• De drie grote families. De Starks, de Lannisters en Targaryen hebben het eindelijk goed. Al na tien jaar is er geen oorlog meer en leeft iedereen in de zeven koninkrijken in harmonie samen en is er grote welvaart. Op de ijzeren troon zit de familie Targaryen en zij laten hun bloed weer verbinden met andere huizen door huwelijke af te sluiten. Het is eindeljik een paradijs op de verkrachtingen en brute moorden na. Als er een groot feest word gehouden in Koningslanding word er een huwelijk afgesloten. Één tussen de zoon van de Targaryen en de dochter van de Lannisters. Één tussen de zoon van de Starks en de dochter van de Targaryen en een huwelijk tussen een zoon van de Starks en de dochter van de Lannisters.
    Willen deze prinsen en prinssesen dat wel? Ze kunnen in opstand gaan tegen hun ouders of zich erbij neer leggen. Misschien hebben ze hun hart al aan iemand verloren en moeten ze die nu voor altijd gedag zeggen.
    Aan hun de keus.


    Rollen:

    Targayen

    Koningin: Maelesys Targaryen ~ Cissy 1,11
    Prins: Augustus Targaryen ~ Nevergirl 1,5
    Prinses: Rosemary Targaryen ~ VladiFerr 1,2
    Bastaarddochter: Rhaeyna Blackfyre ~ McGonnagall 1,4


    Starks
    Prins: Rickard Brandon Stark ~ Sand 1,7
    Prins: Eddard Stark ~ Squib 1,4
    Prinses: Lyanna Mira Stark ~ Cathedrals 1,7
    Bediende: Jilliyan Yden Nalor ~ Sabaism 1,6


    Lannisters
    Prinses: Sabaism
    Prinses: Joanna Lannister ~ Waldeinsamkeit 1,5



    Andere belangrijke personen


    Huwelijksgast: Alessandra Fossoway ~ Merlyn 1,11
    Huwelijksgast: Lorent Tyrell ~ Nimble 1,10
    Bordeel eigenaar: Nymeria Fregar ~ Nimble 1,7
    Kings guard: Ser Thoros "The Little Pup" Clegane ~ Shadowhunter 1,10
    Vrouwe van de Stormlanden: Isabeth Baratheon ~ Squib 1,7
    Bastaarddochter: Arianne Martell lid van de Small Council als Master of Whisperers ~ Shadowhunter 1,11
    Geheime liefde: Rylen Wyl ~ Cissy 1,4


    Regels:


    – 200 woorden minimaal.
    – Minstens 2 keer in de week reageren.
    – Niet meer dan 2 personages.
    – Een reservering blijft 72 uur staan.
    – geen perfecte personages.
    – 16+ is toegestaan.
    – Ga niet als een snel trein reageren. (Dus niet dat als een iemand 2 dagen niet online is kunnen zijn er 3 pagina's erbij zijn)
    – Naam verandering door geven.
    – Je hoeft GOT niet te hebben gelezen of hebben gekeken, maar als je even wat meer informatie wilt PB mij dan of zoek het zelf op (:



    Het begin
    Iedereen komt net aan in Kingslanding en het feest is al in volle toeren bezig. In het paleis is het vol met lekkernijen, gezelligheid en kamers voor de gasten. De gasten worden in alle rust door bediendes begeleid naar hun kamers, terwijl in de keukens het ene na het andere meesterwerk word klaargemaakt. De prinsen en prinsessen hebben ieder hun eigen ding te doen. In hun kamer blijven tot het diner of door de stad rondstruinen en de pracht en praal bewonderen van Kingslanding. Ook in het dorp word druk feest gehouden en is het dus nergens rustig.



    [ bericht aangepast op 9 feb 2015 - 9:51 ]


    "Rebellion's are build on hope"


    Cersei Lannister

    Aan haar gelaatsuitdrukkingen te zien vindt de dame tegen wie ik ben aangebotst het niet erg. Gelijk neem ik aan dat er vast en zekere ergere personen zijn om tegen aan te botsen. Voor zover ik kan zien is de vrouw een aantal jaar ouder dan mij, haar gezicht staat vriendelijk, gelukkig.
    "Het geeft niets," Zegt ze, waarop ik even glimlach. "Ik ben Isabeth Baratheon, met wie heb ik het genoegen?" Vraagt ze daarna. Isabeth Baratheon, lady of Storm's End, an ik me herinneren van mijn lessen. Vader vond het hoognodig dat ik wist wie overal bij hoorde. Baratheon, dat zou, in hoeverre ik daar verstand van heb, betekenen dat we ergens verre familie zijn. Denk ik, al ben ik niet echt goed in het onthouden van wie er allemaal op een één of andere manier familie kunnen zijn. Mijn kennis van mijn eigen bloedbanden gaan voornamelijk over personen die mijn achternaam delen. Dat maakt het makkelijk te onthouden, meer dan dat zou naar mijn mening eerder gissen zijn. {Tenzij ze weten dat ze Tommen en Myrcella niet Roberts kinderen zijn, maar ik ga er even uit van niet. Hoewel ik dan ook niet weet waarom ze eigenlijk Lannister heet in dat geval. Het zal wel.}
    "Het is mij een genoegen om u te ontmoeten, lady Baratheon." Zeg ik nadat ze zich heeft voorgesteld. Ik ben ervan op de hoogte dat zij Storm's end heeft geërfd, wat ik persoonlijk een hele prestatie vindt voor een vrouw. "Mijn naam is Cersei Lannister." Zeg ik erachteraan.

    [ bericht aangepast op 9 feb 2015 - 17:01 ]


    She was always looking for more..


    Rylen Wyl


    Na een lange reis uit Dorne steeg ik af van mijn paard, ik bekeek de stad nog eens even, goed, en ging toen de stad zelf in. Het was geen gelukkig bezoek dat ik hier was. Ja, voor de man die met de liefde van mijn leven zou trouwen zouden de komende dagen waarschijnlijk de gelukkigste van zijn leven zijn. Ik hoopt e dat hij dit wist. Maar ik zou hier zijn om de ceremonie en het feest bij te wonen, en ik zou hier zijn voor Rosemary, mocht ze me nodig hebben. Maar ik wou haar gewoon zien, dat wou ik bovenal. Ik wou haar prachtige ogen nog een keer zien, en haar haren nog een keer door mijn vingers laten glijden totdat ze niet meer van 'mij' was, en behoorde tot een ander. Ik slikte, terwijl ik mijn paard de stad in leidde, en een stal in liep waar hij voor wat geld kon blijven staan.
    Nadat ik de man betaalde ging ik weer weg, en liep door de stad, op weg naar de Red Keep. Er mocht dan wel vrede zijn, maar King's landing is niks veranderd volgens de verhalen die ik had gehoord van mijn grootouders. Er waren nog steeds bedelaars en een overvloed aan arme mensen. Zeer waarschijnlijk zaten er ook wel verkrachters bij.

    Ik had apart gereis van mijn familie, die vanochtend of gisteravond aangekomen zouden moeten zijn. Ik had ze verteld dat ik nog iets af moest handelen, maar eigenlijk was alles een beetje teveel voor me, en had de reis alleen me gekalmeerd. Toen ik bij de Red Keep was zag ik ergens een banier van het huis Wyl. Ik glimlachte, ze waren er dus al. Toen ik naar binnen liep, en door de gangen liep kwam ik mijn familie tegen, in de troonzaal. Ik zuchtte nogmaals, hopelijk werd deze dag nog ietsje beter vandaag.

    [ bericht aangepast op 9 feb 2015 - 18:12 ]


    "I would have followed you, my brother... my captain... my king."


    LUCIYA GWENDYS LANNISTER
    "A Lannister always pays his debts"


          Een zucht verliet m'n lippen, terwijl ik lichtjes pikeerd aan m'n bordeauxrode jurk trok; een jurk met op de buik de leeuw van het Huize Lannister. Het was voorspellend dat ik die jurk had moeten dragen, alhoewel een gewoon rood gewaad het in mijn ogen ook niet slecht zou doen. Maar wie had hier wat te zeggen?
          M'n hete hand omvatte de koele leuning van de trap. Het wemelde al aardig van de mensen, iets wat me ongelofelijk geruststelde. Waarom? De vraag bleef spoken, alhoewel ik geen enkel motief voor de toenemende massa vond. Een zucht borrelde in me op, nadat ik de trappen langzaam en met gratie aftrad.
          Het klaarblijkelijke feit met een jongere prins te trouwen, een Stark -- deed me niet veel. Bovenom wou ik dit helemaal niet, omdat mijn hart al zonderaf voor iemand anders klopte. En dat andere persoon wist zich vanavond onder ons te bevinden en dat maakte me toch enigermate gelukkig, een vreugde.
          M'n hofhouding volgde me op mijn hielen, terwijl ik rondom me heen felicitaties binnenkreeg. Een felicitatie voor een ongewild huwelijk zou je eerder een soort belustiging noemen; zo telde het voor mij.
          "Onze felicitaties, Vrouwe Luciya. We hebben vernomen dat U en Heer Eddard verloofd zijn. Mag ik U voorstellen aan mijn verloofde, Vrouwe Allessandra Fossoway van Cider Hall." Een stem, een man en een vrouw die voor me bogen, Lorent. Ik zakte in een kleine buiging en knikte met mijn hoofd naar de Heer van Highgarden en zijn vrouw. "Het nieuws loopt snel onder de mensen rond, mij is het al een kleine gewoonte geworden vanavond gefeliciteerd te worden, Mylord. En het is me natuurlijk een eer Vrouwe Alessandra te ontmoeten," opperde ik met een rustige en beleefde stem. Ditmaal herhaalde ik de knik en rechtte mijn rug, de hele hofhouding bleef haast als wachters achter me staan.

    [ bericht aangepast op 16 feb 2015 - 14:48 ]


    "Satan's friendship reaches to the prison door."


    Isabeth Baratheon

    ‘Het is mij een genoegen u te ontmoeten, lady Baratheon. Mijn naam is Cersei Lannister.’
    Tot mijn vreugde had ik gelijk – ik had er een hekel aan om verkeerd te zitten, zelfs als niemand anders ervan wist. ‘Noem me alsjeblieft Isabeth,’ zei ik met een vriendelijke glimlach. 'Volgens mij zijn gelukswensen op zijn plaats, ik hoorde dat u op het punt staat met prins Augustus te trouwen. Voor u hoop ik dat je een gelukkig leven met hem kan opbouwen.'
    Het leek me verschrikkelijk om in haar schoenen te staan, ze zat vast aan een huwelijk met iemand die ze waarschijnlijk amper kende en waarvoor ze zelf nooit heeft gekozen. Mijn vader had zich nooit met mijn huwelijk of mijn verloving bemoeit. Hij was een bastaard die in de arme wijken van Koningslanding was opgegroeid en alleen gelegitimeerd omdat hij de Stormlanden achter zich had staan nadat de volledige Baratheon familie was uitgeroeid en hij zich in de strijd had bewezen. Mijn vader was een goede heer en een geweldige strijder, hij had echter niets met politiek en het idee dat ik met iemand zou trouwen die ik niet zelf had uitgekozen om de positie van de familie te verbeteren vond hij een belachelijk plan. Achteraf gezien zou de tijd na zijn dood waarschijnlijk makkelijker geweest zijn als ik een echtgenoot of in elk geval een verloofde had maar mijn leven was zo gelopen en eerlijk gezegd was ik er blij mee, de afgelopen vijf jaar had ik kunnen bewijzen dat ik de heerser van de Stormlanden was en ik geen man nodig had om te leiden.


    Remember to be ridiculous.

    ALESSANDRA FOSSOWAY

    Darling I'm a nightmare dressed like a daydream



          Met een zucht laat ik Lorent mij van mijn paard afhelpen. Ik vind het maar niks dat ik hierheen moest met hem, gezien ik toch een aparte uitnodiging heb gekregen van Rickard gekregen heb. Nu met Lorent erbij zal ik vast een boel politiek gepraat horen. Gatver. Ik kijk er nu al naar uit om weg te kunnen glippen, volgens mij ergert Lorent zich dood aan me, dus hij vindt het vast niet erg. En mocht hij het wel erg vinden, dan heeft hij pech.
          De reiskleding verwissel ik met een blauwe jurk, waarvan ik vermoed dat mijn moeder hem expres deze kleur heeft laten maken omdat ik dan match met Lorent, en niet zo zeer omdat het een kleur is die me staat. Gelukkig is het niet zo'n saai geval, maar heeft het een v-hals en zorgt het voor blote armen.
          'Zullen we eerst het koningspaar begroeten?' vraagt Lorent. Ik haal slechts enkel mijn schouders op, ik zal wel niet veel keuze hebben. Hij haakt zijn arm door de mijne en leidt me zo door de mensenmassa heen, om te stoppen voor de Iron Throne, waar de koning en koningin zitten. Ze zijn interessant, met hun ontzettend lichte haren en paarse kijkers. Wat misschien nog wel interessanter is, is dat ze broer en zus zijn. Ik moet er niet aan denken om met mijn broer te moeten trouwen, maar goed, waarschijnlijk hadden ze niet veel keuze gekregen van hun ouders.
          Wanneer Lorent een buiging maakt, volg ik zijn voorbeeld. Ik heb nu alweer genoeg van al dit formele gedoe, het zal nog een lange dag gaan worden. Het koningspaar knikt slecht lichtelijk, maar had je anders verwacht? We zijn vast niet interessant voor hen.
          Eenmaal we voor de Iron Throne zijn weggestapt, duurt het niet lang voordat Lorent iemand anders op het oog krijgt en we op die persoon afstappen. Volgens mij is het een man van één van Lorent's Sworn Houses, maar ik zou niet zo één, twee, drie weten welke.
          'Lorent, vriend! Waar heb je toch gezeten!' roept de man uit. 'Je hebt wat gemist. Één of andere kerel uit de Free Cities stormde daarnet de troonzaal binnen en begon allerlei dingen te schreeuwen. Ik weet niet eens wat hij zei, maar het was geweldig!' Ik mag de man nu al. Door de manier waarop hij praat heb ik het idee dat hij zoveel formeelheden ook niet nodig vindt.
          'Dat geloof ik best, Gerold. Heb je mijn verloofde, Vrouwe Alessandra, al ontmoet?' Bij deze woorden gebaard hij naar mij, waarop de man een lichte buiging maakt. Ik maak maar een lichte buiging terug, gezien ik er geen zin in heb dat ik straks gezeur van Lorent krijg dat ik niet beleefd genoeg ben.
          'Het is een eer om u te ontmoeten, Milady. Heer Lorent heeft al veel over u verteld,' zegt de man, die dus Gerold heet, met een knipoog.
          'Insgelijks, mylord,' zeg ik met een charmante glimlach. 'Afgezien dat van veel vertellen dan. Hij heeft niks over u verteld,' vervolg ik. 'En jammer dat we dat we dat van die man hebben gemist hebben, waarschijnlijk is dat de meest interessante gebeurtenis van de hele dag.'
          Gerold lijkt er over te willen beginnen, maar Lorent onderbreekt hem. 'Zo is het wel genoeg, Gerold.' Natuurlijk, het gesprek zal maar eens niet over politiek gaan. 'Zullen we Vrouwe Luciya onze felicitaties meedelen, liefste?' Voor ik überhaupt antwoord kan geven of met mijn ogen kan rollen omdat hij mij "liefste" noemde, haakt hij zijn arm weer door de mijne en sleept hij me ergens anders heen. 'Ik hoor later graag over die ene man!' roep ik nog naar Gerold.
          Wanneer we bij Luciya aankomen, maken we een buiging, waarop de jonge vrouw ook een buiging maakt. 'Onze felicitaties, Vrouwe Luciya. We hebben vernomen dat U en Heer Eddard verloofd zijn. Mag ik u voorstellen aan mijn verloofde, Vrouwe Alessandra Fossoway van Cider Hall.' Ze moet trouwen met Eddard, Rickards jongere broertje, en ik vraag me af of ze het niet erg vindt dat ze met iemand moet trouwen die jonger is dan zijzelf is. Ik zou het in elk geval niks vinden, wat dat betreft heb ik wel geluk met Lorent.
          'Het nieuws loopt snel onder de mensen rond, mij is het al een kleine gewoonte geworden vanavond gefeliciteerd te worden, Mylord. En het is me natuurlijk een eer Vrouwe Alessandra te ontmoeten,' zegt Luciya op een kalme toon. Ik glimlach naar haar. 'Het genoegen is geheel insgelijks. Ik hoop dat u een fijne dag zal hebben.'
          Er loopt een bediende langs met gevulde wijnglazen op een dienblad, waarop ik een glas van het blad pak en met een onschuldig gezicht gelijk een grote slok neem. Ik zal wijn wel nodig hebben, wil ik deze dag niet omkomen van verveling.
          De rest van het gesprek let ik niet meer echt op en wanneer ik de wijn op heb, besluit ik om er vandoor te gaan. Hoogtijd om Rickard te zoeken. 'Als u mij wilt excuseren,' meld ik Lorent en Luciya, waarna ik een lichte buiging maak en vervolgens snel wegloop. Het lege glas laat ik achter op een tafel.

          Niet veel later sta ik buiten Red Keep, nadat ik één de wachters heb omgekocht met een kus om me er langs te laten, en me straks ook weer binnen te laten, wat misschien nodig zal zijn wanneer ik Rickard niet kan vinden. Hem kennende is hij wel ergens op de straten van King's Landing te vinden. Door simpelweg rond te kijken zal ik hem niet vinden, maar nadat ik enkele mensen heb gevraagd of ze een lange jongeman met donker haar, grijze kleding en een kleine hond hebben gezien, duurt het niet heel lang voordat ik hem aantref bij de kades van de haven. Eddard staat naast hem en ze dragen allebei simpele kleding.
          'Goedemorgen,' begroet ik ze glimlachend. 'Nu al op de vlucht voor jullie toekomstige bruiden?' grap ik vervolgens met fonkelende ogen. Bij Rickard weet ik dat hij het waardeert dat ik niet formeel tegen hem doe. Eddard ken ik niet heel goed, maar gezien hij net als zijn broer normale kleding draagt, neem ik aan dat hij wel een beetje hetzelfde in elkaar steekt.
          'Ik heb je bruid ontmoet, ze is in elk geval een knap meisje en ze ziet er wel aardig uit,' vermeld ik Eddard, waarna ik mijn blauwe kijkers op Rickard richt. 'De jouwe heb ik nog niet gezien of ontmoet, maar ik hoop voor je dat ze geen draak van een vrouw is,' grinnik ik.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered


    Rickard Brandon Stark
    Prince of Winterfell

    Alhoewel mijn aandacht voornamelijk betrokken is bij de verschillende schepen die de haven van King’s Landing binnen komen varen — vol met waren voor de trouwerijen die plaats zouden gaan vinden — let ik met een half oog tevens op Death. Doordat hij slechts enkele maanden oud was en hierdoor jong en speels, heb ik meerdere malen ondervonden dat ik hem goed in de gaten moet houden aangezien hij zich gemakkelijk af laat leiden en mee laat slepen in bepaalde momenten. Alhoewel de jonge pup dondersgoed naar me kan luisteren en elke bevelen direct uit weet te voeren, nemen zijn speelse momenten gedurende sommige momenten de overhand en geeft hij de voorkeur aan dollen en spelen.
    Wanneer een vrolijke kef van de kleine Direwolf mijn oren weet te bereiken, ben ik al te laat om zijn naam uit te spreken en hij over de kade start te rennen. Zuchtend schud ik mijn hoofd even, klaar voor het punt dat ik hem achterna moet gaan om er voor te zorgen dat hij niet zal gaan verdwalen in de nauwe straten van King’s Landing. Echter — al snel zie ik het zwarte gevaarte tussen de menigte uit komen, gezamenlijk met de angstige blikken die daarmee gepaard gaan door de onbekendheid. Death en Obsidian — vader en zoon. Glimlachend zie ik toe hoe Death op zijn vaders rug wil springen en vervolgens genoegen weet te nemen met het kauwen op zijn voorpoot, totdat Obsidian hem gemakkelijk bij zijn nekvel weet vast te nemen en hem opnieuw voor mijn eigen voeten weet te plaatsen. ‘Hé Obsidian, waar heb je Dard gelaten?’ De Direwolf spitst zijn oren en draait zijn hoofd in de richting van waar hij gekomen is, waardoor ik al snel zie dat mijn jongere broer Eddard tevens de kade op komt gelopen — die twee waren nooit ver uiteen, evenals mij en Death.
          ‘Ard! Vader en moeder vermoorden je als ze je zo zien.’ Grinnikend laat ik nogmaals een blik over mijn gewone kleding glijden, waarna ik zie dat Eddard heeft besloten om zijn feestelijke kleding aan te houden. ‘De bevolking van King’s Landing vermoorden jou nog als ze je zo zien. De personen hier zijn niet zo aan ons gewend als in het Noorden, Dard. Zelfs Obsidian kan je niet beschermen als ze besluiten met een menigte aan te vallen.’ Mijn laatste woorden laten een lage grom van Obsidian omhoog komen, waardoor ik lachend een hand over zijn vacht laat glijden. ‘Daarbij wilde ik nog eenmaal genieten van het vrije gevoel voordat ik me ook in mijn formele kleding ga begeven. Zou toch niet willen dat mijn aanstaande. . .’
          Mijn woorden worden afgebroken op het moment dat ik een prachtige verschijning de kade op zie komen, gehuld in een van de vele jurken die kenmerkend zijn voor Highgarden. Vele werkers op de kade kunnen het niet laten om hun hoofden te draaien naar Vrouwe Alessandra. De jongedame en ik zijn al vele jaren bevriend en door mijn uitnodiging bevond ze zich op dit moment in King’s Landing — een gegeven waar ik haar ontzettend dankbaar voor kon zijn.
    ‘Goedemorgen. Nu al op de vlucht voor jullie toekomstige bruiden? Ik heb je bruid ontmoet, ze is in elk geval een knap meisje en ze ziet er wel aardig uit. De jouwe heb ik nog niet gezien of ontmoet, maar ik hoop voor je dat ze geen draak van een vrouw is.’
          Grijnzend maak ik een brede buiging voor Alessandra, meer als spottend gebaar dan als een formaliteit die ik al van jongs af aan heb aangeleerd. ‘Misschien droom ik wel van een draak als vrouw, Ales. Je weet dat de vurige typen altijd mijn voorkeur hebben gehad.’ Grijnzend kom ik opnieuw overeind, waarbij ik Eddard even tegen zijn bovenarm stoot. ‘Dard, dit is Alessandra. Je zal haar nog wel kennen, niet?’ Mijn blik glijdt direct terug naar Alessandra, doordat ik een luid gekef uit haar richting hoor komen. Wanneer ik tot mijn verbazing omlaag kijk, zie ik dat Death zijn uiterste best aan het doen is om zo verstrikt mogelijk te maken in de lange jurk van Ales — die al rond zijn achterpoten zich gewikkeld.
    Zuchtend schud ik mijn hoofd enkele malen heen en weer. ‘Hopelijk kan die draak van een vrouw van me Death tenminste aan, dat is het enige wat i op dit moment verwacht.’




    Nymeria Fregar
    Eigenaar van bordeel 'The Black Swan' • 23 • Vertegenwoordigster van Braavos


    De vingers van Inera en Taeneya kamden op razendsnel tempo door mijn donkere lokken en maakten kleine vlechtjes aan de zijkanten van mijn hoofd. Ik voelde hen zachtjes trekken, maar concentreerde me eerder op de voetmassage die Fryda me schonk. Haar zijdezachte handen gleden over mijn benen en voeten en olieden ze zorgvuldig in. Inera werkte een vlecht af en bond hem aan een andere. Ze liep om mijn grote, houten stoel heen en hield een spiegel omhoog voor mijn gezicht. Een donkerharige vrouw staarde terug naar mij, met ineengevlochten haar, zoals nu de mode was in King's Landing. En ik vond het niks. Ik maakte een gebaar en zei: "Begin opnieuw. Probeer eens iets met krullen. En met één van die daar." Ik wees met mijn vinger naar het rekje juwelen, dat op het dressoir naast de deur stond. Tientallen kettingen hingen eraan. Sommigen voor rond mijn nek, anderen voor rond mijn hoofd en nog weer anderen, en dit waren degene die ik bedoelde, dienden als haarversiering.
          "Wat is je plan deze avond, Nymeria?" vroeg Fryda. De twee andere meisjes vielen haar enthousiast bij: "Ja! Vertel ons je plan."
          Ik schonk hen een zuinige glimlach en tuitte denkend mijn lippen. Wat zou mijn plan deze avond worden? Verleidelijk en onbereikbaar? Mysterieus en gemakkelijk? Een beetje van beide? Om mijn plan op te maken, moest ik eerst een doel instellen. Wat zou mijn doel deze avond worden? Één van de verloofde prinsen verleiden? Dát zou nog eens een uitdaging worden. Maar misschien beter van niet. Ik wilde het niet riskeren uit de gratie van de koning en koningen te vallen. Ik dacht aan de vele mannen en vrouwen die er de volgende dagen bij zouden zijn.
          "Mijn plan... Hmm. Mysterieus en gemakkelijk. Doel: niemand. Ik zie wel wie er op me afkomt, maar ik heb niet de intentie vanavond alleen te zijn." Ik grijnsde naar de meisjes en ze glimlachten terug. Wat ze niet wisten was dat ik wel iemand in gedachten had. Een zekere Jaron Syder, een belangrijk zakenman uit het noorden, zou aanwezig zijn en mijn vader ging ervan uit dat ik de deal die hij al lang wilde, zou kunnen klaren.
          "Klaar meisjes?" Ik stond op en bekeek mezelf eens in de spiegel. De Dornse jurk die ik had laten maken, was gefabriceerd van een zachte, glanzende stof in een mosterdgele kleur. De stof wervelde om mijn lichaam en verhulde nauwelijks mijn dijbenen en borsten door de diepe spleten en de diepe decolleté. Ik draaide me om en keek de drie meisjes aan. Zij vormden samen mijn assistenten en waren de beste courtisanes van mijn bordeel, samen met mijn zus Serolla. Daarom was het passend dat ik hen met me meenam naar het feest in de Red Keep. "Ga Serolla halen en vertel Markes dat we vertrekken en dat ik geen broden of vissen meer wil van het gewone volk. Melk, honing, het doet er niet toe wat, maar géén vis en brood." Taeneya knikte en verdween uit het vertrek. Ze kwam niet veel later terug, op de voet gevolgd door mijn zus Serolla en Markes, mijn tweede luitenant.
          "Vrouwe Mer, ik zal mij ten alle tijden houden aan uw regels en uw wensen," meldde Markes me, maakte een buiging en verdween. Mijn zussen en ik verlieten het pand enkele ogenblikken later en baanden ons al lachend een weg door de vele straten van King's Landing.


    kindness is never a burden.


    Ser Thoros Clegane



    Thoros was bijna van plan het op te geven en terug te keren naar zijn kleine vertrek in het paleis, niet zo heel ver van de troonzaal. Maar net toen hij wilde omkeren, vond een een bekend gezicht, omringd door zilverwit haar, haar weg naar Ser Thoros. Ze gaf hem een vriendelijke blik en begroette hem, wat hij beantwoorde met een stralende glimlach van hemzelf. "Uwe Majesteit." Groette hij haar, gevolgd door een kleine buiging.
    Hij merkte op dat de prinses een beetje onbehagen leek voordat ze naast hem kwam staan en haar uitdrukking kalmeerde, maar besloot er niet over te vragen. Thoros waardeerde het zelf ook niet als iemand in zijn privézaken kwam kijken.
    Rosemary vroeg hem of hij nog niet aan de wijn zat, en hij haalde zijn schouders op in een nonchalante manier. "Ik heb net een glas gehaald in de keukens, maar dat is jammergenoeg al op." Vertelde hij, terwijl ze een bediende riep die hun twee nieuwe, volle glazen overhandigde. Thoros nam het aan, voorzichtig om niet gulzig over te komen op de prinses, en gaf een knikje als vorm van bedank.
    "Ik denk er precies hetzelfde over, prinses, alhoewel ik betwijfel dat we dezelfde redenen hebben." Hij proostte op zijn gezondheid samen met haar, en nam een grote slok uit het glas. Zijn mond vulde zich met de rijke smaak van de wijn, en hij voelde dat het hem opwarmde van binnen. Hij nam snel nog een slok. Deze wijn was vier keer zo goed als die uit de keukens, maar dat was ook logisch, omdat deze voor de hoogheden was en die uit de keuken waarschijnlijk naar een van de kleinere feesten zou gaan.
    "Kan ik trouwens iets voor u doen, prinses? Ik vergeet mijn manieren helemaal, mijn excuses." Zei Thoros spontaan, toen hij opmerkte wat hij was vergeten. Hij haalde een hand door zijn wilde haren, om het allemaal wat nonchalanter te laten lijken. Sinds hij in King's Landing was, waren zijn manieren al behoorlijk verbeterd, maar er waren altijd nog de kleine foutjes die hij maakte, kleine foutjes die de wereld lieten zien dat hij opgevoed was als een krijger, niet als een Lord, in tegenstelling tot zijn broer, die perfect was als het ging om etiquette. Hij rustte zijn ogen op de prinses, wachtend op haar antwoord.



    Lorent Tyrell
    Lord of Highgarden • 21 • Huwelijksgast


    Vanuit mijn ooghoek wierp ik een blik op Alessandra. Tot nog toe mocht ik niet klagen, ze gedroeg zich voorbeeldig en als een Vrouwe, maar ik wist dat achter deze façade iets helemaal anders schuilhield. Eenmaal we bij vrouwe Luciya aankwamen, kon me het niet meer schelen wat Alessandra deed. Ik glimlachte naar Luciya en we maakten alle drie een buiging voor elkaar. Er volgde een serie van beleefde, doch loze woorden. Ik wenste Luciya het beste met Heer Eddard, zij bedankte ons en Alessandra wenste Luciya een fijne dag.
          Er viel een korte stilte, toen een bediende langs liep met een dienblad vol glazen. Alessandra was de eerste die een glas nam en nogal gulzig een grote slok nam. Ik trok een wenkbrauw op, maar zei niks en nam ook een glas. "Op de huwelijken van Heer Augustus en Vrouwe Cersei, Heer Eddard en u, Vrouwe Luciya en Heer Rickard en Vrouwe Rosemary!" sprak ik met opgeheven glas. Ik glimlachte lichtelijk geforceerd naar Luciya en op dat moment besloot Alessandra ons te verlaten. "Als u mij wilt excuseren." Ze maakte een buiging, ik knikte en toen liep ze snel weg. Verbaasd keek ik haar na. Waar zou ze heen gaan? Eerder nog vertelde ze me dat ze hier amper mensen kende en nu liep ze al na amper een uur aanwezig te zijn weg? Ik wenkte één van mijn mannen.
          "Volg Alessandra, maar zorg dat ze je niet opmerkt. Kom meteen terug als je meer weet," fluisterde ik in zijn oor. Ik zorgde ervoor dat Luciya me niet hoorde, maar dat was geen probleem, want het was zodanig luid in de zaal dat ik bijna in het oor van de ridder zou moeten roepen opdat zij het zou horen. De man knikte, maakte een kleine buiging en verdween in dezelfde richting als Alessandra. Ik was niet van plan de wantrouwende echtgenoot te zijn, want eerlijk kon het me weinig schelen wat Alessandra uit stak. Het enigste wat me interesseerde was dat ze de naam van mijn familie moest hooghouden (dat interesseerde mij eigenlijk niet echt, maar mijn moeder en mijn Council wel) en dat ze me een erfgename zou schenken wanneer de tijd daar was. En dat wilde natuurlijk zeggen dat ze niet met Goden weet wie het bed in duikt.
          Ik wierp een blik op de hofhouding van Luciya. "Ik zal u niet langer lastigvallen, Vrouwe." Ik maakte een buiging en liep langs haar heen, maar raakte expres met mijn schouder de hare, zodat ik onopgemerkt een briefje in haar hand kon schuiven. Vervolgens voegde ik me weer bij Gerold Hightower en bij mijn andere baanderheren, enkel deze keer ging het gesprek over politiek en handel.


    kindness is never a burden.


    LUCIYA GWENDYS LANNISTER
    "A Lannister always pays his debts"


    Er verscheen enkel een lichte glimlach rondom mijn lippen, de reden was al bekend; de bruiloft. Maar het kiezen lag eenmaal niet aan de kant van mij. "Het genoegen is geheel insgelijks. ik hoop dat U een fijne dag zal hebben." Nogmaals knikte ik naar de jonkvrouw, die overigens een prachtige dame was. De stilte tussenin werd oversprongen doordat Vrouwe Alessandra en Lorent een wijnglas toe zich namen, ook ik volgde hun voorbeeld en nam een wijnblad van het blad.
          "Op de huwelijken van Heer Augustus en Vrouwe Cersei, Heer Eddard en u, en Heer Rickard en Vrouwe Rosemary!" Net zoals Lorent het deed, hield ik m'n glas omhoog en nipte eraan, voordat ik de lichte glimlach van Lorent opving -- hij zou niet veranderen voor als na het huwelijk en hem zou ik voor de Heer Eddard voortrekken, diegene die me nog nooit voorgesteld was. "Als U mij wilt excuseren," sprak de toekomstige vrouw van Lorent -- die na een snelle buiging verdween, iets wat niet in mijn handen lag, waarbij ik me weer naar Lorent wendde.
          "Ik zal U niet langer lastigvallen, Vrouwe." Tevens wist ook Lorent zich te verontschuldigen, iets wat bij mij voor een steek loste. Enkel wist ik nog hem een blik te schenken met mijn felgroene kijkers, voordat er een briefje in mijn hand terecht kwam na een lichte schouderaanraking. Ik hoefde enkel mijn hand op te houden, waardoor mijn hofhouding zich verwijderde. Ze wisten terug te vinden naar me, maar ik had het zeggen over hun -- iets wat me opluchtte alleen te zijn. Vlug stopte ik het briefje, waar ik enkel de schrift oplas in een onopvallende oogwink; de plek die ik al te goed kende. Vlugjes stopte ik het kleine briefje in mijn decolleté, naar mijn mening een beter plekje als de mouwen die enkel tot mijn ellebogen gingen -- vooral omdat niemand zomaar z'n hoofd erin zou steken.
          Met de gelatenheid tussen de mensen, nam ik geamuseerd slokken van de heerlijke wijn.


    "Satan's friendship reaches to the prison door."

    DE NACHT VALT LANGZAAM IN KINGSLANDING EN IEDEREEN BEGEEFT ZICH NAAR DE TROONZAAL.


    "Rebellion's are build on hope"

    -

    [ bericht aangepast op 14 feb 2015 - 20:43 ]


    To the stars who listen — and the dreams that are answered


    Eddard Stark

    ‘De bevolking van King’s Landing vermoorden jou nog als ze je zo zien. De personen hier zijn niet zo aan ons gewend als in het Noorden, Dard. Zelfs Obsidian kan je niet beschermen als ze besluiten met een menigte aan te vallen.’
    Obsidian begon te grommen na zijn laatste woorden en ik legde mijn hand op zijn zwarte vacht. ‘Daarbij wilde ik nog eenmaal genieten van het vrije gevoel voordat ik me ook in mijn formele kleding ga begeven. Zou toch niet willen dat mijn aanstaande…’
    Hij stopt met praten en wanneer ik me omdraai zie ik waarom, een jonge vrouw in een jurk die eruit ziet alsof hij net als mijn kleding bij de festiviteiten hoort komt de kade opgelopen.
    Wanneer ze dichterbij komt herken ik haar als de vrouwe Alessandra, een kennis van mij en een goede vriendin van Rickard, ik had eerder vandaag al geruchten opgevangen dat ze zou meekomen met haar verloofde, Lorent Tyrell. ‘Goedemorgen,’ zei ze glimlachten. ‘Nu al op de vlucht voor jullie toekomstige bruiden?’
    Ze draait zich naar mij. ‘Ik heb net je bruid ontmoet, ze is in elk geval een knap meisje en ze ziet er wel aardig uit.’
    Ik wist al dat Luciya knap was, ik had een portretje gekregen toen mijn vader me over de verloving inlichtte maar hoe mooi ze ook was, ik wist dat nooit van haar zou kunnen houden omdat mij hart aan iemand anders toebehoorde. Hoewel Brynden en ik altijd hadden geweten dat onze liefde geheim moest blijven maar toen ik mijn verloving kreeg medegedeeld was het zwaar voor ons beiden. Alessandra had zich intussen tot Rickon gekeerd. ‘De jouwe heb ik nog niet gezien of ontmoet, maar ik hoop voor je dat ze geen draak van een vrouw is.’
    Rickard maakte een brede buiging voor Alessandra, hoewel het eigenlijk een formaliteit hoorde te zijn kwam het spottend over, de twee waren hechte vrienden en beleefheden lieten ze meestal achterwege. ‘Misschien droom ik wel van een draak als vrouw, Ales. Je weet dat de vurige typen altijd mijn voorkeur hebben gehad.’
    Toen hij weer overeind kwam stopte hij mij in mijn arm. ‘Dard, dit is Alessandra. Je zal haar nog wel kennen, niet?’
    ‘Natuurlijk ken ik haar nog,’ zei ik waarna ik haar hand pakte en er een kus opdrukte. ‘Het is een genoegen u weer te zien, uw aanwezigheid maakt alles lichter.’
    Hoewel ik het spottend zei was het deels waar, ik kende slechts weinig zuiderlingen en King’s Landing was voor mij een andere wereld, het was goed om iemand buiten de familie te vertrouwen.
    Wanneer ik Death’s gekef hoor kijk ik omlaag om te zien wat er aan de hand is en tot mijn verbazing probeert hij opzettelijk vast te komen in Alessandra’s jurk. ‘Hopelijk kan die draak van een vrouw van me Death tenminste aan, dat is het enige wat ik op dit moment verwacht.’
    Voor mij is dit ook een punt van bezorgdheid, sinds ik Obsidian meer dan zeven jaar geleden gekregen heb zijn we amper apart geweest, meestal sliep hij zelfs bij mij op bed. Brynden en ik kenden elkaar al jaren toen we verliefd werden en hij hield bijna evenveel van Obsidian als ik deed maar hoe de vrouwe Luciya over mijn wolf dacht kon ik alleen maar afwachten. Als man had ik de keuze wanneer ik het gezelschap van mijn vrouw wenste maar ik hoopte op zijn minst een vriendschap met haar op te kunnen bouwen, iets wat onmogelijk zou zijn als zij en Obsidian elkaar niet mochten. Ik werd uit mijn gedachten gewekt toen Obsidian zacht begon te grommen en al snel viel mijn blik op een aantal wat onguur uitziende types die mij en Alessandra bekeken. ‘Volgens mij is het tijd om terug naar de Red Keep te gaan, in elk geval voor mij en Alessandra als we niet aangevallen willen worden,’ merkte ik op.


    Remember to be ridiculous.

    ALESSANDRA FOSSOWAY

    Darling I'm a nightmare dressed like a daydream



          Met een grijns maakt Rickard een overdreven buiging, duidelijk spottend bedoelt, gezien we allebei geen fan zijn van al die formaliteiten. ‘Misschien droom ik wel van een draak als vrouw, Ales. Je weet dat de vurige typen altijd mijn voorkeur hebben gehad.’ Na deze woorden stoot hij zijn jongere broer tegen zijn bovenarm. ‘Dard, dit is Alessandra. Je zal haar nog wel kennen, niet?’
          ‘Natuurlijk ken ik haar nog,’ zegt Eddard, waarop hij mijn hand vast pakt en er een kus opdrukt. ‘Het is een genoegen u weer te zien, uw aanwezigheid maakt alles lichter.’ Hij zegt het op een spottende toon, maar dat deert me niet. Ik had het juist irritanter gevonden mocht hij het serieus menen. 'Zeg dat maar tegen mijn verloofde, volgens mij ergert hij zich nu al dood aan mij,' grinnik ik geamuseerd. Ik wil er nog iets aan toevoegen, maar wordt afgeleid door zacht gekef en wanneer ik beneden kijk, zie ik dat Death, Rickard's ontzettend schattige direwolf, bezig is met zichzelf te verstrikken in mijn jurk. Ik lach zacht en glimlach naar het kleine wolfje. Wanneer ik eenmaal getrouwd ben met Lorent, wil ik hoe dan ook een hond krijgen, het kan me niet schelen wat hij er van vindt. Een direwolf zou nog beter zijn, maar een compromis sluiten op een hond moet toch mogelijk zijn.
          ‘Hopelijk kan die draak van een vrouw van me Death tenminste aan, dat is het enige wat ik op dit moment verwacht,' zucht Rickard. 'Oooh!' roep ik gelijk uit. 'Als ze Death niet goedkeurt of dreigt om hem te roosteren, dan neem ik hem met alle liefde van je over!' Ik zak door mijn hurken, zodat ik de kleine pluizenbol op kan pakken. Hij is al een stukje groter dan de laatste keer dat ik hem zag, maar het lukt alsnog om het wolfje op te pakken. Ik verlos hem uit mijn jurk, waarna ik hem in mijn armen neem en mijn gezicht in zijn zachte vacht druk. Dit levert een lik over mijn gezicht op, waarop er een zacht gegiechel over mijn volle lippen komt.
          Ik word afgeleid wanneer Eddard's direwolf, Obsidian, zacht begint te grommen. Ik volg Eddard's blik, die uitkomt bij een stel niet al te vriendelijk uitziende mannen. Rickard mag dan wel gekleed zijn in eenvoudige burgerkleding, dit geldt niet voor mij en Eddard. Ik ben blij dat ik Eddard en Rickard gevonden heb, en dat ik niet ergens alleen rond zwerfde terwijl ik die mannen in de buurt waren.
          ‘Volgens mij is het tijd om terug naar de Red Keep te gaan, in elk geval voor mij en Alessandra als we niet aangevallen willen worden,’ meldt Eddard.
          'Goed plan,' murmel ik. Normaal heb ik geen enkel probleem met dorpelingen, ik vind het zelfs wel prettig om met ze te praten, maar zulke types heb ik liever niet. Het liefst zou ik me fier en hoogmoedig opstellen, maar ik besef me ook wel dat dat waarschijnlijk voor geen meter zal helpen. In plaats daarvan stap ik dichter naar Rickard toe, plaats ik Death op een enkele arm, waarna ik mijn vrije hand in die van hem verstrengel. Ik zou het niet graag toe geven, maar ik krijg rillingen van die mannen, en zo bij Rickard voelt het toch veiliger. Doordat hij langer is dan gemiddeld en duidelijk gespierd is, kan hij nogal intimiderend overkomen. Hopelijk samen met Obsidian intimiderend genoeg om de mannen weg te jagen. Of op zijn minst ons er langs te laten.
          'Zullen we maar gaan, Wolfje?' murmel ik tegen Rickard.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Maelesys Targaryen

    Nadat een paar dienstmeiden mijn haar hadden opgestoken, en mij in een prachtige jurk hadden getrokken, keek ik in de spiegel. Mijn bijna witte haren waren door middel van wat vlechten omhooggestoken, en ik had een hele lichtroze jurk aan, bijna wit, waarvan de mouwen transparant waren. Ook was mijn gezicht wat gepoederd omdat dit eerst betraand en rood was. Ik ha het er moeilijk mee om mijn kinderen los te laten, ik wou niet dat ze zouden belanden waar ik beland was; altijd afwachtend of je geliefde van je zou houden, of dat je op het andere moment niks voor hij/zij betekende. Voor Augustus zou het anders zijn dan Rosemary, hij was een man en had meer rechten, meer kans op geluk.
    'Jullie kunnen gaan,' zei ik tegen de dienstmeiden nadat ze klaar waren. Nu moest ik naar Rhaego toe, want we moesten samen als Koning en Koningin ons entree maken in de troonzaal. Ik had hem al de hele middag niet gezien, en andere mensen ook niet. Dan kon hij maar op één plek zijn; het grote balkon. Het was de plek waar hij heenging als hij rustig wou nadenken.

    Toen ik er was aangekomen zag ik dat ik gelijk had. Daar stond hij voor het balkon, met zijn handen achter zijn rug en z'n haren in de wind. Deze plek was alleen van de koninklijke familie, en dat moest ook z blijven.
    'Je kwam hier zonder een wachter, niemand van de Kingsguard,' zei hij toen hij blijkbaar mijn aanwezigheid gemerkt had. Normaal zou ik die wel meenemen, maar nu niet.
    'Ik kwam hier inderdaad zonder een wachter, omdat ik persoonlijk naar jou toekwam. We moeten zo naar de troonzaal, Rhaego,' zei ik terwijl ik naast hem ging staan.
    'Rosemary gaat naar het noorden, en Augustus blijft hier,' zei hij meer tegen zichzelf dan tegen mij. Ik keek opzij naar hem. Zijn lila ogen waren gericht op de stad voor hem, diep in gedachten verzonken.
    'Ze blijven Targaryens, wat er ook gebeurd,' verzekerde ik hem.
    'Dat weet ik, Mae, dat weet ik.' Toen sloeg hij z'n armen om me heen, en ik hield hem niet tegen. Dit was een goede dag voor ons, en van goede dagen moest je genieten.

    Na een tijdje kwamen we aan in de Troonzaal, en we begroette wat mensen. Toen ging Rhaego op The Iron Throne zitten, en ik liep tussen de mensen door om wat wijn te pakken, gevolgd door iemand van de Kingsguard.

    [ bericht aangepast op 15 feb 2015 - 15:29 ]


    "I would have followed you, my brother... my captain... my king."