• "Are we going to die?"

    "I don't know."



    In het koninkrijk Lurai is een grote koninklijke familie aan de macht. Door hun acties in het verleden zijn ze zeker niet geliefd bij hun gevolg en hierdoor is een geheim genootschap ontstaan. Jonge kinderen met een bijzondere gave zijn beoefend in de kunst van het vechten zodat ze de koninklijke familie kunnen beschermen. Nu, achttien jaar later, is de familie te ver gegaan en loopt het bijna uit op een burgeroorlog die alleen maar zorgt voor vele doden. De groep die ondertussen bekend staat als de begaafden, moet nu vanuit hun kamp naar het kasteel gaan er daar hun opdracht uitvoeren. Iedereen krijgt een koninklijk lid die zij of hij moet beschermen met zijn leven. Met een oorlog zo dicht bij, lopen de spanningen hoog op en niemand weet wanneer alles uit de hand gaat lopen.




    Geschiedenis:

    De vader van de huidige koning, was geen fijne man om te dienen. Hij was altijd uit op chaos en zei nooit nee tegen een gruwelijke executie van mensen. Iedereen vreesde hem en er heerste dus als voor meer dan veertig jaar angst in het land. Nu de nieuwe koning aan de macht is, is het volk woedend. Ze zijn voornamelijk bang dat hij net zo wordt als zijn vader. Drie weken geleden was er een onthoofding van een man die eigenlijk niks fouts had gedaan, maar de koning was er zo van overtuigd dat hij het heeft laten gebeuren. De paniek nam het volk over en een opstand begon. De koning vreest nu voor zijn gezin en heeft nu dus zijn laatste "wapen" ingeschakeld, de begaafden.


    Rollen:


    • Vrouwen // begaafden:
    ~ Lucilla Lapis Nacasia • Kenopsia ~ 1,2
    ~ Arrowin 'Sedna' Nightingale • LearnToPlay ~ 1,2
    ~ Skye Lunaria Brannpoire • DreamerN ~ 1,2

    • Mannen // begaafden:
    ~ Aodhfin 'Svarazic' Nightingale • LearnToPlay ~ 1,2
    ~ Edmund Nacasia • Kenopsia ~ 1,4
    ~

    • Vrouwen // koninklijke familie:
    ~ Prinses • Agnes Harryo Beatrice Wynter • Shireen ~ 1,2
    ~ Lynn Fiore Wynter - Dynell • Nakito ~ 1,4

    • Mannen // koninklijke familie:
    ~ Koning • {G} • Homerus
    ~ Prins • Atlas Harrison Wynter • MonChevy ~ 1,2
    ~ Prins • Tristàn Aleixo Wynter {G} • Necessity ~ 1,2
    ~ Prins • Corrin August Benoit Wynter • Ijsvogel ~ 1,3
    ~ Neef • Brayde Ever Payton Wynter - Dynell • DreamerN ~ 1,3



    Koppels:



    Emma Cornelia Morgan/Edmund Nacasia • Atlas Harrison Wynter
    Lucilla Lapis Nacasia • Brayde Ever Payton Wynter - Dynell
    Arrowin 'Sedna' Nightingale • Tristàn Aleixo Winter
    Aodhfin 'Svarazic' Nightingale • Agnes Harryo Beatrice Wynter
    Skye Lunaria Brannpoire • Corrin August Benoit Wynter
    Edmund Nacasia • Lynn Fiore Wynter - Dynell
    :


    Regels:
    - Er is een minimum van 200 woorden per post, dit moet haalbaar zijn.
    - Alleen Kenopsia maakt de topics aan, tenzij anders aangegeven.
    - Bestuur elkaars personages alleen met toestemming.
    - OOC het liefst in het praattopic, of onder je post. Gelieve hier geen aparte posts voor aan te maken.
    - Probeer niemand buiten te sluiten.



    Omgeving:

    Het speelt zich af in een groot kasteel dat is omringd door een stad. De stad is weer omringd door een muur met daarachter het plattelandse leven en bossen.




    Gave's:

    - Pyrokinese
    - Hydrokinese
    - Killing
    - Shapeshifting
    - Illusies
    - Telekinese

    Topics:
    Praattopic
    Rollentopic

    [ bericht aangepast op 17 aug 2016 - 13:52 ]


    "Rebellion's are build on hope"


    Mijn hapering in etiquette viel inderdaad duidelijk niet in de smaak bij prins Tristàn, want de kilte in zijn houding leek net een graad te dalen. "Vrouwe." Antwoordde hij dan ook echter terwijl zijn ogen over me heen gleden. Nog een punt waar ik wel aan moest wennen. Misschien kwam het ook omdat ik niet makkelijk kon zien wat ze mogelijk denken, al was de kans groot dat hij dacht over wat voor een freak ik wel niet ben en hoe hij me in dat opzicht kon gebruiken, zoals waarschijnlijk zo goed als elke koninklijk lid zou doen.
    Iets veranderde in zijn houding. "Je ziet er fantastisch uit vanavond." Voor ik het goed en wel doorhad, had hij mijn hand vastgepakt en daar een kus op gedrukt. "Bevalt het gezelschap van Zijne Hoogheid Corrin een beetje?"
    Ergens wilde ik hem erop wijzen dat zijn compliment in mijn ogen best tegenstrijdig was. Hij kon niet zeggen dat ik er nu fantastisch uitziet als dit het eerste moment is dat we elkaar zien. Daarnaast zou het hierna dus zo goed als alleen meer negatiever kunnen worden. Natuurlijk slikte ik al deze woorden weer in en besloot zijn vraag te beantwoorden. "Ondanks dat ik nog maar net het privilege heb om kennis te mogen maken met Zijne Hoogheid, moet ik zeggen... Ja, Uwe Hoogheid."
    Voor ik er nog iets achteraan kon voegen was Corrin me voor. "Zeg eens, Tristàn, ben je tevreden met je nieuwe lijfwacht?" Waarop zijn jongere broer ook snel antwoord gaf.
    "Tot nu toe mag ik niet klagen, al zou ik haar graag...In actie zien."
    Ik wende mijn hoofd af. Natuurlijk zou hij dat willen. "En jij?" Die twee woorden van prins Tristàn wekten mijn nieuwsgierigheid. Wat zou Corrin over mij vertellen? Zou hij hem vertellen wat ik kan?
    Ik werd echter uit mijn gedachten gehaald toen ik de starende blik van Arrowin op mijn gezicht voelde branden en haar enkele hoofdknikje maakte me duidelijk waar ze mee zat. Een jongen die iets wat nerveus oogde had zich redelijk verdacht opgesteld in een beschaduwd hoekje van de zaal.
    Met een kort knikje terug naar Arrowin liet ik haar weten dat ik het doorhad.

    Zonder dat ik het echt doorhad hield ik mijn adem in, maar het gefocuste moment werd verstoord toen ik voetstappen onze kant op hoorde komen, mijn hoofd schoot snel even om naar het naderende geluid. "Corrin, Tristàn." Er kwam een andere jonge vrouw op ons groepje aflopen. Aan haar houding en haar kledij moest het haast wel dat ze een prinses is. Mijn ogen gleden dan ook al snel naar achter haar. Waar is haar begaafde? Ze stelde zich uiteindelijk voor als Lynn Fiore Wynter en bevestigde daarmee mijn vermoedens. "Aangenaam kennis met u te maken, prinses." Ik maakte ook voor haar een reverence toen het mijn beurt was in de introductie. "Mijn naam is Skye Branpoire."
    Ik was nog maar net weer overeind zag ik Aodfhin aan komen lopen met een rijk geklede dame aan zijn arm. Dat zou zijn Koninklijke dan wel zijn. Ik spitte in mijn hoofd even naar de nog mogelijke opties en kwam al snel uit op prinses Agnes. Hij was geen lelijke jongeman om te zien en hij viel daardoor ook zeker niet uit de toon naast de nette verschijning van de prinses.
    Ook hij begroette iedereen en onze ogen ontmoette elkaar eventjes voor hij zich tot zijn tweelingzus richtte. Voor een getraind oog was het duidelijk dat ze ook hem inlichtte over de mogelijke bedreiging van de jongeman.
    Naast me leek het ook iemand niet ontgaan te zijn. "Is er iets?" Prinses Lynn sneed met haar stem door de menigte heen.
    Ik hield stoïcijns mijn mond. Nooit een situatie aankaarten waarvan je niet zeker weet wat er speelt. Zo voorkom je nodige problemen en paniek. Ik probeerde de ogen van Arrowin of Aodfhin te vinden zodat ik kon seinen dat ze niets moesten zeggen, ook al ging dat misschien tegen de dienstplicht die ze in hun hoofd hadden. We moeten eerst uitzoeken of ze gevaarlijk zijn of niet.


    {Hhmm... Niet echt iets nieuws bijgedragen, ik zal kijken of ik eventueel nog op actie overschakel richting het groepje schaduwjongens (; }


    Credendo Vides

    • Corrin August Benoit Wynter •
    ''A lion doesn't concern himself with the opinions of sheep.''


    'Tot nu toe mag ik niet klagen, al zou ik haar graag… in actie zien,' antwoordde Tristàn. 'En jij?'
    Corrin keek even naar Skye die, zoals verwacht, ietwat ongemakkelijk oogde door de vraag. Hij vertrouwde haar zijn leven niet toe en betwijfelde of hij dat ooit zou doen. Toch glimlachte hij even geruststellend. 'Ik ben niet ontevreden.'
    'Corrin, Tristàn.'
    Hij keek op en zag dat zijn nicht bij hen kwam staan. Hadden ze haar geen begaafde gegeven? Ergens vond hij het onverantwoordelijk, maar aan de andere kant benijdde hij haar vrijheid. Hij begroette haar met een knikje. 'Lynn.'
    Zijn aandacht werd getrokken door Agnes die met haar beschermer naar hen toe liep. Haar begaafde leek maar een jochie te zijn. Maar deze onbekende monsters hadden hem eerder al verrast. Nu had hij hun respect nog. Hoelang zou het duren voor ze zich tegen hem zouden keren? De begaafde introduceerde zich als Aodfhin Svarazic Nightingale, een broer van Arrowin. Hij keek even naar haar en concludeerde dat ze inderdaad een paar overeenkomstige trekjes hadden. Hij wist niet wat hij ervan moest denken. Familie zo dicht bij elkaar kon voor problemen zorgen. Samenspanning, bijvoorbeeld.
    Hij schudde de gedachten van zich af en keek de zaal rond. Zijn ogen bleven hangen op een rusteloze jongen in de hoek, die met een aantal onbekende types praatte. Geheel onbekend waren ze niet. Corrin had ze eerder in de stad gezien. De linkse stond bekend als een onruststoker met een grote mond, die daarnaast had hem wel eens eerder bedreigingen toegeworpen. Zijn soldaten waren achter de man aangegaan, maar waren de schoft kwijtgeraakt. Van de anderen die bij de jongen stonden wist hij dat ze verdacht werden van opstandigheid tegen het koningshuis. Corrin fronste zijn wenkbrauwen en slikte. Hij sloot zijn hand om de knop van zijn zwaard. Hoe waren ze hier binnen gekomen? De deurwachters? Nee, die waren betrouwbaar. Wat als een van de begaafden hen naar binnen had gesmokkeld?
    'Is er iets?' vroeg Lynn op een snijdende toon. Hij wist niet tegen wie ze het had, maar hij wist wel dat ze een probleem hadden. Hij wendde zijn blik instinctief naar Tristàn, tot hij zich bedacht dat hij dit keer niet op de vaardigheden van zijn broertje moest rekenen, maar op die van Skye en haar soortgenoten.
    'Een kans voor onze nieuwe lijfwachten om te bewijzen wat ze kunnen,' hij glimlachte zelfbewust en keek de begaafden een voor een aan. 'Is er iemand die de mannen in de hoek wilt wegsturen? Ik kan me niet herinneren dat ze uitgenodigd zijn.'


    • Hardship often prepares an ordinary person for an extraordinary destiny •

    Aodfhin Svarazic Nightingale




    "Is er iets?" zei de stem van Lynn plots. Snel blikte ik naar Arrowin en wilde mijn mond opentrekken dat het niet veel bijzonders was, maar mijn mond werd een streep, toen ik zag dat bij het groepje van de eerste jongen nu nog een paar erbij waren gekomen, en dat er verderop nog een groepje stond dat er hetzelfde uitzag, maar die langzaam naar het andere groepje liep waardoor er 1 grotere groep ontstond. Weer blikte ik naar Arrowin. Ze had het ook gezien. Ik wilde mijn mond nu weer opentrekken, maar Corrin is mij voor. 'Een kans voor onze nieuwe lijfwachten om te bewijzen wat ze kunnen,' hij glimlachte zelfbewust en keek de begaafden een voor een aan. 'Is er iemand die de mannen in de hoek wilt wegsturen? Ik kan me niet herinneren dat ze uitgenodigd zijn.' Ik kijk Arrowin aan. 'Maar natuurlijk' zeggen we tegelijkertijd. Arrowin kijkt Tristàn aan voor toestemming, en ik Agnes. Hopelijk mag het van haar, aangezien ik de mannen niet vertrouw. Ik zie hoe mijn zus al de kurk uit twee van haar 5 flesjes trekt. Ik wend mijn blik weer tot Agnes, en kijk haar nog net niet smekend aan. Ik wil haar bewijzen dat ik voor de volle honderd procent trouw ben aan haar, en dat ik haar ten alle tijden zal beschermen.


    I'm not a princess, I don't need saving. I'm a queen, I've got this shit handled.

    TRISTÀN      ALEIXO      WYNTER
    "The prince of darkness is a gentleman.”
    Prince


    Hij moest het toegeven, Arrowin hield zich grotendeels aan de etiquette. Ook na het verschijnen van Lynn stelde ze zich keurig en met respect voor. Tot nu toe zou hij zich wel met haar durven vertonen op feesten, zoals hij nu ook gedwongen was. Een mooi gezichtje en goede manieren, er zouden niet veel meer roddels dan normaal over ontstaan.
    Tristàn zag het vuur in Skye’s ogen wel, maar ze wist haar opmerking in te slikken. Goed zo, meisje. Ze begon al te leren dat het aan het hof vooral draaide om alles wat je niet zei. In het kamp zou het waarschijnlijk wel anders gegaan zijn, maar hier ging het zolang je geen sterke positie had om op te staan om het neerslaan van ogen, het inslikken van opmerkingen en het incasseren van beledigingen. Zelfs hij moest zich soms beheersen, al zou hij theoretisch gezien alles kunnen zeggen wat hij wilde. Hij had alleen geen zin om door een opmerking een oorlog te starten – waar hij ook de macht voor had – en als mensen hem vertrouwden – een domme keuze, echt waar – was dat in een later stadium altijd handig.
    "Ondanks dat ik nog maar net het privilege heb om kennis te mogen maken met Zijne Hoogheid, moet ik zeggen... Ja, Uwe Hoogheid,” was haar antwoord. Hij glimlachte. Keurig politiek correct.
    “Dat is fijn om te horen,” antwoordde hij terwijl hij net deed alsof hij de stille communicatie tussen de begaafden niet opmerkte. Hoe had hijzelf niet als eerste de groep jongens kunnen opvallen?
    In de tussentijd was Agnes ook gekomen met haar begaafde. Het gedeelte van ‘zus’ richting Arrowin was niet nodig eigenlijk, want de blik in hun ogen en de vage gelijkenis was genoeg. Tristàn knikte hem slechts half toe, zoals hij zou hebben gedaan bij iedere willekeurige bediende die hij voor informatie wilde gaan gebruiken en hij richtte zijn aandacht op het antwoord van Corrin. Niet ontevreden… met andere woorden, hij zou haar nooit vertrouwen en zou haar bij voorkeur zo snel mogelijk weer kwijt zijn. Tristàn kon hem geen ongelijk geven. Hij was al net zo blij met deze regeling als zijn oudere broer.
    “Nightingale, een ongebruikelijke naam voor in het koninklijk hof. U moet één van de begaafden zijn, is het niet?" vroeg Lynn aan Arrowin. Tristàn zette zijn meest charmante glimlach op en raakte Lynn even aan bij haar arm. “Dit is niet de beste plek om zulke zaken te bespreken,” zei hij tegen Lynn. De plek was te gehorig, te druk. Afgezien die jongens die duidelijk probeerden om in de buurt te komen, maar niet wilden opvallen, waren er nog zoveel mensen die dit zouden kunnen horen. Mensen die zouden praten over informatie die niet in de verkeerde handen zou mogen vallen.
    Tristàn voelde wel hoe Corrin zich even naar hem wendde. Op dit moment zou hij echter weinig kunnen doen. Hij werkte beter ongezien in de schaduwen als hij gewoon een dolk in hun rug zou kunnen steken. Toch prentte hij de gezichten in zijn hoofd. Misschien zou er later vandaag nog wel een beroep op hem worden gedaan.
    Eigenlijk was dat niet nodig, want hij kende de onruststokers wel. Dat ze nu allemaal aan het samenkomen waren op een plek waar ze niet hoorden te zijn, was wel verontrustend. Het zou een gespannen avond worden, ook als ze niks zouden doen.
    In tegenstelling tot de rest greep Tristàn niet naar zijn wapen, tenminste ogenschijnlijk niet. Hij trok rustig zijn jasje goed alsof er niks aan de hand was, maar daardoor zorgde hij er wel voor dat zijn hand kwam te rusten waar hij zijn dolk verborgen had.
    “Een kans voor onze nieuwe lijfwachten om te bewijzen wat ze kunnen,” was Corrins antwoord op de vraag van Lynn wat er aan de hand was. “Is er iemand die de mannen in de hoek wil wegsturen? Ik kan me niet herinneren dat ze uitgenodigd zijn.”
    Uiteraard reageerde de tweeling meteen. Toch deden ze iets wat Tristàn verbaasde: ze keken eerst naar ‘hun beschermelingen’ voor toestemming. Hij knikte kort naar Arrowin dat ze kon gaan, maar vroeg zich af waarom. Als de kroonprins, op de koning na de hoogste macht van het land, je een order gaf, voerde je die toch zonder vragen uit? Zo was hij in elk geval getraind. Geen vragen, geen verantwoordelijkheid, gewoon acties.
    “Al zou ik graag een onderonsje met de leider hebben als dat niet teveel moeite is?” Het onderonsje zou dan wel ergens iets meer privé plaatsvinden, maar Tristàn had graag antwoorden. Hoe waren ze binnengekomen? Waarom? Maar eigenlijk wilde hij vooral het antwoord op de grote vraag weten: wie was het meesterbrein? Ze hadden dit nooit zelf kunnen bedenken, er moest iemand achter zitten en hij was van plan om het onkruid bij de wortel uit te roeien.





    The purpose of a writer is to keep civilization from destroying itself.







    Agnes Harryo Beatrice Wynter


    Ook al had ik niet bepaald een scherp oog voor gevaar, waren de heren die verderop wat ophef veroorzaakten mij ook niet onopgemerkt gebleven.
          'Een kans voor onze nieuwe lijfwachten om te bewijzen wat ze kunnen,' Corrin glimlachte zelfbewust. 'Is er iemand die de mannen in de hoek wilt wegsturen? Ik kan me niet herinneren dat ze uitgenodigd zijn.' sprak hij. De dringende blik van Aodfhin bleef mij evenmin onopgemerkt.
          Voor even was de blik die hij terug kreeg vrij verbaasd van mijn kant, gezien het mij even de tijd kostte om te bedenken wat hij van me wilde, maar daarna gaf ik een vluchtig knikje.
          'Ga.' Nadat mijn bevel duidelijk was geworden, hoorde ik de stem van mijn tweede broer, Tristàn.
          'Al zou ik graag een onderonsje met de leider hebben als dat niet teveel moeite is?' vroeg hij. Direct rolde ik met mijn ogen, maar daarna zette ik een glimlach op.
          'We hoeven ons om niets zorgen te maken, gegadigden. Prins Tristàn is hier om de held uit te hangen.' Al snel werd ik benaderd door een footman die mij een drankje aanbood, wat ik gulzig aannam.
          'Ik weet zeker dat bandieten iets interessants te melden hebben, broertje.' voegde ik eraan toe, terwijl ik van mijn glas nipte.


    how dare you speak of grace

    (Ik doe Arrowin en Aodfhin de komende posts even samen, aangezien je anders 2x hetzelfde beschreven hebt ('; Dus dit is ook Aodfhins post zeg maar)



    Arrowin Sedna Nightingale





    “Al zou ik graag een onderonsje met de leider hebben als dat niet teveel moeite is?” vroeg Tristàn aan mij en Aodfhin. 'Maar natuurlijk' antwoordde ik. Met een blik op de groep kon je al zien wie de leider was. Hij was een van de weinige die er netjes, verzorgd en kalm uitzag. En hij had een blik die met meer gezag door de ruimte keek dan de anderen. Ik draaide mij om, om richting het groepje te lopen. 'We hoeven ons om niets zorgen te maken, gegadigden. Prins Tristàn is hier om de held uit te hangen.' hoorde ik de stem van Agnes zeggen. Ik rolde met mijn ogen, gelukkig voor niemand zichtbaar, aangezien ik met de rug naar de koninklijke leden stond. Als Aodfhin naast me komt staan loop ik voorop tussen de mensenmassa door, naar het groepje in de hoek. Ik begin mijn water al om mijn hand heen te laten cirkelen. Het is voor de mensen om mij heen niet zichtbaar omdat mijn jurk zulke lange mouwen heeft. Zodra we in de buurt van het groepje komen, hou ik mijn pas in, net als Aodfhin achter mij. Doordat we nu afgelegen staan van de rest van de balzaal, - waarvan niemand eigenlijk het groepje jongens in de hoek interesseert, maar goed- zou ik ze , als ik niet teveel geluid maak, ze aan kunnen vallen zonder dat iemand het merkt. Alleen Aodfhin kan niet veel, aangezien zijn vuur de aandacht van mensen kan trekken door het licht. 'Volgens mij staan jullie niet op de gastenlijst' zeg ik tegen de leider van de groep, die met zijn rug naar mij toe staat. Hij draait zich vliegensvlug om, en ik kan nog net zijn hand afweren, waar ik een glinstering inzie van een lemmet. 'Zozo, ik wist niet dat kleine jongentjes met wapens mochten spelen?' grijns ik naar de jongen. Hij deinst achteruit, aangezien mijn ogen een gevaarlijk, maar zwak licht uitstralen. Ik stuur het water meer richting mijn hand. 'Dus zeg eens, wat doen jullie hier? Aangezien jullie hier niet horen?' Ik doe of ik het niet merk, maar ondertussen heb ik heus wel door dat de rest van de vijandige groep om mij en Aodfhin is gaan staan. Maar dit is een tactiek die ik en Aodfhin al van jongs af aan erin gestampt hebben gekregen, aangezien we zo op elkaar in spelen. Aodfhin houd de rest van de groep in de gaten, terwijl ik de leider onder 'schot' houdt, en ik pak de helft van de groep die in de buurt staat van de leider en de leider zelf, en Aodfhin ruimt de andere helft uit de weg. 'Nou?' vraag ik aan de leider, die nog steeds geen antwoord heeft gegeven, maar wel grijnst.


    I'm not a princess, I don't need saving. I'm a queen, I've got this shit handled.



    "Een kans voor onze nieuwe lijfwachten om te bewijzen wat ze kunnen." Corrin liet diens ogen over ons heen gaan. Één voor één. "Is er iemand die de mannen in de hoek wilt wegsturen? Ik kan me niet herinneren dat ze uitgenodigd zijn."
    Mijn ogen gleden nog weer naar het groepje indringers in de hoek van de balzaal en naast me merkte ik op dat mijn mede begaafden eerst naar hun koninklijke keken voor ze iets deden. Ik daarentegen knikte enkel en verdween naar achter. Mijn gave is er nou niet eentje die ik makkelijk in een zaal vol met mensen uit kon voeren. Niet in de buurt van het koninklijk huis in ieder geval.
    De schaduwen omhulden mij als een kleed en om één of andere reden voelde ik me hier vele malen meer op mijn gemak dat tussen de azende leeuwen van het koningshuis.
    Wat zal ik doen? In een groot dier veranderen zou me niet helpen. Dat zou teveel aandacht trekken. Een klein dier was ook niet al te handig. Ik had geen zin dat men op me zou kunnen staan. Een mens.... Een mens zou een goede oplossing kunnen zijn, maar wat zouden ze moeten met een mens terwijl ik er één ben? De jongens kenden mij toch niet. Wat voor nut had het als ik me zou veranderen in iemand anders?
    Mijn ogen gleden over de zaal en ik merkte nog weer de kleuren op van de vloeren en de muren. Een lampje begon te branden. Er is een speciaal soort slang dat precies dezelfde kleuren had met diens lichaam als de vloer. Als ik bij de randen bleef zou ik onopgemerkt bij hen kunnen komen.
    Het gif van de slang is dodelijk voor kleine dieren, maar mensen raken er echter enkel bewusteloos door. Dat was perfect voor deze situatie.
    Ik voelde hoe mijn lichaam begon te veranderen. De pijn schoot door mijn lichaam heen terwijl mijn armen en benen zich onder luid geklaag introkken tot ik alleen nog maar bestond uit één voortglijdende golf op de grond.
    Als een slang had kunnen huilen had ik het gedaan. In een dier met vier poten of vleugels veranderen is nog te doen, aangezien ik mijn botten grotendeels hou zoals ze er bij het menselijke lichaam eruit zien. Wel... Een slang heeft technisch gezien enkel een ruggengraat, dus al mijn botten moesten zich daar op aanpassen.
    Om mijn gedachten van de pijn af te halen, begon ik mezelf te bewegen. Snel van de trap af die het gedeelte waar wij ons bevonden scheidde van de grotere zaal met de dansvloer. Min plan om via de hoeken en de muren van de zaal te glijden werkte aanzienlijk goed. Mensen waren te druk bezig met elkaar en met het feestvieren dat ze zo goed als niet naar de grond keken.
    Het groepje onruststokers kwamen steeds groter in mijn vizier en voor ik het goed en wel doorhad kon ik mijn tanden al in de eerste enkel zetten.
    Nu moest ik me haasten. De tijd tussen dat mijn eerste slachtoffer op de grond zou vallen en de tijd die ik had om de rest te bijten voor ze het doorhadden was relatief klein. Mijn rechteroog gleed even richting mijn mede begaafden. Arrowin ontfermd zich wel over de leider, dan zou ik de meeste van zijn handlangers uitschakelen en liet ik er nog drie aan Aodfhin over.
    Ik beet mijn tweede slachtoffer en kronkelde verder naar mijn derde en mijn vierde. Ugh.. Het bijten van mensen is iets waar ik nog steeds niet aan heb kunnen wennen. Zeker niet als je dat deed met twee lange tanden vol vergif. Het deed me net een vampier voelen.
    "Nou?" Hoorde ik Arrowin nog zeggen toen ik mijn eerste slachtoffer achter me op de grond neer hoorde komen. Nu moest ik maken dat ik hier weg kwam. Laat ik me eerst maar even veranderen in iets anders dan een slang. Ik zag een nis achter me, waar niemand me zou zien veranderen, niet in mijzelf, maar in mijn kleine variant van toen ik zes was. Als de tweeling me zouden zien, zouden ze snappen wat er gebeurd is. Mijn lichaam trok zich ineen en ik voelde met een stekende pijn hoe mijn botten zich weer terug groeiden. De pijn was minder scherp dan eerder, misschien omdat ik niet naar mijn volwassen versie terug groeide. Een pluspunt was ook dat ik kleding erbij kon veranderen. Anders was het wel heel ongemakkelijk geweest als er opeens een klein naakt meisje in de balzaal stond.


    {Meh, ik ga denk ik nog wel even iets ga aanpassen... }





    .


    Credendo Vides

    • Corrin August Benoit Wynter •
    ''A lion doesn't concern himself with the opinions of sheep.''


    Skye leek te weten wat er van haar verwacht werd en verdween in de mensenmassa. Maar de tweeling keken eerst hun beschermelingen aan. Het waren kleine details die hem er aan herinnerde dat ze niet aan het hof waren opgevoed. Iedereen die hier een tijdje woonde zou weten dat zijn woorden doorslaggevend waren. Hij had nu echter geen tijd om er iets van te zeggen en eigenlijk wilde hij dat ook niet. Hij was vooral benieuwd hoe de begaafden deze situatie zouden oplossen.
    'Al zou ik graag een onderonsje met de leider hebben als dat niet teveel moeite is?' vroeg Tristàn.
    'Maar natuurlijk,' antwoordde Arrowin.
    Corrin knikte instemmend. Hij wilde weten hoe de mannen onopgemerkt in het kasteel waren gekomen en bovendien wat ze van plan waren. Dat laatste wist hij eigenlijk wel. Er bestonden kleine opstandige groepjes die het niet eens waren met het koningshuis. De ene iets meer extreem dan de ander. Het waren dit soort groepjes die de burgeroorlog in stand hielden. Hij zuchtte diep. Als zijn vader niet zo slap was geweest was die oorlog nooit ontstaan.
    'We hoeven ons om niets zorgen te maken, gegadigden. Prins Tristàn is hier om de held uit te hangen,' Agnes' stem droop van sarcasme. 'Ik weet zeker dat bandieten iets interessants te melden hebben, broertje.'
    Corrin schudde zijn hoofd afkeurend, maar kon een glimlach niet onderdrukken. Een feest zou geen feest zijn zonder het spottende commentaar van zijn wispelturige zus. Als ze van Tristàns vaardigheden wist had ze die opmerking vast niet gemaakt. Maar voor nu vond hij het wel amuserend en besloot hij het spelletje mee te spelen. 'We mogen trots zijn dat we zo'n edelmoedig broertje hebben, Agnes,' ook al was de toon van zijn stem plagerig, hij meende het wel. Wat er ook zou gebeuren; hij kon altijd op Tristàns loyaliteit rekenen.
    In tegenstelling tot Skye, die zichzelf niet nog bewezen had. Hij keek om zich heen. De tweeling hielden de groep mannen in bedwang. Behoorlijk indrukwekkend. Sky was echter nergens te bekennen. De lafaard. Ze is vast gevlucht nu dat-
    Een van de mannen viel zonder waarschuwing op de grond. Als een omver geblazen kaartenhuis. Corrin keek naar Aodhfin en Arrowin. Maar die hadden de man niet aangeraakt. Vanuit zijn ooghoeken kon hij net een slang langs de voeten van de oproerkraaiers zien glijden. Daar was zijn begaafde gebleven. Er vielen nog drie mannen op de grond. Dat moest de leider minstens ietwat ongerust maken. Mooi zo. Dan zou hij zich wel twee keer bedenken voor hij hier nog eens binnen zou sluipen. Al zou hij die kans niet een tweede keer krijgen. Corrin vouwde zijn armen over elkaar. Zolang de begaafden aan hun kant stonden waren ze zo verkeerd nog niet.


    • Hardship often prepares an ordinary person for an extraordinary destiny •

    Arrowin Sedna Nightingale






    Als ik zie hoe een man naast mij neervalt, weet ik dat het Skye haar werk is, en ik zie inderdaad iets over de grond flitsen dat op een slang lijkt, ga ik over tot actie. Snel schiet ik water naar de leider toe, dat verandert in ijs, waardoor hij aan de grond vast word gevroren. Ik schiet op hem af, en zie hoe hij probeert uit te halen naar mij met zijn dolk. Snel stuur ik een ijs pijl in zijn bovenarm, en kan nog net mijn hand voor zijn mond doen, om zijn schreeuw te dempen. Ik grijp zijn dolk uit zijn handen en zodra ik achter hem sta, fluister ik in zijn oor 'Het was een slecht, heel slecht idee om je in het hol van de leeuw te begeven'. snel stoot ik met mijn vlakke hand tegen zijn slaap, waardoor hij bewusteloos is, maar geen letsel heeft. Ik leg hem snel op de grond, en draai mij om. Ik zie hoe twee jongens richting Aodfhin rennen, en schiet een paar ijs pijlen op ze af waardoor ze doorboord worden. Aodfhin knikt snel naar me, maar seint dan naar iets achter me. Door een zesde zintuig, draai ik mij in een vloeiende beweging om, terwijl ik mijn dolk uit de houder grijp. Doordat ik de dolk in een verdedigende positie houd, loopt de jongen die op mij af kwam rennen zicht dood op de dolk. Hij kijkt met grote ogen naar de dolk in zijn buik, waar het bloed rijkelijk uit stroomt, en ik kan hem nog net opvangen voor hij totaal op de grond klapt. Ik leg hem op de grond, en met een schokkende beweging, haalt hij nog een keer adem en verslapt dan. 'chuid eile i síocháin' zeg ik in het Iers, terwijl ik met een vloeiende beweging zijn ogen sluit. Rust in vrede. Ik draai mij om, en zie Aodfhin in een gevecht verwikkeld met de laatste vier jongens. Ik schiet naar twee van de mannen ijspijlen, en Aodfhin schakelt de laatste uit door zijn hand op hun hart te leggen en dan hun hart te verbranden. Het klinkt misschien walgelijk of wreed, maar het is de snelste en minst pijnlijke manier om mensen af te maken. Ik zuiver mijn jurk van al het bloed, en doe hetzelfde bij Aodfhin. Ik kijk rond of ik Skye zie, maar dan valt mijn blik op een nis. Voor andere mensen is het gewoon een meisje van zes jaar, maar ik weet dondersgoed dat het Skye is. Snel knik ik naar haar. Dan zie ik plots bloed op mijn hand. Ik spoel het af met water, en zie een snee over heel mijn onderarm lopen. Ik slaak een vloek, en genees het snel. Zodra de adrealine uit mijn bloedbaan begint te verdwijnen, merk ik hoe mijn ogen van hun lichtgevende variant weer terug gaan naar hun normale, ijzige kleur. Hetzelfde gebeurd bij Aodfhin. Zijn ogen gaven een rood, zwak, licht af, maar worden nu weer donker bruin. Ik geef een duwtje met mijn voet tegen de jongen die ik met mijn dolk neergehaald heb. Dan kniel ik naast hem neer. 'Wat moeten we met de lijken doen?' vraag ik aan Aodfhin. 'Geen idee, maar ze liggen bij elkaar, in de schaduwen, en niemand van de gasten komt hier, dus tot we horen wat ermee moet worden gedaan, kunnen we denk ik het best ze laten liggen'. 'En die dan?' vraag ik, wijzend op de vier mannen die bewusteloos zijn door het gif van de slangenversie van Skye. 'Geen idee' Ik pin ze vast met ijs op de grond. 'Voorlopig komen die hier niet weg, of los, en ik vraag het wel aan prins Tristàn of Prins Corrin wat met de nog levende rebellen moet worden gedaan, maar laten we eerst deze heer hier denk ik maar meenemen' -wijzend op de leider-, 'of Tristàn moet hierheen komen, aangezien het mij niet slim lijkt om nu met hem door de mensenmassa te sleuren, het is al een wonder dat niemand iets is opgevallen van het gevecht, dus nu met een ' ik werp een blik op de langzaam aan ontwakende leider ' te gaan slepen door de balzaal, en dat mensen dan vragen gaan stellen' . Ik maak de leider los van de vloer, en sleur hem aan een arm omhoog. Ik haak mijn ene arm door de linkerarm van de leider , nadat ik die pijnlijk op zijn rug heb gedraaid, en Aodfhin doet hetzelfde. Daarna zet ik zijn polsen weer aan elkaar met ijs. Ik kijk om mij heen, tot ik de blik van Tristàn heb gevonden. Ik wacht tot hij hierheen komt of een gebaar maakt ten teken dat we iets anders moeten doen. Plots vraagt Aodfhin zacht aan mij, zodat ik de enige ben die het hoort: ' Heb je Tristàn al vertelt over je martel methode?'. Mijn kaak verstrakt. Iceing. Het laten bevriezen van het water in het bloed van het slachtoffer. Helse pijnen, en een kloppende pijn nadat het bloed weer ontdooid is. Het is een handige methode, aangezien je hier uren mee door kan gaan, omdat je niet hoeft te wachten tot de wonden die kunnen zijn opgelopen, enigszins geheeld zijn. 'Nee' zucht ik. ' Maar ik denk dat ik dat zo maar zal moeten doen'


    I'm not a princess, I don't need saving. I'm a queen, I've got this shit handled.

    TRISTÀN      ALEIXO      WYNTER
    "The prince of darkness is a gentleman.”
    Prince


    Natuurlijk kon Agnes het niet laten om een opmerking te maken. Tristàns glimlach bleef ondanks zijn irritatie op zijn gezicht geplakt. Ze wist niet waar ze het over had en emoties laten zien was zeker niet handig. Corrin, die het wel met zijn ideeën eens was zo te merken, had blijkbaar besloten dat het wel leuk was om met hun zus mee te gaan. Tristàn had ook weinig anders verwacht eigenlijk.
    Ondanks dat hij wel in de gaten hield wat er verderop gebeurde – weinig nu de begaafden de groep nog niet hadden bereikt – richtte hij zijn aandacht op Agnes. “En dat is nou precies de reden dat ik wel even met ze zou willen praten, prinses,” zei hij tegen haar met de nadruk op prinses. Hij wist hoe geïrriteerd ze ervan kon worden als iemand haar eraan herinnerde dat Corrin als kroonprins en hijzelf als tweede zoon eigenlijk hoger in rang stonden. Hij was er altijd al goed in geweest om mensen te irriteren als hij dat wilde, en zijn oudere zus was daar geen uitzondering op. Ondanks hun gedrag van constante steken onder water naar elkaar, was hun band op zich wel goed. Misschien juist daardoor wel. Zonder zich zorgen te maken om eventuele vijanden konden ze zich allebei een keer laten gaan en hoefden ze geen masker van beleefdheid op te houden.
    Ergens was het misschien wel goed dat er eerst vanuit het niets een aantal mensen in elkaar zakten. Dat zorgde er tenminste voor dat niemand zag hoe Arrowin en haar broer de overige mensen aanvielen. Serieus, hadden ze nooit van subtiel en niet opvallen gehoord? Ze stonden in een zaal vol met mensen!
    Hijzelf lette wel op het gevecht, al was die in een paar seconden voorbij. De begaafden waren sterk en zeker een potentieel gevaar als ze niet voor 100% loyaal zouden zijn.
    De meeste mensen was het niet eens opgevallen dat er iets niet klopte gelukkig. Anders had hij de begaafden waarschijnlijk ter plekke afgemaakt – of in de nacht, wat zijn voorkeur had. Ze waren een geheim dat nog even bewaard moest blijven, een geheim wapen in hun strijd tegen de vijand en alles wat ze in hun voordeel konden hebben, moest een voordeel blijven ook.
    Hij zag hoe Arrowin hem gebaarde, waarschijnlijk voor zijn onderonsje met de leider en hij draaide zich terug naar zijn compagnons. “Als jullie me willen excuseren?” zei hij. Zonder antwoord af te wachten draaide hij zich om en begon zich door de mensenmassa te begeven. Corrin zou hem uit plichtsgevoel wel volgen en Agnes zou ongetwijfeld ook meekomen, al was het maar omdat ze waarschijnlijk wel wilde weten wat er allemaal aan de hand was. Daar had hij geen twijfel over, dus hij verliet ze ook niet echt.
    De leider begon inmiddels bij zijn positieven te komen, maar met zijn geboeide polsen kon hij weinig. Tristàn knikte goedkeurend. “Goed werk.” Het was een groot compliment, aangezien hij meestal niet aan complimenten deed, tenminste geen gemeende. Niet-gemeend strooide hij altijd rond.
    Vervolgens keek hij naar de leider. Het was een oude bekende, en hij zag in de ogen van de ander dat hijzelf ook herkend was. Het was iemand die Tristàn wel eens voor informatie gebruikt had, inclusief de nodige bedreigingen. Dat hij eigenlijk prins was, scheen de ander zich wel pas nu te realiseren.
    “Goed je weer te zien, Marius,” sprak hij. “Ik heb een deal voor je. Jij beantwoordt mijn vragen allemaal eerlijk en zonder moeilijk te doen en aan het eind van de avond zal je deze zaal weer ongedeerd kunnen verlaten. Anders…” Technisch gezien loog hij niet. Marius zou de zaal weer verlaten, maar de route die hij daarna zou gaan afleggen, zou niet naar zijn veilige bedje zijn, maar naar een de kerkers een paar verdiepingen lager. Dat hoefde hij echter nog niet te weten. Alleen het ‘ongedeerd’-gedeelte was – waarschijnlijk – waar.
    Tristàn kon de angst in zijn ogen zien, maar hij probeerde zich groot te houden. Hij was dapper. Dom, maar dapper. “We zullen zien,” probeerde Marius zo zelfverzekerd mogelijk uit te brengen. Het klonk voornamelijk alsof het een stervend varken was.
    “Inderdaad,” zei Tristàn met een glimlach om zijn lippen die het bloed van de ander deed stollen. Op dit moment liet hij in zijn hele houding doorschemeren wat een gevaar hij was. “We zullen zien.”


    The purpose of a writer is to keep civilization from destroying itself.

    Lynn Fiore Wynter - Dynell




    Tristàn streek even langs mijn arm. “Dit is niet de beste plek om zulke zaken te bespreken,” Ik knikte en sloeg mijn ogen neer. Hij had gelijk en ik baalde van het feit dat hij mij daar op terecht moest wijzen. "Aangenaam kennis met u te maken, prinses." De jonge vrouw naast Arrowin maakte een reverence en introduceerde haarzelf. "Mijn naam is Skye Branpoire." Ik glimlachte ter goedkeuring. 'Lynn.' was de korte begroeting van mijn oudste neef die ik ook met een knikje beantwoorde. Mijn vraag of er iets was bleef onbeantwoord door de begaafden, maar mijn neef was ook iets opgevallen. 'Een kans voor onze nieuwe lijfwachten om te bewijzen wat ze kunnen,' hij glimlachte zelfbewust en keek de begaafden een voor een aan. 'Is er iemand die de mannen in de hoek wilt wegsturen? Ik kan me niet herinneren dat ze uitgenodigd zijn.' Ik moest op mijn tenen staan om over de menigte uit te kunnen kijken. En inderdaad zag ik een groep mannen staan die duidelijk niet waren uitgenodigd. Een glimlachje verscheen op mijn gezicht, ik was er benieuwd wat de begaafden ons te bieden hadden. Bang was ik niet, als de begaafden hun werk niet goed zouden doen waren er nog genoeg wachters in dit kasteel en mijn neven waren bedreven in het zwaardvechten. Dus veel gevaar zou er niet zijn. 'Maar natuurlijk' beantwoord de tweeling het bevel van mijn neef. Verbaast kijk ik toe als ze blijven staan en haast smekend om toestemming lijken te vragen. Begrepen ze dan niet dat het erg ongepast was om het bevel van de kroonprins te negeren? "Ga," beviel Agnes haar begaafde. Het leek mij maar lastig om zo'n begaafde te hebben en was blij dat ik de mijne had afgeschud. Ook Tristàn gaf zijn toestemming aan zijn begaafde. “Al zou ik graag een onderonsje met de leider hebben als dat niet teveel moeite is?” Ik moest om hem glimlachen, hij wilde natuurlijk weer de grote held uithangen. 'We hoeven ons om niets zorgen te maken, gegadigden. Prins Tristàn is hier om de held uit te hangen.' Ik schudde lachend mijn hoofd na de opmerking van mijn nicht. Ik pakte een drankje van het dienblad en nam een slokje. 'Ik weet zeker dat bandieten iets interessants te melden hebben, broertje.' ging Agnes verder, terwijl ze van haar glas nipte. 'We mogen trots zijn dat we zo'n edelmoedig broertje hebben, Agnes,' mengde Corrin zich in het gesprek. "Als we hem toch niet hadden," lachte ik. Het leek Tristàn weinig te deren. “En dat is nou precies de reden dat ik wel even met ze zou willen praten, prinses,” Hieruit maakte ik op dat hij wel degelijk geïrriteerd was ondanks zijn lachende gezicht. Die opmerking was keihard. Ik wist hoe over Agnes haar afgunst over het verschil tussen man en vrouw, aangezien zij de oudste is. Ik pakte haar hand en gaf er een klein kneepje in. Wij vrouwen werden vaak ondergewaardeerd en hadden weinig rechten in vergelijking met mijn broer en neven. Iets waar ze ons maar al te graag aan herinnerden. Ondertussen waren de 3 begaafden verdwenen, ik was benieuwd hoe ze te werk zouden gaan. Het leek mij sterk dat ze ze hier koelbloedig in de feest menigte een groepje mannen zouden uitmoorden. Alhoewel, ze zouden vast hun tactieken hebben om dit zo onopvallend mogelijk te doen. Ik zette een paar stappen in hun richting zodat ik het wat beter kon bekijken. Geruisloos vielen er een aantal mannen neer, zonder dat er een hevig gevecht plaatsvond. Ook leek niemand van de feestgangers het op te vallen. Met de minuut groeide mijn bewondering voor de begaafde. Het gevecht was al erg snel afgelopen. Ik liep terug naar de rest en zette mijn lege glas op tafel. Tristàn was ondertussen al naar de begaafden gelopen. Ik verontschuldigde mij bij mijn neef en nicht om even naar de toiletruimtes te kunnen. Ik had even frisse lucht nodig, deze feesten waren niet mijn ding. Terwijl ik mij door de feestzaal wurmde en alle blikken voelde branden verliet ik de zaal. Het was rustig op de gang, waardoor ik mij eindelijk kon ontspannen. Uit het zicht van alle mensen kan ik altijd het zogenaamde masker laten vallen en niet het perfecte meisje van het koningshuis hoef uit te hangen. Mijn hakken tikten door de gang, terwijl ik de toiletruimtes bijna had bereikt. Ik sloeg de hoek om, maar werd onmiddellijk door iemand vastgegrepen. Ik sloeg een gil die algauw stokte toen ik het koude, scherpe metaal van een mes tegen mijn keel voelde drukken. "Een geluid en je bent er geweest," zei een onbekende stem. Natuurlijk hield ik mijn mond stijf dicht. De schrik van net ebde langzaam weg, maar daarvoor in de plaats voelde ik lichte paniek opkomen. Iedereen in de feestzaal, waarschijnlijk had niemand mij horen gillen. Ik had geen idee wie die man was en wat hij met mij wilde. De tranen sprongen in mijn ogen, terwijl ik mijn best deed om mij groot te houden. Ruw werd ik meegetrokken, steeds verder van de menigte. Op dit moment baalde ik enorm dat ik mijn begaafde had achtergelaten. Hij had mij kunnen beschermen. Ik had er lacherig over gedaan, maar nu ik het zelf ervoer merkte ik dat de dreiging op het koningshuis dichtbij was. Te dichtbij...


    When you believe your dreams come true



    Agnes Harryo Beatrice Wynter


    'We mogen trots zijn dat we zo'n edelmoedig broertje hebben, Agnes.' Onbeschaamd deed ik alsof ik me ergens anders in de zaal op had gefocust, ook al had ik slechts naar een ornament op de muur gestaard, waarvan het goud het kaarslicht in de gehele balzaal reflecteerde. Slechts enkele seconden nadat Corrin zijn zin had afgerond wendde ik mijn gezicht naar hem toe.
          'Natuurlijk.' antwoordde ik afwezig, maar alsnog sarcastisch. 'Als we hem toch niet hadden...' lachte Lynn nog toe, maar iets nuttigs om te reageren kwam niet in me op, dus daarop antwoordde ik niet.
          'En dat is nou precies de reden dat ik wel even met ze zou willen praten, prinses.' Ditmaal wachtte ik niet af om te antwoorden, of zelfs aan te kijken. Direct richtte ik mijn priemende ogen op mijn jongere broer. Hoe durfde hij? 'Dat maakt jou nog steeds geen kroonprins,' Was voor even alles dat ik erop terug te zeggen had, maar ik wist dat dit hem veel minder in de weg zat dan het mij in de weg zat. Plots voelde ik een kneepje van Lynn's hand in de mijne, en veel betekende het niet voor me, maar alsnog was het fijn om in dit moment even stille steun te ontvangen.
          'Als jullie me willen excuseren?' Tristàn had inderdaad zijn roeping gevonden in het ondervragen van de onruststokers, maar omdat de rest hem ook onopvallend volgde, deed ik hetzelfde.
          'Je zal eens terug moeten denken aan alles wat ik voor jou gedaan heb toen jij nog niet eens kon lopen.' siste ik terwijl ik elegant langs hem heen liep. Ik had er geen behoefte aan om in een of ander donker achterkamertje met bandieten opgescheept te zitten. En zeker niet met mijn broers. Lynn was echter verdwenen naar de toiletten. Een dans met een wildvreemde zat er voor mij op deze onrustige avond ook even totaal niet in.
          'Eerst ondersteunt ze me en dan laat ze me in de steek...' mompelde ik in mezelf terwijl ik haar richting de toiletten volgde.

    [ bericht aangepast op 23 okt 2016 - 0:10 ]


    how dare you speak of grace

    Brayde Ever Payton Wynter - Dynell


    Met een zucht en mijn linkerhand in mijn zij liep ik door de gang heen terwijl ik mijn rechter variant door mijn warrige zwarte haar heen haalde. "Maak ik eindelijk kennis met mijn begaafde en dan zegt ze niets..." Eerlijk gezegd was ik daar enorm teleurgesteld om. Ze was dan wel niet de eerste begaafde die ik tegen ben gekomen, maar zo persoonlijk dichtbij? Dat had voor vele interessante mogelijkheden kunnen zorgen. Desalniettemin gewoon als gezelschap tegen eenzaamheid, ik had echter geen zin om tegen een muur te praten. Nogmaals zuchtte ik terwijl ik mijn voeten versnelde in de route naar feest toe, als een wichelroede. Het is sowieso al absurd dat ik te laat kom op een feest. Juist ik! Normaal ben ik juist diegene de een feest start. Hoeveel vreemder kon deze dag nog lopen? Onrustige voetstappen en een zachte gil trokken mijn aandacht en ik wilde mijn woorden bijna direct al weer inslikken. Er was duidelijk iets niet goed pluis.
    Zo stilletjes mogelijk zette ik mijn volgende stappen naar de vertakking in de hal waarvandaan het geluid had weerklonken en ik spiekte om de hoek heen.
    Een vreemde man leek iemand met zich mee te trekken, maar die persoon was aan mijn gezichtsveld ontrokken. Het gehele tafereel zag er echter zodanig onguur uit dat ik al snel de hal in stapte. "Het lijkt me niet de bedoeling dat u zo met anderen om gaat." Ik bestudeerde de man nogmaals. Hij was relatief lang, maar ik schatte hem kleiner dan mij, breder postuur maar duidelijk gespierde armen. Een geoefend vuistvechter gok ik zo.
    Mijn woorden hadden door de gang heen geëchood en ik zag de man even schrikken, waardoor hij diens gevangene dichter naar zich toetrok, ik zag een jurk opbollen. Een vrouw dus. Die was duidelijk niet onder de juiste bedoelingen meegenomen. "Ik zou u graag willen verzoeken de dame te laten gaan."
    De man draaide zich om en mijn ogen verwijden zich even. Ik had al wel door dat de man een vrouw beet had gepakt, maar nu ik goed zich had op wie sloeg mijn hart toch even een slag over. Ondanks dat we niet altijd even goed met elkaar overweg kunnen hou ik toch van haar. Dat was toch ook de taak van elke grote broer? Het beschermen van diens kleine zus. "En wel op dit ogenblik." Mijn ogen schoten over de man heen om nogmaals een balans op te maken.
    Hij droeg een schede aan zijn rechterzij, kort, dus iets van een dolk. Aan zijn rechterzijde... Dat betekende dat hij hoogstwaarschijnlijk linkshandig is.


    {Ik laat het spelen van de man verder aan jou over (; }


    Credendo Vides

    Lynn Fiore Wynter - Dynell




    "Het lijkt me niet de bedoeling dat u zo met anderen om gaat." Klonk een bekende stem plotseling door de gang. Een sprankje hoop en opluchting ging door mijn lichaam heen. De man leek te schrikken en ik voelde hoe het mes dichter tegen mijn keel werd gezet, hierdoor sloeg de paniek ook weer toe. "Ik zou u graag willen verzoeken de dame te laten gaan." klonk de stem weer. Mijn grote broer was gekomen om mij te redden, waar ik hem dankbaar voor was. Maar het was nog niet voorbij en ik hoopte dat ik het hier levend vanaf zou brengen. Angstig keek ik Brayde aan, daarnaast haatte ik het dat hij mij zo moest zien. Ik wilde niet als zwak bestempeld worden. "En wel op dit ogenblik." Ik voelde dat de man iets was afgeleid door Brayde. Op dat moment stampte ik zo hard mogelijk met mijn hak op zijn voet. De man schreeuwde het uit en ik voelde zijn greep verslappen. Snel dook ik onder het mes door. "Vuil wicht," schreeuwde hij mij na. Ik stortte mij in de armen van mijn broer. "Dankje," fluisterde ik zachtjes. Ik draaide mij om naar de man, die leek krankzinnig te zijn geworden. Met het mes kwam hij op ons afgestormd. Ik verborg mij snel achter Brayde, hij was getraind in de vechtkunst en bovendien sterker dan ik. Ik kon zoals ik gemerkt had weinig beginnen tegen de man. "Kijk uit Brayde," riep ik uit. Ik wilde niet dat hij gewon raakte. Ik wist niet goed of ik hulp moest halen of dat hij het wel zou redden. Ik wilde hem ook weer niet alleen achterlaten.


    When you believe your dreams come true

    Brayde Ever Payton Wynter - Dynell



    De man leek even uit het veld geslagen door mijn woorden, maar voor ik ook nog maar verder iets uit kon richten had mijn zusje hem hard op zijn voet getrapt waarna ze onder het mes door dook en haar uit pure frustratie nariep. Het enige wat ik kon doen was mijn armen voor haar openen om haar in haar vlucht op te vangen. "Dankje." Hoorde ik haar zachtjes fluisteren, waarna ze zich opdraaide om naar de man te kijken.
    Ik volgde haar blik en het zag er niet goed uit. De ijle hoop die ik had gehad om er enkel met praten vanaf te komen is in duizenden stukjes uiteen gespat.
    De ogen van de man weken verder open en zijn pupillen groeiden in krankzinnigheid. Dat was geen goed teken. Wat al helemaal geen goed teken was verscheen als een glinstering in zijn hand. Een mes. Ik kon het niet laten om met mijn ogen te rollen. "Dit meen je niet." Ik droeg dan wel een zwaard om mijn middel, maar dat ding is over het algemeen meer bedoeld als ceremonieel gewicht. Waarschijnlijk maakte het de man helemaal niet meer uit want hij kwam als een bezetene op ons afrennen en mijn zusje sprong achter me voordat ik haar zelf naar achter kon duwen, uit de baan van de gek. "Kijkt uit Brayde." Riep ze nog toen de man mij bijna bereikt had.
    "Wat er ook mocht gebeuren, meng je er niet in." Deze woorden wierp ik nog snel over mijn schouder heen naar mijn zusje voor ik me met mijn hele wezen op de man voor me concentreerde. Als in een soort dans wist ik me om hem heen te spinnen, mijn arm in zijn nek te leggen en hem een zwiep te geven voor hij langs me heen kon komen om naar mijn zusje te gaan.
    Zoals velen al wel weten hou ik absoluut niet van vechten, dus als ik al wel in een gevecht terecht kom is het mijn specialiteit om er een show van te maken.
    Sommigen noemen het ook wel de dans des doods. Het was niet echt een vechtkunst die door velen gehanteerd word. Het is meer een combinatie tussen zelfverdediging, ontwapenen, overmeestering en uitputten. Simpele zielen gingen er makkelijk aan onderdoor, maar als je het bij bedreven zwaardvechters probeerde kon het ook makkelijk je dood worden. Dus,de dans des doods.
    Ergens was het altijd wel interessant om te zien wie er een simpele ziel was en wie een uitdaging. Krankzinnige mensen vormen ook altijd een nieuwe kijk op mijn strategieën.
    Tot nu toe was de man niet moeilijk te ontlopen, zijn uithalen waren vol woede maar zonder precisie. Ik had echter nog geen goed moment weten te vinden om het mes uit zijn hand te tikken om hem te ontwapenen. Een technische trap in zijn zij zette hem echter op een nieuwe spoor en zijn patroon veranderde.
    Ik cirkelde om hem heen, mijn linkerhand achter mijn rug en mijn rechter voor mijn torso voor mijn evenwicht. Mocht hij ook langs mij heen komen en mijn rug tegenkomen had ik in ieder geval al mijn hand daar. Mijn rechterhand is mijn dominante, dus die hou ik ten alle tijden voor me.
    Ik hoorde hoe de man steeds zwaarder begon te ademen. Mooi, uitputting is dus de juiste weg in dit geval.
    "Oh..." Een andere vrouwelijke stem trok mijn aandacht en mijn hoofd schoot voor heel eventjes opzij. Daar stond een klein meisje, ze leek me niet ouder dan een jaar of twaalf, die me met kalme maar berekende en geïnteresseerde ogen in zich opnam.
    Haar houding bracht me uit balans waardoor ik het mes dat op me afraasde net niet kont ontwijken. Het lemmet schampte mijn linkerarm, gelukkig was het geen diepe snee, het zal alleen wat gaan bloeden. Ik zou er niet eens een litteken aan over houden.
    Het meisje leek echter nog steeds niet aangedaan door de situatie. Ze zuchtte zelfs en schudde haar hoofd terwijl ze een stap naar mij en dus het gevecht toe deed.
    De man leek haar niet in de gaten te hebben en ik weet niet of dat in haar voordeel werkte, maar zonder dat ik precies wist wat er gebeurde, gaf ze hem een flinke trap tegen zijn benen waardoor hij door zijn knieën zakte en maakte ze het af met een harde elleboog tegen zijn slaap aan.
    "Zo, daar hebben we de komende paar uren geen last meer van." Haar stem leek te vervormen tot een vollere variant en langzaam zag ik haar gezicht veranderen en leek ze te groeien.
    Als in een knipper van mijn ogen stond er opeens een jonge vrouw voor me. Ze moest haast wel van mijn leeftijd zijn.
    Ze knikte en boog licht voor mij. "Mijn excuses dat ik me zomaar met uw bezigheden mengde, maar mij is opgedragen om de koninklijke familie te beschermen."
    Er verscheen even iets op haar gezicht wat voor een scheve glimlach door kon gaan. "Mijn naam is Skye Brannpoire,één van de begaafde."
    Nee goh, zou het?


    Credendo Vides