• STORYLINE
    De aarde is al 97 jaar onleefbaar als gevolg van een nucleaire oorlog. Om de mensheid te redden, is er een groot ruimteschip ontwikkeld. Dat ruimteschip, de Ark genaamd, zou de mensheid moeten beschermen van de straling op aarde, tot deze weer bewoonbaar zou zijn. De Ark blijkt echter niet zo beschermend als verwacht. Er is te weinig zuurstof en er zijn te veel mensen. Als oplossing worden er honderd jongvolwassen delinquenten naar aarde gestuurd om te zien of deze leefbaar is. De jongeren zijn compleet op zichzelf aangewezen, maar blijken de planeet te moeten delen met Grounders: mensen die al die tijd al op aarde hebben weten te overleven.

    RPG-REGELS
    - Geen perfecte rollen, natuurlijk.
    - Reserveringen voor rollen blijven 48 uur staan.
    - Maximum van twee personages. Om te voorkomen dat er te veel vrouwen zullen zijn, mag je van elk geslacht maar één personage hebben.
    - Besturen van een ander personage doe je enkel wanneer je daar toestemming voor hebt.
    - 18+/16+ is toegestaan, er hoeft hier ook geen waarschuwing voor gegeven te worden.
    - Topics worden enkel aangemaakt door Maia (Mirinae) of mij.
    - Minimaal 300 woorden.
    -Laat het even weten wanneer je een tijdje niet kunt posten of je graag wilt stoppen. In het laatste geval kunnen we je personage goed uitschrijven.
    - Reacties die niet bij de rpg zelf horen, zie ik graag tussen haakjes: () [] {}.
    - De RPG is gebaseerd op de serie. Rollen uit de serie zijn niet toegestaan. We volgen ook niet dezelfde verhaallijn, we zien vanzelf hoe de RPG loopt.
    - Graag zie ik zoveel mogelijk verschillende personages. Niet ieder type is een leider, maar ook niet iedereen is een volger. Niet iedereen is even blij om op aarde te zijn. Niet iedereen is even aardig, of eerder gemeen. Lees dus andere rollen over voor je zelf een rol creëert, zodat we echt verschillende type personages krijgen.
    - Doe ook echt alsjeblieft je best tijdens het schrijven van de post. Reageer niet alleen op een ander, maar voeg gedachten toe, omschrijvingen van de omgeving, etc. Creëer een sfeer! Daarnaast kan ik niet vaak genoeg hameren op spelling en grammatica. We zijn allemaal mensen en al helemaal online lees je al snel over een foutje heen, kan gebeuren, maar probeer er wel een beetje aan te denken.
    - Wanneer je een groter plan wil introduceren, wat meerdere mensen aan zou kunnen gaan, geef dit dan wel even aan boven aan je post. Dat zou er zo uit kunnen zien:
    (Mijn personage heeft zojuist bonen gevonden die niet eetbaar blijken, je wordt er enorm ziek van. Mochten jullie dus bonen aangeboden krijgen, of iets willen doen met je personage, kun je hierop inhaken!)
    *De rest van de post hier*
    THE 100
    - Jolene Myra Vaughn Meraki
    - Aeolos Vaughn Dunphy
    - Shaylin Yasemin Victors Reigns
    - Eliyah McCannen DevIce
    - Zarayda Willen DevIce
    GROUNDERS
    - Lovise Nilsa Kom Trikru - Heda/Commander DarkOne
    - Nikhil kom Trikru Mirinae
    - Aleksia kom Trikru Trishanakru
    - Rudra kom Trikru Manoeuvre
    - Durga kom Trikru Manoeuvre
    - Keaton kom Trikru Revy
    - Aperire kom Trikru Sterrenregen


    everything, in time

    D U R G A - K O M - T R I K R U
    "When I sense things by smell or taste, my emotion heightens and nearly destroys me"




    In de schaduw was het lekker koel vergeleken met de warmte van buiten die ik niet kon hebben. Mijn kleding kleefde aan mijn lichaam, zo warm had ik het. De training vandaag viel zwaar voor mij, daarom ben ik eerder weggegaan. Ik kon er niet meer tegen, de dodende blikken van de andere Nightbloods, die niets anders wensten dan dat ze hun competitie uit konden schakelen voordat de Conclave zou plaats vinden. Het is dat verraad het ergste van het ergste is, anders was ik er zeker van dat er niks meer van mij was overgebleven. Ik had gehoord dat het hier en daar wel was voorgekomen, dat een Nightblood gewoon een andere Nightblood had gedood, 2 dagen nadat diegene zich had aangekondigd en zijn of haar zwarte bloed had vertoont als bevestiging. Sindsdien waren ze erg streng geworden op het behouden van de Nightbloods. De Commander's geest kiest zijn opvolger pas bij het overlijden en dus belangrijk dat alle Nightbloods gepresenteerd kunnen worden. Al vond ik het niet erg als ik niet gekozen werd, maar mijn angst voor de dood is te groot om te negeren. De zweetdruppels vielen van mijn hoofd op de ijzeren platen waar ik bezig was met een serie aan zwaarden. Ik werd uit mijn concentratie gehaald door geklop op de deur van mijn Smederij die ik had gesloten zodat ik niet voor verrassing kwam te staan, het was vast mijn middag afspraak om zijn nieuwe pijlen op te halen.
    'Geef me een momentje!' riep ik, ik hield niet van onafgemaakt werk en dus ging ik rustig verder. Het gebonk op mijn deur hield niet op en ditmaal was het zelfs harder.
    'Kom, kom verzamelen! Er is iets vreselijks op komst!' werd er door een dorpsgenoot geroepen. Hiervoor moest ik mijn werk wel opzij zetten. Ik stond snel op en glipte door mijn deur die ik weer stevig dichtdeed. Ik keek om mij heen en zag hoe onrustig iedereen was. Ze schreeuwden, ze fluisterden, er was gewoon complete chaos en onbegrip. Niemand wist wat er aan de hand was, behalve dat er iets aan de hand was

    [ bericht aangepast op 20 juni 2017 - 8:12 ]


    Slowly, yet surely I am slipping into the role that was made just for me.

    SHAYLYN 'SHAY' YASMINE VICTORS — THE 100

    Om eerlijk te zijn was ik er niet helemaal van overtuigd of ik het wel zo leuk vond om mee te reizen met 99 andere tieners. Aan de ene kant was ik best wel enthousiast om een 'nieuwe wereld' te leren kennen, maar aan de andere kant was ik bang voor wat we tegen zouden komen. Was als de Aarde niet bewoonbaar was? Of nog erger, wat als we zouden neerstorten, nog voordat we zouden aankomen? Het maakte me er echt niets geruster op.
    Daarnaast kende ik niet echt iemand, behalve van gezicht, dus ik was best alleen. Er waren vast een hoop tieners die op zijn minst wel één iemand zouden kennen, maar ik? Nope. Dat vond ik best wel jammer, maar misschien veranderde daar nog iets aan.
          Even keek ik om me heen, om te zien wie er nog tot de honderd behoorden. Hadden deze tieners serieus allemaal iets gedaan? Bij sommige mensen kon ik echt niet geloven dat ze schuldig zouden zijn aan iets, want er waren er bij die een te snoezig of onschuldig gezicht hadden. Maar tja, achter iedere deur schuilde vast een geheim.
          Wat zou het eerste zijn dat ik zou gaan doen als ik op Aarde zou zijn? De buurt verkennen? Met een open mond naar het uitzicht kijken of eerder teleurgesteld worden? Mijn gedachten werden letterlijk door elkaar geschud. Ik was geschrokken hoe erg je hier heen en weer bewoog. Het leek niet helemaal veilig. Ik hield me dus stevig vast aan de riemen en hoopte dat ik niet los zou schieten. Even sloot ik mijn ogen en wat was ik blij toen we eenmaal geland waren. Het was een hele opluchting. Echter hoorde ik al snel een hele hoop rondom me.
          Ik deed de gordels rond me uit en keek rond. Mochten we er al uit? Ik wilde er namelijk zo snel mogelijk uit! Ik volgde dus een aantal mensen, waarna ik pas opmerkte dat iemand geholpen werd met haar arm. Was die uit de kom? Auwtch... dat moet vast pijn gedaan hebben. Ik had niet gedacht dat dit ding iemand al zo zou toetakelen. Hopelijk was alles goed met haar. Ik wilde me er alleen niet in mengen, omdat ik niemand kende. Daarom liep ik dus gewoon door.

    [ bericht aangepast op 19 juni 2017 - 22:43 ]


    16 - 09 - '17


    Jolene Vaughn
    De omhelzing is fijn. Hier had ik al zo lang naar uitgekeken. Het voelt nog altijd onwerkelijk om hem eindelijk vast te kunnen houden en ik ben niet van plan om ooit nog los te laten, maar moet wel als Alfie dat ook doet.
    Ik lach even als hij zegt dat ik niet stil heb gezeten en schud, als antwoord daarop, mijn hoofd. Als hij echter een rijmpje begint te zingen over mij en Eli, geef ik hem zacht een klap tegen zijn arm.
    'Shut up,' sis ik daarbij. 'We zijn gewoon vrienden en we konden elkaar net even mooi helpen. Ik heb je enorm lang niet gezien, zet me dan niet meteen voor schut.' Ik grinnik even, maar maak wel duidelijk dat hij dat al helemaal niet mag doen waar Eli bij is.
    'Ben je klaar om op de Aarde te stappen, zus?' Eerst wil ik direct en heel opgewekt "ja" zeggen, maar dan slaat de twijfel toe. 'Ik weet het niet,' geef ik daarom ook eerlijk aan. 'Wie weet wat we daar aantreffen.' Om me toch wat veiliger te voelen, pak ik Alfie's hand vast. Niets is veiliger dan met je grote broer naar buiten lopen. Voor ik echter echt een stap naar buiten zet, pak ik met mijn andere hand die van Eli vast. Geen idee waarom precies, maar ik wil hem er ook bij hebben en het voelt nog veiliger zo. Pas daarna durf ik mee naar buiten.

    Mijn hemel. Het is werkelijk waar prachtig buiten. Er zijn overal felle kleuren te zien, ontelbare verschillende tinten groen, bruin en blauw. O, en de geur. Die heerlijke geur! Ik heb geen idee waar de geuren precies allemaal vandaan komen, maar ik kan niet wachten om het allemaal te ontdekken.
    Ik merk echter dat ik tot dan toe de hele tijd mijn adem in heb gehouden en pas nu haal ik even diep adem. De zuurstof is overduidelijk veel verser dan op de Ark, maar het allerbeste gevoel is de felle zon op mijn gezicht.


    everything, in time




    Eliyah
    20 jaar - the 100 - you are a diamond, dear, they can't break you -


    Net als ik Jolene antwoord wil geven draait ze zich om. "Sorry, ik ben zo terug, Eli", ik grinnik zacht als ik zie wie haar aandacht heeft en help Zara overeind. "Ik denk dat je het zo wel even vol zal houden... Als je veel pijn hebt dan moet je me even aan mijn jasje trekken, oké?", zeg ik daarna met een glimlach. Ik draai me om naar Jolene en de jongen en zie nog net hoe ze hem een klap geeft. Zo te zien was het niet heel ernstig want ze lacht. De jongen vraagt of ze mee naar buiten wil gaan en ik merk hoe Jolene twijfelt. ‘Ik weet het niet. Wie weet wat we daar aantreffen.’ Ik zie hoe ze zijn hand vastpakt en kort daarna pakt ze ook mijn hand. Ik heb geen idee waarom en wat er precies door haar hoofd gaat maar ik laat het maar zo. Ik glimlach kort en geef haar zacht een kneepje in haar hand voordat we samen naar buiten lopen. De Ark loopt langzaam leeg en ik kijk goed om me heen om te zien of er verder geen gewonden zijn gevallen. Voor zover ik het kan zien is de rest echter veilig op Aarde aangekomen.

    Buiten schijnt de zon op mijn gezicht en ik sluit genietend mijn ogen. Ik adem de frisse lucht in en kan de grijns op mijn gezicht niet tegenhouden. Hoewel ik weet dat we nog lang niet weten hoe het hier werkt en of het écht veilig is maar vooralsnog wil ik daar niet aandenken. “Damn, wat is dit fijn.”, zeg ik zacht. De verhalen van mijn oma waren altijd groots maar ik had ze met een flinke korrel zout genomen. Ik open mijn ogen en kijk het bos rond. Waarna ik me naar Jolene draai en met een lach kijk hoe ze geniet van de zon op haar huid.




    Zarayda Willens
    18 jaar - the 100 - 'You look like trouble... call me'

    Om mijn mond vormt zich een glimlach. "ja, nouja jullie weten me te vinden, mochten jullie iets nodig hebben.", zeg ik dan. Jolene draait zich om en Eli helpt me overeind waarna hij met Jolene en een ander naar buiten loopt. Ik haal diep adem en strijk met mijn goede hand over mijn schouder terwijl ik ook naar buiten loop. Opeens voel ik me heel klein. Het bos enorm, en het is zo mooi. Ik bijt op mijn lip en kijk om me heen. Overal staan mensen met hun mond open te kijken naar de pracht van deze onbekende wereld. Ik bijt op mijn lip en kijk om me heen, terwijl ik me besef dat ik hier eigenlijk echt niemand ken. Ik ben met 99 andere random personen op een planeet neergezet terwijl we niet eens weten of het hier veilig is, of dat we binnen de kortste keren allemaal zullen sterven door de straling. Wie weet wat voor enge beesten hier rond zullen lopen, of misschien loopt er wel helemaal niets rond en kunnen we op geen enkele manier overleven. De paniek slaat rond mijn hart. Iets wat helemaal niks voor mij is en ik weet me er dan ook geen raad mee. Ik laat mezelf op de grond zakken en sla mijn goede arm om mijn knieën terwijl ik de rest gade sla.








    If you want someone to trust you, you should give them a reason.



    haha fuck you | 20 | 100



          Toen ze hem een klap gaf, wist hij dat een gevoelig snaartje had geraakt. Al lachend fakete hij pijn en keek weer eens naar haar gezicht. 'Ja hoor, Jollie, gewoon. Vrienden. Heh.' Hij hield van dit plagerige gedrag omdat Jolene zich soms kon opwinden en dan helemaal rood aanliep. Als Alfie ziet dat ze twijfelt, wrijft hij over haar kruin en begint hij haar aan te moedigen. 'Kijk Jol, er kan daarbuiten van alles zijn maar ik heb je teruggevonden en dat kan zelfs geen gemuteerde Godzilla-egel veranderen. Oke?' Hij knijpt nog eens bemoedigend in haar hand en laat een kort lachje uit zijn mond glippen.
          Als Alfie eenmaal buiten is, kan hij werkelijk zijn ogen niet geloven. Hij ziet de zon, wolken, bloemen en planten. Alfie ademt in en wilt meteen al niet meer stoppen. Dit voelt geweldig. "We zijn er eindelijk." "Einde-FUCKING-lijk!" Het laatste schreeuwt hij uit en hij rent als bij automatisme naar een goede zitplek. Hij houdt normaal niet van beestjes maar nu hij de mieren op de grond zag kruipen, slaakte hij een zucht van opluchting. Als hij een beetje danstalent had, zou hij een vreugdedansje doen maar hij danst niet. Over zijn schouder heen kijkt Alfie even naar Jolene, wiens hand hij had losgelaten om te rennen. Dan maakt hij een gebaar dat ze erbij moet komen zitten.


    Heaven is a place that we all have

    Aleksia kom Trikru



    'I may look sweet, but I can kill you easily''
    Nadat ik heb geschreeuwd over dat er gevaar was, stond binnen enkele seconden een hele menigte bij me.
    "Wat is er dan?' hoor ik iemand zeggen waardoor het rumoeriger wordt. Ik haal diep adem nadenkend over hoe ik het nieuws het beste kan vertellen.
    "Er is een soort schip gevallen, wat ongeveer twee km van hier is," zeg ik als eerste "Het schip kwam uit het niets vanuit de lucht op de grond. Dat was de klap die jullie voelde.". Ik zie een deel van de menigte me raar aankijken. Ik snap het, want het is nogal nieuw voor ons dat er dat soort dingen uit de lucht komen.
    "En dat is nog niet het raarste," zeg ik vervolgens "Ik ging naar de plek waar dat schip was geland, en uit dat schip kwamen mensen. Mensen die niet behoren tot een van de twaalf clans. Ik weet niet wat voor soort mensen het zijn, maar ik hoorde een paar zeggen over dat ze de eerste mensen waren die hier op aarde zijn.". Toen ik dat zei, ontstond er chaos. Ik zag hoe mensen mij aankeken alsof ik iets uit mijn duim zoog en andere keken mij aan met de blik die me laat vertellen dat ze mij geloven.
    "Ik zelf stel voor dat een aantal van ons als verkenners de mensen daar in de gaten houden en eventueel aanvallen indien nodig," zeg ik "maar dan moeten er wel meer mensen zijn dan ik alleen. Het zijn er te veel voor mij alleen,". Ik keek de menigte aan en zag dat een aantal wel zin hadden om die mensen even een bezoek te brengen. Ik grijns, ik heb eindelijk wat bereikt als Grounder. Hopelijk doen die gasten daar niks raar.


    ‘You must go on’. thrishanakru —> Gashina


    Jolene Vaughn
    'Damn, wat is dit fijn,' hoor ik Eli zeggen en ik knik. Tegelijkertijd maak ik er een "hmmm-hmmm" geluidje bij. 'Dat is het zeker,' stem ik vervolgens ook nog eens met hem in. 'Beter dan dat je in elk verhaal op de Ark hebt gehoord, sowie-' 'Einde-FUCKING-lijk!' word ik ruw door mijn eigen broer onderbroken. Ik open mijn ogen om hem verbaasd aan te kijken. Dat verbaasd kijken lukt wel, ik kan hem alleen niet aankijken omdat hij van Eli en mij wegrent. Mijn blik volgt hem echter wel en dus zie ik hem ook gebaren als hij me wenkt om bij hem te komen zitten. Als een brave jonge zus doe ik dat ook, maar pas nadat ik tegen Eli heb gezegd dat hij altijd welkom is om erbij te komen zitten.
    Voor ik werkelijk ga zitten,kniel ik eerst en tast de grond daar af met mijn hand. Het is droog, best zacht en er zijn veel verschillende tinten bruin en groen te zien. Pas na mijn controle durf ik er inderdaad op te gaan zitten. Vanuit mijn plek kan ik mooi de reacties van anderen kijken. In tegenstelling tot bij de landing, lijkt nu niemand meer bang te zijn. Iedereen is aan het ontdekken.
    Mijn eigen blik komt uiteindelijk toch weer terug bij mijn broer, hij is zoveel veranderd en tegelijkertijd ook helemaal niet. Zet duizenden jongens op een rij en ik zou Alfie er nog zo uit kunnen halen.
    'Maar vertel jij eens meer,' moedig ik hem aan. 'Hoe heb je je in godsnaam al die tijd verborgen kunnen houden? Zelfs ik heb je niet meer gezien, voor ik naar de cel moest dan,' voeg ik er iets zachter aan toe.


    everything, in time


          Zabana kom Trikru. Dat was de naam van de vrouw die me niet enkel het leven heeft gegund, maar tevens degene die altijd in me heeft geloofd. Zelfs al was het overduidelijk volkomen hopeloos. Helaas heeft zij enkele jaren geleden het leven gelaten, iets waar ik hedendaags nog altijd niet bovenop ben. Naast dat er gedonder is met m’n vrouw, die de laatste paar weken niets van zich heeft laten horen, is het tot op de dag van vandaag niet beter gekomen. Niet alleen ben ik ongelofelijk pisnijdig, gezien die zak wel blijft leven en mijn moeder, die haar hele leven heeft gegeven om enkel goede daden te verrichten, binnen de kortste keren door een ziekte is gestorven. Eén van de manieren om met de dood van een liefdevolle ouder om te kunnen gaan, is door in een open veld te liggen. Gezien de naam van mijn moeder “weide” als betekenis heeft, breng ik hier ook meestal mijn vrije tijd door.
    Mijn diepe, dennengroene ogen ervaren de hemelsblauwe lucht als zowel de verscheidene kleuren van de natuur. Ik adem diep in, sluit mijn ogen —— De donkere poelen van haar komen tevoorschijn, haar heldere lach klinkt door als ze naar me staart —— en uit. Op de één of andere manier begin ik me weer boos te maken om het feit dat Kimana niets heeft laten weten.
          Als ik mezelf erop betrap te knarsetanden, is het tijd voor mij om op te staan. Dus spring ik behendig recht en begeef mijn weg op m’n dooie gemakje terug richting het kamp. Ik sla om de zoveel meter wat bladeren of takken uit mijn gezicht, maar ik stop nooit met de natuur te bewonderen en de lucht in te ademen.


    NIKHIL      KOM      TRIKRU

    “ THOSE WHO FEAR DEATH MOST——
    ARE THOSE WHO ENJOY LIFE LEAST.“


    Na zowat een eeuw zou er toch gedacht worden dat het wantrouwen en haat jegens de “ruimtemensen” in mij verminderd is, maar niets is minder waar, aangezien er gewoon geen begrip opgebracht kan worden voor het feit dat ze mensen opzettelijk achter hebben gelaten.
    In één van mijn zoveelste hatelijke gedachtestromen heb ik niet door dat er een vreemd object naar de aarde valt, totdat deze met een overdonderende klap neer is gekomen. Iets waarbij zelfs ik even op moest kijken, en, nadat ik de enorme rookpluim opgemerkt had, besluit ik me daarnaartoe te begeven. Het kamp moest maar even netjes wachten, hoor.
          Het duurt niet lang voor ik er ben, ik ben dan ook één van de snelste clanleden —— als ik zo vrij mag zijn. Wantrouwig vernauw ik mijn ogen en duik iets in elkaar des te meer ik dichterbij kom, zeker als ik al mensenstemmen hoor. Mijn neus rimpelt iets vanwege de vele rook, maar wanneer ik erachter kom wie die mensen zouden moeten zijn, trekt mijn lip eveneens automatisch omhoog. De figuren die nu in het vizier komen, zijn duidelijk geen mensen uit welke clan dan ook en daarbij is die ufo die het bos platbrand niet iets wat herkenbaar is. Ik ben behoorlijk wantrouwend ingericht en als ik dit zie, wil ik ze het liefst aanvallen. Toch moet ik elke impuls inhouden om meer over ze te kunnen leren weten.
    Met een binnensmonds gescheld beweeg ik me voorzichtig en ongezien verder, tot ik ze beter kan horen en zien. Sommige lopen in groepjes rond, anderen dwalen alleen af. Mijn aandacht word getrokken naar het dichtstbijzijnde paar, die, nadat ik ze wat heb gevolgd, praten over nutteloze zaken. Ik zou bijna hier en nu in slaap zijn gevallen. Mijn aandacht word pas weer getrokken als ik iets vaag hoor over “verborgen houden”, maar ik sta niet dichtbij genoeg om alles mee te kunnen genieten. Misschien is het ook weleens tijd om er vandoor te gaan. Het zou alleen zo leuk zijn mocht ik wat chaos kunnen creëren. . . Ze lijken nu allemaal immers veel te enthousiast naar mijn smaak. Dit is mijn manier om terug te vechten, gok ik zo. Alleen dan zou ik mijn clan weer in problemen brengen, dus stop ik het pijltje weer in mijn broekzak. Aan de andere kant, ze hebben wel mijn kind eruit getrapt en ze reageerden ook niet vol medeleven toen mijn moeder overleed. Zo gingen mijn gedachten even door tot ik een vaste keuze had gemaakt.
          Een onheilspellende grijns speelt op mijn lippen als ik het pijltje weer tevoorschijn pak. Alvorens ik deze op niemand in het bijzonder richt, verberg ik me eerst door behendig in één van de bomen te klimmen. Als ik hoog genoeg zit, schiet ik. Met eenzelfde grijns kijk ik toe hoe de chaos losbreekt.

    [ bericht aangepast op 22 juni 2017 - 23:37 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    D U R G A - K O M - T R I K R U
    "When I sense things by smell or taste, my emotion heightens and nearly destroys me"




    Er klonk een stem, die boven de menigte uit probeerde te komen, in plaats van gealarmeerd klonk het informerend. Ik probeerde de grote golf van losgeslagen dorpelingen te trotseren om zo dichterbij de stem te komen, dan kon ik tenminste horen wat mij te doen stond. Met een paar ellebogen en knieën die mij een paar keer raakten kwam ik uiteindelijk toch nog naar voren, het meisje dat de bron was van het verhaal, dat zeker niet de achterband van de gevormde groep had kunnen bereiken stond nu pal voor mij. Ik herkende haar wel, ik heb haar in het verleden vaak gezien bij tussen de trainende troepen, op een vrij jonge leeftijd als ik het mij goed kon herinneren... Of nou, jong, ze scheelden hoe dan ook nog heel wat jaartjes, maar als Scout had ik nooit een motief gehad om haar persoonlijk aan te spreken. Wanneer krijgers in training wapentraining hadden, was ik vaak bezig met mijn behendigheid opschroeven. Kostte mij altijd veel meer moeite dan mij lief was. Het haalde flink wat herinneringen weer naar boven en ik probeerde tot haar naam te komen, want ik was er zeker van dat ik het toch ooit een keer heb horen vallen, maar ik kon er maar niet snel genoeg op komen. Fronsend luisterde ik verder naar haar verhaal wat opeens over een schip ging. Het klonk nogal als een hallucinatie, misschien moesten we haar maar zo snel mogelijk naar de healer brengen, ze lijkt nogal onwel. We zaten midden in het bos, het klimaat is droog, hoe kon er een schip hier aanvaren? Het verhaal beviel me niet, het klopte voor geen kanten. Ik keek om mij heen en zag hoe bang en verward de meeste waren. Ik slikte en kreeg het een beetje moeilijk, het zou nu onder andere ook mijn taak hier zijn om de vrede te bewaren voordat het uit de hand liep. Dat zou een Commander moeten doen. De jonge krijgster wilde er scouts naartoe sturen, wat klonk als muziek in mijn oren. Meteen had ze mijn aandacht weer te pakken, maar ik twijfelde. Ik wist dat aan de ene kant Nightbloods bij elkaar werden gezet en niet vooraan de vuurlinie hoorden te staan, maar ik snakte naar mijn tijden als een Scout en aan de andere kant toonde het wel weer initiatief. Lastig... Zo lastig...
    'Als ex-scout ga ik wel mee,' Mijn stem klonk bij de eerste klanken een beetje schor, dat ik weg moest kuchten, het is al een aantal uur geleden sinds ik voor het laatst mijn mond heb open getrokken. Voornamelijk de mensen naast me staarden mij aan, ik voelde hun blikken branden. Deels nog verward, deels vragend. Ik stapte alvast vooruit om mijzelf los te koppelen van de rest.
    'Het belangrijkste is dat we dus nog niet weten wat de situatie daadwerkelijk is en dus alle anderen die achterblijven gewoon verder gaan met hun dag,' begon ik terwijl ik de groep vastberaden bekeek, hopend, hopend dat ze mijn advies gewoon aannamen.
    'Wie weet gaat het hier om een technisch of diplomatiek probleem en is er niks dat onze veiligheid zal aantasten,' beargumenteerde ik en liet mijn blik uiteindelijk rusten op onze jonge krijgster.


    Slowly, yet surely I am slipping into the role that was made just for me.

    SHAYLYN 'SHAY' YASMINE VICTORS — THE 100

    Eenmaal ik buiten kwam, moest ik even mijn hand voor mijn ogen houden, maar ik liet deze al snel weer zakken. De lucht kwam mij tegemoet en automatisch ademde ik de verse lucht diep in. Dit was zalig. Mijn mond viel dan ook bijna open van hoe mooi het hier werkelijk was. Aarde was echt perfect. Zoveel groen, het was zo mooi. Hier zou ik serieus alle rust kunnen vinden. Stiekem was ik nu wel blij dat ik een van de honderd was die hier naartoe mocht komen. Hoewel ik eerst onzeker en bang was, leek ik nu wel een gelukkig kind dat een geweldig speelgoedje had gekregen. Hier wilde ik wonen. Alles was hier zoveel beter dan de ruimte. Opnieuw ademde ik de verse lucht diep in.
          Ik gaf mijn ogen de kost. Bomen, gras, blauwe lucht, het was allemaal als magie voor mijn ogen. Alsof ze gestreeld werden. Aarde leek net een kunstwerk. Ik kon uren blijven rondkijken, ook al zag ik vaak hetzelfde terugkomen. Rondom me was ook enthousiasme te horen en te zien. Vlak naast me zag ik iemand op de knieën gaan zitten om aan het gras te kunnen voelen. Ik begreep die persoon wel. Ik zou het bijna zelf gaan doen. Mijn mondhoeken krulden omhoog. Het was hier officieel superleuk.
          Maar mijn glimlach verdween al snel. Wanneer ik een stap naar voren deed, vloog er iets recht op me af. Een pijltje boorde zich in mijn rechter bovenarm, bijna aan mijn schouder. Een erg prikkend gevoel ging door mijn hele arm. Geschrokken gilde ik even. Ik kon voelen hoe er wat bloed langs mijn arm naar beneden liep, maar het was niet zo veel. De angst bekroop me. Waar kwam die pijl vandaan? Wat moest doen? Het uit mijn arm trekken? De tranen prikten achter mijn ogen, want het was niet echt een aangenaam gevoel.
          "Iemand? Help me?" Het was bijna een vraag, maar ik wist serieus niet wat ik moest doen. Ik was helemaal geen specialist als het om medische dingen ging. Misschien was het wel slecht als ik het er zo uit zou trekken of zo, je wist maar nooit.

    [ bericht aangepast op 24 juni 2017 - 1:00 ]


    16 - 09 - '17




    Eliyah
    20 jaar - the 100 - you are a diamond, dear, they can't break you -

    Ik wil net achter Jolene aanlopen wanneer er een voorwerp vlak langs mijn hoofd scheert. Ik volg het object met mijn ogen en merk algauw dat het niet een onschuldig eikeltje of iets was. Het meisje dat achter me staat krijgt het pijltje in haar bovenarm. Ik hoor haar stem, zacht maar duidelijk, vragend bijna of iemand haar wil helpen. Mijn instinct neemt het over en ik loop naar haar toe. "niet bewegen, rustig door blijven ademen, ik help je." Zonder op haar reactie te wachten pak ik haar schouder vast en trek ik het pijltje uit haar arm. Ik druk mijn duim met behoorlijke kracht op de plek waar het pijltje haar lichaam heeft geraakt en inspecteer het pijltje verder. Ik ruik eraan en mijn maag draait om. Dit is niet goed, absoluut niet goed. Opnieuw kijk ik het meisje aan. "Hey, ik ben Eli. Je kent me niet, maar je moet me hierin vertrouwen. Ga zitten. Je moet zitten voordat het gif in gaat werken." Ik kijk kort om me heen en probeer iemand zijn blik op te vangen. Ik heb iemand nodig die kruiden voor me gaat zoeken, en wel per direct.




    Zarayda Willens
    18 jaar - the 100 - 'You look like trouble... call me'

    Ik haal diep adem en maan mezelf tot rust. Kom op, Zarayda, je bent een grote meid. Je kunt dit met gemak. Stel jezelf niet aan. Ik knijp mijn ogen dicht en haal het beeld van mijn ouders naar voren. Ik zie de lach van mijn moeder voor me, haar blauwe ogen en hoogblonde haar. Je zou kunnen zeggen dat ik haar evenbeeld ben. Qua uiterlijk heb ik alles van haar geërfd, qua innerlijk lijk op geen van mijn ouders. Mijn mond vertrekt als ik denk aan de pijn die ik hen heb gedaan, ik heb nooit de kans gehad om hen mijn excuses aan te bieden en die kans zal ik nu ook nooit weer krijgen. Ik open mijn ogen en kijk het bos rond. Op de open plek waar wij zijn geland zijn meerdere mensen op onderzoek uitgegaan. Ik kijk toe hoe iedereen maar al te graag de frisse lucht naar binnen zuigt. De verschillende tinten groen in het bladerdek overweldigen me, het is prachtig hier. Ik voel hoe het licht van de zon op mijn gezicht brand en ik kijk omhoog. Dit is dus vrijheid. Ik had me altijd opgesloten gevoeld in de Ark, al zo lang als ik me kan herinneren zo ongeveer. Om het nog wat erger te maken vonden ze het later nodig om me ook daadwerkelijk achter slot en grendel te zetten. Ik bekijk de mensen op de open plek. Tot mijn verbazing heeft er nog niemand de behoefte gehad om ook maar enige orde te brengen in deze chaos. Ik treed maar al te graag op de voorgrond, ik ken mezelf goed genoeg. Maar ik weet niet zeker of ik de persoon ben om de leiding op me te nemen. Als ik iets doe wil ik het goed doen en ik weet niet of ik dit kan.








    [ bericht aangepast op 28 juni 2017 - 0:30 ]


    If you want someone to trust you, you should give them a reason.


    haha fuck you | 20 | 100



          "Ik heb me verstopt, wat mam zou willen doen en toen..", hij slikte even, "ja, ik ben niet in de cel beland, snap je, ik be-" Zijn zin werd afgekapt door het object dat langs zijn ogen kwam gevlogen en halt hield in het vlees van een jongedame. Het was iets dat een pijl leek te zijn maar Alfie durfde het niet aan te raken. Al gauw nam de jongen genaamd Eli haar onder zijn hoede. Het vriendinnetje van Jol is dus een dokter. De omstaanders renden rond in paniek en het deed pijn aan Alfies ogen dus ging hij op de eerste de beste steen staan en verhief hij zijn stem. 'Mensen! Er zijn daar anderen buiten. Als we rondrennen als idioten, gaan we nog fucking makkelijkere doelwitten worden. Dus alsjeblieft, doe even serieus en zoek kruiden, wie dan ook. We zijn nu op de aarde en we zijn niet alleen. Maar we zijn niet zo ver gekomen om uiteindelijk te sterven voor niets." Hij wees even naar een groepje mensen. "Jullie, ga wat hout sprokkelen rond dit gebied, wees op je hoede." Dan wees hij naar een ander groepje. "Gaan jullie zien of er nog wat in het schip zit dat we kunnen gebruiken." Als laatste wees hij naar Jolene. "En jij, wees veilig. Aan het werk nu." Na die laatste woorden te hebben gezegd, slaakte hij weer een zucht en ging hij naar Eli. 'Hoe staat het ermee?' Alfie sprak met gemeende interesse terwijl hij de wond bekeek.

    [ bericht aangepast op 26 juni 2017 - 21:09 ]


    Heaven is a place that we all have

    [Ik stap vanaf nu over naar 3e persoon - VT. Dan weten jullie dat, haha, jullie mogen natuurlijk blijven schrijven zoals je wilt!]


    Jolene Vaughn
    Ze luisterde aandachtig naar de woorden van haar broer. Ze wilde alles weten van zijn tijd op de ark, maar het verhaal werd afgekapt door iets dat voor de ogen van Alfie en Jolene voorbij kwam schieten. Ze schrok er zo van, dat ze even opzij dook. Zijzelf werd gelukkig niet geraakt, maar het was al snel duidelijk dat iemand anders dat helaas wel was. Eli schoot haar gelijk te hulp en Jolene wilde hem gaan helpen, maar kwam voor een kort moment niet door de chaos van rennende mensen heen. Iedereen stond echter stil toen Alfie op een steen ging staan en zijn stem flink verhief. Hij deelde taken uit en tot Jolene's verbazing luisterde iedereen ook echt. Allen gingen ze aan de slag met de taak die ze hadden opgekregen.
    Zelf wilde Jolene bij Eli en de gewonde jongedame helpen, maar ze bleef staan toen Alfie naar haar wees. 'En jij, wees veilig.' Had hij gezegd. Pardon, wees veilig? Ze wierp hem een boze blik toe. Als iedereen mocht helpen, zou zij daar niet stil blijven staan om verder niets te doen.
    Alfie liep gelijk door naar Eli, maar Jolene zocht eerst de grond af naar bladeren, bomen, struiken, alles om te kijken of ze iets kon vinden dat ze herkende van de Ark. Uiteindelijk kwam ze inderdaad met een paar bekende dingen aan bij Eli.
    'Dit is alles wat ik heb kunnen vinden,' zei ze tegen hem. 'Jij weet beter dan ik wat geneeskrachtig is en wat niet. Heb je enig idee met wat voor gif we te maken hebben?' Ze keek daarna even triomfantelijk naar haar broer.
    'Take that,' zei ze, doelend op het feit dat ze al kruiden had gevonden waar Eli - hopelijk - mee aan de slag zou kunnen. ' Ik red me heus wel alleen,' voegde ze er aan toe waarna ze ook naar het gewonde slachtoffer keek.


    everything, in time

    SHAYLYN 'SHAY' YASMINE VICTORS — THE 100

    Ik vond het best verbazend dat er meteen iemand was die mij te hulp schoot. Niemand kende mij en ik kende ook praktisch niemand,
    dus het was aardig dat niemand me hier opeens aan mijn lot overliet. Misschien was dat pijltje helemaal niet erg. Het was niet groot en het leek ook niet heel gevaarlijk, maar tja, het deed toch wel een beetje pijn. Ik keek de jongen aan die me aangesproken had. Hij had gezegd dat ik rustig moest blijven en gewoon door moest gaan met ademen. Ja, wat moest ik dan? Stoppen met ademen? Ik knikte, maar zei niets.
          De jongen trok het pijltje voorzichtig uit mijn arm. Zelfs dat deed opnieuw pijn. Vervolgens drukte hij er meteen zijn duim op, vast om het bloeden te stoppen. Ik zag hoe hij aan het pijltje rook en een vies gezicht trok. Wat was er? Moest ik mij zorgen beginnen maken? Hij keek me opnieuw aan.
          "Hey, ik ben Eli. Je kent me niet, maar je moet me hierin vertrouwen. Ga zitten. Je moet zitten voordat het gif in gaat werken." Gif? Gif?! Dat meende je toch niet, zeker?! Zat er verdomme gif op dat pijltje?! En dat zat nu in mijn bloed?! Fuck! Ik ging maar meteen zitten. Gewoon voor de zekerheid. Hij leek de expert.
          "G-gif?" De angst bekroop me. Het zweet brak me uit. "Wat voor gif?! Wat... wat moet ik nu doen? O-M-G, help me alsjeblieft!" Ik keek bijna smekend naar de jongen voor me, die blijkbaar de naam Eli had. "Doe verdomme iets!" riep ik in paniek.
          Rondom me hoorde ik mensen en zag ik mensen. Wat deden ze? Waarom hielpen ze me gewoon niet? Kon die Eli me helpen? Er was iemand die bevelen gaf aan anderen, die werden dan ook meteen opgevolgd. Ik hoopte dat het gif niet zou gaan werken, want wie weet wat voor gif het zou zijn. Ik wilde mijn arm niet kwijt. Ik wilde niet ziek worden. Zo leuk vond ik de Aarde opeens niet meer. Het was duidelijk dat hier mensen waren die niet van indringers hielden, al zag ik ons zelf zo niet. Waar waren ze? Zouden ze nog meer pijltjes naar ons gooien? Wat als er nog een in mijn lichaam terecht zou komen? Zou dat fataal worden?
          Mijn gehoor leek te verminderen. Net zoals mijn aandacht. Het leek alsof ik geen besef meer had van de dingen die er rondom mij gebeurde. Ik hoorde duidelijk de stem van een meisje. Vlak bij me. Het was alleen moeilijk om nog te verstaan wat ze zei. Ook mijn zicht werd wazig. Ik begon vreemde kleuren te zien, want de jongen voor mij leek opeens groen haar te hebben. Huh? Wat gebeurde er? Geschrokken keek ik opzij, omdat ik iets uit mijn ooghoek zag bewegen. Een beer! Oh nee!
          "Oh fuck! Een beer!" riep ik wijzend. "Weg hier!" Ik probeerde recht te komen. Ik moest rennen voordat die beer ons te pakken zou krijgen!


    16 - 09 - '17



    Eliyah
    20 jaar - the 100 - you are a diamond, dear, they can't break you -

    Terwijl ik om me heen kijk hoor ik een stem. "Hoe staat het ermee?" Ik focus me op de persoon naast me en schud mijn hoofd. "Ik heb geen idee, het is een gif dat ervoor zorgt dat ze gaat hallucineren, maar het kan op lange termijn vrij ernstige effecten hebben..." Mompel ik. Terwijl ik mijn duim nog steeds op de plek van het pijltje gedrukt houd zodat het bloeden stelpt. Dan hoor ik Jolene. "Dit is alles wat ik heb kunnen vinden,' zei ze tegen hem. 'Jij weet beter dan ik wat geneeskrachtig is en wat niet. Heb je enig idee met wat voor gif we te maken hebben?" Dankbaar kijk ik haar aan als ik de kruiden aanneem. "Ik weet het niet zeker, maar het is een sterk gif dat vrij snel werkt en ernstige gevolgen kan hebben op lange termijn.", antwoord ik haar vraag. Vervolgens pak ik één van de kruiden tussen mijn duim en wijsvinger waarna ik het voorzichtig fijnmaal. De pulp smeer ik voorzichtig op de wond van het pijltje. Het zorgt er in ieder geval voor dat de pijn afneemt. Ik hoor hoe het meisje in paniek raakt. "Rustig, probeer rustig te blijven. Je gaat niet dood, ik ga je helpen en ervoor zorgen dat het goed komt.", probeer ik haar gerust te stellen terwijl ik haar aankijk.

    Het valt me op hoe groot haar pupillen zijn, ik schrik er een beetje van maar probeer het niet te laten merken. Wanneer ze opeens opzij kijkt verstevig ik mijn greep. "Oh fuck! Een beer!" riep ze al wijzend. "Weg hier!" Ik schud mijn hoofd. "Jij gaat nergens heen.", zeg ik zacht terwijl ik haar blik probeer te vangen. "Er is niks daar, je bent aan het hallucineren... Het is een bijwerking van het gif.", probeer ik uit te leggen. Ik kan alleen maar hopen dat ze meekrijgt wat ik zeg, de kans dat ze me niet hoort of me gewoonweg niet begrijpt is aanwezig. "Hoe heet je?", probeer ik haar af te leiden. Mijn hoofd draait op volle toeren terwijl ik me probeer te bedenken hoe ik het gif zou kunnen neutraliseren. Ik kijk nogmaals naar de kruiden die Jolene bij elkaar heeft gezocht en dan begint er een lampje te branden. "Jolene of Alfie. Kan één van jullie twee de overgebleven kruiden malen? Als ze dat inneemt zal ze lichte koorts krijgen. Daardoor zal ze het gif grotendeels uitzweten. Die koorts is heel simpel te behandelen. Op dit moment is het belangrijker dat het gif uit haar systeem komt.", zeg ik. "Het komt goed.", zeg ik vervolgens tegen het meisje.


    If you want someone to trust you, you should give them a reason.