel met hem vormen, maar was het niet een beetje dom om op een afwijzing terug te komen. Straks voelde hij niet eens hetzelfde voor mij.
    Even dacht ik terug aan de flits die we hadden gezien. Hij had er serieus op gereageerd voor iemand die nog wel eens een grapje maakte.
    "Ik ben blij dat jij het zag poes, anders had ik mijn eigen ogen niet gelooft en zou ik denken dat ik gek aan het worden ben" had hij gezegd.
    Ik mocht hem wel. Hij was een leuke en aardige jongen. Wellicht zou ik op een ander moment mijn hart kunnen luchten over wat er in mijn hoofd rondspookte. Nu was in ieder geval geen goed moment. De docenten waren weg en er waren kinderen die geen begeleiding hadden, terwijl ze dat wel nodig hadden. Ineens verstrengelde Lucas zijn vingers in die van mij en trok me mee richting het trappenhuis. Hij haalde zijn telefoon tevoorschijn en stopte die met een zucht weer weg.
    "Komop poes, let's go find some people" zei hij
    Ik knikte en pakte zijn hand nog wat steviger vast. Ik besloot dat het misschien wel slim was om te kijken of er iemand thuis was bij hem. Misschien kon zijn moeder ons helpen. Een ding wist ik zeker. Deze situatie beviel mij niet en ik wist gewoon zeker dat er nog meer speelde. Ik moest het echter nog even met eigen ogen zien. Eerst zien dan geloven, right?
    "Zullen we anders kijken of je moeder thuis is?" vroeg ik.


    26 - 02 - '16



    °Lucas Miquel Silveira° Telekinese°


    "Zullen we anders kijken of je moeder thuis is?" vraagt Felicity. "Goed idee. Ik kijk eerst even bij Lucca" Ik ren naar de beneden verdieping, waar de opvang zich bevind. Ik zie overal kinderen maar geen Lucca, en ook geen begeleiding. Na tien minuten zoeken geef ik het op en ren terug naar Felicity. "Hij is er niet" zeg ik iets wat bezorgd. "En ook de begeleider niet." hijgend leg ik mijn handen even op mijn hoofd terwijl ik probeer na te denken. "Nee, ik weet niks." Ik lik over mijn onderlip en bijt dan erop. "Kom we gaan naar mijn huis. Misschien zijn mijn ouders er" Ik pak Felicity haar hand. "Kom, mijn auto staat voor" Ik trek Felicity met me mee de trappen af en het gebouw uit. Daar is het een en al chaos. "Fijn. Super. Geweldig." Ik gooi mijn handen even in de lucht, voor ik Felicity haar hand weer pak en meetrek naar mijn auto. Ik kruip achter het stuur en wacht tot Felicity ook zit.
    Ik rijd met een aardige snelheid richting mijn huis. Helemaal als je bedenkt dat ik van alles moet ontwijken. Met een paar aardige stuur bewegingen parkeer ik mijn auto op mijn plek. Ik spring de auto. Wacht van de een op de andere been hoppend op Felicity en ren dan het huis binnen. "MAM?" roep ik. "MAMAA " Ik ren naar de keuken waar ik snel het gas uit moet zetten voor de soep over kookt. "pap?" roep ik terwijl ik de trappen op ren tot aan zolder en weer terug. "Niemand" zeg ik als ik weer voor Felicity sta. "Er is niemand..." Ik leg mijn hand even op mijn voorhoofd. "Niemand is thuis, maar de soep voor vanavond stond aan..." Even voel ik dat ik in paniek ga raken, maar dan kijk ik Felicity recht aan en weet waarom ik niet in paniek moet raken. "Het komt goed" zeg ik vervolgens. "Laten we even nadenken. Directeur is plotseling verdwenen met de secretaresse. De docenten zijn weg, Lucca's begeleider is weg en mijn ouders zijn onvindbaar. " Ik kauw even op mijn onderlip. "Dus het ziet er naar uit dat de volwassenen aan het verdwijnen zijn" zeg ik. "Nou laten we even naar de voordelen kijken. We hebben onderdak. Dat kan hier, of dat kan bij jou. Ja ik vind dat we bij elkaar moeten blijven" Ik kijk Felicity even streng aan en knipoog dan speels. "Ik kan koken, als de supermarkten nog rechtovereind staan kunnen we gewoon eten.. Het nadeel is.." Ik kijk Felicity even aan. "Ik moet mijn broertje en zusje vinden. Als ik niet weet waar mijn broertje is zal ik niet makkelijk kunnen slapen ben ik bang"
    Ik leun even tegen de deurpost. "Nog een voordeel; Mijn moeder kan me niet meer aan mijn kop zeuren over jou" ik grijns breed. "Ze is echt gek op je, Het liefst zou ze willen dat ik gisteren nog met je zou trouwen, Maar ze begrijpt het woord afwijzing niet zo goed geloof ik" Ik wrijf met mijn pols over mijn voorhoofd. "maargoed.." Ik kijk Felicity even recht aan. "Wat is de volgende stap poes?" Ik ga weer overeind staan. "Ik weet het namelijk niet zo goed. Jij bent de enige aan wie ik dit ga toegeven en als je het ooit aan iemand verteld zal ik je helaas moeten vermoorden" zeg ik quasi serieus. "Maar ik ben bang. Ik ben mijn ouders kwijt- God mag weten waar ze zijn. Ik ben mijn broertje kwijt- ik weet niet waar hij is. Dat arme jochie zal wel bang zijn. Wat nou als iets hem overkomt? Ik vergeef het mezelf nooit. En Alysha? is zij nog op Coates of ook ergens heen gevlucht" Ik begin te ijsberen maar sta vervolgens weer stil voor Felicity. "Maar Gelukkig ben jij bij me. Kom we gaan iets uitvinden of uitzoeken of hoe dat verdomme ook heet" Ik pak haar hand en geef er een kneepje in.

    [ bericht aangepast op 6 aug 2014 - 22:56 ]


    [i]Help always come when people fight for right - Tonto [/i]

    Deirdre Emmylou Fairchild
    White light manipulation • 19 • Perido Beach
    •••••


          Sem geeft een zacht kneepje in mijn hand, maar erg geruststellend is het niet. Het is te raar voor woorden dat alle leraren ineens verdwenen zijn. Het lijkt wel iets uit een science-fiction of horrorfilm. Het kan echter ook één grote grap zijn van de leraren, dat ze met z'n allen hebben afgesproken om zomaar te verdwijnen. Sem kan tenslotte niks zien, dus de directeur kon gemakkelijk bij hem weglopen, al vind ik het nog steeds niks voor hem om zo'n grap uit te halen bij een blinde jongen. De andere leraren, die bezig waren met lesgeven, konden gedaan hebben dat ze naar de wc moesten en vervolgens gewoon niet terug gekomen zijn. Vertwijfeld bijt ik op mijn onderlip.
          ‘Geen zorgen, ze zijn vast ergens anders. Misschien is er een bijeenkomst in de welkomsthal? Of is er een vergadering? Ze zijn vast niet allemaal verdwenen. Dat kan niet...’
          'Maar dan hadden we hun stemmen wel ergens gehoord. Zo groot is de school niet, dat ze over het hoofd te zien zijn,' mompel ik zacht, terwijl ik me mee laat trekken door Sem. Ondanks dat hij niet kan zien, voel ik me wel veilig bij hem.
          Bij de welkomsthal aangekomen, is daar niemand te zien. Geen spoor van leraren, enkel lawaai uit de lokalen dichtbij de hal. Onbewust knijp ik iets harder in Sem's hand.
          ‘D – Deirdre? Je denkt toch niet dat Seth eveneens is verdwenen? Normaal gesproken zou hij er al moeten zijn, maar ik. . . zie hem niet,' zegt Sem dan. Ik wil zeggen dat hij zich geen zorgen hoeft te maken, als hij mijn hand loslaat en richting de balie stapt. Zijn hand glijdt over de balie heen, alsof hij naar iets zoekt. Hij lijkt het niet te kunnen vinden, gezien hij enkele woeste bewegingen maakt en zacht vloekt, om vervolgens met een wanhopige blik op zijn gezicht naar mij te kijken. Enkele seconden later richt hij zijn gezicht op de glazendeur.
          Ik loop naar Sem toe en verstrengel mijn vingers weer met de zijne. 'Als jij er nog bent, dan is Seth er vast ook nog wel,' mompel ik sussend. 'Misschien zijn er enkel hier op de school mensen verdwenen.' Ik blijf zijn hand vast houden en buig me over de balie heen, opzoek naar hetgeen wat Sem wellicht zocht. De telefoon. Met mijn vrije hand pak ik de telefoon vast, maar wanneer ik het alarmnummer bel, krijg ik alleen geen gehoor. 'De telefoon doet het niet, zelfs het alarmnummer niet,' zeg ik verontrust. Ik friemel mijn mobiel uit mijn broekzak, maar ik heb geen bereik. 'En mijn mobiel heeft geen bereik.' Ik zucht zachtjes en leun met mijn hoofd tegen Sem's borstkas. Ik heb zelf nu niet echt mensen om me druk over te maken, gezien ik enig kind ben en mijn ouders beide niet in Peridobeach werken, maar ik snap dat Sem zich zorgen maakt om Sem. 'Laten we hier gewoon nog even wacht om te kijken of je broer komt en da-' Ik stop met praten wanneer ik me iets realiseer. Ik heb zelf geen jongere broertjes en zusjes, maar mijn buren wel. Ze brengen het kleine meisje overdag naar de crèche, maar wat als... 'Sem,' begin ik zacht, 'wat als de kleuterleiders bij de crèche ook verdwenen zijn'



    Aislin Delphine Easton
    Siren song • 17 • Coates
    †††


          Andreas kijkt me verstoord aan. 'Hmm?' zegt hij met een opgetrokken wenkbrauw, alsof mijn vraag niet tot hem doordringt. 'Wat, krijg ik niet eens een kus?' vraagt hij nep-beledigd. Ik steek mijn tong naar hem uit. 'Er zijn op eens mensen verdwenen, en het enige waar jij aan kunt denken, is zoenen. Wat ben je toch een typische man,' grinnik ik, terwijl ik hem in zijn zij por.
          'In ieder geval, ik heb geen idee. Maar het is wel vrij amusant.' Na deze worden pakt hij mijn pols vast. Voor ik het weet ben ik het lokaal uit en heb ik geen tijd om de labjas uit te trekken. 'Waar gaan we heen?' Typisch zichzelf als hij is, geeft hij natuurlijk geen antwoordt. Maar waar hij me ook heen sleept, het valt me op dat we in de gangen geen enkele leraar tegenkomen, dat er bijzonder veel herrie uit de lokalen komt en er veel leerlingen door de gangen dwalen. 'Wat is dit ooit,' mompel in mezelf.

          Bij de ingang van de school gekomen, stopt Andreas met lopen. 'En wat ben je nu van plan, Sherlock?' vraag ik. Het wordt steeds drukker, maar het zijn alsnog enkel leerlingen en geen leraren. Ik friemel mijn mobiel uit mijn broekzak, maar ik heb geen bereik. 'Vreemd,' mompel ik, waarna ik zachtjes zucht en mijn mobiel weer in mijn broekzak stop. 'We moeten terug naar het lokaal. Ik wil niet de rest van mijn leven rondlopen met een labjas en mijn tas staat nog in het lokaal. Daarnaast zijn er vast een paar sukkels die vergeten zijn hun gasbrander uit te zetten.'

    [ bericht aangepast op 13 aug 2014 - 0:02 ]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered