• "Twinkel, twinkel kleine ster. Geef niet op dan vindt je me wel."


    25 may 1903


    Een stad, afgesloten van de wereld is helemaal aan zijn lot overgelaten, net op het moment dat ze hulp nodig hebben. Mijnwerkers hadden namelijk een stuk muur weggekapt en onthulde zo een kamer die nooit bloot had mogen komen te liggen. De wind die stevig begon op te steken, zorgde ervoor dat de mannen even angstig om zich heen hadden gekeken, maar vanaf het moment dat ze niets zagen, waren ze verder de kamer in gelopen en troffen zo allemaal skeletten aan die daar een aantal jaar geleden geplaatst moesten zijn. Ze lieten de kamer open nadat ze alle juwelen die erin lagen hadden weggehaald en gingen door met hun werk. Alles ging zijn gewone gangetje totdat er mensen op mysterieuze manieren begonnen te verdwijnen en later dood werden terug gevonden: aan de strop die om een boom geslagen was, verdronken in het kleine meer dat aan de rand van het dorp lag of gewoon doodgestoken met een mes. De bewoners werden bang en probeerde hulp te zoeken, maar er was niemand die hun schreeuw naar hulp beantwoordden. Stuk voor stuk probeerden ze te vluchten en stuk voor stuk werden ze door een onzichtbare kracht terug naar het dorp gehaald. Ontsnappen was onmogelijk en binnen no time was heel het dorp uitgemoord en lagen de straten vol met lijken.

    23 may 2003


    Het kleine dorpje is net een pretpark geworden door de legende die erover rond ging. Toch keerden ze allemaal teleurgesteld terug omdat er niets gebeurde. Iedereen beweerde dat de legende maar een fabeltje was en langzaamaan begon het dorp minder interessant te worden. Het stierf uit en raakte langzaam in verval. Toch was er een select groepje mensen dat de hoop niet op gaf en om de tien jaar ging kijken. Telkens weer werden ze teleurgesteld, totdat een van hen ineens verdween. Natuurlijk dachten ze allemaal dat die persoon een grap uithaalde en zo weer tevoorschijn zou komen, maar het lachen verging hen al snel toen ze een paar uur later een lichaam aan een boom zagen hangen, opgehangen met ene strop rond zijn nek. Ze probeerde rustig te blijven, maar de paniek was toch voelbaar en werd alleen maar erger toen er ook een tweede van hen verdween. Vanaf dat moment wisten ze dat ze niet meer veilig waren en probeerden ze een uitweg te zoeken, maar op een onverklaarbare wijze boog elke weg die ze namen terug af naar het dorp en zelfs toen ze van de weg afgingen, bleven ze op dezelfde plek uitkomen. Ze proberen zich zo goed mogelijk te verweren en ervoor te zorgen dat ze het allemaal overleven en ze krijgen hulp van de bewoners. Net als hun vijanden hebben sommigen ervoor kunnen zorgen dat hun ziel in het dorp bleef en ze konden verschijnen als ze wilden om te helpen. Ook zij moeten op hun hoede zijn aangezien zij ook vermoord kunnen worden en hun ziel dat voor eeuwig zou verdwijnen. Samen met de overgebleven mensen proberen ze het kwaad uit het dorp te verjagen, iets dat makkelijker gezegd is dan gedaan.


    Er zijn nog een rol open die ingevuld mag worden, als je zin hebt mag je dat in dit topic doen.


    Mensen ( 1 plaats => liefst mannelijk)

    - Ruby Nelson ==> Itami
    - Skye Amelia Lavigna ==> Praelectio
    - Kaithlyn Selena Newman ==> Arriver
    - Coco Mylan ==> ChocoChip
    - Gereserveerd door RabidKiller
    - Bryson Mursing ==> SizzBizz
    - Roger Gareth McGrand ==> Sinistra
    - Benjamin Scott ==> Trouble258

    Oorspronkelijke bewoners VOL

    De oorspronkelijke bewonders van het dorp zijn allemaal vermoordt tussen 1903 en 1904. Vier van hen hebben het voor elkaar gekregen om op aarde te blijven en proberen de ander egeesten uit hun dorp te verjagen en tegelijkertijd de levende zielen te beschermen en te helpen. Ze hebben meestal goede bedoelingen en zouden nooit zomaar iemand die nog leeft vermoorden. Ze zijn niet doorzichtig zoals sprookjes vertellen, maar hebben een soort gloed om hen heen die er wel voor zorgt dat ze van de mensen te onderscheiden zijn. Daarbij dragen ze nog altijd de kleren waarin ze gestorven zijn, dus geen spijkerbroeken, hoody's en stuff.


    - Romeo William Henderson ==> Praelectio
    - Vivali Loraine Bennett ==> PlagueRat
    - Frederic Hellingston ==> TicTac
    - Catherine Aemilia Langston ==> Sinistra

    Bad ghosts (1 plaats)

    Deze geesten zijn jaren geleden gestorven en daarna opgesloten in een kamer onder de grond. Een paar jaren later zijn ze beginnen te graven en hebben de mensen hen onbewust vrij gelaten. Deze geesten zijn meestal redelijk sadistisch en vinden het fijn om verschillende manieren te bedenken om hun slachtoffers te vermoorden. Meestal spelen ze even met hun slachtoffer vooraleer ze hem of haar vermoorden, wat ook de verdwijningen verklaard.


    - davea ==> PlagueRat
    - Innencio Augusta Fransiscus Eduard Agnelli ==> BloodyFace
    -


    Regels

    - Er geld een minimum van 8 regels, meer mag natuurlijk altijd, minder niet
    - OOC tussen haakjes () [] {}
    - +16 is toegestaan
    - Niet meer dan twee personages per persoon, altijd van een verschillend geslacht
    - Alleen je eigen personage besturen
    - Naamsverandering of veranderingen aan je personage doorgeven
    - Sluit niemand buiten
    - Geen ruzie binnen te RPG, dat vecht je onderling maar uit
    - Reservaties blijven drie dagen staan
    - Topics worden alleen geopent door TicTac tenzij anders aangegeven

    Wil je meedoen? Vul dan dit lijstje in

    Rol:
    Naam:
    Leeftijd:
    Geslacht:
    Uiterlijk: beschrijving +foto
    Innerlijk:
    Extra:

    Let op: iedereen die zich een geest kan noemen is gestorven tussen 1750 en 1904 en kent dus niets van de technologie die ontstaan is. Het is dus niet mogelijk dat ze ineens met ene mobieltje of iets dergelijks kunnen werken. Ze kunnen ook geen vaste voorwerpen aanraken, maar kunnen wel wind produceren om te laten weten dat ze er zijn. Vanaf het moment dat er een geest in de buurt is wordt het ook 10 graden kouder wat mensen dus alarmeert.


    Hoe beginnen we?


    Het is nacht en het tweede slachtoffer is nog maar net vedwenen. De paniek groeit langzaam bij de mensen en nog altijd zijn er enkelingen die proberen weg te komen. Niemand kan de slaap vatten en dit is de eerste nacht dat de oorspronkelijke bewoners zich laten zien aangezien ze het echt niet meer kunnen aanzien hoe de mensen maar als kippen zonder kop rond blijven lopen. Om het nog spannender te maken is de voorraad eten bijna op waardoor er gejaagd moet worden op de dieren in de bossen. Er is dus een hoop werk te doen zoals wapens maken en de oorspronkelijke bewonders kunnen zichzelf als leraar zien om de anderen te leren hoe ze juist moeten jagen, mits ze het vertrouwen van de nog levende mensen kunnen winnen. De bad ghost zijn bezig met het bang maken van de mensen, om ze wat op te warmen voor wat hen te wachten staat. Daarbij is er nog altijd iemand in hun klauwen die het zwijgen opgelegd moet worden voordat hij zich terug bij de rest zou kunnen voegen.


    -Hi, I'm Andy, also freaking out- Andy Gallagher

    Roger Gareth McGrand

    "Ik dacht nog wel dat ik er onschuldig uitzag." zei Skye. "Je hoeft niet weg te gaan." zei ze daarna.
    Ik glimlachte zachtjes en zuchtte.
    Ik zag dat ze rilde en ze ging wat verzitten, met haar kin op haar knieën. Ze had meer kleren aan dan ik, ik had geen vest of trui aan en zij had er meerdere. "Heb je het niet koud?" vroeg ze nadat het een tijdje stil was. Even keek ik haar aan. 'Jij hebt het kouder dan ik, zo te zien.' zei ik zacht en lachte ondanks dat het in dit gebied niet grappig was. 'Maar... Je hebt gelijk, het is niet echt warm op het moment. Ach, het maakt me niet zo veel uit.' Plotseling hoorde ik nog meer geritsel van takken en keek verschrikt om me heen, wat belachelijk was toen ik de stem van Coco herkende die zei dat ze er was.
    'Als ik stoor, jammer dan.' zei ze er achter aan. Het was vreemd om hier te zitten met twee medereizigers, allemaal wetend dat het gevaarlijk was om onbewapend in dit bos te zijn, wetend dat er recent nog een moord was gepleegd. En toch zaten we hier. Het kon me ook niet schelen, ik bleef hier zitten want naar binnen gaan had geen nut, ik kon toch niet slapen.
    'Voor mij stoor je niet.' was mijn antwoord en ik nestelde me wat beter tegen de boom aan.


    "It's funnier in Enochian." ~ Castiel

    (Hier wordt ook niet gereageerd... Ik schrijf na het eten een reactie. ^^)


    Reading a good book is like taking a journey.

    Skye Amelia Lavinga. || Mens.

    "Jij hebt het kouder dan ik zo te zien. Maar... je hebt gelijk, het is niet echt warm op dit moment. Ach, het maakt ook niet zoveel uit." hoorde ik Roger nog zeggen.
    Mijn wenkbrauwen vlogen omhoog en ik liet zijn woorden maar eventjes varen. Zijn woorden leken erg onzeker op mij over te komen, maar dat zou vast wel weer aan mij liggen. Het gaf ook niks.
    "Coco is aanwezig." hoorde ik ineens, waardoor ik vluchtig opkeek. "Als ik stoor, jammer dan."
    Ik trok één van mijn mondhoeken omhoog en gaf haar een ongeïnteresseerde blik terug, waarna een minachtend lachje volgde. Ik wist dat Coco af en toe kort door de bocht kon zijn, maar dat moest je absoluut niet bij mij doen. Ik had een hekel aan zulk gedrag.
    "Als ik je dadelijk irriteer, jammer dan." immiteerde ik haar stem met een grijns rondom mijn lippen, waarna ik overeind kwam en rondjes begon te lopen. IJsberen, zo kon je het ook noemen. Het gekraak van takjes was het enige geluid wat ik nog produceerde en het interesseerde me eigenlijk niet heel veel. Als iemand er iets tegen had, had diegene pech. Ik bedoel, alsof het geluid van onze stemmen niet aanlokkelijk was om op af te komen.
    "Kunnen we niet iets verzinnen om eten te krijgen? We zitten nu toch maar wat te niksen hier." Niet dat bepaalde mensen anders zoveel uitvoerden, maar dat even achterwege.

    [ bericht aangepast op 30 april 2013 - 13:02 ]


    Reading a good book is like taking a journey.

    Romeo William Henderson. || Goedaardige geest.

    "Ga je voor de rest van de eeuw op je kont blijven zitten of ga je een stel ballen laten groeien en je gedragen als een man?" hoorde ik een virj bekende, vrouwelijke stem ineens zeggen.
    Mijn lippen vormden zich tot een dunne streep en een frons verscheen op mijn voorhoofd. Het was Vivali, een vrouw die nogal grof in de mond kon zijn. Ik had er een bloedhekel aan als iemand vloekte, aangezien ik dat erg ongepast vond.
    Jij was ook erg ongepast bezig toen Olivia en je zusje voor dood op de grond lagen... jij vloekte ook als een tierelier.
    Ik schudde lichtjes mijn hoofd, probeerde mijn eigen stem uit mijn gedachten te bannen en keek weer naar de blondine. "Als we ze niet helpen is er weinig kans dat ze overleven, ja."
    Opeens verscheen er een gedaante voor mijn neus en ik keek lichtelijk verbaasd op, maar merkte al al snel dat het Frederic was. Wat hadden geesten ineens met elkaar stalken? Of deden ze het niet met opzet? In ieder geval, ik zag ze alleen op de momenten dat ik ze het minst nodig had, enkel deze keer was een uitzondering.
    Dankbaar nam ik Frederic's hand aan, trok mezelf omhoog en klopte mijn kleding af in een reflex, ook al zat er nog geen vuiltje op. Hoe kon het ook anders? Automatisme bleef ik toch hebben.
    "Misschien moeten we eerst eens veilig in hun buurt zien te komen zonder dat ze gaan krijsen als een stelletje dolle kippen." antwoordde ik zachtjes. "Ik bedoel, mensen schreeuwen altijd als er gevaar dreigt. Wij vormen op het eerste gezicht ook een bedreiging."


    Reading a good book is like taking a journey.

    Vivali Loraine Bennett [goede geest]

    "Weer goed gezind, Vivaldi?" De stem van Frederic klonk tergend achter haar en met een dodelijke blik keerde de vrouw zich naar hem om en gromde lichtelijk. "De naam is Vivali. Zonder D. Jij zou het ook niet leuk vinden als ik jou Frederica zou noemen," gaf Vivali giftig terug, maar besloot om verder niet in te gaan op zijn opmerking. Toen ook de jongste van het stel weer op zijn benen stond zei hij dat ze veilig in de buurt zouden moeten zien te komen. "Het is waarschijnlijk het best als er één van ons naar ze toe gaat, dat zal iets makkelijker voor ze zijn dan drie geesten in een keer. Romeo, ik stel voor dat jij degene bent die ze benadert. Je bent het meest onschuldig hier van ons en je hebt een leuk koppie, dus ze zullen je vast enig vinden," opperde Vivali met een strak gezicht. Ze wist dat Romeo geliefd was bij vele meisjes al wist ze zelf niet wat ze nou precies zo interessant aan hem vonden. "Als ze jou aardig vinden kunnen wij er op zich ook bij komen." Heel veel zin had Vivali er niet in, want ze wist wat ze nog te komen stond en de herinnering aan de gebeurtenissen van 1903 stonden haar nog vers in het geheugen gekerfd en als laatste overlevende had ze het hele dorp uitgemoord zien worden en heeft ze zich door de dode lichamen heen moeten werken om ergens heen te komen, totdat ze zelf uit elkaar werd gescheurd in haar eigen huisje. Voorlopig zou ze daar niemand mee naar toe nemen, het was nog altijd bloed besmeurd en zag er ontzettend vies uit. Als het aan Vivali had geleden, dan had het er nu heel anders uit gezien, maar ze kon nu eenmaal niet schoonmaken en tot er iemand naar het dorp was gekomen had het even geduurd en voor men haar huisje betrad was er zeker een maand of drie voorbij gegaan na haar dood. Het was allemaal gaan rotten en het bloed was in de vloer, muren en het plafond getrokken. De twee mannen die naar binnen waren gekomen waren meteen weer naar buiten gevlucht waar ze royaal over hun nek gingen. Vivali kon het ze niet kwalijk nemen, de geur was hoogstwaarschijnlijk ondraaglijk en de kwade geest had zijn best gedaan om haar lichaam en ingewanden zo veel mogelijk over de kamer te verspreiden. Inmiddels had zich een frons in Vivali's voorhoofd gegraven en een diepe zucht ontsnapte haar mond. "Alright, laten we dit gedoe achter ons krijgen."

    [@tictac: gaat het inmiddels weer beter?]

    [ bericht aangepast op 30 april 2013 - 13:57 ]


    there is an ocean in my heart, hidden behind eyes of celadon.

    (bump)


    there is an ocean in my heart, hidden behind eyes of celadon.