• ‘Another legend claims that we descended from wolves and that the wolves are our brothers still. It’s against tribal law to kill them.’
    Jacob Black


    In een eeuwenoud indianenreservaat in de Washington, vlakbij het kleine dorpje Forks, wonen de Quileutes. Zoals iedere andere indianenstam vechten zij voor hun bestaan en hun tradities. Houten huisjes, kampvuuravonden, alternatieve leefwijzen en een aparte school voor de jeugd vormen samen een hecht eenheidsgevoel de basis van deze bevolkingsgroep.
    Maar zijn de Quileutes wel wat ze lijken – een vreedzame, kleine indianenstam – of verhullen ze verschillende, diepe en grote geheimen die aangeven dat ze legende waar zijn?

    'The histories that we always thought were legends. The stories of how we came to be. The first in the story of the spirit warriors.’
    Jacob Black




    || ROLLEN
    Black Roedel
    Jacob Black – Shooter
    Leah Clearwater – Purrfect
    Embry Call – Shooter
    Seth Clearwater
    Quil Ateara

    Uley Roedel
    Sam Uley
    Jared Cameron
    Paul Lahote
    Brady Fuller
    Collin Littlesea

    Mensen
    Emily Young
    Rachel Black
    Rebecca Black
    Kim Connweller
    Claire Young – Simia

    Cullens
    Carlisle Cullen – PercyWood
    Alice Cullen – Purrfect
    Edward Cullen – Shooter
    Bella Cullen – Overexposed
    Renesmee Cullen – Overexposed

    Onbekende personen
    Brynn Maddy Danec – Hybride – Purrfect
    Charlie Mila Evergreen – Mens – Tsubaki
    Jezebel Odys Fray – Hybride – Pushed
    Eva Aiden Brooks – Mens – VolturiBoss
    Raphaël Embriël Fray Call – Hybride/Wolf – Shooter


    || REGELS
    Niemand doden zonder toestemming van die persoon.
    Leden van de roedels luisteren naar de alfa’s (beta’s wanneer de alfa’s niet aanwezig/bezet zijn).
    Rollen behorend tot Stephanie Meyer behouden hun karakter etc. zoals in de boeken/films.
    Vier rollen per account.
    Maximaal zeven verzonnen rollen.
    Relaties binnen de groep: Jacob en Renesmee – ingeprent, Quil en Claire – ingeprent, Jared en Kim – ingeprent, Paul en Rachel – ingeprent, Embry en Jezebel, Collin en Brady – ingeprent.

    De rollen staan uitgelegd in deze link: (http://www.quizlet.nl/stories/101582/rollen-quileute-rpg--twilight/).

    [ bericht aangepast op 13 dec 2012 - 16:04 ]


    Ameleigh Bluebell Winter
    ‘Beloof me.. dat je niet weg zult gaan.’ Prevel ik zachtjes terwijl ik zijn handen vastpak. Ze trillen lichtjes, terwijl de mijne ineens steevast voelen.
    Voorzichtig trek ik hem met me mee tussen de dekens, zodat ik mezelf tegen zijn warme borst kan opkrullen.
    Het is voor mij genoeg om te weten dat hij er is - dat het veilig is. De cijfers op de digitale klok verspringen langzaam en werpen een rode gloed over enkele meubelstukken. Het maakte me ineens niet meer uit of ik wel of niet op school zou verschijnen - of ik mijn moeder morgenochtend in de keuken zou aantreffen of dat ik Wyoming nooit meer zou zien. Ik besefte namelijk dat ik iets veel kostbaarders had ontdekt: iets dat ik voor altijd zou blijven koesteren nu ik het gevonden had. Raphaël.
    Ik wist dat er zoveel gevaar om hem heen hing en dat was misschien wel één van de redenen waarom ik wilde dat hij hier bleef: zodat ik voor hem zou kunnen zorgen.

    Jezebel Odys Fray
    Embry's ademhaling gaat langzamer en ik glimlach wanneer ik besef dat hij in is gedommeld. Het gesprek drie deuren verder laat me automatisch glimlachen: ik zou willen dat het meisje wist wat ze zich nu werkelijk op de hals haalde. Raphaël zou haar kunnen bijten - hij zou extra moeten jagen - de Volturi zouden haar kunnen vinden en meer. Ik wist zeker dat het voor een mens een schok zou worden en ik hoopte met heel mijn hart dat er geen vampiers waren die geïnteresseerd raakten in de liefde van een bijzondere hybride. Ik wist zeker dat het meisje met de witte huid en het zwarte haar speciaal zou zijn: Raphaël was het en hij zou geen gewoonlijk meisje hebben gekozen. Ik weet dat het slechts de stilte voor de storm is die in haar ogen woedde en ik weet dat er iets veel groters zal aankomen. Met die gedachten val ik langzaam in een onrustige slaap.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Raphaël Embriël Fray Call

    ‘Ik zal altijd bij je blijven,’ fluister ik zachtjes in haar gitzwarte haren waarna ze zich heeft opgekruld tegen mijn borst, diep onder de dekens, ver weggestopt van de sneeuwstorm en de andere gevaren die ze op dit moment loopt. De gedachten dat ik haar ieder moment kapot kan scheuren als ik in een wolvenvorm verander of ik haar misschien kan drinken wanneer ik te veel dorst heb zorgen ervoor dat ik met mijn ogen wijd open naar het plafond staar, terwijl mijn spieren aangespannen staan. Diep in mijn hart weet ik dat ik Ameleigh nooit pijn zou kunnen doen, echter, daarnaast weet ik ook dat – in het heetst van het moment – er verschillende, tragische dingen kunnen gebeuren die ik niet kan tegenhouden, waarvoor ik haar niet kan beschermen.
    De maan die door het raam naar binnen schijnt werpt een schaduw op haar gezicht, laat haar er nog kwetsbaarder uitzien dan vanmorgen op school, waardoor ik onbewust huiver. Morgen zou ik het haar vertellen, haar laten weten dat ze haar leven niet moet opgeven om bij mij te blijven, dat ze geen gevaar moet lopen alleen door het feit dat ik mijn eigen gevoelens en verlangens niet onder controle kan houden.
    Een lichte traan welt op in mijn ooghoek en blijft halverwege mijn wang hangen terwijl mijn blik nog steeds hard op het plafond is gericht. Ze zou een ander leven krijgen, met een andere jongen – misschien wel de sportieve knaap van school – en gelukkig zijn, geen gevaar lopen en uiteindelijk sterven…

    Embry Call

    Jezebel rent voor me uit, terwijl de bomen langs me af schieten en er een brede glimlach rond mijn lippen speelt. Het feit dat ze rent beweegt haar jurkje zo in de wind dat ik er net niet onder kan kijken, waardoor ik mijn pas versnel om haar in te kunnen halen.
    Vanuit het niets duiken Sam en Jacob op aan mijn linkerkant, aan de andere kant staan Raphaël en Ameleigh bewegingsloos te kijken. Jezebel remt slippend af door de gedaanten in zwarte mantels en kijkt verbaasd rond. Alle blikken schieten naar Raphaël en het meisje, wiens blikken wanhopig en verdrietig staan, hun handen innig met elkaar verstrengeld.
    Op het moment dat de gedaanten in de zwarte mantels naar voren schieten, samen met Sam en Jacob hoor ik mezelf schreeuwen, tot alles zwart wordt.
    De schreeuw in mijn slaap heeft doorgeklonken in de echte wereld. Na de schreeuw schiet ik zwaar ademend overeind terwijl ik wild rondkijk. Ze zijn hier niet, flitst er door mijn hoofd, waarna ik uithijgend mijn hoofd op mijn knieën leg en probeer te beseffen wat er zojuist is gebeurd.


    Jezebel Odys Fray
    ‘Lieverd?’ Vraag ik zachtjes wanneer Embry zich losworsteld uit de dekens en hijgend voorover buigt. ‘Het was maar een droom.’ Prevel ik troostend terwijl ik hem in mijn armen neem en zorgelijk door zijn zachte lokken strijk. ‘Ik denk dat we allemaal een tikje op scherp staan me alle gebeurtenissen.’ Stel ik hem met een voorzichtige glimlach gerust, waarna ik zachte kusjes tegen zijn slapen druk. De klok aan één van de levendige muren verteld me dat het half vijf in de ochtend is. Over enkele uren zal Raphaël een keuze moeten hebben gemaakt: naar school gaan of zich terugtrekken in ons huisje.
    In beide keuzen zou ik hem steunen - hoewel ik weet dat de Volturi op die manier genoeg reden hebben om ons gezinnetje uit elkaar te trekken.
    Ik weet nog dat ze er waren toen ik een baby'tje was. Aro was verrukt om mijn schoonheid en uiteraard mijn gave.
    Die avond zijn er meer dan genoeg mensen gestorven omwille van mijn leven - en ik weet dat ze Raphaël minstens even lief zouden hebben.
    Niet alleen om zijn unieke status of gave - hij zou een aanwinst zijn. Hij zou Aro's overeenkomst zijn om mij in hun snode wereld te betrekken.
    Toch zou ik het hem niet kwalijk nemen: Ameleigh is een fascinerende jongedame en ik weet zeker dat Raphaël nooit iemand anders zou willen hebben.

    Ameleigh Bluebell Winter
    Hoewel ik me niet topfit voel - weet ik mezelf ook niet langer in slaap te sussen. Het voelt alsof er ijswater in mijn aderen is gespoten en mijn longen moeten vechten om iedere ademteug. Ik weet dat Raphaël wakker is: hij trilt en zijn spieren staan strak en onaangenaam.
    Ik ken hem niet pas enkele uren: ik weet zeker dat ik hem beter ken. Ik moet me gewoon herinneren waar ik die gevoelens heb gestopt.
    Mijn wenkbrauwen fronsen moeilijk samen wanneer ik opzij draai om naar zijn gezicht te kunnen kijken. Ik ben er van overtuigd dat Raphaël volmaakt is.
    ‘Laat me iets proberen.’ Prevel ik zachtjes, gezien mijn hersens op dit tijdstip niet al te wakker willen worden.
    Ik weet dat het hierna zoveel moeilijker zal zijn - maar ik moet iets weten. Ik moet weten of het goed is - of ik het kan.
    Allereers strijk ik al mijn lokken langzaam achter mijn oren, voor ik overeind ga zitten en vervolgens aan weerszijden van Raphaëls buik één van mijn benen laat glippen. Ik pers mijn lippen lichtelijk op elkaar wanneer ik voorover buig zodat mijn donkere lokken als een gordijn onze gezichten omkransen.
    Mijn vingertoppen strijken enkele seconden over zijn warme lippen - rusteloos omdat ik niet weet of het verstandig is.
    Het hart in mijn ribbenkast bonkt brutaal wanneer ik mijn hand laat zakken en de laatste millimeters voorzichtig overbrug.
    Er is een soort.. elektrisch schokje als onze lippen elkaar raken en het ijswater langzaam uit mijn aderen glipt. Mijn wangen voelen alsof ze ieder moment vlam kunnen vatten en ik vraag me af wat ik in godsnaam aan het doen ben wanneer mijn handpalmen voorzichtig zijn wangen omkrullen.
    Ze passen nagenoeg perfect.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Raphaël Embriël Fray Call

    De gehele tijd heb ik mijn adem ingehouden, van het moment dat ze haar lange, krullende lokken achter haar oren had gestreken, tot haar lippen de mijne raakten. Haar handen die langzaam om mijn wangen worden gevouwen voelen vertrouwd aan, alsof ze gemaakt zijn om op die plek te liggen en er nooit meer vanaf te gaan. Voor een aantal seconden is mijn verstand sterker dan mijn gevoel, knijp ik mijn lippen stijf op elkaar – net als mijn ogen – en durf ik mezelf iet over te geven aan het moment. Totdat er een zachte, vrijwel onhoorbare, wanhopige kreun via mijn keel omhoog komt en mijn verstand wordt verdwongen door mijn gevoel.
    Voor ik het goed en wel in de gaten heb liggen mijn handen stevig om Ameleigh’s zachte heupen en vormen mijn lippen zich perfect naar die van haar. Op vampiersnelheid vlieg ik overeind uit het bed, met haar in mijn armen en druk ik haar rug tegen de ijskoude kast, waarbij ik alle tijd mijn lippen op de hare gedrukt houdt.

    Embry Call

    Jezebels vertrouwde armen die me vastnemen en haar hand die door mijn haren strijkt neemt een gedeelte van de spanning die op mijn schouders rustte weg, liet mijn ademhaling weer naar een normaal en regelmatig tempo glijden. Echter, ik krijg het beeld van de gedaanten en mijn vrienden die Raphaël en Ameleigh willen bestormen niet uit mijn gedachten gebannen. Iedere keer wanneer ik mijn ogen sluit zie ik voor me hoe ze samen – hand in hand – met hun wanhopige en verdrietige gezichten worden aangevallen.
    ‘Ze mogen hen niks doen,’ murmel ik zachtjes, waarna ik mijn ogen weer opensper en zachtjes zucht, wetend dat ik niet meer kan slapen. ‘Ik laat ze niet ons gezin uit elkaar rukken,’ murmel ik dan met een bozere, brommende ondertoon in mijn stem. Direct na mijn uitspraak beginnen mijn handen zachtjes te trillen, waardoor ik ze onmiddellijk rond Jezebels middel sla en haar dwingend tegen me aan trek. Mijn ogen staan stormachtig donker als ik haar in haar ogen kijk, waarbij er een zachte grom uit mijn keel rolt. ‘Jullie zijn mijn leven Jez,’ fluister ik zacht, waarna ik mijn lippen over de hare laat strijken en haar dan achterover in het bed duw voor een dwingende, maar tedere zoen.


    Ameleigh Bluebell Winter
    Mijn maag keert zich om wanneer ik ineens tegen een ijskoude kast steun en de koelte door de dunne stof tegen mijn huid glijd. Er verschijnt kippenvel over mijn armen wanneer ik verward met mijn ogen knipper - toch stop ik de zoen niet en maak ik geen aanstalten om mijn handen van zijn wangen te nemen: het voelt alsof ik aan hem vastkleef, zonder het onaangenaam te vinden. Mijn vingers glippen zachtjes door zijn prachtige lokken, zo satijnzacht dat ik mezelf voel glimlachen. Raphaël zal het met uitleggen - dit alles - maar niet op dit volmaakte moment. Niet vannacht, in ieder geval.
    Ik hap kort naar adem waarna ik Raphaël voorzichtig aankijk. Ik voel dat ik automatisch op mijn lip bijt, peinzend in afwachting, terwijl mijn hard als een razende tegen mijn keel dreunt. ‘Ik wil meer.’ Prevel ik op zachte fluistertoon in zijn oor, waarna ik mijn armen om zijn schouders sla en hem zo dichter te me aantrek. Hij is ook zo lang en sterk in vergelijking met mij. En toch.. toch is hij tederder dan ik ben gewend, of ooit nog wil missen.
    Raphaël Call - ik was verloren.

    Jezebel Odys Fray
    Ik sputter niet tegen wanneer hij me tegen het zachte bed duwt en me gretig zoent: ik weet dat hij het nodig heeft - dat ík het nodig heb.
    Mijn vingers vinden langzaam de zijne, waarna ik er zachte kneepjes in geef. ‘Ik laat ze verkolen, als het moet.’ Fluister ik tegen zijn lippen, waarna ik onschuldig glimlach. Er was een tijd waarin ik talloze bosbranden de wereld in bracht - een tijd waarin ik 'Furie' werd genoemd.
    Ik zou alles doen om hen veilig te houden, meer dan Embry of Raphaël ooit zullen weten. Zij kennen de vampierwereld niet zoals ik heb moeten meemaken en ik weet at Aro niet zomaar zal opgeven. ‘We hebben Symera nodig. Zij kan veranderingen voelen. Keuzes van de mensen om haar heen, maar ook de doelen die ze hebben. Als ze zich tot Aro richt.. weten we wanneer hij zal komen.’ Want hij zál komen, en niet zonder reden of doel. Hij is altijd jaloers geweest op onze soort, half levend - half dood. Ik weet zeker dat hij Raphaël vol enthousiasme bij Ameleigh zou weghouden: hij zou haar voor zijn ogen vermoorden om hem in Volterra te krijgen. Al zou het enkel zijn omdat hij míjn zoon is en ik nooit zoveel van iets heb gehouden dan van mijn gezin.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Raphaël Embriël Fray Call

    Enigszins verward en geschrokken staar ik naar Ameleigh terwijl ze voorzichtig aankijkt, bijtend op haar onderlip terwijl ze zojuist uitgesproken heeft dat ze meer wil. Mijn spieren beginnen opnieuw onregelmatig te trillen, alsof er korte stroomstoten doorheen worden gegeven. Mijn vingertoppen drukken langzaam in de zijdezachte pyjama en de huid die eronder zit rond Ameleigh’s heupen, waardoor er opnieuw een ongecontroleerde kreun uit mijn borstkast omhoog rolt.
    ‘Ik – Ik mag het je niet geven,’ kreun ik zachtjes en wanhopig, waarna mijn blik gevangen raakt in Ameleigh’s stormachtige ogen, waar verschillende korte flitsen van emoties die ik niet kan thuis brengen doorheen schieten. Direct druk ik dwingend, maar teder, mijn lippen op de hare, vind de perfecte pasvorm en druk haar steviger tegen de kast omhoog.
    Wanneer ik mijn mond stukje voor beter open laat zakken en haar uitnodigende warmte voel schiet er een korte nee door mijn hoofd. Ik weet dat ik na deze actie niet meer terug kan naar hoe het was, niet meer terug kan naar de veiligheid. Maar ik wist dat voor dit alles, ik al verloren was, totaal in haar macht.

    Embry Call

    Kort knik ik met mijn hoofd heen en weer, als reactie op Jezebels plannen om haar familie erbij te halen zodat we kunnen zien wat de Volturi van plan is als ze achter Raphaëls bestaan komen. In mijn gedachten lucht het lichtelijk op door het feit dat er geen vijanden rondlopen die van Raphaëls bestaan weten, dat niemand die ik ken uit het reservaat naar de Volturi zou gaan om ons te verraden.
    Een grote, uitdagende glimlach verschijnt op mijn gezicht als Jezebel aangeeft dat ze de Volturi een voor een zou verkolen als het noodzakelijk moet zijn. Mijn benen belanden aan weerszijden van Jezebels lichaam, waardoor ik met mijn grote, uitdagende glimlach vlak boven haar gezicht kom te hangen. ‘Jij klein geniepig monstertje van me,’ fluister ik plagend, waarbij ik kusjes langs haar nek naar beneden begin te drukken, tot ik uit kom van de rand van haar lingeriesetje en ik weer omhoog kijk. ‘Ik moet zeggen dat je ’t heetste meisje bent dat ik ooit heb ontmoet,’ grinnik ik dan zacht, waarbij ik mijn hoofd weer omhoog breng en haar teder op haar neus kus.


    Ameleigh Bluebell Winter
    ‘Het is goed, Raphaël, we weten beiden dat het geen zin heeft om spelletjes in onze gedachten te spelen. We hebben dit nodig.’ Prevel ik wijselijk tegen zijn lippen terwijl mijn vingers zachtjes de zijn zoeken om ze vervolgens vakkundig te verstrengelen.
    Mijn lippen voelden geladen met elektriciteit toen ik deze opnieuw verloren tegen de zijne drukte - mezelf opdragend ieder moment in mijn hoofd vast te leggen. Zijn warmte, de geur van munt en muskus - de gloed in zijn heldere, felgroene ogen en onze harten die beide bezeten klopten - klaar om op te stijgen mochten ze ooit loskomen. Mijn vingers glipten zorgvuldig over het witte shirt dat zijn borst bedekte, waarna ik iets achterover leunde om hem vragend aan te kunnen kijken - ik wilde immers niets doen wat hij niet wilde. Misschien was ht angst, misschien iets anders? Ik wist niet precies waar het vandaan kwam. Ik zou van hem houden, meer dan ik nu zou kunnen toegeven en ik zou het niet eens berouwen. Raphaël was van mij.

    Jezebel Odys Fray
    Ik grinnik puberaal als hij me de defenitie van heet plagerig toeschuift, en kan het niet laten mijn tong naar hem uit te steken.
    ‘En jij bent de heetste jongen, gezien het feit dat je zo'n 42 graden gloeit én warmer bent dan de meeste vampieren.’ Grijns ik hem plagerig toe, waarna ik mijn armen over elkaar sla en mijn hoofd ietwat schuin houdt. Mijn vingers glijden kort over zijn borst - waar zijn hart vrolijk klopt - naar zijn buik waar naargenoeg geen enkel teken van overwicht te bespeuren is ondanks zijn enorme eetlust - naar zijn veel te grote handen die ik glimlachend vastpak.
    ‘Embry Call, mijn alfamannetje.’ Grinnik ik hoofdschuddend waarna ik me uitrek en op vampiersnelheid de rollen omdraai. Triomfantelijk ga ik op zijn buik zitten waarna ik mijn armen over elkaar sla en mijn tong voor een laatste maal naar hem uitsteek.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Raphaël Embriël Fray Call

    Het leek haast onmogelijk, het gevoel van Ameleigh’s perfect gevormde lippen op de mijne, haar zachte huid in mijn handen en haar speelse krullen die mijn armen kriebelden. Haar vingers glipten voorzichtig en zorgvuldig langs mijn shirt naar beneden, waardoor ik onwillekeurig mijn borstspieren aanspande en een licht kusje op haar lippen drukte.
    Echter, op het moment dat ze me vragend aankeek, alsof ze een soort van bevestiging wilde voor wat er door mijn hoofd spookte verdween de glimlach van mijn lippen, werden mijn gelaatstrekken steenkoud en hard. Dit is niet goed, schoot er door mijn gedachten, waardoor ik haar teder en beschermend op haar voeten liet zakken op vampiersnelheid, waarna ik naar de andere kant van de kamer flitste en de schilderijen aan de muur liet wiebelen door mijn klap tegen de muur.
    Mijn ademhaling ging zwaar en ongecontroleerd, mijn ogen gingen gehaast rond en mijn handen trilden nog feller dan normaal. Ik zou niets gaan overhaasten, ik zou haar veilig moeten laten zijn in plaats van meetrekken in mijn onveilige wereld.

    Embry Call

    Even verward keek ik naar Jezebels gezicht toen ze van het ene op het andere moment boven op mijn buik zat, haar armen over elkaar geslagen en een triomfantelijke blik in haar ogen. De grote grijns op mijn gezicht komt vanzelfsprekend opzetten en een ondeugende fonkeling flitst door mijn ogen.
    Mijn handen glijden op de tast omhoog, terwijl mijn blik op haar gezicht blijft gericht. ‘Je bent sexy als je zo dominant doet,’ zeg ik met een grote grijns terwijl ik mijn lach in houdt en kort in haar buik knijp.
    Zuchtend leun ik achterover in de kussens, waarbij ik met een tevreden glimlach omhoog kijk naar haar gezicht, terwijl mijn ogen steeds troebeler worden en ik een aantal keer moet knipperen om mijn zicht helder te krijgen. ‘Ik hou echt van jou Jez, met heel m’n leven,’ fluister ik zachtjes, terwijl ik mijn vingertoppen over haar buik en benen laat glijden.


    [Ik kan niet altijd reageren omdat ik nu officieel RPG verslaafd ben]


    "We will teach you how to make boys next door, out of assholes."

    Ameleigh Odys Fray
    Zodra Raphaël me loslaat voel ik mezelf langs de muur op de grond zakken - waar ik een tijdlang zwijgend met opgetrokken benen blijf zitten.
    Er verschijnt een frons boven mijn ogen terwijl ik de opkomende tranen wegknipper. De cijfers op het digitale klokje verspringen en laten me weten dat het zes uur in de ochtend is. Het ijswater loopt opnieuw door mijn aderen wanneer ik langzaam opsta en mijn trillende vingers om de koude deurklink krul.‘Het spijt me.’ Prevel ik zachtjes, waarna ik de deur open en naar de logeerkamer loop. De zon begint langzaam op te komen wanneer ik een douche heb genomen en mijn lokken heb vervlochten in een gewoonlijke vlecht. Jezebel is zo aardig geweest om kleding voor me neer te leggen en we schijnen verrassend genoeg weinig maat verschil te hebben. Ik strik mijn allstars gedachteloos waarna ik in mijn rugtas naar het rooster van vandaag graai.
    Er rolt een moeizame zucht over mijn lippen wanneer ik een blik op mijn spiegelbeeld werp. Het stormachtige grijs is vlak, als altijd. Ik bijt eenmaal hard op mijn onderlip voor ik naar beneden loop en daar in de nog lege keuken ga zitten. Wanneer mijn telefoon rinkelt weet ik zonder kijken al dat het Beaudine is.
    ‘Hee, mam.‘ ‘Ik sliep bij een vriend, vanwege de sneeuwstorm.’ ‘Nee, er is niets. Ik word gewoon verkouden van het veranderlijke weer hier.’ Bij wijze van bevestiging snuif ik eens kort voor ik zwijgend naar haar bezorgde stem luister. ‘Ik zie je vanmiddag.’ Fluister ik slikkend waarna ik op hang en mijn hoofd tegen mijn handen laat leunen. Ze moest eens weten..

    Jezebel Odys Fray
    ‘Dominant, hm?’ Herhaal ik hem met opgetrokken wenkbrauwen, waarna ik hoofdschuddend tegen zijn buik prik. De jongens van tegenwoordig ook. Als Raphaël ooit zulke schunnige taal zou uitkramen - zou hij per direct op een kostschool belanden. Ik ga iets rechterop zitten bij het horen van andere stemmen. Er verschijnt een meelevende frons boven mijn ogen waarna ik een zucht slaak. ‘Raph heeft haar beschermt door haar van hem weg te duwen maar.. ze begrijpt het niet. Hij zal het zwaar krijgen als dit zijn defenitieve keuze is.’ Ik druk een zachte kus tegen zijn lippen waarna ik op vampiersnelheid door de kamer flits - mijn lingerie vervangend met een nieuw setje een degelijke, alledaagse kleding. ‘Als jij met Raphaël gaat praten, doe ik Ame.’ Ik glimlach kort naar Embry voor ik naar beneden loop. Ze voelt letterlijk aan als een wrak - twijfelend tussen huilen en stilzwijgen.
    ‘Wil je echt naar school?’ Vraag ik haar zacht. Ik ben verrast door de moederlijke toon die ik toch écht niet had hoeven gebruiken in een hele nacht.
    Het voelde alsof ik een toneelstukje opvoerde: zelfs Raphaël had me leren kennen zoals ik.. was. Moeder, ja, maar ook zestien.
    ‘Natuurlijk. Ik heb gewoon niet zo goed geslapen gezien mijn moeder zich nogal in de nesten werkt in zulke omstandigheden.’ Voor ieder normaal mens had ze overtuigend geklonken - ik kende mensen echter te goed om te weten dat er een fragiele trilling in haar stem klonk.
    ‘Ameleigh.. Ik weet dat je veel vragen over ons hebt, en ik wil dat je weet dat Raphaël dit alles doet om je te beschermen.’ Het meisje kijkt me kort aan, waarna ze slikt. Ze is niet dom, ze is gewoon goed in het verbergen van gedachten en gevoelens. Ze heeft Raph nodig, en hij haar zeker weten ook.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Leah Clearwater

    In mensenvorm slenterde ik naar het huisje van Jezebel en Embry en trapte de deur in. Ik volgde de stem van Jezebel, liep naar boven en deed de deur open. 'Haaaii. Sorry van de deur beneden. Ik heb ruzie met Seth en ik heb honger dus ik kom hier de koelkast plunderen dat je het weet' zei ik en ik liep naar beneden de keuken in, niet op lettend of iemand er was. Gapend trok ik de koelkastdeur open en pakte er zoveel uit als ik kon om vervolgens alles op de eten.


    "We will teach you how to make boys next door, out of assholes."

    Embry Call

    Glimlachend keek ik Jezebel na, die haastig door de slaapkamerdeur naar beneden verdween. Het was amusant om te zien dat ze zichzelf niet zag als een moederfiguur, maar als een tiener die toevallig moeder was, terwijl ze op zulke momenten niet kon wachten voor de ‘kinderen’ op te komen en er alles aan te doen om ervoor te zorgen dat ze gelukkig waren. Hoofdschuddend en licht grinnikend tegelijk liet ik mezelf uit bed glijden en schoot in een spijkerbroek met daarbij een shirt, waarna ik koers zette naar Raphaël slaapkamer, mezelf afvragend wat ik er zou aantreffen.
    ‘Raph?’ vraag ik zachtjes wanneer ik zijn slaapkamerdeur – die op een lichte kier staat – verder open duw. De schelle stem van Leah die doorklinkt in het huis doet me even verward knipperen met mijn ogen, waarna ik besluit mijn aandacht op Raphaël te richten en me te concentreren op ons gesprek.
    Echter, op het moment dat ik de deur in zijn geheel heb opengeduwd en een aantal passen in zijn kamer heb gezet zie ik in een oogopslag dat er van een gesprek weinig sprake zal zijn. Raphaël’s ogen zijn pikzwart met enkel de emotie woede erin, zijn spieren zijn aangespannen, zijn ademhaling gaat gejaagd en het trillen van zijn lichaam heeft ongecontroleerde proporties aangenomen. Dit is het moment, schiet er door mijn hoofd heen, de situatie herkennend door mijn eigen ervaring.
    Zonder er verder over na te denken overbrug ik de laatste afstand met een paar grote stappen en grijp Raphaël’s arm vast – wat me een korte, maar harde grom oplevert – en sleep hem mee richting de trap, naar beneden, langs de keuken – waar Jezebel en Ameleigh verbaasd opkijken – en uiteindelijk door het gat van de deur de veranda af.

    Raphaël Embriël Fray Call

    Niet weggaan, ik wil je voor altijd bij me hebben, maar ik kan je niet voor altijd beschermen. Niet weggaan. Verschillende gedachten schieten door mijn hoofd als Ameleigh stilletje mijn kamer verlaat, maar er rollen geen woorden over mijn lippen die haar tegen kunnen houden. Langzaam voel ik hoe mijn ogen pikzwart worden, mijn ademhaling opnieuw gejaagd door mijn borstkast jaagt en het getril van mijn lichaam – wat ik niet langer probeer tegen te houden – ongecontroleerd wordt.
    Twee grote, sterke handen die rond mijn arm worden gesloten beantwoord ik met een korte, maar harde grom, die mezelf even verbaasd laat opkijken. Verdoofd voel ik hoe ik de trap wordt afgesleurd, door de gang en ten slotte naar buiten, waar minstens 35 centimeter sneeuw moet liggen. De stem van mijn vader klinkt donzig door tot mijn gedachten; hou het onder controle, denk aan haar, je bent sterker dan dat.
    Wanhopig probeer ik naar de plek te gaan in mijn gedachten waar ik samen met Ameleigh onder de spar op school zit, maar het wordt weggeduwd door een brandende woede binnen in me, samen met wild gegrom. Wanneer mijn vader zijn greep op mijn arm verstevigt knapt er iets, de zwarte waas die over mijn ogen schuift doet mijn vader achteruit deinzen van schrik, maar niet genoeg. Mijn eigen, vertrouwde lichaam wordt verscheurd door de brandende woede die van binnen komt, wordt vervangen door een sneeuwwit wolvenlichaam, nog groter dan dat van mijn vader, misschien groter dan dat van Jacob en Sam. Wild grommend schud ik de sneeuw van mijn kop, die door mijn verandering omhoog is gestoven, maar laat me dan doodsstil verstenen. Vier meter verder, tegen de veranda van mijn ouderlijk huis, ligt mijn vader, zijn shirt opengescheurd en over zijn borst vier grote, open wonden, waar rijkelijk bloed uitstroomt.


    Leah Clearwater


    'OHMIJNGOD!' Schreeuwde ik. Zonder na te denken ren ik het huis uit, spring en verander in een grijze wolf. -Raph, ga NU in het bos- klon er bevelend in mijn hoofd. Ik was de beta, dus hij moest zowat het bevel wel opvolgen. Ik had geen idee of het zou werken dus ik duwde hem maar het bos in, ookal was ik kleiner. Maar ik wist er meer van. Woedend en beschermend gromde ik hem na en rende naar Embry.

    [ bericht aangepast op 22 nov 2012 - 23:20 ]


    "We will teach you how to make boys next door, out of assholes."

    Jezebel Odys Fray
    Ik negeer een aanwezige Leah en richt me vol scherpte op de geluiden die buiten klinken. Embry. Ik let niet op Ameleigh wanneer ik richting de voordeur flits en daar vervolgens geschrokken mijn hand voor mijn mond sla. Ik knipper enkele seconden ademloos bij het zien van Raphaël en een gewonde Embry.
    De dorst in mijn keel voelt pijnlijk wanneer ik me over hem heen buig en voorzichtig zijn hoofd op mijn schoot leg. Ik wist niet.. Ik had degene moeten zijn die bij hem was geweest als hij transformeerde. Hij had míj moeten raken. Ik was wel oké geweest.. ‘Het komt goed. Je geneest. Ik beloof dat het goed komt.’ Fluister ik meer voor mezelf dan voor hem. Mijn ogen zijn even donker als altijd wanneer dorst en emotie zich mengen. Toch staat mijn hoofd totaal niet naar de smacht om zijn bloed: ik ben veel te bang om hem kwijt te raken. Mijn ogen glijden naar Raphaël - een tikje schuldig, een tikje bezorgd.
    ‘We hebben iemand nodig.. Ithuriël. Hij is goed in dit soort dingen.’ Ik knik voor mezelf terwijl ik veel te snel mijn telefoon uit mijn broek gris en de kiestoon indruk. We hebben maar enkele, vluchtige woorden gewisseld wanneer ik ophang en Embry tegen me aan trek.
    ‘Hij is onderweg. Het komt goed. Het komt goed.’ Fluister ik moeizaam tegen zijn lokken.

    Ameleigh
    Wanneer Jezebel verdwijnt en een dunne versie van haar stem mijn oren bereikt - weet ik dat ik iets moet doen. Als verdoofd kom ik overeind om me twijfelend naar de voordeur te begeven. Hij staat wagenwijd open en ik voel mezelf rillen. Embry bloed hevig in de sneeuw, terwijl Jezebel zich wanhopig aan hem vastklampt. Mijn ogen zijn echter gericht op de enorme, agressief trillende wolf die even wit kleurt als de sneeuw.
    Eerst wil ik rennen - tot ik zijn ogen zie. Zo bekend, zo warm. Ik voel mezelf langzaam in beweging komen - de waarschuwingen die Jezebel me vriendelijk toewerpt negerend. ‘Raphaël? Ben jij dat?’ Mijn stem beeft, terwijl ik mijn handen ongelovig voor me uithoud. In enkel een blouse wordt mijn huid al snel even wit als de sneeuw. Is dit waarom hij zo afstandelijk was? Ik voel mijn onderlip beven wanneer ik mijn hoofd ietwat schuin houd.
    ‘Alsjeblieft Raphaël. Ik heb je nodig.’ Fluister ik haast onhoorbaar. Ik heb de woorden nog nooit tegen iemand gezegd - niet zo kwetsbaar en zacht als nu, in ieder geval. Dit is niet de jongen die ik ontmoette - deze jongen zou nooit iemand kwaad doen en dat weet ik. Hij moet zich gewoon concentreren, zich focussen op belangrijke dingen.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    [Fijn dat je me negeert, schat. Zo ga je echt vooruit]


    "We will teach you how to make boys next door, out of assholes."