• At night I hear it creeping
    At night I feel it move
    I'll never sleep here anymore

    I think there's something out there
    I think I heard it move
    I've never felt like this before

    I wish I never knew

    Three Days Grace (Scared)


    Uit het niets zijn de mannen en vrouwen, al voor jaren, opgesplitst in twee delen. Niemand heeft een idee hoe het komt en doen er ook geen moeite voor om het te veranderen.
    Doordat er nu moeilijk kinderen kunnen komen, zijn er nu niet zoveel mensen meer over. Liefde is dan ook niet veel te vinden in de wereld of ze zijn homoseksueel of gaan toch stiekem naar het andere deel toe waar de andere sekse woont – waarvoor ze wel eerst de enorme muur over moeten klimmen die de seksen scheidden van elkaar. Wat onmogelijk is, want er zijn bewakers die de muren beschermen. Men heeft een illegale manier gevonden om er onderdoor te gaan in een geheime tunnel, waar vrouw en man elkaar ontmoeten of zelfs naar de andere kant van de muur kunnen komen.
          Maar als de wereld word aangevallen door ontelbare zombies, dan moeten ze hun handen in elkaar slaan om de invasie tegen te houden en de zombies terug te dringen naar hun eigen wereld. Ze moeten de poort sluiten van de demonenwereld waar de zombies doorheen komen, maar dit kunnen ze pas doen als de bewaker van de poort dood is.
    Redden ze dit wel? En wilt iedereen wel samenwerken of zijn ze zo erg uit elkaar gegroeid dat ze toch liever bij hun eigen sekse willen blijven?


    The world is a dangerous place to live; not because of the people who are evil, but because of the people who don't do anything about it.
    – Albert Einstein


    Foto's:
    Demonenpoort



    Overzicht van de stad


    Klik.

    Kerkhof.

    Bar & Nachtclub


    Regels:
    - 16+ is toegestaan.
    - Als je iemand wilt vermoorden moet je eerst toestemming hebben van die user zelf.
    - Alleen je eigen personage besturen en niet die van een ander.
    - Ik wil dat je post minstens 7 zinnen lang is (meer is altijd beter natuurlijk).
    - Er bestaan geen perfecte mensen in het echte leven, dus ook niet in deze RPG. Let daar op.
    - Als er een nieuw topic aangemaakt moet worden, vraag dan eerst toestemming aan mij [Osaki of Don]. En als ik niet online ben wacht dan gewoon rustig af op mijn antwoord.
    - Naamveranderingen doorgeven aub.

    Vrouwen:
    - Montana Kenley Fonteyn; Astris - 11 juli tot 22 juli op vakantie.
    - Jacky Kendra Smith; Makaveli
    - Chrissie Annabeth Jenkins; Kassiopeia - 3 juli tot 13 juli op vakantie ben/16 juli tot 28 juli op kamp.
    - Valysa Vulturmir; Inanis - 16 tm 28 Juli op vakantie.

    Mannen:
    - Dimitri Ardakyi Ivashkov; Makaveli (Bewaker van de poort, demon)
    - Derrick Nathaniel Ryder; Murdock
    - Jared Ryder; Murdock
    - Matthew Blythe; Kassiopeia.
    - Dante Gunner; Makaveli.
    - Cameron Micah O'Connor; Sigil - 4 t/m 15 juli op vakantie.

    Weer in de ochtend (8 a 9 uur):
    Het is een heel stuk opgeklaard, droog, maar dauw bevindt zich op het gras en de planten. Langzaamaan wordt het weer wat warmer en wordt het zo'n 18 graden.


    Rollentopic. & Off-topic.

    [ bericht aangepast op 9 juli 2014 - 18:05 ]


    Don't walk. Run, you sheep, run.



          Derricks mond had de grootte van een koffieschoteltje gekregen, terwijl zijn twee ogen eerder wat weg hadden van twee okkernoten. ‘W-wat?’ mompelde hij. Op deze manier leek hij eerder op een klein jongetje dat voor de eerste keer een paar borsten te zien kreeg dan van een grote man zoals hij, die - zo stelde Chrissie zich in ieder geval voor - meer van een vrouwelijk lichaam afwist dan zijzelf.
          Chrissie liet hem meteen ook de voorwaarden op haar roekeloze actie weten, aangezien ze niet wilde dat meteen iedereen er vanaf zou weten. Normaal zou ze nooit zoiets roekeloos gedaan hebben, maar nu was er een deel van haar dat zei: doe eens gek, deze kans krijg je maar één keer. Snel ging ze verder met praten. ‘Als je dat wel doet, heb ik recht op wraak.’ Ze klonk streng voor haar doen, maar aan zijn reactie te zien leek Derrick het volledig begrepen te hebben.
          Derrick begon als een halvegare de kater te aaien, maar Chrissie was er al snel bij om zijn hand weg te slaan. De dikke vette kat had snel genoeg van de liefkozingen en had daarbij zijn bazin nog een vierde wonde op haar arm gegeven. Het zou al bijna niet meer opvallen. Derricks wenkbrauw schoot verward omhoog en om eerlijk te zijn wilde Chrissie heel erg graag weten wat er plots in dat knappe hoofd van hem omging. Ze kreeg helemaal geen hoogte van hem en om haar eigen gedachten te vergeten, begon ze zelf maar uit te leggen waarom de kater zo deed. Niet omdat ze dacht dat hij het niet begreep, maar om zichzelf af te leiden van wat straks nog zou komen. Als ze er nu te veel aan zou denken, zou het vast helemaal fout gaan en haar kennende ook helemaal gênant worden.
          'Dat doet me denken aan John,’ mompelde Derrick, ook al had Chrissie geen idee over wie hij het dan ook had. Derrick en zijn broer waren de eerste mannelijke individu’s die ze ooit ontmoet had en John klonk nu niet bepaald als een vrouwelijke naam.
          'Wie?' vroeg ze ietwat verward, terwijl ze de kat buiten op de grond zette en de deur sloot. Het arme beest klonk als een sirene door de deur heen, maar ze wilde hem er gewoon niet even bij nu. Ze was al zenuwachtig genoeg en wilde zich ook geen zorgen maken over haar kat. Toen ze zich omdraaide, kon ze zien hoe Derrick naar haar staarde en alweer wilde ze weten wat in hem omging. Zou hij zo iemand zijn die vrouwen meteen naakt voorstelde? Enerzijds zou het haar niet verbazen, maar ze kon maar beter niet alle mannen over dezelfde kant scheren.
          Chrissie nam weer plaats op het bed en staarde even naar haar arm die aan het bloeden was. Het kon haar op zich niet erg schelen, ze was het al gewend. Maar de snee leek vandaag wel extra diep te zijn.
          Ze keek verbaasd op toen Derrick onverwacht dichterbij schoof en met de handdoek om zijn middel de wonde schoon depte. Ze vond het plotse gebaar lief van hem, want hij leek bezorgd om haar te zijn. Toch bleef maar één gedachte in haar hoofd doordrammen: ik lig straks naakt naast hem. Dat hij naakt was, vond ze helemaal niet erg. Maar dat zij naakt zou zijn, stelde haar toch niet zo op haar gemak.
          'Dus … ik had niet verwacht dat je überhaupt “ja” zou zeggen.' Derricks stem verbrak de stilte. Hij kreeg een scheef glimlachje op zijn lippen toen hij achter zijn hoofd krabde. ‘Al was dat vast wel te merken.’
          Chrissie moest er zachtjes om giechelen. 'Je bent niet de enige die er verbaasd over is,' mompelde ze zacht.
          ‘Wil je nu het bed induiken of later?’ vroeg hij plots recht voor de raap. Chrissie beet zachtjes op haar lip en besloot uiteindelijk voor de korte pijn te gaan.
          'Nu,' besloot ze redelijk direct en was alweer verbaasd van haar vaste stem. 'Als je het niet erg vindt,' voegde ze er wat onzeker achteraan. Ze stond recht, met haar handen zachtjes trillend van de zenuwen en draaide zich met haar rug naar hem toe. Ze kon zichzelf niet uitkleden als ze wist dat hij naar haar zat te kijken. Dat was ook waarom ze tergend langzaam haar broek naar benden liet zakken en er nog vele langer over deed om haar blouse los te knopen en over haar armen naar beneden te glijden. Toen ze uiteindelijk in haar ondergoed stond, durfde ze enkel nog haar sokken uit te trekken en bleef toen staan. 'Ik eh...' begon ze, zelf niet eens wetend wat ze eigenlijk wilde zeggen. 'Ik kan eh...' Ze zuchtte uiteindelijk diep en snelde naar de lichtknop toe. 'Ik kan het niet met het licht aan, sorry.' Met een ferme beweging deed ze het licht uit en leunde tegen de muur aan. Het licht was nu wel uit, maar de maan scheen nog steeds voldoende naar binnen. Ze kon Derricks contouren nog zien in de kamer en ze wist wel zeker dat hij haar ook kon zien.
          Plots voelde ze zich stom en durfde ze amper te bewegen. 'Sorry,' mompelde ze zwakjes, omdat ze niets liever wilde dan nu terugkrabbelen van haar belofte. Dat terwijl een deel van haar schreeuwde dat ze gewoon verder moest gaan. 'Ik ben nog nooit naakt gegaan voor wie dan ook,' besloot ze hem uiteindelijk uit te leggen. ‘Ik weet niet zo goed wat ik moet doen…’


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov

    Jacky Smith.
    Matthew kreeg een verborgen glimlachje op zijn gezicht, die zij eerder niet gezien had en dat was ook een van de redenen dat haar aandacht daardoor getrokken werd.
          Matthew was in de lach geschoten door wat ze zei, tenminste zo vatte zij het op. Een mondhoek ging nors omhoog met dat ze haar tanden op elkaar beet. 'Meisje,' had hij simpeltjes geantwoord. Met dat hij dit antwoord had gezegd rees ze ongelovig haar wenkbrauw op en keek vanuit haar ooghoeken naar opzij. Meende hij dit nu? Ze keek naar de jongen naast haar en hij keek dommig terug met een verliefde blik in zijn ogen. Ze zuchtte diep.
    “Wauw, dat is wat ik pas 'creatief' noem. Er zijn duizenden namen en jij moet met 'meisje' komen.” Had ze sarcastisch geantwoord, waarna ze nog eens diep zuchtte.
    “Er gaat niet veel door dat hoofd van jou hé?” Ja, je kon wel merken dat haar bijdehante opmerkingen terug waren, maar ze was niemand iets verschuldigd. Ten minste, zo zag zij het niet. Waarschijnlijk zagen die gozers het anders. 'Al is het wel eens tijd dat ik misschien met wat originelers kom. Hoe heten vrouwen tegenwoordig? Betty?' Had ze nog op kunnen vangen, samen met zijn zelfingenomen grijns. 'Ja, je heet Betty.' Had hij het afgemaakt. Voor nu, dacht ze zwartgallig.
          “Hey, Betty Boop voor jou hé.” Had ze teruggekaatst.
    Er was al snel een vork in haar mond gepropt door de jongen naast haar, omdat ze Matthew wilde verbeteren. Ze had het gekauwde eten doorgeslikt en gooide de vork op tafel. 'Je bent aan de mannenkant nu, Betty.' Had Matthew hoofdschuddend gegrijnsd.
    “Aan de mannenkant? Pfft,” ze snoof honend. “Jammer genoeg dat ik er dan geen een zie.” Had ze ruw, zonder nadenken, gemokt met dat ze haar handen over elkaar had gevouwen en van hem wegkeek.
          Matt had zijn schouders opgehaald door de lachbui en de jongen naast haar begon terug te murmelen dat het niet haar huis was. Dat allen Matt hem eruit mocht gooien en niet zij. 'Hij heeft wel een punt, Betty.' Zei Matthew serieus. “Dat zullen we dan nog wel zien.” Had ze geantwoord met een streng gezicht en een geheimzinnige toon in haar stem. 'En dit weer is geweldig! Niemand is gek genoeg om naar buiten te gaan bij dit weer,' “Behalve de zombies,” voegde ze eraan toe, tegelijkertijd dat Matt praatte – ze had dus ook niet de rest gehoord.
          Matthew reikte haar een regenjas en tas aan, maar ze pakte alleen de regenjas aan. Ze had haar eigen tas, die ze zo om zou doen. 'Kom Betty, laten we gaan.' “Betty Boop.” Verbeterde ze hem.
    Er kwam een wind naar binnen eenmaal ze te samen de deur opentrokken en naar buiten liepen. Het regende enorm en haar regenjas zwiepte om haar lichaam met dat er wat donder klonk boven hen. Ze had haar tas al om met haar geweer en liep een richting op zonder op Matthew te wachten. Ze kende de buurt dan niet, maar ze wilde geen hulp. Hey, ze had geen hulp gevraagd aan Matthew toen ze neerviel – dat was hijzelf, hij had haar ook kunnen liggen.
    “Mannen? Sure.” Hoonde ze weer, terwijl ze een hoek omliep. De straten waren raar genoeg rustig, te rustig, terwijl het weer het enigste was dat tekeer ging. Waar was iedereen? Er was zelfs geen geschiet of gekrijs te horen? Geen enkele zombie of mens te bekennen.
          Ze zag een overhoop gehaalde supermarkt, maar ze kon er altijd nog checken of er voedsel en drinken was. Ze wenkte Matthew, zonder om te kijken en liep vervolgens de straat over met haar beide handen stevig het geweer vast – voor het geval dat.
    Ze was binnenin de supermarkt en had de gerechten voor haar lievelingseten gepakt – lasagne. Met een boel sambal. Straks had hij het niet en hoe moest ze dan overleven? Nu ze daarover nadacht.. ze liep meteen naar het gangpad waar de koffie zou moeten staan, maar verstijfde toen ze enkele blikken verderop van haar hoorde vallen – en het was Matthew niet. Ze had haar vinger naar zijn mond gebracht om hem het sussen op te leggen.


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Montana Kenley Fonteyn
    ‘Eh– ik eh, kan ook gewoon op de—’ stamelt Jared wanneer ik hem vermeld dat wij samen in een bed zullen slapen. Ik onderbreek hem echter en vertel hem dat hij niet op de bank gaat slapen, simpelweg omdat die bank voor geen meter slaapt. Jared zegt hier niks meer op, maar oordelende op zijn eerdere gedrag is dat waarschijnlijk eerder omdat hij er niet tegen in durft te gaan en niet omdat hij er mee akkoord gaat.
    Vervolgens overbrug ik de afstand tussen ons en ik voel voorzichtig aan zijn achterhoofd, omdat hij zonet toch met een behoorlijke klap met zijn hoofd tegen het koffietafeltje maakte. Vanuit mijn ooghoeken zie ik dat hij de kraag van zijn trui naar beneden trekt, maar ik besteed er geen aandacht aan doordat ik duidelijk een bult op zijn hoofd voel en ik begin me een tikkeltje schuldig te voelen dat ik hem er net om "uitlachte". Dat is dan ook de reden dat ik vraag of het pijn doet en of ik iets verkoelends voor hem moet halen.
    ‘D-dat zal niet werken,’ stamelt hij hees, waarop ik hem fronsend aankijk. Zou het dan zo'n pijn doen dat het daarom geen zin heeft, of zou het geen zin hebben omdat hij toch geen pijn heeft? Zijn blik glijdt over mijn lichaam, waarop ik nog meer begin te fronzen. ‘H-het komt door jou: jij b-bent heet.’ Na deze woorden wordt zijn gezicht iets minder rood, terwijl ik hem verbijsterd aankijk. Dat is wel het laatste wat ik verwacht had om uit zijn mond te komen en ik snap ook niet waarom hij het zegt, aangezien het niet een antwoord op mijn vraag is. Na enkele seconden verschijnt er toch een licht geamuseerde blik op mijn gezicht. 'Je moet je hoofd wel heel hard gestoten hebben, dat je dat zegt,' grinnik ik. 'En ik zal het maar als een compliment nemen.' Tenminste, aangezien ik het zelf koud heb, bedoelt hij vast niet dat ik heet ben qua lichaamstemperatuur. Ik kan het laten plagerig te knipogen, waarna ik naar de badkamer loop.
    In de badkamer pak ik een washandje, die ik nat maak met koud water en vervolgens loop ik met het natte washandje terug naar de logeerkamer. 'Hier,' zeg ik, terwijl ik hem natte doekje voorzichtig op de bult op zijn hoofd leg en zijn hand er op legt, zodat het washandje niet gelijk weer van zijn donkere haren afglijdt. 'Misschien heb je zo morgen geen last van je hoofd,' mompel ik. Hierna loop ik naar mijn rugzak, om er een shirt uit te plukken dat als slaapshirt zal moeten dienen. Ik zou beter aan Chrissie kunnen vragen of ik iets van haar kan lenen, aangezien ik niet al te veel kleding bij me heb, maar voor hetzelfde geld zijn de twee tortelduifjes "bezig" en ik heb geen enkele behoefte om ze daarbij te storen. Ik keer Jared mijn rug toe, trek mijn shirt over mijn hoofd en trek vervolgens mijn geïmproviseerde slaapshirt aan. Hierna doe ik ook mijn broek uit. Mijn "slaapshirt" is iets te groot en bedekt daardoor nog deels mijn billen. Ik draai me weer terug naar Jared en werp een blik op de kleding die hij draagt. 'Ga je zo slapen vanavond? Ik probeer je niet in je onderbroek te krijgen, maar ik weet niet hoelang deze situatie zal duren en als je ook slaapt in die kleding, dan zal het een stuk eerder gaan stinken.'


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Derrick Ryder
    † † †


    Hij negeerde haar vraag over wie John was, hij had nog zo gehoopt dat ze het niet gehoord zou hebben en daarbij wilde hij het onderwerp niet aansnijden. Hopelijk zal ze het hierbij laten. De kater was buiten de deur nog traag aan het miauwen, maar naarmate de tijd verstreek stierf het weg en dribbelde de kater weg.
          ‘Je bent niet de enige die er verbaasd over is,’ mompelde ze zachtjes, voor ze giechelde en Derrick keek naar haar alsof het één of ander fenomeen was. Ze beet zachtjes op haar lip toen hij de vraag niet erg subtiel aan hem stelde, waardoor hij zichzelf in gedachtegang uitschold. Hij had immers beter moeten weten, eerst nadenken en dan pas praten – dat had Jared hem ook al meerdere keren verteld, net zoals zijn moeder. Hoewel hij maar weinig herinneringen van haar had.
          ‘Nu, als je het niet erg vindt,’ Haar stem klonk onzeker, dit zorgde ervoor dat Derrick naar haar opkeek toen ze recht ging staan. Hij bestudeerde haar en ergens wilde hij haar nu al stoppen, gezien haar trillende handen en de manier waarop ze zich naar hem omdraaide. Toch schudde hij zijn hoofd zachtjes heen en weer, als antwoord op haar vraag dat hij het niet erg vond – hoewel het voelde alsof hij iets slechts deed.
    Ze kleedde zich uit. Derrick kon niet toekijken, niet nadat hij wist dat ze het er zo moeilijk mee had – daarom wendde hij zijn gezicht af. Hij sloot zelfs zijn ogen om haar een deel privacy te schenken. Haar woorden klonken tegelijkertijd nogmaals door zijn gedachten heen, wat de enige reden was waarom hij haar überhaupt niet stopte.
          'Ik eh...' klonk het, de onzekere klank was niet te missen. 'Ik kan eh...' Traag durfde hij zijn ogen naar haar te blikken, gezien hij een stuk van zijn nieuwsgierigheid toch niet in bedwang kon houden. Niet enkel haar broek was uit, hetzelfde gold voor haar blouse. Momenteel stond ze enkel in haar ondergoed voor hem en hij kon het niet laten zijn mond iets open te laten zakken, net voordat het licht uitging. 'Ik kan het niet met het licht aan, sorry.'
    Het enige licht dat nog naar binnen scheen was afkomstig van het maanlicht buiten, wat bij Derrick resulteerde in een gevoel dat hij nooit ofte nimmer eerder had gehad tegenover een vrouw. Dan mochten ze wel gescheiden zijn door een muur, hij had wel enkele vrouwen gezien doordat hij over de muur was geklommen. Bij deze vrouwen voelde hij zich enkel niet beschermend, hij voelde zich niet genoodzaakt om degene tegen alles te beschermen - wat hij nu wel bij Chrissie voelde. Het scheen zo'n wonder te zijn dat hij, terwijl ze "Sorry, Ik ben nog nooit naakt gegaan voor wie dan ook. Ik weet niet zo goed wat ik moet doen..." op stond en kalm, op een trage wijze, naar haar toe liep. Zijn donkere ogen hadden een warmhartige expressie gekregen waarbij hij het oogcontact met haar niet verloor door weg te kijken. Eenmaal hij bij haar was, streelde hij met één hand over haar wang heen, welke uiteindelijk in haar nek eindigde. Een gedeelte van zijn hand voelde haar zachte, bruine haren tegen de huid aan kriebelen, terwijl zijn andere hand eveneens haar wang beroerde.
          'Niet zo onzeker zijn, Chrissie,' prevelde hij zachtjes, alsof het een geheim was tussen enkel hen twee. Hij streelde haar haarlokken op een liefdevolle manier achter haar oor, waarna hij iets voorover boog. 'Je bent prachtig.' Zijn lippen drukte hij op die van haar alsof ze een porseleinen pop was, bang om haar pijn te doen.


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    Mattew Blythe

          ”Kom Betty, laten we gaan.” Matt had zijn eigen jas aangetrokken en had de jongedame een regenjas aangereikt.
          “Betty Boop,” verbeterde ze hem, iets wat ze beter niet had gedaan.
          ”Betty Boob,” grinnikte Matt. “…s,” voegde hij er iets later achteraan, aangezien vrouwen er twee hadden en niet één. “Je bent Betty Boobs vanaf nu.” Matt grijnsde speels en duwde de voordeur open, die meteen richting de straat leidde.
          Het leek net een storm uit zo’n piratenfilm. De lucht boven hem was zo donker dat het leek alsof het nacht was en de straatlantaarns deden het niet. De twee konden niet verder kijken dan zo’n twee meter door de regen die als een waterval naar beneden stortte. De wind woei woest in hun gezichten en vertroebelde Matts beeld. De regendruppels dropen zelfs van zijn wimpers af, die al zo kort waren. De metaalachtige geur van het bloed op de straten werd langzaam weggespoeld en helse donderslagen maakten het geheel af, samengegaan met felle bliksemschichten.
          Tot Matts verbazing liep Betty gewoon de goede kant uit, zelfs zonder wat aan hem te vragen. Met twee tassen in zijn armen en zijn vingers om de rand van zijn kap om deze een beetje naar beneden te houden, liep hij achter haar aan. “Mannen? Sure,” bromde de dame opeens.
          ”Wat is het probleem?” bromde Matt, omdat hij helemaal geen idee had waarom zo ze plots sarcastisch aan het mompelen was. Als deze kant haar niet aanstond, moest ze maar terug gaan. Opeens wenkte ze hem en liep ze de straat over. Matthew was niet zeker of hij het wel leuk vond dat ze zo de leiding nam. Het was nog steeds de mannenkant en hij was nog steeds de vent. Deze vrouw had meer ballen aan haar lijf dan hij leuk vond.
          In de supermarkt week Matt niet te ver van haar zijde af, zodat ze elkaar nog in het oog konden houden. Hij had helemaal geen idee wat ze aan het doen was, maar daar gaf hij ook niet zoveel aandacht aan en begon flessen water in te laden, samen met een heleboel voedsel in blik en nog wat groeten en andere dingen die ze zouden kunnen invriezen als de elektriciteit het niet zou begeven.
          Toen ze plots weg ging, zuchtte Matt diep. Het was veel veiliger om in elkaars buurt te blijven zodat de ene de andere nog te hulp zou kunnen schieten, maar blijkbaar vond zij van niet. Als ze plots dood was, was het niet zijn schuld.
          Toen Matt klaar was met inladen, ging hij haar toch maar weer zoeken – hell no dat hij alles alleen zou gaan dragen. “Wat pak je –“ De man kapte abrupt zijn zin af toen er een paar blikken van het rek naar beneden tuimelden. Betty Boobs greep meteen naar haar pistool, maar Matt was ongewapend. Waarom konden winkels nu geen pistolen verkopen of zo? Zijn blik gleed over de rekken heen, maar in een gangpad met voedsel was er niet bepaald wat te vinden om jezelf mee te verdedigen. In de stilte konden ze voetstappen horen die langzaam maar zeker zich over het andere gangpad verplaatsen. Matt greep de jongedame bij de arm en verplaatste hen in stilte naar de tegenovergestelde richting. Ze waren echter niet snel genoeg en het lijk was eerder aan hun rayon dan zij zich konden verstoppen. Het eerste schot weerklonk en Matt vloekte zachtjes, maar in plaats van haar los te laten trok hij haar gewoon met zich mee de winkel door, tot hij uiteindelijk zelf een geschikt wapen had gevonden – een knuppel uit de sportafdeling. “Heb je een plan?” vroeg hij haar.

    Chrissie Annabeth Jenkins

          Chrissie leunde tegen de muur aan, haar ogen waren op de grond gericht en haar hoofd voelde bloedheet aan. Ze was ervan overtuigd dat haar wangen nu vast vuurrood waren. Ze wist niet goed wat ze moest doen toen Derrick opstond en langzaam haar richting uitkwam. Hoewel het vast niet zo bedoelt was, kwam hij intimiderend over. Dat was altijd al zo geweest aangezien hij een stuk groter was dan Chrissie. Echter straalde zijn blik één en al warmte uit, wat de jonge vrouw toch een beetje deed kalmeren. Ze moest omhoog kijken toen ze hem in de ogen wilde kijken, maar ze kon niet veel meer zien dan de contouren van zijn gezicht. Zijn vingers voelden koel aan toen hij met zijn hand zachtjes haar wang streelde en zijn andere hand liefdevol over haar golvende bruine haren heengingen. Er verscheen een verlegen glimlachje op haar lippen toen ze zich helemaal warm voelde worden vanbinnen.
          'Niet zo onzeker zijn, Chrissie,' fluisterde hij haar zachtjes toe. Zijn aanrakingen alleen al zorgden voor een gevoel dat Chrissie nooit eerder gevoeld had. Ze had er wel ooit over gehoord, van collega’s die het ooit gevoeld hadden voor een andere vrouw. Ze had nooit gedacht dat ze dit gevoel ooit zou hebben bij een man – laat staan dat ze er ooit een zou ontmoeten – en al zeker niet zo een als Derrick – die volgens haar helemaal boven haar niveau lag. De jonge man streelde haar lokken achter haar oor en boog een beetje voorover. 'Je bent prachtig.' De jonge vrouw wist niet meer welke houding aan te nemen toen hij plots wel erg dichtbij kwam en zijn lippen de haren raakte. Ze versteef helemaal in paniek. Wat deed hij? Wat verwachtte hij van haar? Voor één seconde leek het alsof al haar gedachten uit haar hoofd verdwenen waren en ze helemaal niets meer wist. Daarna leek ze weer neer te dalen op de aarde en wist ze precies wat hij deed of wat zij moest doen. Ze zoende zachtjes, ietwat onzeker terug. In haar buik was een explosie van kriebels ontstaan.
          Toen de zoen beëindigd werd, duurde het nog even voor ze weer helemaal met haar voetjes op de grond kwam, tot het tot haar doordrong dat ze zonet met Derrick gekust had. En God, wat voelde dat goed. Het zorgde ervoor dat ze zich al wat meer op haar gemakt voelde en het duurde daarna ook niet lang meer voor ze de moed verzameld had om ook haar bh uit te doen. Het voelde vreemd om geen stof meer rond haar bovenlichaam te hebben, maar ze had er zelf voor gezorgd. Haar hand zocht naar die van Derrick en toen ze hem gevonden had, trok ze hem mee naar het bed. “Je bent geweldig, Derrick,” zei ze zachtjes en keek hem glimlachend aan, daarna dwaalde haar blik af naar haar onderbroek en terug naar hem. “Tegelijk?” vroeg ze, doelend op het feit dat hij ook zijn handdoek nog om zijn heupen had en ze beiden naakt zouden gaan.


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov

    Jacky Kendra Smith. •

    Voor ze kon kijken waar het geluid precies vandaan kwam werd ze weggetrokken in een tegenovergestelde richting van waar het geluid vandaan kwam. Wat deed hij nou weer? Dat stond ze op het punt vijandig hem te vragen, maar herinnerde zichzelf dat ze stilletjes moest zijn. Het lijk had hun in het zicht en er klonk een schot van zijn geweer, niet die van haar. Ze was het wel van plan, maar na het zachte gevloek van Matt werd ze weer meegetrokken. Bijna was ze gestruikeld over de lange broekspijpen. Ze trok zichzelf chagrijnig los, doordat het schot die ze had gelost in het plafond terecht kwam. “Dude, niet zo aanhalig.” Toen ze waren gestopt had ze zich omgedraaid naar de man en zag de enorme knuppel in zijn hand. Ze rees haar wenkbrauwen verbaasd, maar had al snel een ironisch gekakel laten horen. 'Heb je een plan?'
          “Volg mij.” De voetstappen van het lijk kwamen dichterbij toen ze deze woorden had gesproken.
    Met een licht afkeurende blik keek ze naar zijn handen, ten teken dat zij hem niet mee zou trekken, en had zich toen vervolgens zonder enige uitleg omgedraaid. Ze had een knuppel uit een van de rekken gehaald en verborg zich achter een grote kast waar de tennisrackets aan hingen. Ze kwam erachter vandaan toen hij voorbij kwam lopen.
    “De diepvriesproducten zijn de andere kant op.” Was het eerste wat ze zei – het lijk draaide zich met een ruk om – en ze gaf hem een knal met de knuppel. Hij viel met een smak neer op de grond. Ze had het geweer opgepakt en in de handen van Matt geduwd. “Nu heb je geen vriendjes die je kunnen helpen hé.” Ze had een grimas op haar gezicht, terwijl ze het geweer op hem richtte.
    “Ik geef je één kans om antwoord te geven op je vragen. Ik ben namelijk een erg ongeduldig persoon.” 'Miezerige, kleine bitch.' Direct haalde ze de veiligheidspal van het geweer eraf. “Fout antwoord.”
          Op dat moment schoot er een kogel rakelings langs haar hoofd, waardoor haar korte haren lichtjes mee werden gevoerd. Een voetbal liep leeg en sissend kwam het geluid eruit. “Shit.” Ze had de vieze grijns van de zombie niet opgevangen.
    Ze verborg zich achter dezelfde kast, waarachter ze eerder had verstopt. Vanuit haar ooghoeken zag ze de zombie bewegen en kon nog net uitwijken voor een rechtse hoek, die vervolgens hard tegen de kaak van Matt achter haar kwam. Zo snel als ze kon gaf ze hem een trap tegen zijn schenen, waardoor hij tegen het rek met de ballen viel en vervolgens weer neerviel.
    Na enkele seconden wachten sprong ze over het lijk, waardoor ze zich nu met haar rug tegen een andere muur belandde en voor een snelle seconde haar gezicht op Matthew richtte, uit bezorgdheid, voordat ze zich op die van de zombie richtte. “Waarom zijn jullie hier? Hoe komen jullie hier?” Vuurde ze vragen kittig op hem af. Ze wilde eigenlijk aan Matthew vragen hoe het met hem ging, maar dan zou ze zich breekbaar maken en dat wilde ze allesbehalve. Ze had de loop van het geweer in zijn mond geduwd. Gebrand met haar ogen op zijn misselijkmakende, verrotte gezicht. Ze moest hoe dan ook de antwoorden weten. Ze lette niet op wat Matthew nu deed.
          “Geen zorgen maat, ik zal je niet neerschieten.” Sprak ze.
    De zombie probeerde wat te mompelen, maar kwam alleen uit op wat geknik en wat gebaren – waaronder de middelvinger. Ze haalde de loop uit zijn bek. “Wat zeg 'ie? Ik verstond je niet met die loop in je bek.” 'Bitch. Je zult het nooit te weten komen.'
    “Hmm, oké.” Ze knikte even kort op een droge manier en duwde de loop toen weer in zijn mond. “Dan zal ik je maar neerschieten. We hebben toch niets aan je.” Hij hield meteen zijn handen omhoog ten teken met dat hij wilde praten en in zijn vale ogen kwam er schrik tevoorschijn. Zombie en nog steeds een enorme schijterd, dacht ze spottend.
    'Er is een poort.' “Een poort?” Ze fronste haar wenkbrauwen op een droge, koele manier. Ze knikte weer met haar hoofd op dezelfde manier. “Waar?” Hij bleef stil.
    “Waar?!” Haar ogen schoten vuur. Ze richtte dreigend het geweer op zijn borstkas. 'B-b-ij een groot woud. Hier ver vandaan, aan de vrouwenkant.' Haar gedachten begonnen meteen te ratelen, maar kwamen alleen uit bij de Donkere Wouden. Erg luguber, dacht ze sarcastisch. Maar toepasselijk. Een beetje creativiteit ontbrak het ook aan deze gozers.
    "Ik trap je wel dood. Doden horen dood te blijven." Zei ze met een nonchalante doch vijandige toon in haar stem. Het gevoel dat ze, vooral zij, snel moesten opschieten; maakte haar nerveus en liet haar onhandig denken. Zo ook deze beslissing dat ze haar voet met een snelle trap naar zijn hoofd bracht. Hij was nu echt dood, maar het bloed en slijm zaten aan haar schoen geplakt. “Oh, that is just gross.” Ze zuchtte.
          Een rood stipje die over enkele sportobjecten zweefden had haar aandacht vastgepakt. Het werd gericht op Matt. Ze volgde de richting van het stipje en moest even goed kijken, waarbij ze haar ogen tot smalle spleetjes maakte, tot ze de sluipschutter op het dak tegenover de supermarkt – waarin zij zich begaven, zag. Shit, hij maakte zich klaar om nogmaals te schieten.
    Voor ze erover na kon denken rende ze naar Matthew, struikelde over de lange broekspijpen en greep de man vast, waarna ze beiden met een smak op de grond vielen.
    "Gaat het?" Een fles met water was geraakt, die akelig dichtbij stond, en een straal doorzichtig substantie kwam eruit die met spetters op de grond terecht kwam. Haar gezicht hing vlak boven Matthew, bezorgd. Ze wreef kort over zijn kaak, waar hij geraakt was, maar herstelde zich snel toen ze erachter kwam dat dit diezelfde man was die haar 'Betty Boobs' noemde. Ze schraapte haar keel en stond, zo snel als ze kon, op.


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Derrick Ryder
    † † †


    Het duurde even voor ze haar lippen überhaupt bewoog, maar hij wachtte geduldig af. Dat moest ook wel, hij wilde haar absoluut niet dwingen of iets dergelijks. Bovendien zou hij, mocht ze later alsnog niet tot actie zijn gekomen, gestopt zijn, zodat het enkel een simpele kus was geweest. Dit was echter niet nodig, gezien ze ietwat onzeker, zachtjes terug zoende. Met een lichte glimlach tegen haar lippen aan zoende hij terug, het was echter niet opdringerig maar op haar tempo. Hierbij gleed zijn hand vederlicht over haar kaak heen, richting haar nek waar het uiteindelijk tot stilstand bleef. Haar zachte haren kriebelden de hand van Derrick, zelfs toen hij zich wegtrok, voelde hij de lichte kieteling nog. Chrissie had haar bh uitgedaan, maar hij weerhield zich ervan niet gelijk te kijken alsof hij één of ander roofdier was en de vrouw zou verslinden. Nee – hij hield zich gepast, en daarvoor hield hij zich in. Zijn donkere poelen staarden terug in de hare, waarbij hij het contact niet onderbrak door weg te kijken.
          Het was nog altijd donker, het enige wat ze zagen, was elkanders gestalte – of in elk geval de contouren ervan. Het deerde hem niet, hij gaf geen aandacht aan andere dingen in deze ruimte, want het enige waar hij momenteel oog voor had was de vrouw voor hem – die de naam Chrissie droeg als een bloem welke nog open gebloeid moest worden. Ze geloofde niet in haar eigen schoonheid en hij vroeg zich automatisch af waarom dit zo was, hij had vrouwen nooit ofte nimmer begrepen. Dat stelde hem ook nu weer op de proef, bemerkte hij, Derrick vond het lastig de goede keuze te kiezen. Het voelde als een bom waar hij vlakbij was, wanneer hij iets verkeerd zou zeggen ofwel handelen, was hij er geweest. Dat had ze zelf immers toch eveneens kenbaar gemaakt? Ergens kon hij het haar niet kwalijk nemen, dat wilde en deed hij ook niet.
          ‘Je bent geweldig, Derrick,’ vertelde ze zachtjes, met een glimlach. Hij grijnsde. Dit kwam niet alleen door het feit dat ze zijn hand had vastgepakt om hem naar het bed mee te trekken, hij had al gedwee gevolgd – waardoor hij haar het leiderschap voor kort in handen gaf. Naar zijn opinie had hij dat wel nodig, juist nu, en wanneer dat zou helpen, gaf hij het graag.
          ‘Zoiets heb ik inderdaad vaker te horen gekregen,’ beantwoordde hij, nog met het scheve grijnsje, meer als grapje bedoelt dan een daadwerkelijk iets. Misschien hielp het de sfeer te verlichten, bedacht hij zich.
          ‘Tegelijk?’ De man hoopte maar dat ze zijn geknik kon zien, maar voor het geval dit niet zo was, liet hij nog een “Ja, is goed” over zijn lippen rollen. Kort knipperde hij met zijn ogen, tegelijkertijd dat zijn hand al naar de rand van de handdoek ging. Zijn duim gleed erachter, waardoor hij het gemakkelijker los zou kunnen maken, haar hand loslaten deed hij echter niet. Derrick geloofde erin dat ze nu een soort steun nodig zou hebben, iets wat hij niet helemaal begreep maar wel had leren aanvoelen door zijn moeder op jonge leeftijd. Het was niet veel, maar het was beter dan zo rood worden als een biet en zich gedragen als een halvegare kip zonder kop wanneer een meisje in de buurt komt – zoals Jared zich gedroeg.
          ‘Op drie,’ liet hij weten. ‘Eén. . . twee. . .’ De drie kwam al niet meer van te pas, want hij liet zijn handdoek al zakken met een grote, plagerige grijns. Hij kon het niet laten, maar een klein lachje rolde over zijn lippen en om dit te beteugelen kneep hij zijn ogen dicht. Het stopte en hij keek haar aan. Zijn lippen waren een op elkaar gedrukte streep geworden, hij wilde niet dat ze het gevoel kreeg dat hij haar uitlachte, want dit was namelijk niet zo. ‘Sorry,’ verontschuldigde hij zich dan ook. ‘Macht der gewoonte om in ongemakkelijke situaties te lachen, denk ik,’ verklaarde hij zichzelf vervolgend. Er kwam een schaapachtige glimlach op zijn gezicht, waarna hij de deken opensloeg en hieronder ging liggen.
    'Kom,' fluisterde hij als een zacht geheim tussen enkel hun twee. Hij sloeg zijn arm iets naar rechts om een open gebaar te maken, zodat deze wellicht als kussen kon dienen. 'Je kunt rusten en dan waak ik over je.' Hoewel het als één of andere beschermengel klonk, kon Derrick het niet laten om er een brutale klank in te laten.

    [ bericht aangepast op 22 mei 2014 - 0:25 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    MT


    The duty of youth, is to challenge corruption.

    Ik had even snel op mijn zus haar laptop verder geschreven en daar was het automatisch aangemeld, als je het niet erg vind.

    Jared Ryder.
    † † †

    Montana liep richting de badkamer en afwachtend keek ik haar na. Wat zou ze doen? Ging ze zich nu al omkleden? Ietwat ongemakkelijk keek ik rond mij heen en wreef ik met een hand over mijn arm, maar ik keek op toen ik vanuit mijn ooghoeken Montana uit de badkamer zag komen – met een washandje in haar handen. Ze liep mijn richting op en ik zette instinctief een klein stapje naar achteren, ietwat bedremmeld. 'Hier,' had ze gezegd toen ze haar hand voorzichtig ophield en het washandje op mijn hoofd legde.
          “Ehh..” Bracht ik er zachtjes uit, niet wetend wat ik moest zeggen. Ik slikte, vanwege dat ik van mijn stuk was gebracht, en mijn adamsappel bewoog zich. Mijn hand had zich ietsjes langzaam, aarzelend, naar boven gebracht om het washandje over te pakken. Lichtjes had ik haar hand aangeraakt en trok mijn hand automatisch, schrikkerig terug, waarna ik met een excuserend gezicht mijn hand erop legde. Ik voelde mij ongemakkelijk. Hoe moest ik reageren? Wat zou ze willen horen?
    Zonder dat ik er verder over nadacht, bracht ik uit: “Wist je dat de gemiddelde pornoster cup B en bruin haar heeft?” Toen ik doorhad wat ik had verteld, sloeg ik snel mijn mond dicht en keek ietwat naar beneden, beschamend, waarna ik snel iets anders probeerde te verzinnen.
    “Ik bedoel ehh.. Vrouwen vinden een man het aantrekkelijks als hij een stoppelbaard van 10 dagen heeft,” wat ik iets zachter had verteld – bang voor dat ik nog iets gênantst zou vertellen.
          Montana had een shirt tevoorschijn gehaald. Ging ze alleen daarin slapen? Zachtjes begonnen mijn wangen te blozen. Als ze dat zou doen; was het dan heel normaal als ik dan alleen mijn broek uittrok en in mijn shirt en boxer sliep? Ik wist niet in wat voor situatie het normaalste was om te doen.. aangezien zij er zo vrij mee leek te zijn. Interessant. Het leek erop dat ze mij niet gehoord had.
    “B-” Had ik mijn mond dus maar geopend, mijn moed bij elkaar geraapt om haar een antwoord te geven. Deze klapte al direct dicht toen ik zag hoe ze haar shirt over haar hoofd trok. Snel had ik mij omgedraaid met een hoofd zo rood als een tomaat. Ik hoor nog wat beweging, maar ik durf niet om te kijken. Die bank was wel heel aantrekkelijk.. 'Ga je zo slapen vanavond?' Ik knikte ietwat houterig terug. 'Ik probeer je niet in je onderbroek te krijgen, maar ik weet niet hoelang deze situatie zal duren en als je ook slaapt in die kleding, dan zal het een stuk eerder gaan stinken.' Toen ik doorhad wat ze zei, wierp ik een blik naar beneden. Ze had gelijk, maar ik merkte nog hoe rood mijn oren waren. Ik wilde mijn mond openen om te zeggen dat ik het alsnog in de was kon gooien, maar herinnerde me weer de reden waarom ik hier was. Weer knikte ik houterig.
          “Je hebt gelijk.” Zachtjes. Ik draaide me om, met mijn blik naar de grond gericht. Haar voeten kon ik alleen zien en ik durfde mijn blik niet omhoog te richten. “B-bedankt nog,” nog zachter dan eerst. Het zou mij verbazen als ze dit kon horen.
    Niet wetend hoe ik het moest doen of hoe ik mij moest gedragen, bracht ik mijn handen naar mijn broek om 'm uit te doen, wat als gevolg had dat deze op de grond viel met een zachte plof. Ik liet mijn broek over een stoel hangen en met een stokkerige houding liep ik naar het bed toe, waarna ik op het uiterste deel van het bed ging zitten; ik nam zo'n klein deel in beslag dat het leek of ik elk moment van het bed kon vallen. “W-welterusten.” En ik ging oncomfortabel liggen.
          Zodra ik zie dat haar ademhaling gerust is, haar ogen dicht heeft en de nacht begon te vallen, stond ik voorzichtig op uit het bed om mijn weg te vervolgen naar de bank.
    Mijn hoofd liet zich rusten op de kussen van de bank en ik sloot mijn ogen.

    [ bericht aangepast op 29 april 2014 - 22:41 ]


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Matthew Blythe




          Alles leek plots zo snel te gaan. Op het ene moment nam de dame – die blijkbaar meer ballen aan haar lijf had dan de gemiddelde man aan de achterkant van de muur – nog te vechten met een monster, het andere moment kreeg Matt een ferme rechtse tegen zijn wang aan en trok er een stevige pijnscheut door zijn wang heen tot bij zijn slaap. Matt gromde boos en gaf de zombie een ferme rechtse terug, zodat hij wankelde en Betty hem met één schop kon onderuit halen. Zijn vuist deed geen pijn, maar er hing wel een vies slijmerig goedje aan dat hij er liever niet aan had hangen.
          De zombie was tegen het ballenrek gevallen, dat met een ferme zwaai achterover klapte en pas tot stilstand kwam toen heel de inhoud over de grond rolde. Één van de ballen kwam recht voor Matt's voeten gerold en hij kon het niet laten er een ferme trap tegen te geven, zodat de bal hard tegen het hoofd van de omgekantelde zombie terugkaatste. Dat kreeg je ervan als je hem sloeg.
          “Waarom zijn jullie hier? Hoe komen jullie hier?” Zoals tegenover iedereen, klonk haar stem weer uiterst vijandig met een vleugje plezier erin. Ze knielde neer bij het geval toen hij geen antwoord gaf en duwde bruusk de loop in zijn mond, die amper groot genoeg was daarvoor.
          Matt sloeg de twee geërgerd gade. Het liefst wilde hij gewoon naar huis en niet in de problemen raken, maar Betty Boobs leek daar anders over te denken. Zijn wang leek in de verte nog te kloppen op het ritme van zijn hartslag, maar de pijn viel makkelijk te negeren.
          “Geen zorgen maat, ik zal je niet neerschieten.”
          Tuurlijk, dacht Matt, als die zombie dat geloofde was hij wel heel erg achterlijk. De enige reden waarom hij de twee zo gefronst gadesloeg, was omdat hij niet wilde dat Betty iets zou overkomen. Ze mocht dan soms wel het meest irritante schepsel ooit zijn – als ze koppig deed in ieder geval – hij wilde haar niet dood. Hij had haar meegenomen, dus ergens vond hij dat ze onder zijn verantwoordelijk viel. Toch was het niet echt duidelijk wie op wie leek te passen.
          Matt had gelijk, want niet veel later dreigde ze alweer hem neer te schieten. De zombie reageerde er meteen op door antwoorden te geven, alsof hij bang had om de dood ingesleurd te worden. Hij had niets te vrezen, hij was al dood. “Er is een poort,” zei hij.
    “Een poort?” herhaalde ze fronsend. Ze knikte, blij met haar antwoord. “Waar?” Het bleef stil aan de andere kant. “Waar?!” Dreigend stumpte ze haar pistool tegen zijn borstkas aan tot hij uiteindelijk weer begon te mompelen.
          ”'B-b-ij een groot woud. Hier ver vandaan, aan de vrouwenkant.”
          Matt fronste. Waar was deze zombie zo bang voor? Waar kwam hij vandaan en waarvoor waren ze gemaakt? Hij vroeg zich af of er met deze dingen samen te werken viel. Hij vertrouwde ze niet, o nee, helemaal niet. Maar dit exemplaar leek anders dan alle andere die hij al gezien had, alsof hij eveneens niet blij was om samen met ons op deze plaats opgescheept te zitten. Misschien kwamen ze wel van een heel andere plaats waar ze even vredig samenleefden zoals wij deden lang voordat de muur gebouwd werd.
          "Ik trap je wel dood. Doden horen dood te blijven.” Ondanks zijn vorige gedacht, was Matt het toch eens met haar beslissing. Hij had dan wel meegewerkt, of ja, in ieder geval toch onder lichte dwang, maar hij was toch te gevaarlijk naar zijn zin en wellicht had de zeurende pijn in zijn rechterkaak er ook wel wat mee te maken.
          Met één ferme trap, trapte ze de schedel in. Aan haar schoen bleef een rood, gemengd met groenige substantie hangen. Die op Matt’s vuist was enkel groen geweest en had hij onder hun tête-à-tête snel aan het rek rechts van zich afgeveegd.
          “Oh, that is just Gross,” zuchtte ze.
          Matt grinnikte zachtjes en keek haar aan. “Nog een wandeling terug door de regen en het is er vast alweer af.”
          Het bleef pijnlijk stil aan haar kant. Haar ogen fixeerden zich even op zijn hoofd, alsof ze hem elk moment kon gaan opvreten. Dat zou nogal ondankbaar zijn, aangezien hij haar net de rest van zijn spaghetti had gevoerd. Toen draaide ze haar hoofd weg, om haar blik twee seconden later weer op hem te rechten. Toen ging ze plots voor de aanval en sprong ze op hem af. Matt begreep het niet. Werden vrouwen agressief als ze vieze schoenen hadden of had hij wat verkeerds gezegd? “Wa-“ begon zijn zin, maar toen raakten ze beiden de grond. Hij vanonder, zij bovenop.
          "Gaat het?" vroeg ze plots met een lichtje van bezorgdheid in haar ogen.
          ”Ja…” Matt fronste onthutst door haar laatste vraag. “Waar was dat nou voor nodig?” Zijn ogen bleven op de haren hangen, die hem nog steeds bezorgd aankeken. Met haar hand wreef ze zachtjes over zijn wang, die nog steeds klopte als een hartslag middenin een adrenalinerush. Plots rolde ze van hem af en liet ze hem verward op de grond liggen. Met zijn hand krabde hij kort aan zijn voorhoofd en richtte hij zijn blik op het meisje. Wat was ze een vreemde, dacht hij bij zichzelf. Vreemd op een interessante manier, dat wel. Zo ondoorgrondelijk.
          Matt trok zich recht aan de onderkant van het omgevallen ballenrek en tilde zijn tassen met voedsel en drank weer op. “Ben jij soldaat geweest of zo?” Dat was zijn enige uitleg voor het handige gebruik met het pistool en haar koelheid in cruciale situaties. De jongeman ontweek de omgevallen rekken, de ballen die helemaal uitgespreid lagen over de witte tegels van de winkelvloer en de verdachte stilte die er opeens in de winkel lag.
          Buiten regende het nog steeds pijpenstelen, al leek de dikte van de druppels wel rechtevenredig verminderd te zijn met het aantal regendruppels dat naar beneden stortte. Vanuit zijn ooghoeken hield hij de dame in het oog. Hij was niet zeker of ze nog te vertrouwen viel met haar plotse pistool. God, ze had één van zijn neefjes kunnen vermoorden moest ze daar zin in gehad hebben…



    Chrissie Annabeth Jenkins


          Derrick grijnsde. “Zoiets heb ik inderdaad vaker te horen gekregen,” antwoordde hij al lachend.
          Chrissie’s wenkbrauwen reisden een beetje omhoog. “Oh,” antwoordde ze verbaasd. Het was niet het antwoord dat ze had zien aankomen, noch wist ze wat ze ervan moest denken. Ze ging maar meteen uit van het positiefste dat in haar hoofd opkwam en antwoordde daarna: “Ze hebben wel allemaal gelijk.”
          Toen ze vroeg of ze tegelijk hun broeken uit zouden doen, knikte Derrick. Als hij niet “Ja, is goed” had geantwoord, dan had ze het niet eens gemerkt. Haar vingers gleden langzaam naar de rand van haar onderbroek, maar ze richtte al snel haar blik weer nieuwsgierig van hun handen, die elkaar nog stevig vasthadden, tot zijn gezicht dat er plots extra interessant uitzag, nog interessanter dan anders. Ze glimlachte hem dankbaar toe toen zijn blik de hare kort kruiste. “Op drie,” deelde hij mede, en begon af te tellen.
          Derrick was veel sneller dan ze verwacht had en trok op twee zijn handdoek naar beneden. Ze volgde zijn voorbeeld en al snel stapte ze haar onderbroek weg, die in een boogje door de kamer heen vloog en ergens op een kast bleef vasthangen. Ze grinnikte er zachtjes om, terwijl het niet eens zo grappig was. Waarschijnlijk kwam het door de plotse last die van haar schouders viel. De opluchting, aangezien het nog niet zo erg was als ze verwacht had.
          Derrick lachte ook, al was ze niet zeker of het kwam door de vliegende onderbroek of door iets anders. Plots stopte hij, met een uiterst serieuze blik op zijn gezicht. Voor een moment vroeg Chrissie zich af of ze wat verkeerds had gedaan. ‘Sorry,’ verontschuldigde hij. ‘Macht der gewoonte om in ongemakkelijke situaties te lachen, denk ik.’
          Het was vreemd, maar door dit ietwat sullige gebaar, het uit de kleren gaan waar hij bij was, leek ervoor te zorgen dat ze zich wat meer op haar gemak voelde en losser begon te komen. ‘Dus je vindt dit ongemakkelijk?’ vroeg Chrissie ietwat plagerig en glimlachte, blij om te weten dat ze niet de enige was. Toen de jongeman in beweging kwam, kon ze vanuit haar ooghoek zijn onderdeel zijn. Naja, ze kon het niet echt goed zien, want het was maar in één oogopslag en het was donker. Maar ze kon zich het beeld ervan weer levendig voor de geest halen en de schok was nu gelukkig minder groot als eerder die dag. Eigenlijk was ze best nieuwsgierig naar het functioneren ervan, maar ze voelde zich niet geroepen om ernaar te vragen. ‘Hé Derrick, hoe functioneert je flubberding daar beneden?’ Nee, dat zou ze niet vragen, sterker nog, met die vraag in haar hoofd was haar interesse om het functioneren ervan te weten, al meteen verdwenen. Dat zou veel te ongemakkelijk worden.
          Derrick was ondertussen in het bed gekropen. Het deken lag al half om hem heen en de manier waarop hij daar lag, had echt iets uitnodigend. 'Kom,' fluisterde hij zacht, en sloeg zijn rechterarm open alsof hij wilde dat ze daar zou gaan liggen. Chrissie glimlachte en kroop er meteen bij. Ze voelde koud aan in vergelijking met hem en ze hoopte maar dat hij het niet te erg zou vinden. 'Je kunt rusten en dan waak ik over je.' Het klonk ietwat brutaal, maar o zo lief in haar oren. Ze mocht langs de buitenkant dan wel koud aanvoelen, langs de binnenkant voelde ze een soort warmte die ze nog nooit gevoeld had. Het voelde geweldig.
          Chrissie glimlachte en rolde tegen hem aan. Haar hoofd rustte zachtjes op zijn arm en ze sloeg haar beide armen om hem heen. Ze rekte kort haar nek uit om een kusje op zijn wang te kunnen drukken, daarna legde ze haar hoofd weer neer. “Dankjewel, Derrick,” zei ze zachtjes, genietend van zijn lichaamswarmte. “Voor alles.” Het bleef ze een tijdje stil, het begon er zelfs op te lijken of ze in slaap was gevallen. “Je hoeft niet de hele nacht op me te letten, hoor. Ik zou het fijn vinden als je ook een beetje zou slapen.”

    [ bericht aangepast op 3 mei 2014 - 16:51 ]


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov

    (Oke. Ik had een post van iets van 800 woorden en ik weet niet wat ik heb gedaan, maar het is weg. Oke. Ik ben pissig op dit moment. )


    The duty of youth, is to challenge corruption.

    Inanis schreef:
    (Oke. Ik had een post van iets van 800 woorden en ik weet niet wat ik heb gedaan, maar het is weg. Oke. Ik ben pissig op dit moment. )

    Omg, no, dat meen je niet? o.o Heb je 'm op Q geschreven of niet? Want dan moet je gewoon teruggaan naar de vorige pagina ofzo.


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Delish schreef:
    (...)
    Omg, no, dat meen je niet? o.o Heb je 'm op Q geschreven of niet? Want dan moet je gewoon teruggaan naar de vorige pagina ofzo.


    Al geprobeerd, werkte niet :'((( Ben nu bezig met een nieuwe post.


    The duty of youth, is to challenge corruption.

    Valysa Vulturmir

    Ruw word ik wakker gemaakt door de takken die tegen mijn raam aan kletteren. Ik open mijn ogen en zucht. Mijn hand gaat naar mijn telefoon op mijn nachtkastje. "Drie over twaalf!?" Ik grom en rek mezelf uit. Ik had nog geen half uur in bed gelegen en geslapen en ik was al klaar wakker. Ik had mezelf voorgenomen om vroeg te gaan slapen en ook weer vroeg op te staan!
    Een zucht verliet mijn mond, wat was het warm! Mijn hand ging naar mijn voorhoofd die verschrikkelijk warm en iets wat bezweet was. Met moeite zat ik recht op bed en stond op, waarna ik in mijn sloffen schoof en een zijde kimono aantrok. Mijn hand ging naar mijn haarbandje die ik subtiel uit mijn haar trok waardoor mijn haar over mijn schouders viel. Na een luide gaap liep ik naar het raam toe en schoof die een stuk omhoog. De onverwachte, maar eigenlijk ook verwachte wind bezorgde me kippenvel en ik stak mijn hoofd uit het raam. De koude lucht blies mijn haar uit mijn gezicht en zorgde voor een verkoelend effect op mijn warme, bezwete huid. Ik sloot voor een kleine vijf seconde mijn ogen en er ontstond een glimlach op mijn gezicht. Ik hield van onweer, normaal gesproken sliep ik dan altijd lekker door. Maar vannacht voor de verandering werd ik juist wakker. Ik ging met mijn hoofd weer terug de kamer in en sloot het raam. Door de onverwachte kou was mijn hoofd helemaal helder en liep ik naar mijn kast. Ik haalde er een grijze jeans, bordeaux rode tank top en zwarte fijn gebreide vest uit. Ik verruilde mijn satijnen slaapjurkje en zijde kimono om voor de net gekozen outfit en trok een paar zwart leren, Doc Martens aan. Ik wierp een blik in de spiegel en deed een klein beetje mascara op. Ik pakte mijn telefoon en sleutels en liep naar buiten, deed mijn deur op slot vertrok.
    Zonder plannen liep ik door de straten van mijn buurt. Iets wat niet echt wat voor mij was. Normaal gesproken had ik altijd plannen gehad en was ik doel gericht, maar door het midden in de nacht wakker worden was ik toch wel van mijn stuk gebracht. Onderweg had ik een klein steentje gevonden waar ik mijn verveling op kon uiten. Ik schopte er tegen aan en wanneer ik er weer bij in de buurt kwam, gaf ik er weer een schop aan.
    Toen de wind weer hevig begon te waaien begon ik spijt te krijgen dat ik geen sjaal had meegenomen. Het weer zelf was niet koud, maar de wind en het onweer maakte het koud. Ik wierp weer een blik op de weg die ik aflegde en merkte dat ik steeds dichterbij de tunnels aankwam. Ik stond even stil en bedacht me of ik naar de andere kant zou gaan of ik weer terug zou gaan naar mijn kleine appartement. Ik likte even over mijn ruwe lippen. Een irritante tik die ik vaak deed wanneer ik keuzes ging maken. Het zou zogenaamd mijn lippen moeten verzachten, maar in tegen deel. Het maakte mijn lippen voor ongeveer drie seconde zacht en daarna werden ze weer ruw. Ruw maar zacht. Ik grinnikte bij de herinnering die ik had van een gozer die ik een dronken zoen had verkocht. Ondanks dat dit vaak genoeg onmogelijk was, was het me toch gelukt om naar de kant van de mannen te glippen. Het was niet de eerste keer dat ik de tunnels had ontdekt, alleen was het toen wel de eerste keer dat ik er daaadwerkelijk doorheen was geglipt. Ik realiseerde me weer dat ik in mijn eentje stond te grinniken. Hierdoor liet ik weer een lach horen, als er nu iemand langs zou lopen zouden ze denken dat ik een één of andere idioot was.
    Maar waar was ik? O ja! De tunnels.
    Ik liep richting de tunnels, waarom zou ik terug gaan als ik hier nu toch was? Ik zou nu toch niet meer kunnen slapen.
    Ik keek om me heen en zag dat ik nog steeds alleen op de plek stond en liep richting de tunnels. Ik glipte er door en liep door de koude, ondergrondse tunnels. Het was er vochtig en koud en het stonk er naar aarde en het had een muffe stank. Ik probeerde aardig door te lopen en versnelde mijn pas een beetje. Ik kon niet geloven dat ik dit dacht, maar ik was liever boven de grond waar het regende en waaide dan hier ondergronds waar het droog was en het er stonk.
    Na een kleine tien minuten klom ik uiteindelijk naar boven. "Hallelujah." mompelde ik toen ik weer frisse lucht rook. Ik klopte mijn kleding af en keek om me heen om te kijken of er iemand bijzonders bij stond.
    Niet dus.
    Ik liep door de straten van het mannen gedeelte. Mijn fijn gebreide zwarte vest had een capuchon en die deed ik over mijn donkere haar terwijl ik verder door de straten liep.

    [ bericht aangepast op 4 mei 2014 - 22:15 ]


    The duty of youth, is to challenge corruption.

    Jacky Kendra Smith. •
    Al had Matt de zombie een rechtse klap teruggegeven, waardoor de zombie tegen het ballenrek aan was gevallen – het was een van de redenen waardoor ze zich zorgen baarde. Vooral omdat hij een onbepaalde blik in zijn ogen had gekregen, nadat ze hem had gered van de sluipschutter aan de overkant. Wellicht doordat ze onhandig op hem was gevallen, letterlijk, maar daar kon ze verder niks aan doen. Het was de schuld van die ellendige broek.
    En dan mocht de sluipschutter een goede richting hebben van schieten, maar zolang zij de kans had om die onhandige Matt een oogje in het zeil te houden, ging er hier niemand dood van een van hen. Al mocht ze hem ook wel bedanken, behalve voor de broek. Damn, wat was die onhandig.
          “Ehh, sorry?” Ze keek even afwezig op en herinnerde zich de woorden van Matt, van eerder. 'Nog een wandeling terug door de regen en het is er vast alweer af.' “Oh, ja.” Zei ze met een verstrooide blik. “Dat zal vast,” en keek weg.
    “Kom. Laten we gaan,” zei ze, waarna ze bukte en de boodschappen in de tas oppakte om die over haar schouder te gooien. Ze was vergeten dat het de schouder was die een bloedverlies had geleden en een zachte kreun verliet haar lippen en haar gezicht had ze iets vertrokken. Ze was echter te koppig om toe te geven dat het pijn deed en om de tas om de andere schouder te gooien.
    De vraag die Matthew had gesteld had ze niet opgemerkt door haar gedachten die druk door haar heen raasden. Ze was nog steeds verstijfd, binnenin weliswaar, door het idee wat er net door haar heen geschoten was. Ze was bezorgd, om hém – Matthew. Ze keek met een onbegrijpelijke blik – waarbij ze een wenkbrauw had opgerezen, zijlings naar hem.
          Direct greep ze naar de drank, Jack Daniels, en nam er een grote slok van. Dat was de enigste oplossing voor haar. Ze kon 'm moeilijk neerschieten. 'Ben jij soldaat geweest of zo?' Zijn stem dat uit het niets oprees, liet haar half stikken in de drank en een enorme hoestbui kwam erachter aan.
    “Misschien,” had ze hem geheimzinnig gezicht, met een zijlingse blik over haar schouder.
    “Jij?” Grapte ze terug – ze vond het een slappe grap, maar ze moest laten merken dat er niets aan de hand was.
          Matthew had gelijk gehad, niet dat ze hem dit zou zeggen, maar binnen de kortste keren was de vieze drek van haar zwarte kisten afgeregend. Het was geminderd met regenen, maar alsnog regende het hard genoeg dat hen kleddernat maakte en Matthews' broek aan haar benen liet plakken.

          Eenmaal bij Matthew thuis donderde ze de tas met eten en drank – vooral drank, in de keuken en liep ze naar boven. “Zo.. moe..” Pufte ze met moeite uit haar mond, toen ze de trappen op liep.
    Ze wist waar de kamer van Matthew was en liet zich uitgeput en vermoeid op zijn bed vallen. Ze was te moe om op goedkeuring te wachten en hell, wat klopte haar schouder als een gek. Ze moest met enorm veel moeite haar ogen openhouden.
    Nee, ze zou nu zeker níet op die bank gaan liggen. Matthew zal zich vast wel opofferen, dacht ze, terwijl ze loom en extra veel moeite haar kleding uittrok. Ze had zonder na te denken haar beha uitgetrokken en een groot shirt, van de eerste de beste die ze tegenkwam, aangetrokken – waarna ze zich met een harde plof op zijn bed liet vallen.
    Haar kleding lag overal verspreid in zijn kamer en ze had geen idee waar ze haar beha had gegooid – ze dacht ergens in een hoekje, maar dat kon ze ook verkeerd hebben. Languit lag ze op zijn bed te slapen, op zijn lakens, en weldra direct viel ze in slaap. Het was de schuld van de regen, die tegen het raam tikte. Het liet haar sneller dan normaal in haar droom met spelletjes en drank vallen.
          Met haar fles Jack Daniels naast het bed.

    Dante Gunner. •
    Onweer was alles wat hem van het werk afhield. De wereld was zo vergevorderd dat hij eigenlijk geen hout hoefde te hakken voor zijn kleine kacheltje in zijn appartement, maar hij deed dit om zijn akelige gedachten te verzetten. Hij deed dit altijd bij akelige gedachten; dan pakte hij zijn bijl en een enorm stuk hout dat hij dan vervolgens in stukken hakte, zodat hij dat kon gebruiken voor zijn kacheltje binnen. Handig, als je het hem vroeg. Maar dan moest hij niemand tegenkomen, dan kwamen de gedachten weer zo snel terug als dat ze weggingen en dat wilde hij het liefst vermijden.
          De kille wind liet zijn warme, naakte bovenlijf bekoelen van het werk dat hij deed. Zijn shirt had hij al een tijd geleden uitgetrokken en het kippenvel dat hij kreeg was in tegenstrijd met hoe hij zich voelde – hij had het namelijk helemaal niet koud. Zijn tatoeages op zijn bovenlichaam waren nu duidelijk te zien.
    Het was stil, maar tegelijkertijd was er teveel geluid door het weer. Het weer zei genoeg voor hem, het liet hem zien hoe de mensheid er zich nu voor stond: namelijk klote. De zombies hadden hun dan nog niet helemaal overgenomen, maar dat ze er waren was al een hel genoeg.
          Hak. Daar gingen twee blokken hout en zonder moeite haalde hij de bijl uit het blok hout, dat hij als ondergrond gebruikte. De twee blokken hout liet hij op de grond liggen. Hij stond immers onder een afdakje van zijn appartementencomplex en niemand zou er meer over zeiken dat ze erover struikelden, als ze langsliepen, en hij in de weg stond. Dan kon hij zó boos erop worden dat hij zwart zag voor zijn ogen. Hij probeerde zichzelf nu wel meer tegen te houden, maar dit kon hij niet altijd. Waar deed hij het immers voor? Hij was in zijn eentje, dus meer mensen zou hij niet in gevaar brengen. Als hij bijvoorbeeld een vriendin had, dan had hij op zijn woede-uitbarstingen gelet – maar dit had hij niet. Hij zou het knap vinden als men dat überhaupt hier had; een vriendin. De muur scheidde hen al voor honderden jaren. Hij wist wel van de illegale ondergrondse tunnels, wat je naar de andere kant van de muur bracht, maar na één keer daar geweest te zijn wilde hij niet meer terug. Wat een blije rotzooi was het daar toch. Allemaal tierelantijntjes en versiersels. Nee, dat most hij niet hebben. Hij had de bijl in het blok hout geslagen en snoof even kort.
          Alsof hij een echte man zou zijn, en dit wilde bewijzen, greep hij naar de bier dat op een hoge traptrede stond en ging zitten. Hij nam een grote slok van zijn bier, Bavaria – wat een slootbier, en stak een sigaret op. Hij had geen Bavaria gekocht, het was zijn buurman geweest – de sukkel! Hij vroeg hem simpel om góéde bier te halen, haalt de klootzak Bavaria! Het was zonde van zijn geld als hij het niet zou drinken en weg zou geven, dus most hij het wel drinken. Hij liet een honende snuif en nam vervolgens nog een hijs van zijn peuk.
          Een klein wantgestalte kwam opdoemen uit de zwarte verte, van wat hij kon zien vanuit zijn ooghoeken. Het kwam steeds meer dichterbij en harder begon het belletje in zijn hoofd te rinkelen. Het bekende belletje dat hij de persoon herkende. Het belletje die hij enorm haatte en juist niet wilde horen.
          Hij richtte zich langzaam op, om te wachten op de vrouw met de volle lippen en de lange haren die mee zwierden in de wind. De regendruppels rolden over zijn naakte bovenlijf heen toen hij een stap naar voren deed en zijn viezigheid aan zijn handen aan het shirt afveegden, dat hij vast had. Het was een wit, oud shirt met zwarte vlekken erop. Zijn sigaret had hij in zijn mond gelaten en hij reikte hiernaar met zijn hand om 'm eruit te halen.
          “Verwacht niet dat ik je uitnodig, dat ik je hier nu zo zie is al genoeg voor mij om weer te beseffen waarom ik blij ben dat er een grote muur tussen ons staat,” had de man gebromd naar de vrouw. Ja, hij was tenminste een man, hij hoefde geen vrouw die van franjes hield in zijn appartement. En dan had de vrouw niks erover gezegd, maar hij wilde het liefst een paar stappen eerder zijn voor de vrouw het voor zou stellen.


    Don't walk. Run, you sheep, run.