Alexandre ‘Alex’ Voychek / Queen of Dragons / Ijs
Terwijl ze de trappen van de het gebouw opliep ronde ze nog snel het telefoongesprek af dat ze aan het voeren was. Het zou het laatste contact zijn dat ze had met haar familie in Siberië voor alles begon. Als de Knights slaagden zou ze hen terug zijn. Als ze faalden was dit de laatste keer dat ze hen ooit zou horen. “Da Babushka.” Ze praatte zachtjes. Eens was het gebouw voor haar een heiligdom geweest van de kerk en ze wilde de rust niet te erg verstoren. “Ik hou ook van jullie. Hopelijk tot binnenkort.” Ze hing op en stak het toestel weg. Haar grootmoeder had de naam van het gebouw gehoord en ze had haar nog eens op het hart gedrukt vooral haar gevoel te volgen. Gezien ze tot voor kort nooit buiten Siberië geweest was, zou dat nu haar grootste hulp zijn tot ze de anderen vond. Ze zou bondgenoten moeten zoeken, onder de Knights, maar eventueel ook onder mensen als het echt nodig was.
Zodra ze door de deur naar binnen liep, merkte ze dat het in de kerk aangenaam duister en zelf lichtjes fris was. Met een eenvoudige beweging duwde ze haar zonnebril in haar haar. De vorige avond was niet bepaald verlopen als gepland, waardoor ze met lenzen in, in slaap gevallen was. Gevolg was dat haar ogen ze nu even niet konden verdragen, maar in het schermerduister zou vast niemand merken dat haar pupillen anders waren. Als er al iemand was. De hele plek leek op het eerste gezicht totaal verlaten en toch was er een gevoel dat ze gewoon niet van haar af kon schudden. Ze was hier niet alleen. Het kostte even moeite om haar ogen te laten wennen aan het licht toen de deur achter haar dicht viel. Kalm liep ze verder langs het middenpad, de hielen van haar laarzen zachtjes tikkend op de stenen vloer. Haar zwaard had ze veiligheidshalve verborgen op haar hotelkamer, maar ze had wel de tegenwoordigheid van geest gehad om het vuurwapen dat ze had mee te nemen. Je wist maar nooit. Vele delen van de stad waren dan misschien wel veilig, maar je had altijd gekken die nou ja, gek deden.
Ergens wat verder in de kerk hoorde ze een beweging en tegelijk daarmee een vernieuwd gevoel van kracht die als een golf op haar af kwam rollen en haar gevoel enkel maar bevestigde. Zelf haar grootmoeder kon haar niet zeggen hoe ze andere Knights zou kunnen herkennen zonder hun ogen te zien, maar ze begon zo langzaam het idee te krijgen dat ze het antwoord daarop gevonden had. Met een beweging die de persoon heel natuurlijk af leek te gaan zette hij z'n zonnebril af. "Ik begon al te denken dat ik elke hoek van Parijs zou moeten afzoeken. Goed om te zien dat iemand mijn aantrekkingskracht tot deze plek heeft gedeeld." Een wenkbrauw schoot de hoogte in toen ze de woorden hoorde. Zijn aantrekkingskracht? Die had ook een idee van zichzelf. "Ik betwijfel of je aantrekkingskracht reikt tot waar ik vandaan kom." De stem en een lichtstraal die tussen de wolken door naar binnen viel, onthulde dat het een man was. Een tel bleef ik staan om hem wat beter te bekijken voor ik op hem af liep. Hij was in ieder geval groter dan ze zelf was en toegegeven, gezien ze amper ervaring had met mannen, met dank daarvoor aan haar grootmoeder, hij zag er niet slecht uit, al waren details moeilijk te zien momenteel. De kracht die hij uitstraalde had wat bekend, alsof ze het al kende van toen ze nog klein was en toch, het was de eerste keer dat ze hem zag. "Het ziet er naar uit dat ik niet de enige ben die geroepen is." Nu ik vlakbij was, wist ze zeker dat ze geen schrik van hem moest hebben. Z'n ogen namen de laatste twijfel weg, net als de hare dat ook voor hem zouden moeten doen. In het juiste zonlicht leken ze, net als haar haar, haast sneeuwwit met een lichte zweem van hemelsblauw zoals de lucht op een heldere winterdag. Nu waren ze eerder zilvergrijs en leken te glanzen als hetzelfde edelmetaal. "Het ziet er naar uit dat ik een van m’n Knights gevonden heb. Hopelijk ben je niet de enige." Een tel glimlachte ze zachtjes. Hij zag er in ieder geval zelfverzekerd uit. Mooi, want ze zou alle hulp kunnen gebruiken. Beleefd stak ze haar hand uit. "Alexandra Voychek, of kortweg gewoon Alex." Het was korter, makkelijker en ze vond het net zo mooi, ook al bestempelden vele het als een jongensnaam.
Raiden ‘Wolf’ D’Angelo / Hunter / HF Sword
"Wat jij wilt, maar hij blijft toch gewoon drinken dus je kunt beter niet je tijd verdoen." Ze zouden beide eens moeten weten. Dachten ze echt dat hij het voor z’n plezier deed? Hij kon wel andere dingen verzinnen om z’n tijd mee te verdoen. Misschien zouden ze maar eens blij moeten gaan worden dat hij het goedje dronk eigenlijk. Vast dat ze hem nog nooit meegemaakt hadden als hij gek werd van de pijn. Dan was hij pas niet te genieten. En als hij echt dronken was. Maar gezien de tolerantie die hij over de loop der jaren had opgebouwd voor drank zou dat laatste vast niet heel snel gaan gebeuren. Daarvoor moest hij echt al veel gaan drinken en zou hij eerder zichzelf vergiftigen met alcohol en pillen dan dat hij echt ladderzat zou gaan worden.
“Braaf meisje?” Ging ze zo beginnen? Ze was een schootkat als je haar vergeleek met hem, dus ja, in zijn ogen wat ze een braaf meisje. Trainen en houten poppen doden maakte niet echt veen indruk op hem. Je moest echt met wat beters gaan komen wilde je daarin slagen. Eigenlijk, had ze ooit al eens een leven genomen? Hij durfde z’n hoofd erop verwedden van niet. Hij daarentegen… Niet enkel de draak zoveel jaar geleden had z’n finale klap door hem toebedeeld gekregen, maar er waren nog anderen geweest na hem. Niet perse Knights, maar dat maakte ze nu niet minder dood.
De schampere lach stond haar echt niet. Ze kon een feeks zijn, maar dan nog paste het gewoon niet bij haar. Daarvoor zag ze er gewoon te lief en onschuldig uit. “Drank naar binnen kegelen is tot zover, helemaal als het zo vroeg op de dat is, maar als je het combineert met iets anders….” Shit. Blijkbaar was niet heel het boeltje opgelost in de fles en had ze het gezien toen m’n aandacht even naar haat ‘boezemvriendin’ gleed. Dit kon ik nu echt gaan missen. Voor hetzelfde geld ging ze ervanuit dat het drugs of dergelijke waren en niet de sterke pijnstillers die ik met de regelmaat van de klok in veel te hoge dosissen naar binnen werkte. “…Kan het je de kop kosten. We hebben niets aan je als je dood bent.” De manier waarop haar blik naar de fles ging, bevestigde voor mij alleen maar dat ze het gemerkt moest hebben. “Je hebt nog minder aan me zonder wat ik bij m’n drank neem.” Meer details zou ik niet gaan geven. Het was waar. Zonder de pijnstillers was ik een wrak. Het hielp niet enkel tegen de pijn, maar het verdoofde op de een of andere manier zodanig dat ik ook even vrij was van de herinneringen eraan. Ik dankte de hemel vaak genoeg voor die dingen, zeker als ik een nacht rustig wilde slapen. Als ik ze nam, dan kon ik op z’n minst een paar uur slaap nemen zonder wakker te moeten worden met de nachtmerries die me telkens weer plaagden.
“Ik dacht dat je een Hunter voor moest stellen en geen halvegare met een stel zwaarden. Maar maak je geen zorgen, ik zal je komen uitzwaaien op je begrafenis.” De afkeuring was meer dan duidelijk te horen in haar stem. “Je moet een halvegare zijn om vrijwillig op draken te gaan jagen.” Ik was benieuwd hoe ze zich onder die logica uit zou gaan praten. Wie ging er dan ook vrijwillig met een stuk geslepen staal op beesten af die makkelijk tien keer groter waren, stukken sterker en dan nog eens beschikten over krachten die een mens ver te boven gingen? Nee, je moest echt de meest logische persoon zijn, volledig bij z’n verstand om dat te doen. Laat me niet lachen.
“Wel, ik zal in ieder geval alvast gaan drinken op m’n eigen dood, want als jij me komt uitzwaaien word het zeker en vast een saaie bedoening.” Om daad bij woord te voegen zette ik de fles terug aan m’n lippen voor een ferme slok. Momenteel had ik echt de aandrang om te gaan meppen, maar daar zou nu enkel maar weer gezeur van gaan komen. Ik had de kerk al kort en klein geslagen en de enige andere optie was een potje gaan vechten met die twee. Dan verdronk ik mezelf nog liever in het wijwatervat. Ow nee, ging ook niet meer, het ding lag aan stukken. Soms was deze wereld echt iets om te haten.
[ bericht aangepast op 28 april 2014 - 15:18 ]
"Nothing is True. Everything is Permitted"