• Wij zoeken nog steeds rollen, Klik voor het rollentopic



    De motorclub The lost ones is al jaren berucht en beroemd in het (fictieve) stadje Cloakson, ze regelen daar de boel beter en anders dan welke autoriteit ook. Zo langzamerhand zijn de bikers in hun leren vesten met patches dan ook geaccepteerd. Afgezien van alle afpersing, drugdeals en wapenhandel brengen deze mensen ook bescherming. Ze houden de stad in het gareel en zorgen dat deze stad hun normen en waarden na leven. The lost ones, zijn buiten een groep gevaarlijke bikers echter ook moraal ridders, ze strijden voor hun waarden en princiepes. En een van deze waarde is de stad, zij bezitten de stad, zij zijn de enige bikers groep die zich hier zou mogen vestigen.
    Wanneer er echter een grote groep verplaatst naar hun geliefde stadje Cloakson, breek de hel dan ook los. De motorbende Burned Rubber was van zichzelf een grote club die aast op het vergroten van hun gebied. Ze gaan de strijd dan ook graag aan met The lost ones.


    Binnen de MC (motorclub) heerst een broederschap, een vertrouwens band die heel sterk is. Je word dan ook niet zomaar gevraagt. Binnen een motorclub ontstaan vaak traditie's, bijvoorbeeld een ceremonie wanneer iemand lid word of het aspirant lidmaatschap ontvang. MC's zijn niet vies van feestjes, deze zijn dan ook vaak besloten voor buitenstaanders (op the hangarounds na natuurlijk). De vergaderingen zijn vaak enkel voor leden en aspirant leden.

    Begin:
    Burned rubber heeft net intrek gedaan in hun clubhuis, ze zijn begonnen met het 'Overnemen' van cloakson. The lost ones, kom er nu achter dat zaken niet meer zo gaan als voorheen. Ze komen er achter dat er een nieuwe club zijn intrek in hun stadje heeft gedaan.


    Ik heb besloten alles in een Story bij te houden om zo overzicht te creeren.


    Regels:
    - Je post bedraagt minimaal 300 woorden
    - Je hebt respect voor elkaar, opbouwende kritiek mag altijd maar bedenk wel goed hoe je iets brengt.
    - Je reageert minimaal 1x per week
    - Geen perfecte karakters
    - 16+ en schelden is IC toegestaan, OC niet
    - Het doden van karakters is toegestaan, maar met toestemming van de eigenaar. (bespreek dit met elkaar n het praattopic of in GB)
    - Heb respect voor elkaars karakters, dit wil zeggen bestuur alleen je eigen karakter.
    - Plaats alleen je post in het speeltopic, vragen en dingen bespreken kunnen in het praat topic
    - Houd mannen en vrouwen gelijk, anders ga ik een stop zetten.
    - Reserveringen blijven 48 uur staan.
    - Alleen Guinness opend te topics (in geval van afwezigheid wijs ik iemand aan)
    - Denk goed na voor je mee doet! Eendags vliegen of mensen die na een paar post al stoppen worden niet gewaardeerd!

    Boven aan je post moet de naam van je karakter, de rang en de bende staan!

    [ bericht aangepast op 29 dec 2013 - 21:13 ]


    Never forget what you are. The rest of the world will not. Wear it like armor and it can never be used to hurt you.

    Jonathan Abraham Yates || Jack the Ripper || President Lost Ones
    Een paar minuten later hoorde ik de kloppen van Bain op mijn deur. "Binnen." zei ik, terwijl ik met mijn handen mijn hoofd ondersteunde op het bureau. Ik keek even op en zei toen hij binnen was. "Wat moet ik met jou aan, Bain? Je bent een aardige jongen, niet verkeerd. Ik mag jou graag. Maar ik mag iedereen graag." Ik dacht heel diep na wat ik vervolgens ging zeggen. "Ik weet dat ik jou eigenlijk moet schorsen en Sloane misschien ook wel. Maar ik vind het ook harteloos om dat te doen en ik weet dat ik niet zo ben. Ik weet dat ik dat van de ene kant niet kan maken, omdat je dan op straat belandt. En ik heb ook nog net gehoord dat Sloane je heeft aangeboden om bij haar te wonen. Dat is heel aardig van haar, maar dat kan ik niet toestaan. Dat weet je." Ik stopte even, toen mij een idee binnenviel wat ik best zou kunnen doen. Ik overwoog even de voor en nadelen totdat ik tot een beslissing kwam. Ik zou het doen. "Daarom heb ik besloten dat je voor twee weken geschorst wordt van bendeactiviteiten, maar wel gewoon hier mag blijven wonen. Heb je me begrijpen? Het gaat vanaf morgen in." Ik keek hem aan, ik hoopte dat ik niet te hard voor hem was geweest. Dat ik misschien één week in plaats van twee weken had moeten doen. Ik wist het niet, dat was niet mijn beste kant van het president zijn. Dit had ik liever niet gehad. Mijn voorganger had hier veel minder problemen mee gehad, hij was meedogenloos. Maar zo was ik en dat wist ik, diep van binnen. En ik wist ook dat ik van al mijn bendeleden, members, hangarounds, of wat dan ook hield. Ze waren mij allemaal dierbaar en ik wilde ze voor geen duizend miljard verliezen.


    ~It always seems impossible until its done. ~Nelson Mandela || ~Why is it always me? ~Neville Longbotom ||

    Bain Lucas || Sergeant at Arms || The Lost Ones
    Jack zei dat ik binnen mocht komen. Al snel opende ik de deur en liep met gebogen hoofd binnen. Ik sloot de deur achter me en bleef schuld bewust voor het bureau staan. Ik luisterde in stilte naar zijn woorden in stilte. Toen hij zei dat hij verbood dat ik bij Rain zou blijven werden mijn ogen groot, maar ook maar de moed om mijn hoofd nu op te tillen had ik niet. Ik was hier voor mijn straf en opkijken zou vast alleen maar meer problemen opleveren. Ik zou dus twee weken op straat moeten leven. Dat was het dan, het einde. De straat was namelijk niet aardig, zeker niet voor bendeleden 's nachts zonder motor of kans op back-up. Toen hij zei dat ik hier wel mocht blijven, maar me nergens mee mocht bemoeien werden mijn ogen nog groter. Ik keek een klein stukje op van de vloer naar zijn bureau. Hij was een heel stuk coulanter dan de vorige President, al strafte die eigenlijk nooit met dit soort straffen. Die waren grotendeels fysiek geweest. "U wil mijn dossiers en agenda hebben?" vroeg ik respectvol. Dat zou wel, want dat waren de twee dingen die ik nodig had om te kunnen functioneren binnen de bende: Informatie over iedereen en alles en een schema hoe, wat, waar en wanneer mijn taken uit te voeren. Meer had ik niet. Misschien Rain die een keertje wilde langskomen, maar door alle drama die het net al had veroorzaakt was ik daar twijfelachtig over. Daarbij kon ik ook prima mijn tijd verdoen met gitaar en viool spelen en het opnemen. Ik miste het erg en had er de laatste tijd weinig tijd voor, dus het kon nog een redelijke tijd worden, al hield ik wel erg van mijn werk. De bende was mijn familie en al mijn vrienden. Meer had ik gewoon niet, dus het zou wel heel erg eenzaam worden die twee weken."Een ding, meneer. Rain heeft niets misdaan, al was ze brutaal. Ik smeek u haar niets te doen. Ze bedoelde het alleen maar goed." Het kwam maar zacht uit mijn keel en ik vond het erg moeilijk om zelfs zo al tegen Jack in te gaan, maar ik kon gewoon niet aanzien dat Rain voor haar vredelievendheid werd gestraft.


    Bowties were never Cooler

    Jonathan Abraham Yates || Jack the Ripper || President Lost Ones
    "Ja, die zou ik graag willen innemen. Je krijgt ze wel vanzelf terug als de twee weken om zijn." zei ik tegen hem nadat hij mij had gevraag of ik zijn agenda en dossier wilde. "En maak je maar geen druk om Sloane. Ik ga haar nu niets aandoen. Maar zodra ze weer zo brutaal tegen mij is, dan kan ik dat niet toestaan. En volgens mij weet ze dat maar al te goed." zei ik tegen hem. "Je kunt gaan." zei ik toen tegen hem. Ik keek om me heen, liep naar het aanrechtje toe wat ik op mijn kamer had staan en zette koffie. Terwijl ik van mijn kop koffie genoot stak ik een sigaret aan en liet de stofjes mijn lichaam overnemen. Na enkele trekken voelde ik de spanning van mij afvliegen. Ik liep naar het raam en deed het open, om naar buiten te leunen en mijn kamer een beetje te luchten. De zon scheen heerlijk, maar het was broeierig warm. Ik voelde het onweer gewoon in de lucht hangen en toen ik mijn hoofd draaide zag ik inderdaad dat er donkere wolken zich begonnen te verzamelen om deze kant op te komen. Het leek net als een op hol geslagen kudde paarden, zoals die deze kant op kwam. Ik trok mijn hoofd weer terug en deed het raam dicht. Misschien moesten we dat doen, met z'n alle in een keer de andere bende aanvallen. Die zou verrast zijn en dat zou ons voordeel zijn. We zouden de eerste slag winnen, maar dat zei nog niets over de rest. Zouden we die dan verliezen? Zouden we succes blijven hebben? Hoeveel bendeslachtoffers vallen er dan? Hoeveel onschuldige slachtoffers vallen er dan? Hoeveel oude mensen zouden dood gaan? Hoeveel kinderen? Hoeveel vrouwen? Ik schudde mijn hoofd om de vragen weg te werpen, maar het hielp niet.


    ~It always seems impossible until its done. ~Nelson Mandela || ~Why is it always me? ~Neville Longbotom ||

    Bain Lucas || Sergeant at Arms || The Lost Ones
    Ik knikte bij Jack's woorden. "Ze zullen vanmiddag op uw bureau liggen, meneer." antwoordde ik nogsteeds met een deels gebogen hoofd. Ik knikte daarna weer en zuchtte opgelucht. Rain zou veilig zijn, maar ik snapte ook dat ze het niet weer moest doen. Het was al heel wat dat hij er nu niets mee deed. Ik knikte als afscheid naar Jack toen hij me weg stuurde en liep achteruit zijn kantoor uit. Je rug laten zien was niet respectvol. Pas toen ik buiten was en de deur had gesloten draaide ik me om en trippelde terug naar mijn kamer. Daar liet ik me zakken op mijn bed en deed mijn shirt weer uit, want die deed best veel pijn. Toch zou ik nooit expres naar Jack gaan zonder shirt aan. Ik gooide het shirt met een boogje in de wasmand en pakte mijn viool. van onder mijn bureau vandaan. Dat ding speelde ik minder vaak, maar ik kon het wel redelijk, al zei ik het zelf. Ik stemde het instrument op gehoor en streek er een paar keer droog met de stok over voor ik een pagina bladmuziek onder mijn bed vandaan viste en rustig een stukje Tsjaikovski begon zacht te spelen met mijn ogen half gesloten en half op de noten. Ik had het al vaak gespeeld, maar het was mooie muziek, dus ik speelde het graag als ik zin had om viool te spelen. Veel mensen, eigenlijk iedereen, zagen me er niet voor aan dat ik überhaupt met muziek bezig was, laat staan klassieke muziek op een viool graag speelde, maar het was wel zo. Gitaar had ik geleerd van mijn familie, viool had ik mezelf geleerd uit vervelen in de lange dagen dat ik hier vrij had en niets mocht doen omdat ik geen opdrachten had. Ik speelde zacht door terwijl Rain nog telefoneerde met Daniel. Het was niet netjes mee te luisteren. Daarom deed de muziek ook goed haar werk, want ik hoorde alleen de klanken van de viool en niet van wat Daniel zei en aan een eenzijdig gesprek had je vaak weinig, al kon ik het vaak goed genoeg invullen als ik de informatie nodig had.


    Bowties were never Cooler

    Daniël Blair Rileys ||Hangaround|| The LostOnes||

    Mijn telefoon ging. Sloane. Ik haalde mijn schouders op maar voor ik ook maar mijn naam kon zeggen begon haar tirade waarom ik Jack had gevraagd waar ze was. Dat ze geen kind was en waarom ze Bain niet mocht helpen. Ik moet moeite doen niet te lachen. Dat zal wel door de Whiskey komen. "God meid wat heb je gedaan om hem zo boos te krijgen? Hij zei zeker ook dat ik dreigde weg te gaan?" Ik grinnik. "Laten we dan maar gelijk wat dingen recht trekken. Ik heb inderdaad gedreigd jullie in de steek te laten maar alleen als ze mijn broertje of zijn zoontje iets aan deden dus dat had niks met jou te maken"
    Ik neem een slokje van mijn whiskey en hoor het ijs rinkelen tegen het kristallen glas. "Ten tweede heb ik Jonathan niet gevraagd wáár je was. Dat was niet nodig. Ik wist allang dat je naar Bain ging toen je zei dat je thuis spullen ging halen. Ik wist dat je het niet los kon laten. Dus ik wist dat je naar Bain ging. Wat ik aan Jonathan gevraagd heb is of hij een oogje in het zeil kon houden, zodat Bain je niet nog een keer kon aanvallen. Ja een bevestiging maar eigenlijk wist ik het gewoon al" antwoord ik. Ik laat het glas staan en neem dit keer een slok direct uit de fles. "En wat Bain betreft. Sloane, je bent een volwassen vrouw. Ik mag hopen dat je prima in staat bent je eigen keuzes en beslissingen te maken. Als je Bain wilt helpen, Prima! Ondanks ik mijn vraagtekens erbij heb zal ik niet degene zijn die je daarin dwars zal zitten. Dat is mijn plaats ook helemaal niet, dat zou ik ook nooit doen"
    Ik zucht en neem nogmaals een slok. "Ik denk dat je 'jou als een kind behandelen' en 'acties doen uit liefde' nogal met elkaar verward. Als ik je als een kind zou behandelen, dan was ik met me mee te gaan om zelf te controleren dat je überhaupt wel naar huis ging. Zoals ik al zei, ik wilde alleen dat Jonathan oplette dat het niet zou escaleren."
    Ik loop met de fles in mijn hand naar het raam. "En je hebt gelijk, we hebben niks. Dat betekend niet dat ik minder om je geef en wil dat jou iets overkomt. Ik hoopte dat we partners zouden worden. En het baart me zorgen dat je nog steeds denk dat je zoiets voor me moet verzwijgen. Ik was niet boos geworden als je me gewoon had verteld dat je naar Bain ging. Ja ik had me zorgen gemaakt maar ik had je rustig laten gaan. Ik was bijvoorbeeld alvast aan het eten begonnen of zoiets. Ik had geweten waar je was. Wat nou als er nu iets was gebeurt, ik weet dat het niet zo was maar stel, ik had van niks geweten, ik had niet eens geweten dat je bij hem was Sloane. Zoals ik al eerder heb gezegd. Ik geef heel veel om je, ik wil dat je veilig bent. Als ik je het gevoel heb gegeven dat ik je controleerde of dat ik je als een kind behandelde, dan spijt mij dat. Dat was namelijk niet mijn bedoeling."
    Ik neem weer een slokje en trek eem gezicht als ik het warme gevoel door mijn slokdarm voel gaan. "Was dat alles? Of heb ik je nog meer reden gegeven mij af te katten? Zou je dat dan nu willen doen? Dan kan ik me daarna weer op mijn drankje concentreren. Misschien wel een stukje rijden" ik ben iemand die niet veel drinkt. Hoogstens een biertje of een glaasje wijn bij het eten maar nooit meer dan drie. Het is dan ook verbazend dat ik meer drink. Helemaal whiskey. Wat een meisje allemaal wel niet bij je teweeg kan brengen.


    [i]Help always come when people fight for right - Tonto [/i]

    ‘God meid, wat heb je gedaan om hem zo boos te krijgen? Hij zei zeker ook dat ik dreigde weg te gaan? Laten we dan maar gelijk wat dingen recht trekken. Ik heb inderdaad gedreigd jullie in de steek te laten maar alleen als ze mijn broertje of zijn zoontje iets aan deden dus dat had niks met jou te maken. Ten tweede, heb ik Jonathan niet gevraagd wáár je was. Dat was niet nodig. Ik wist allang dat je naar Bain ging toen je zei dat je thuis spullen ging halen. Ik wist dat je het niet los kon laten. Dus ik wist dat je naar Bain ging. Wat ik aan Jonathan gevraagd heb is of hij een oogje in het zeil kon houden, zodat Bain je niet nog een keer kon aanvallen. Ja een bevestiging maar eigenlijk wist ik het gewoon al. En wat Bain betreft. Sloane, je bent een volwassen vrouw. Ik mag hopen dat je prima in staat bent je eigen keuzes en beslissingen te maken. Als je Bain wilt helpen, Prima! Ondanks ik mijn vraagtekens erbij heb zal ik niet degene zijn die je daarin dwars zal zitten. Dat is mijn plaats ook helemaal niet, dat zou ik ook nooit doen. Ik denk dat je 'jou als een kind behandelen' en 'acties doen uit liefde' nogal met elkaar verward. Als ik je als een kind zou behandelen, dan was ik met me mee te gaan om zelf te controleren dat je überhaupt wel naar huis ging. Zoals ik al zei, ik wilde alleen dat Jonathan oplette dat het niet zou escaleren. En je hebt gelijk, we hebben niks. Dat betekend niet dat ik minder om je geef en wil dat jou iets overkomt. Ik hoopte dat we partners zouden worden. En het baart me zorgen dat je nog steeds denk dat je zoiets voor me moet verzwijgen. Ik was niet boos geworden als je me gewoon had verteld dat je naar Bain ging. Ja ik had me zorgen gemaakt maar ik had je rustig laten gaan. Ik was bijvoorbeeld alvast aan het eten begonnen of zoiets. Ik had geweten waar je was. Wat nou als er nu iets was gebeurt, ik weet dat het niet zo was maar stel, ik had van niks geweten, ik had niet eens geweten dat je bij hem was Sloane. Zoals ik al eerder heb gezegd. Ik geef heel veel om je, ik wil dat je veilig bent. Als ik je het gevoel heb gegeven dat ik je controleerde of dat ik je als een kind behandelde, dan spijt mij dat. Dat was namelijk niet mijn bedoeling. Was dat alles? Of heb ik je nog meer reden gegeven mij af te katten? Zou je dat dan nu willen doen? Dan kan ik me daarna weer op mijn drankje concentreren. Misschien wel een stukje rijden.’


    Sloane “Rain” Monroe | Secretary | The Lost Ones.

    In eerste instantie wilde ik hem niet eens aanhoren, maar helaas was dat nodig in een gesprek om verder te komen – dus humde ik enkel geërgerd bij alles wat hij zei. Daarbij begon het me te ergeren dat hij hier blijkbaar het plezier wel inzag, want zijn stem had een vrij humoristische toon.
    ‘Leugenaar,’ gromde ik, tegelijkertijd dat ik een hand in mijn zij zette en mijn lippen op elkaar perste. ‘Het is sowieso niet gepast om te beginnen over mij tegen Jonathan – hij kwam daarnet binnenvallen en zo’n uitspatting had ik nooit ofte nimmer meegemaakt. Dus hierbij alvast bedankt,’ siste ik, mijn lippen nog flink op elkaar geperst. ‘De zogenaamde “acties uit liefde” is teveel druk op me, Daniël, en volgens mij weet je dat best. Sommige mensen willen nu eenmaal niet direct alles vertellen, daar is vertrouwen voor nodig – het vertrouwen dat nu deels beschaamd is. Je mag ervan denken wat je wilt, maar ik ga mezelf niet opeens veranderen omdat iemand het wil. Ik verzwijg het niet opzettelijk of iets dergelijks, om je te narren – zoiets zou ik precies hetzelfde doen bij enig ander,’ vervolg ik, waarop ik kort een brok door mijn keel slik, aangezien ik te snel aan het praten was. Ondertussen had ik Bain horen binnenkomen, maar ik gaf er – nog niet – geen aandacht aan, aangezien Daniël al mijn aandacht opeiste door dit gesprek.
    ‘Ik kat je overigens helemaal niet af, ik lucht mijn hart over wat me heeft gestoord – het doet me pijn dat je zo over me denkt,’ begin ik weer. ‘Daarbij lijkt het alsof ik alles maar moet pikken van iedereen, dat ik dat over mijn kant moet laten lopen …’ Mijn stem sterft langzaamaan weg. De gedachte dat hij helemaal niet begrijpt hoe ik me voel komt de kop opsteken, wat wel duidelijk is nu; hij ziet het gewoonweg niet van mijn standpunt. Hij denkt enkel maar dat ik “achter zijn rug om” naar Bain ben gegaan, alsof ik het expres heb gedaan of zoiets. Vroeger zou ik mijn problemen voorleggen aan mijn ouders, over wat ik beter kon doen, maar die waren er niet meer. Aan wie moest ik dat nu doen? Wat moest ik nu zeggen of reageren? Bovendien hoor ik nog altijd de woorden van Jonathan door mijn hoofd gallen, dat ik niet aan anderen denk – alsof ik één of andere robot ben. Hij had het voor hem opgenomen en ik … alsof ik de boosdoener ben in dit alles. Ik wilde het alleen goedmaken met Bain, zijn wonden verzorgen, en zelfs dat leek niet goed nu. Mijn kaken klemden ik zo hard op elkaar dat mijn tanden begonnen te knarsen.
    ‘Laat maar …’ prevel ik zo zachtjes dat het nauwelijks hoorbaar is. Hij snapt mijn standpunt en emoties toch niet, dus wat heeft het verdomme nog allemaal voor zin? ‘Let er nu maar op dat je niet teveel drinkt, dan mag je helemaal niet rijden.’ Dit is het laatste wat ik vermeld, voor ik ophang en boos de telefoon uit het raam van Bain gooi. De boze gevoelens zijn veroorzaakt door het verdriet dat in mijn binnenste opwelde. Hierna laat ik me op de grond zakken en sla mijn handen voor mijn gezicht, totaal vergeten dat Bain in dezelfde ruimte verkeerde begin ik zachtjes te snikken – als ik echter wat hoor, schrik ik zo erg dat ik bijna overeind schiet. Het zijn de prachtige klanken van een viool die mij uiteindelijk kalmeren, waarop ik opkijk en tegelijkertijd de tranen snel van mijn wangen veeg. Voor even ben ik verloren in herinneringen, en denk ik aan mijn vader die eveneens viool speelde regelmatig. Elke avond voor het slapengaan speelde hij iets voor me, zodat ik beter kon slapen.
    ‘Het klinkt erg mooi …’ fluister ik, bijna bang om te praten gezien dat de klanken kan verpesten. Ik wilde dat hij verder zou spelen. Pas op het moment dat ik naast hem ga zitten, merk ik op dat ik überhaupt ben opgestaan en hij geen shirt meer aan heeft.

    [Ik werd afgeleid door een film en had niet veel inspiratie, dus geweldig als het genoeg is lol.]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Daniël Blair Rileys ||Hangaround|| The Lost ones||

    Ik luister zonder te onderbreken naar Sloane, Ik zwijg zelfs als ze ophangt. Ik ben verbijsterd. Schuift ze nu werkelijk de schuld op mij. Ze kan mij niet vertrouwen? Na alles wat ik al die jaren voor haar heb gedaan. Ik zet de fles aan mijn lippen en drink een aantal grote slokken achter elkaar. Vervolgens zet ik het neer op het aanrecht. Pak mijn telefoon en bel Jonathan. "Jonathan" zeg ik zodra er opgenomen word. Of het voicemail is of Jonathan echt weet ik op dit moment toch niet uit elkaar te houden. "Als je nog wilde babbelen, mijn avond is nou toch al verpest. Bedankt daarvoor nog trouwens. Ik weet niet wát je tegen Sloane heb gezegd, maar wat ik met haar had is nou toch verpest. In iedergeval" ratel ik. "Ik kom nu die kant op. Ik zie je daar buiten" en zonder op antwoord te wachten hang ik op.
    Ik stop mijn telefoon in mijn broekzak, Pak mijn sleutels en loop de deur uit. Zonder helm en Zonder veiligheids jack loop stap ik op mijn motor. Ik, terwijl ik juist altijd degene is die zo hamert op veiligheid. Ik stap op mijn motor start het, al heeft het een paar pogingen nodig en rijd met een brullend geluid van de motor de straat uit. Ik toeter enkel naar de mensen die voor me rijden. Als ik mezelf te pletter rij boeit me dat niks, maar ik wil nog niemand meenemen. Ondanks dat ik enorm slinger weet ik veilig bij het clubhuis van the lost ones te komen. Ik laat de motor nog een paar keer brullen om Jonathan te laten weten dat ik aangekomen ben.
    Ik stap af, wankel wat en houd mijn armen opzij om mezelf in evenwicht te houden. Ik bel Jonathan weer, maar ben inmiddels zo dronken dat ik niet door heb dat ik mijn telefoon op luidspreker heb gezet. "Ik ben er" vervolgens hang ik op. Even twijfel ik maar bel dan toch mijn broertje. Terwijl de telefoon nog steeds op luidspreker staat. "Ik had nou nooit verwacht dat jij me zou bellen" klinkt er als hij opneemt.
    "Niet ophangen!" zeg ik meteen. "je bent Lazerus he?" zegt Damon. "Hmhm" antwoord ik schuldig. Ik hoor hem grinniken. "Wat is er broer?" vraagt hij vervolgens. "Ik mis je! Kunnen we afspreken?" vraag ik. "je bent liefdes verdriet he?" hoor ik hem vervolgens zeggen. Ik hum slechts alleen wat. "Ik moet die kleine zo eten geven en naar bed brengen, morgen kan ik misschien wel wat afspreken" Ik ben verbaast en leun, met wat moeite dankzij het evenwichts probleem, tegen mijn motor. "Je bent niet boos?" vraag ik verbaast. "Sandy is een vuur spuwende draak als ze boos is" antwoord Damon alleen. Ik kan een lichte grijns niet onderdrukken. "Dat is ze zeker" beaam ik. "Kun je niet echt een borreltje komen doen?" vraag ik haast smekend. "Ik zou wel willen Danny, maar ik heb een kleine waar ik voor moet zorgen" antwoord hij. "ik heb Whiskey uit '92" zeg ik prompt. "Dat maakt het wel wat verleiderlijker" Ik hoor hem zuchten. "Oke, waar ben je? Blijkbaar ben je stom lazerus anders bel je me niet. Dus ik weet niet wat dat Chickie gedaan heb maar het is vast ernstig. Je drinkt nooit" Hij zucht weer. "En ik sta bij je in het krijt na al mijn gebroken harten" Ik glimlach. "Ik sta bij the lost ones" antwoord ik. "De wattie?" ik grijns weer. "De andere motor bende van deze stad. The lost ones" Vervolgens noem ik de straat. Het blijft even stil. "is er een andere? Hmm. Als dat maar goed gaat. We zijn niet uit op oorlog Dan, gewoon een plekje waar we samen kunnen komen en sleutelen" zegt Damon. "Weet ik, weet ik" zeg ik sussend. "En Sandy eet ze op als zij op oorlog uit zijn" Damon begint te lachen. "Oké, blijf waar je bent, ik kom je halen zuiplap" lacht Damon. Dan hangt hij op. Ik kijk naar mijn scherm en zie net op tijd dat hij op luidspreker stond voor Damon ophangt. "Ik heb echt teveel gezopen" murmel ik in mezelf. Het duurt even voor ik mezelf weer overeind weet te krijgen en sla mijn armen dan over elkaar heen.


    [i]Help always come when people fight for right - Tonto [/i]

    -

    [ bericht aangepast op 21 maart 2014 - 9:38 ]


    ~It always seems impossible until its done. ~Nelson Mandela || ~Why is it always me? ~Neville Longbotom ||

    Bain Lucas || Sergeant at Arms || The Lost Ones
    Onder het spelen luisterde ik in stilte naar Rain die duidelijk toch wel verhit met Daniel aan het telefoneren was. Ik besloot gewoon stil te blijven en door te spelen onder dat ik luisterde. Toen ze de telefoon uit het raam smeet keek ik wat verbaast, waardoor er een kleine pauze in mijn spel was voor ik het hervatte. Ik werd er erg rustig van en kon eigenlijk alles kwijt in de muziek. Ze begon te snikken, waardoor ik me meer fixeerde op haar dan op mijn spel. Ik wist niet zo goed wat ik ermee aan moest. Ik was niet goed met emoties. Met mijn eigen kon ik al eigenlijk niet omgaan. Met die van anderen al helemaal niet. Opeens schrok ze, waardoor ik direct mijn spieren spande en om me heen keek, maar er was niets. Ik relaxte weer een beetje. Ze moest dan van mij geschrokken zijn, of een muis die hier meer dan eens rondliep. Ik was er inmiddels na al die jaren wel aan gewent. Al zag ik Rain niet als iemand die bang was voor muizen. Ik begon rustig weer verder te spelen tot ik haar woorden hoorde. Mijn licht geconcentreerde blik werd gebroken door een vage hint van een glimlachje. Toen ze naast me ging zitten stopte ik even en ik keek naar haar. "Dank je." Toen ik haar ogen even over mijn borst voelde gaan zuchtte ik. "Sorry, het shirt drukte tegen mijn rug." gaf ik als uitleg voor ik de viool weer in mijn nek en tegen mijn kaak legde en begon weer te spelen. Iets kalmerends. Een stuk wat ik normaal op warme zomerdagen nog wel speelde. Nu probeerde ik er gewoon mezelf en Rain mee op te vrolijken... Het deed alleen erg af van de muziek. Ik zette het instrument dus maar weg en ging ik kleermakerszit op mijn bed zitten. "Ik mag hier blijven, maar me nergens mee bemoeien voor twee weken." mompelde ik zacht om de stilte kort te breken en haar te updaten over mijn situatie. "Geen consequenties voor jou, maar je moet het niet nogmaals doen." voegde ik eraan toe, zodat zij ook wist waar ze aan toe was. Ik haalde een hand door mijn donkere haren en zuchtte voor ik naar de muur keek. Overal hingen foto's, gitaarspullen, platen in hoezen, teksten en bladmuziek. Het was een grote bende, maar het voelde als thuis voor mij. Daar had altijd over wat gelegen, wel gestructureerd, maar zeker de muren van het kleine appartementje, waarvan ik de meeste spulletjes op de meubels na nog had, hadden vol gehangen met spulletjes.Dingetjes die al generaties in de familie waren, tekeningen van ons, de kinderen in het huis, platen van mijn ouders, geschenken en aandenkens. Nu zagen de muren van mijn kamer er precies zo uit. Ik vond het prima om hier te leven, ondanks dat het misschien voor een volwassen vent wat vreemd was. Alleen op een appartementje leven voelde gewoon niet prettig. Hier waren altijd mensen en anders had ik altijd de straatkat en de muizen nog. Hier was ik nooit alleen en werd ik ook niet raar aangekeken. Daarbij had ik gewoon het geld niet om iets te huren. Ik kon namelijk naast de bende niet goed functioneren in de maatschappij, dus ik had hiernaast geen baan. Het geld wat ik had gebruikte ik voor nieuwe gitaarsnaren, onderdelen om mijn motor mee te repareren en kosten om de graven van mijn familie mee te onderhouden. De rest stond op een spaarrekening, voor als ik het eens nodig zou hebben, maar ik hield per maand niet genoeg over om iets degelijks te huren. Mijn ouders hadden er een baan naast gehad, maar ik kon daarin niet functioneren, dat wist ik nu al, daarbij had ik geen vervolgopleiding gedaan. Na mijn middelbare school was ik gestopt. Soms wenste ik dat ik een gewoon kind was geweest, met een gewone jeugd en een gewone toekomst, maar dat zat er voor mij niet in, dus treuren erover maakte niets uit. Ik zuchtte en keek naar Rain. Het was toch wat raar om hier in zulke stilte te zitten zonder echt te weten waarom ze hier eigenlijk was. Mijn wonden waren verzorgd en ze kreeg alleen problemen door me, dus ik snapte het niet zo goed, maar vragen deed ik niet. Ik wachtte wel tot ze het vertelde.


    Bowties were never Cooler

    Jonathan Abraham Yates || Jack the Ripper || President Lost Ones
    Daniël belde me en net nadat ik had opgepakt begon hij te ratelen. Ik wilde iets tegen hem zeggen, maar toen had hij al opgehangen. "Wauw, dat... uhm.. Had ik niet zien aankomen." mompelde ik tegen mezelf. Enkele minuten later hoorde ik de motor van Daniël grommen en kreeg ik weer telefoon. "Ik ben er." klonk er enkel. "Ik merk het." zei ik droogjes, net voordat hij ophing. Ik deed mijn jack aan en ging samen met mijn hond naar beneden. Ik bleef even staan en hoorde half het gesprek van Daniël met iemand aan de telefoon, wat volgens mij z'n broer was. Ik negeerde het, want het waren mijn zaken niet en liep door. Net voordat ik bij hem was had hij opgehangen. Toen ik Daniël zag barstte ik in lachen uit. "Jezus, hier kan ook echt niemand zonder drank." zei ik lachend, waarna ik serieus vervolgde: "Eigenlijk zou ik niet om mogen lachen. Dit is in- en intriest." Ik keek hem aan en zei tegen hem: "Moest je nou perse naar de drank grijpen, je weet dat er toch nooit iets goeds van komt. En ik weet dat ook melk de problemen niet oplost, maar alcohol maakt het alleen maar erger, melk doet dat niet. En je weet wat ze zeggen, geniet, maar drink met mate." Ik keek even hoe Daniël stond en vroeg me toen hardop af: "Verwacht je iemand?" Ik wachtte even op zijn antwoord en ging toen verder: "Misschien moeten we een andere keer naar de ijssalon gaan. Als je niet dronken bent." Het laatste zei ik met grote nadruk. Ik had eigenlijk geen zin meer in grote confrontaties, maar wat moest gebeuren moest gebeuren en ik kon daar eenmaal niet omheen als President van de Lost Ones.


    ~It always seems impossible until its done. ~Nelson Mandela || ~Why is it always me? ~Neville Longbotom ||