• Cover met dank aan Aragog


    WASHINGTON 23 September 2020.
    De wereld bevolking word te groot hebben de onderzoekers verkondigd, de brandstof en voedselbronnen raken uitgeput en met het drinkbare water staat het ook niet best. Amerika heeft besloten om de wereld bevolking met 1/3e uit te gaan roeien en doet dit op een agressieve manier. Hun troepen volgen hen tot over de hele wereld en stortte zich op de dicht bevolkte landen.
    De lichamen van de afgeslachte mensen worden gebruikt om een fossiele brandstof en voedingsbodems voor de boeren van te maken.
    Massa moord is aan de orde van de dag en niemand lijkt veilig te zijn tenzij je genoeg geld en aanzien hebt. De normale burger word uit hun huizen gesleept en in koele bloede vermoord, slecht een groepje mensen weet te ontsnappen en beginnen aan hun trek door europa. Ze hopen veiligheid te vinden, maar de weg is lang en zwaar. Verschillende landen hebben zich bij Amerika gevoegd wat hun weg alleen maar moeilijker maakt.

    gebaseert op dit artikel

    Rollen:

    Mannen:
    - Nanook Quayle - Cas - Pagina 1,1
    - Douglas Martell - Dooddoenervo - Pagina 1,4
    - Myka Franco Boyd. - Osaki - Pagina 1,3
    - Misha Adams - Tonto - Pagina 1,6
    - Ash DeMunn - Bequeath - Pagina 1,6
    - Jack holtzheimer Guinness - Pagina 1,7

    Vrouwen:
    - Christine winter [beroeps millitair] - Guinness - Pagina 1,1
    - Aerin Nara Yi - Olicity - Pagina 1,5
    - Valerie Savarin (Val) - Chekhov - Pagina 1,3
    - Luna Georgia Blake - VladiFerr - Pagina 1,5
    - Elise Bree - sandordinja - Pagina 1,4
    - Aurea Montericica - LadyJilly - Pagina 1,6

    Regels

    - Minimaal 1x per week reageren per personage.
    - Minimaal 300 woorden per post per personage.
    - Geen perfecte karakters.
    - Houd mannen en vrouwen gelijk, anders zal ik een stop op de vrouwen moeten zetten.
    - Geen ruzie maken, heb respect voor elkaar en geef feedback op een respectvolle manier.
    - Reservaties blijven 48 uur staan
    - Alleen Guinness maakt de topics aan, bij afwezigheid wijs ik de vervanger aan.
    - Denk goed na voor je mee doet, geen eendagsvliegen!
    - Hier alleen rollen, de rest in het praat topic (deze word aangemaakt zodra er wat deelnemers zijn).
    - 16+ en schelden is toegestaan, maar houd het fatsoenlijk.
    - Maximaal 2 personages per persoon (en dan een man en een vrouw, niet 2 van 1 geslacht.
    - Bespeel alleen je eigen karakter.
    - Moord is toegestaan maar alleen met toestemming van de eigenaar.



    Praattopic: Nr. 1-Nr. 2
    Rollentopic: Nr.1
    Speeltopic: Nr. 1




    Het begin van de RPG:
    Het begin van de RPG zal zijn in het schwarzwald in Duitsland. Omdat dit woud behoorlijk dicht bebost is, is de overlevings kans veel groter. Natuurlijk kunnen ze vanaf dit punt verder trekken.

    [ bericht aangepast op 8 dec 2013 - 22:36 ]


    Never forget what you are. The rest of the world will not. Wear it like armor and it can never be used to hurt you.

    Ash DeMunn.
    Het kon me niet schelen wie het allemaal had gehoord, het feit dat ik het geluid had geproduceerd deed me al meer dan genoeg kwaad. Een tel was ik gedesoriënteerd omdat ik een klap op mijn hoofd had gekregen, maar het duurde niet lang voor ik overeind krabbelde en op mijn knieen ging zitten. Zoals het er nu naar uit zag had ik niemand gealarmeerd met mijn onhandige stap. Zolang dat zo bleef, vond ik het prima.
    Het deed me op de een of andere manier denken aan de survival tips die mijn oude man me altijd had mee gegeven, als hij hier nu zou zijn dan zou hij me flink op mijn donder geven omdat ik met deze vertoning de herten weg zou kunnen jagen. Herten waren in zijn ogen niet meer dan eten. Eten als je wou overleven.
    Het was maar goed dat hij me dat had mee gegeven. Ondanks het feit dat het een enorme kwal was. Wat er verder van hem terecht gekomen was deerde me niets. ik leefde nog steeds. Ik was in een zekere zin veilig.
    Een frons kwam op mijn voorhoofd te staan op het moment dat ik geritsel hoorde. Langzaam maar zeker gleed mijn hand naar het wapen wat verderop in het bladerdek lag. Gevallen toen ik die onhandige stap maakte.
    Verrast door de kracht van een ander lichaam, werd ik weer tegen de grond geslagen. Een grom rolde over mijn lippen terwijl mijn vingers het handvat van mijn kruisboog vonden.
    De loop tegen mijn hoofd deed me niets, het was niet de eerste keer dat me dit gebeurde, het was nu enkel belangrijk hoe ik mezelf hier uit zou gaan werken.
    ‘Is dat tegenwoordig nog belangrijk?’ wierp ik droog terug op haar dreigende woorden. De toon? Mij een zorg. Meestal was het gewoon angst. Aan haar manier van doen kon ik al merken dat ze geen professional was, maar niemand was dat. We probeerden allemaal te overleven.
    In een oogwenk had ik naar haar hand gegrepen. Mijn vingers raakten een koud metaal. Zonder erbij na te denken greep ik het vast, hierdoor was ik in staat haar hand om te draaien, haar om te rollen en zelf bovenop te komen. Er was maar een ding wat me verbaasde, ik was overmeesterd door een vrouw.


    The woods are lovely, dark and deep. But I have promises to keep, and miles to go before I sleep.

    Valerie -Val- Savarin

    ‘Is dat tegenwoordig nog belangrijk?’ Een hele resem aan scheldwoorden schoot door mijn hoofd als hij mijn hand greep, het omdraaide en binnen de kortste keren boven mij torende. Ik was in staat om de hemel en de hel bij elkaar te vervloeken op dat moment. Mijn knie deed nog steeds zeer, mijn wapen was uit mijn handen geslapen en ik zat vast. Niet gewoon vast zelfs, maar echt muurvast, ik kon me nog geen millimeter verroeren. De lucht was volledig uit mijn langen geslagen en de koude grond onder me drukte hard tegen mijn rug. Er zat sowieso een steen met een scherpe rand tussen, ik voelde hem stilletjes mijn vel binnendringen en opnieuw kon ik mezelf wel vervloeken, mijn jacket lag nog bij mijn tas op de open plek. Natuurlijk had ik er niet aan gedacht die mee te nemen. Wie weet zaten er hier wel nog veel meer mensen en was ik mijn tas al lang weer kwijt. Het gewicht van de man begon door te wegen waardoor ik mezelf moest dwingen om te focussen. "Voor mij eigenlijk wel nog, ja." Het zogezegd sassy antwoord, kwam er niet zo sassy uit als ik het bedoeld had. Ik probeerde het te compenseren door hem brutaal aan te kijken. Maar zijn ogen, ze waren zo..., zo blauw. Het maakte dat er een rilling over mijn rug trok. Verdomme, het leek wel alsof die ogen dwars door me heen konden kijken, recht naar alles wat ik zo lang verborgen heb gehouden voor anderen. Het frustreerde me waardoor ik mijn best begon te doen om mezelf te verlossen uit zijn greep. Eerst voorzichtig en langzaam mijn linkerbeen proberen los maken, pas als dat niet lukte begon ik me echt te verzetten en rukte mijn been hard los waardoor de hiel van mijn schoen tegen zijn zij aankwam. Ik kon alleen maar hopen dat het hem een blauwe plek zou opleveren.


    Soms ben ik het sterkste wijf ter wereld en soms ben ik een kwartelei.

    Aerin Nara Yi
    Ik gebaar de jongeman stil te zijn en al snel zijn de Amerikaanse stemmen duidelijk te horen. Het is te merken dat de jongen de stemmen nu ook hoort, aangezien ik zijn lichaam voel verstrakken. Ik ben bang dat ze de bosjes zullen doorzoeken, maar dat gebeurd niet. Ze blijven niet eens staan, ze lopen gewoon verder. Er klinkt ook een vrouwenstem bij, wat verklaart waarom ze geen aandacht aan de omgeving besteden. Iets later bedenk ik ook wat ze gedaan heeft om in leven te blijven en mijn gezicht verstrakt iets. Ik ga liever dood dan dat ooit nog eens te doen, mijn lichaam verkopen.
    Pas wanneer het een tijdje stil is geweest, kom ik van de jongeman af, maar ik help hem niet met opstaan. Zijn mondhoeken krullen iets omhoog. 'Ook leuk om met jou kennis te maken,' zegt hij, duidelijk doelend op de val. Mijn wenkbrauwen trek ik iets op, waarna ik mijn ogen iets vernauw. 'Jij bent zeker de leukste thuis,' brom ik.
    'Ik ben Nanook, trouwens. Maar iedereen noemt me Nan.' Ik kijk even achterdochtig naar zijn uitgestoken hand, maar als hij me had willen vermoorden had hij dat allang gedaan, en daarom neem ik zijn hand alsnog aan. 'Aerin,' zeg ik, waarna ik zijn hand gelijk weer loslaat.
    Bedankt, trouwens. Ik lette niet goed op denk ik,' mompelt hij verontschuldigend. Ik haal mijn schouders op. 'Geen dank. Als ik jou niet gehoord had, had ik hun misschien ook wel pas later opgemerkt,' geef ik toe. Hierna kijk ik hem onderzoekend aan. Mijn ogen glijden over elk stukje van zijn lichaam. Mijn eerste oordeel dat hij niet sterk zou zijn klopt niet, nu ik hem bestudeer kan ik wel degelijk zien dat hij een beetje breed is en dat merkte ik ook toen hij net zijn spieren aanspande. Zijn leeftijd kan ik niet goed schatten. Hij heeft absoluut geen babyface, maar ook geen gezichtsbeharing.
    'Waar kom je vandaan?' vraag ik op een dwingende toon. 'Je accent is Engels, maar er zit ook iets anders is en je ziet er ook niet uit als een Engelsman.'


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Misha Adams

    "Pas op met je toon, mijn tolerantie is allang niet meer wat het geweest is" gromt Christine, duidelijk een explosie onderdrukkend. "Jouw lichaam is gemaakt meer kilo's te kunnen dragen. Helaas ben ik veroordeeld tot een vrouwen lichaam". Ik steek mijn handen verontschuldigend en opgevend op. Christine kijkt naar boven, naar de takken van een boom. "De laaste keer dat ik, dat probeerde heb ik zes weken met gips gelopen" Ze glimlacht vaagjes "Je kunt ook beter op de grond slapen, je kunt makkelijker vluchten. Ik een boom zit je vast" zegt Christine.. "Ik..." Christine lijkt nog even te twijfelen. "Graag..." zegt ze uiteindelijk.

    Ik knik glimlachend. "Kom, dan zoeken we wat betere beschutting." Zeg ik. Ik ga haar voor, dieper het bos in. Hier zullen de Militairen minder snel komen. Dat neem ik aan tenminste. Tot we bij een dicht beschut stuk komen. Daar doe ik mijn tas uit en zet het neer. Mijn slaapzak leg ik neer. "Heb je een eigen slaapzak bij je of wil je hier op liggen?" Vraag ik, stom genoeg achteraf, ik had het beter eerder kunnen vragen. "ga maar hier op liggen, dat scheelt weer als we straks plotseling weg moeten" zeg ik. Ik kijk even naar de boom.

    Christine heeft gelijk, Een boom kan handig zijn, maar ook gevaarlijk. Ik ga naast de slaapzak tegen de boom aan zitten, maar op zo'n plek dat ik amper zichtbaar ben, maar wel alles kan zien. Hier kunnen we voorlopig even veilig zitten. Misschien kan ik nog wel even een sigaretje roken. Ik wacht tot Christine op haar plek ligt of zit. Dan haal ik mijn laatste pakje sigaretten uit mijn tas. "Laatste" mompel ik. Ik kijk om me heen, maar steek er dan toch eentje op voor ik het pakje terug doe. "Waar kom je zelf vandaan Christine?' vraag ik zachtjes voor ik de rook van mijn heis uitblaas. "Je lijkt niet op een Amerikaan" mompel ik voor ik er weer een heis neem.

    [ bericht aangepast op 7 nov 2013 - 21:57 ]


    [i]Help always come when people fight for right - Tonto [/i]

    Myka Franco Boyd.
    Er kwam een schamper lachje uit de mond van de man en hij probeerde te bewegen. 'Grappig dat ik net hetzelfde aan jou wilde vragen,' had de man gemompeld.
    “Hmhmm,” had ik gemurmeld, terwijl ik een wenkbrauw optrok en hem bedenkelijk aankeek.
    Hij probeerde weer verder te bewegen, maar ik hield hem stevig vast. Geen denken aan dat ik hem liet gaan voor ik een normaal antwoord had gekregen. Ik wilde niet graag dood in het zand eindigen.
    'Zolang jij geen Amerikaan bent, ben ik je vriend,' had hij gezegd. Dat hoopte hij. Ik wilde eerst weten of hij er eentje was, anders eindigde ik nog steeds met mijn kop in het zand.
    Maar opeens gaf de man een mep naar achteren, zodat mijn hand met de sais verschoof en hij haakt zijn arm er omheen om vervolgens mijn pols vast te pakken. Ik word meegetrokken en opeens is mijn hoofd veel dichterbij die van hem, dan ik wilde. Mijn mond raakte zijn wang namelijk, nog geen paar centimeters bij zijn mond vandaan, en geschrokken had ik mijn ogen verwijdt. Ik begon zachtjes te blozen en had mijn hoofd wat moeilijk naar de zijkant gedaan, zodat we nu met beiden zijkanten van onze gezichten tegen elkaar aan zaten.
    'We laten los op drie, oké?' Had hij gevraagd. Ik had alleen geknikt, want ik stond best ongemakkelijk nu. Mijn lichaam was zo gedraaid dat hij té dichtbij in mijn privé-zone stond en dat vond ik niet erg prettig. Al was hij wel een erg knappe gozer. Stiekem keek ik naar hem vanuit mijn ooghoeken. Hij was wel het soort man waar ik op kon vallen, maar dat zal ik hem maar niet zeggen. Ten minste, niet op dit moment.
    Of wel? Ik grinnikte zachtjes. Dan liet hij vast wel snel los als ik het zei. Men vond mij altijd besmettelijk en vies als ik zoiets zou zeggen, dan wilden ze uit mijn buurt blijven.
    “Gozer, als je gewoon had gezegd dat je geen Amerikaan was, dan had ik allang losgelaten.” En ik begon zachtjes te grinniken.
    “Of vind je het misschien fijn staan zo?” Had ik wat gedurfd gezegd.

    Sorry, hij is korter dan ik zou willen. -,-"

    [ bericht aangepast op 7 nov 2013 - 22:33 ]


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Dale Mick Michelson "Mickey"

    Toen ik de gozer in deze, nogal, benarde positie dwong voelde ik zijn lippen tegen mijn wang aan komen. Dit liet me toch eigenlijk wel even speels grijnzen. Het was nog geen paar centimeter van mijn mond vandaan, en om eerlijk toe te geven vond ik het helemaal niet zo erg. Het is al een flinke tijd geleden dat ik een stel zachte lippen op mijn wang gevoeld heb. Ik laat zijn pols iets losser als ik zijn wang tegen het mijne voel drukken. Oh boy, straks weet hij mij nog geil te krijgen alleen al door in deze, toch wel redelijk kinky, houding te staan.
    “Gozer, als je gewoon had gezegd dat je geen Amerikaan was, dan had ik allang losgelaten," mompelt de gozer waarmee ik in de knoop sta. Er komt een zacht lachje uit mijn mond. Heerlijk als iemand zo praat, ik houd er echt van. Zo veel diepte in die stem en ik kan het op zo veel manieren opvatten. Ik hoor de gozer grinniken en hierdoor komt er een lichte grijns op mijn gezicht te staan. Wat is hij van plan?
    “Of vind je het misschien fijn staan zo?” Zijn stem haalde een toon waar ik kon uitmaken dat het toch wat uitdagend is. Nu is het mijn beurt om te grinniken.
    "Oké jongen, ik mag je. En ja, eigenlijk geniet ik wel van deze stand, het is weer eens iets anders," aan mijn stem is duidelijk te horen dat er een grote grijns, wat toch meer een inhoudelijke lach is, op mijn gezicht staat.
    "Maar vind je het ook niet een béétje te vroeg, om bij de eerste ontmoeting al zover te gaan?" Grinnik ik er achteraan. Ik laat de gozer zijn pols los en breng mijn hand naar zijn haren. Ik zet mijn hand erin en trek er een beetje aan, zo komt zijn wang een beetje los van de mijne en ik draai mijn hoofd iets. Echter ben ik niets anders van plan dan hem alleen aankijken.
    "Mag ik mijn arm terug?" Vraag ik dan met twinkelende ogen.


    Egal was kommt, es wird gut, sowieso. Immer geht 'ne neue Tür auf, irgendwo.

    Myka Franco Boyd.
    Raar genoeg kwam er een zacht lachje uit de mond van de knappe man, maar ik had geen idee waarom. Ik had toch alleen gezegd dat ik hem dan los zou laten? Wat was daar nou zo grappig aan? En dan zeiden mensen dat ik raar was.. Ik had mijn wenkbrauwen wat gefronst.
    'Oké jongen, ik mag je. En ja, eigenlijk geniet ik wel van deze stand, het is weer eens iets anders.' Heftig begon ik te blozen en verwijdde ik mijn ogen weer. Hij genoot ervan? Meteen kreeg ik een seksueel beeld voor me, waardoor mijn hoofd nog roder werd. Waarom dacht ik hier aan? Meestal vond ik het leuk dat ik in beeld dacht, maar nu is het gewoon beschamend!
    Ik kon duidelijk horen dat er een grote grijns op het gezicht van de man zat, maar ik kon dit ook voelen, omdat zijn wangen wat meer tegen die van mij aan drukten.
    Ik was niet in staat om hier op te antwoorden en dat terwijl ik toch echt altijd een antwoord klaar had. Wat was er toch met me? Verzin een goed, en niet te vergeten uitdagend, antwoord! Je kunt het, Myka. Sprak ik mezelf toe.
    'Maar vind vind je het ook niet een béétje te vroeg, om bij de eerste ontmoeting al zover te gaan?' Hij begon te grinniken.
    “Hoezo? Word je nu opeens verlegen? Ik sta ook wel goed zo hoor.” Fluisterde ik meteen zwoel en uitdagend in zijn oor, voordat ik echt goed nadacht over de woorden of ik dat wel zou zeggen. Ik kon mezelf wel voor mijn hoofd slaan. Waarom had ik zulke acties toch en dacht ik nooit van te voren na? Het zou een wonder zijn als ik dat kon!
    Hij liet mijn pols los en bracht zijn hand naar mijn haren, waarna hij er een beetje aantrok en waardoor mijn wang een beetje los kwam van de zijne. Hij draaide zijn hoofd iets en keek mij alleen aan met twinkelende ogen.
    'Mag ik mijn arm terug?'
    Oké, ik had te vroeg gesproken. De man leek mij wel iemand die wat voor kinky dingen hield en beschamend dacht ik dat ik voor hem wel de onderdaan wilde zijn. Nu al! Dat ging al goed. Ik moest mezelf tegenhouden om geen beschamende dingen te zeggen, dan ik al gedaan had, en kneep kort mijn ogen even dicht – misschien dat, dat zou helpen. Maar het hielp niets, dus opende ik ze weer.
    Dan maar op een andere manier. Ik kreeg een halve grijns op mijn gezicht en probeerde hem vanuit mijn ooghoeken aan te kijken. “Krijg ik dan mijn hart terug?”
    Oh my god, slechte openingszin! Ik kneep van schaamte mijn ogen dicht. Ik kon wel janken.


    Don't walk. Run, you sheep, run.

    Luna Georgia Blake


    Met de rugzak om mijn rug liep ik over het pad. Het bos was prachtig en ook al woonde ik hier nu al een tijdje, ik was nog altijd verbaasd. Plots sta ik stil als ik geluid hoor. Het is nog ver, maar binnen een paar seconde weet ik wat het is. Ik storm het pad af en val haast op de grond. Plat op mijn buik en ik maal geen geluid. Mannen te paard reden langs. Één van hun droeg de Amerikaanse vlag. Niet veel later volgde een tank en toen was alles weer rustig. Met een zucht stond ik op en besloot met tegenzin het bos in te gaan. Misschien niet het verstandigst op dit moment, maar het pad was nu even iets gevaarlijker. De Flatbow die ik had hing ook over mijn rug, maar mijn pijlenkoker was om mijn middel vastgegespt. Ik loop een iets wat steile helling af en kom aan bij een klein meertje. Hier kon ik voorlopig even wel uitrusten. Ik legde mijn boog naast me en mijn pijlenkoker klikte ik los. Vervolgens deed ik ook mijn rugzak af en grabbelde ik er wat in. Niet veel later kwam mijn hand terug met een plastic zakje. Gevuld met zelfgemaakt koekjes. Het was niet veel, maar wat kon je dan ook verwachten in deze tijd. Ik begreep er zelf helemaal niks van. Als klein meisje had ik altijd opgekeken naar Amerika en nu...
    Zichtend maakte ik het zakje open en haalde er een vanille koekje uit. Ik knoopte het zakje weer dicht en stopte het terug in mijn rugzak. In bijna zes happen was het koekje op. Ik was ook niet echt bepaald zuinig op mijn spullen. Ik keek nog eens om me heen en zag verschillende vogels van de ene maar de andere boom vliegen. Plots valt mijn oog op een bessenstruik. Verlekkerd gris ik een zakje uit mijn tas en ren ik er haast heen. Ik pik de rijpe bramen eruit. Dan ga ik weer zitten en neem ik vlug een besje in mijn mond. De zure smaak is heel apart na het koekje en tegelijkertijd toch best lekker. Ik knoop ook dit zakje weer dicht en berg het op. Dan sta ik op, gooi mijn tas en boog weer over mijn rug en gesp ik mijn koker weer aan mijn middel vast. Dan kijk ik om me heen en loop vervolgens steeds verder weg van jet pad.


    "Rebellion's are build on hope"

    Nanook Quayle

    Haar wenkbrauwen trekt ze iets omhoog en haar ogen vernauwen zich meer dan normaal het geval is met zulke smalle ogen. "Jij bent zeker de leukste thuis," bromt ze, het klinkt bijna chagrijnig. Ik besluit er maar niks op te zeggen, maar prent me wel even in dat haar humor waarschijnlijk niet al te goed is. Serieuze Nan, dan maar. Ik stel mezelf voor, mijn uitgestoken hand word achterdochtig bekeken maar dan wel aangenomen. "Aerin," antwoord ze en ze trekt haar hand snel terug. Klinkt in ieder geval behoorlijk exotisch.
    Ik bedank haar en ze haalt haar schouders op. "Geen dank. Als ik jou niet gehoord had, had ik hun misschien ook wel pas later opgemerkt," geeft ze eerlijk toe, waarna haar onderzoekende blik op mij blijft hangen en me lijkt te peilen. Ze bekijkt mijn hele lichaam, maar ik kan niet zien welke indruk ik haar geef. Haar bruine ogen geven geen geheimen prijs. Ik wacht geduldig tot ze klaar is, ikzelf had dat allang gedaan, maar ik had haar dan ook al wat eerder in het oog gekregen. Ik weet enkel niet zo goed wat ik met mijn lichaam moet doen ondertussen en voel me ietwat ongemakkelijk, alsof ik gekeurd word, vooral omdat ik niet aan haar op kan maken wat ze nou vind of besluit.
    "Waar kom je vandaan?" vraagt ze dwingend, alsof ze me de rug toe zal keren als ik er niet op zal antwoorden. "Je accent is Engels, maar er zit ook iets anders is en je ziet er ook niet uit als een Engelsman." Ik glimlach hierdoor iets, ze is wel opmerkzaam. Maar haar accent kan ik zo ook even niet herkennen, waarschijnlijk ook omdat het er amper is. "Ik kom uit Engeland," vertel ik haar dus gewoon. "Daar heb ik in ieder geval het grootste gedeelte van mijn leven gewoond. Maar op zich ben ik een vuilnisbakkenras." grinnik ik vermaakt, tot ik besef dat haar gevoel voor humor niet zo geweldig leek te zijn en daardoor trek ik mijn gezicht snel weer in de plooi.
    "En jij?" vraag ik daarna geïnteresseerd, maar ook een beetje wantrouwig. "Je klinkt niet Aziatisch, maar ook niet Europees. Het is net alsof je geen duidelijk accent hebt." Ik kijk eens een paar keer om me heen en besef dat we nu al eventjes stil staan. Het zand klop ik van mijn toch al vuile kleding af. "Laten we gaan lopen voordat je het vertelt, stil blijven staan is nu geen optie." bedenk ik mezelf hardop. Ik probeer iets sympathiek naar haar te glimlachen en begin dan verder te lopen. Ik ga niet in de richting waar de militairen vandaan kwamen of heengingen, maar dieper het bos in.


    Your make-up is terrible

    Douglas Martell

    Ik loop tussen de bomen door, het is erg donker maar toch zie ik voldoende. Ik kan alles onderscheiden in het bos, bomen, struiken, bladeren op de grond en soms
    zie ik zelfs dieren kruipen. Maar ik let vooral op stemmen, maar voorlopig hoor ik er geen meer. De soldaten blijven me intrigeren, wat doen die hier in Duitsland? Ik lees weinig kranten en zit al twee weken in het bos en ben er maar drie keer uitgeweest. Maar oorlog had ik toch wel gemerkt? Ik pak mijn geweer steviger beet en kijk om me heen, alsof ik verwacht dat er een tank aan kom rijden. Ik blijf nog even staan en loop verder. Na een kwartier hoor ik terug stemmen, maar het zijn geen mannenstemmen maar vrouwenstemmen! Ik maak mijn geweer klaar en loop vooruit. Er doemen twee gedaantes op, eentje heeft lichtbruin krullend lang haar en de andere lang zwart haar. Ik richt de laser van mijn geweer op degene met zwart haar. Ik wil net de trekker overhalen maar dan bedenk ik me. Ik laat het geweer zakken. Ik ze aan, ik kan niet horen wat ze zeggen maar ik blijf wel een lange tijd kijken zonder dat ze me opmerken. Maar dan neem ik een besluit dat oftewel erg dom is of anders slim. Ik loop naar ze toe. Ik blijf op een meter van de zwarte staan en vraag,
    'Hallo, wie zijn jullie en wat doen jullie hier?' Ik kijk haar vertwijfeld aan en zei kijkt naar mij.

    [255 woorden, sorry dat ik niet meer heb, dat gaat niet meer gebeuren!]


    Queer zijn is gewoon alles

    Aurea Montericica

    Geschrokken draai ik me om en trek in een vloeiende beweging het mes uit zijn schede en werp deze richting de man. Op het laatste moment merk ik zijn geweer op en het mes boort zich vlak naast zijn hand in het geweer. Ik heb geen flauw idee of ik het onbruikbaar heb gemaakt, maar het is nu wat moeilijker om de trekker over te halen. En dan herken ik hem.
    Ik sla een zacht kreetje en ga voor Elise staan en duw haar achteruit zodat ze uit de baan van zijn geweer blijft. Dan pak ik nog een mes en richt deze precies op de plek tussen zijn ogen. Ik kan deze gemakkelijk raken.
    'Douglas Martell,' zeg ik zacht. 'De wolf, een vuile moordenaar. Dat juist jíj het moest overleven.'
    Ik schrik zelf van de haat in mijn stem en besef me dan dat ik gevaarlijk bezig ben. Deze gast heeft een geweer en ik bedreig hem gewoon. Ik laat mijn mes zakken, wetend dat ik toch niet sneller zal zijn.
    'Ik ben Aurea,' zeg ik zacht, terwijl ik hem in me opneem. Het is geen lelijke man, dat moet ik meteen toegeven. Hij heeft donkere ogen en is gespierd gebouwd. En toch krijg ik de rillingen van hem. Ik weet dat dit komt doordat ik hem op het nieuw gezien heb. Ik haal even diep adem en duw dan al mijn vooroordelen van me af. De wereld is niet meer zoals hij ooit was, en misschien is Douglas dit ook niet meer.
    'Ik vlucht voor de Amerikaanse soldaten en kwam net haar tegen,' zeg ik, terwijl ik naar Elise kijk. Als Douglas niet lijkt te reageren ga ik verder.
    'De soldaten? Je weet wel, die iedereen uitmoorden omdat de wereld overbevolkt is? Zegt dat je echt niets?' zeg ik vol verbazing. En dan bedenk ik me dat hij natuurlijk lang in de bossen heeft gezeten. Misschien wist hij wel van niks! Ik zucht even.
    'Het is gevaarlijk om hier te blijven. De soldaten komen hier ook heen en met een mes ben ik niet bestand genoeg.' Ik kijk Douglas even aan.
    'Zou ik die dan ook terug mogen?' zeg ik zacht, doelend op het mes dat uit Douglas zijn geweer steekt, terwijl ik mijn hand uitsteek.
    'En gaan jullie met me mee?' ga ik verder, mijn verstand negerend.

    [ bericht aangepast op 8 nov 2013 - 22:09 ]


    Never run faster than your guardian angel can fly

    Ash DeMunn.
    Het zag er naar uit dat ik in dit geval had gewonnen. Het zou me toch wat zijn geweest als ze op de een of andere manier sterker was geweest, een vrouw hoorde niet sterker te zijn dan een man. Niet dat ik geen respect voor ze had, ik vond dat vrouwen erg goed waren in de dingen die ze deden. Maar het feit dat ze mij zou kunnen overmeesteren deed me wel weer wat. Wat voor man maakte mij dat? Kon ik me dan wel tegen de vijand verdedigen?
    Ik merkte wel op dat het niet bepaald een fijne pose was voor haar, dat was voor mij hetzelfde geval. Mijn knieën boorden zich een weg door de blaadjes, tot ze werden tegen gehouden door een harde, koude ondergrond.
    Een rilling ging over mijn rug heen terwijl ze zo onder me lag. Het was maar een kort oogcontact wat we hadden, maar het zei voor mij meer dan genoeg. Ik was geen moordenaar, haar vermoorden was dan voor mij ook zeker niet aan de orde. Iedereen verdiende een kans op het leven, ikzelf zou dat al helemaal moeten weten. Maar het was geen fijn idee dat je zomaar kon worden beslopen als je daar niet op zat te wachten.
    'Wel voor mij niet. Je naam is niet meer belangrijk. Je kan namelijk binnen nu en een dag dood zijn en dan is er niemand die je naam ooit nog zal noemen,' het kwam er bot uit. Maar het was wel de keiharde waarheid.
    eenmaal ze hard begon te worstelen om onder me vandaan te komen, zuchtte ik diep. Haar been in mijn zij was lang zo pijnlijk niet, eerder even irritant omdat het me uit balans haalde tijdens het opstaan.
    Zodra ik weer recht stond, keek ik op haar neer. Ik schudde mijn hoofd en liep naar mijn spullen toe. Het kwam nauwelijks in me op dat ik eventueel met haar zou kunnen overleven, door de manier waarop ze zich gedroeg? Ze leek me eerder af te willen maken voor haar eigen veiligheid. Hoe lachwekkend dat ook mocht zijn.


    The woods are lovely, dark and deep. But I have promises to keep, and miles to go before I sleep.

    Douglas Martell

    De vrouw draait zich om, ze heeft een mes die ze met een vloeiende beweging door mijn geweer boort. Ze maakt een gilletje en duwt het andere meisje achter haar. Ik kijk niet naar mijn geweer maar schat de dames in. Ze pakt terug een mes en richt die op mij. Wat denkt dat wicht? Dat ze mij daarmee kan verslaan? Ze spreekt:
    'Douglas Martell, de wolf. Dat juist jíj het moest overleven.' Ik zeg niks, ik beslis haar te laten uitspreken. Maar je hoort wel haat in haar stem, puur. Ik voel me gevleid dat mijn naam met haat wordt uitgesproken. Ze laat haar mes zakken, waarschijnlijk weet ze dat ik haar gemakkelijk kan vermoorden als ik wil.
    'Ik ben Aurea.' zegt ze. Ze kijkt me schattend aan. 'Ik vlucht voor de Amerikaanse soldaten en kwam net haar tegen.' Ze kijkt naar de ander. 'De soldaten? Je weet wel, die iedereen uitmoorden omdat de wereld overbevolkt is? Zegt dat je echt niets?' Ze zucht. 'Het is gevaarlijk om hier te blijven. De soldaten komen hier ook heen en met een mes ben ik niet bestand genoeg.' Ze kijkt me even aan en vraagt iets, 'Zou ik die dan ook terug mogen? En gaan jullie met me mee?' Ik kijk haar terug aan. Ik zou haar en haar vriendin hier nu meteen kunnen neerleggen maar iets houd me tegen, later heb ik daar nog tijd voor.
    Ik haal uit mijn zak een nieuwe loper en haal mijn geweer uit elkaar om die loper er in te zetten. Het mes geef ik zwijgend terug aan Aurea.
    'Ik ben blij dat je me kent.' zeg ik kalm. 'Ohh daarom zijn die hier, ik ben er vanochtend tegen gekomen en daarnet heb ik er twee vermoord.' ik zeg het tot mijn verbazing met een beetje trots. 'Met een mes ben je niet bestand nee, maar met mijn wapen ben je veilig.' Ik laat die woorden even hangen en ga verder. 'Niet zo snel, ik ga mee op mijn eigen voorwaarden, ik kan weggaan wanneer ik wil, ik help niet met hetgeen waar ik niet mee wil helpen en jullie laten me met rust wanneer ik dat zeg. Anders kan ik niet garanderen dat je blijft leven.' wijzend op mijn geweer. 'Dus, ik neem aan dat jullie honger hebben, willen jullie een appel?' vraag ik en ik pak een appel uit mijn zak die ik geplukt had.


    Queer zijn is gewoon alles

    Elise Bree

    'Wat doe jij hier, wie ben je?' Vroeg ik haar, en zette mijn emotieloze blik op. Ze hield haar hoofd schuin en keek me afwachtend, maar ook nadenkend aan. Ik begreep het niet, het haalde me even van de kaart. Was mijn vraag dan echt zo moeilijk, het antwoord dat ze hoefde te geven was toch niet zo ingewikkeld? De verwarring maakte dat ik mijn emotieloze 'masker' even af had gezet, ze leek het gemerkt te hebben want nog geen seconden erna zette ze een stap naar voren en hief één van haar messen op. Alsof ze me nu doorzien had, en nu om een of andere reden wist wat ze aan het doen was. Ik liet echter niet met me spelen, bleef koel. Mijn blik werd hard en ik liet zeker aan haar zien dat ik voorbereid was op haar aanval. Ik leunde zelfs enig sinds in haar richting. Haar ogen die in de mijne brandde negeerde ik zoveel mogelijk. Ik wachtte op haar eerste uithaal, op enig teken van aanval. Het was een vloeiende beweging van haar mes richting de huls die me naar mijn eigen mes deed grijpen. 'Ik doe hetzelfde als jij,' antwoordde ze, terwijl ze ook haar andere twee messen wegstopte. 'Ik ben Aurea,' ging ze verder. 'Gisteravond ging ik met een goed gevoel naar bed. Vanochtend werd ik wakker in hel.' Ik liet het handvat van mijn mes los en keek beseffend naar de grond. Het was het meisje dat maakte dat ik mijn blik durfde af te wenden. Mijn gevoel zei dat ik haar kon vertrouwen, mijn instinkt sprak er boekdelen over. Ik zuchtte en keek het meisje weer aan. 'Ik ben Elise, en ben in de zelfde hel wakker geworden.' Het kwam er hard en bot uit, mijn emotie durfde ik er niet in te tonen, bang dat ze wist dat ik haar vertrouwde, al had ze dat ook op kunnen merken aan het afwenden van mijn hoofd. Ik wou niet dat er misbruik van werd gemaakt. Ik wist van mezelf echter dat ik hier niet altijd zicht op had.

    Het meisje gaf niet veel reactie waardoor ik haar een beetje verduft aan bleef kijken. Mijn blik werd scherper toen ik een lazer opmerkte, een lazer recht in de richting van Aurea. Ik schrok ervan, wou haar wegduwen, maar dat wat ik net had gezien was ineens verdwenen. Had ik het me verbeeld? Of had de schutter zich bedacht? Ik huiverde. Wachtte op enig teken van geluid, en dat kwam niet lang na wat ik had gezien. Een gespierde man dook op uit de bosjes, zijn leeftijd vond ik moeilijk te schatten, maar zijn blik, die op Aurea viel, kwam me bekend voor. Ik vertrok geen spier, deze keer was ik voorbereid, en ik zou me niet zomaar laten gaan. Ik zag de dingen deze keer goed aankomen. Aurea gezicht maaktte me in een oogwenk duidelijk wat ze dacht. Geschrokken draaide ze zich om, ze haalde een mes uit haar huls en richtte het op de man. Het mes boorde op het geweer, maar het leek de man niet te deren. 'Douglas Martell, de wolf. Dat juist jíj het moest overleven.' De man zei niets, ik zei niets. Ik wachtte af. Hield de man scherp in de gaten. De naam die zojuist uitgesproken was kende ik niet, en toch wist ik dat die man niet zomaar iemand was. Aurea liet haar mes zakken, had ze zichzelf herpakt? Ik keek nog altijd toe. 'Ik ben Aurea,' zei ze, nog altijd was er een zwarte ondertoon van haat in haar stem te horen. 'Ik vlucht voor de Amerikaanse soldaten en kwam net haar tegen.' Ze keek in mijn richting, maar ik keek niet terug. 'De soldaten? Je weet wel, die iedereen uitmoorden omdat de wereld overbevolkt is? Zegt dat je echt niets?' Aurea zucht. Ik bleef kijken, opnieuw emotieloos, al ging er op dit moment ook niet veel door me heen. 'Het is gevaarlijk om hier te blijven. De soldaten komen hier ook heen en met een mes ben ik niet bestand genoeg.' Ging Aurea verder. Ik wreef nu over de mijne, met een mes niet bestand genoeg. Het maakte me enig sinds pissig, het mes was voor mij gemaakt, een ander wapen was niet nodig. 'Zou ik die dan ook terug mogen? En gaan jullie met me mee?' Bracht Aurea uit. Ik bleef op mijn hoede, wachtte eerst op de reactie van de man. De man zweeg, haalde een nieuwe loper uit zijn zak, zette deze op zijn geweer, en gaf het mes terug aan Aurea. 'Ik ben blij dat je me kent.' Zei de man kalm, om de eerste opmerking van Aurea te beantwoorden. 'Ohh daarom zijn die hier, ik ben er vanochtend tegen gekomen en daarnet heb ik er twee vermoord.' Beantwoordde hij haar tweede opmerking, de trots was van zijn houding af te lezen. 'Met een mes ben je niet bestand nee, maar met mijn wapen ben je veilig.' Beantwoordde hij haar derde opmerking. Ik slikte, hield het handvat van mijn mes stevig vast. Moest een snauw onderdrukken. Met een mes was je prima bestand, in ieder geval als je over mij praatte. 'Niet zo snel, ik ga mee op mijn eigen voorwaarden, ik kan weggaan wanneer ik wil, ik help niet met hetgeen waar ik niet mee wil helpen en jullie laten me met rust wanneer ik zeg. Anders kan ik niet garanderen dat je blijft leven.' Hij wees op zijn geweer. 'Dus, ik neem aan dat jullie honger hebben, willen jullie een appel?' Hij pakte een appel uit zijn zak en richtte het naar ons. Ik slikte opnieuw, deze keer om alle opmerkingen die van enig sinds arrogantie afstammen uit mijn mond te spoelen. 'Ik ga graag mee.' Knikte ik uiteindelijk poeslief. De man zijn vraag negeerde ik, en mijn rug durfde ik zelf in zijn richting toe te werpen. Arrogante mannen daar had je niets aan, maar het geweer dat hij mee had daar was mee te dealen.

    [ bericht aangepast op 9 nov 2013 - 16:37 ]


    'Speak the truth, even if your voice shakes...'

    Aurea Montericica

    Ik pakte het mes bij het handvat vast en keek Douglas lang en fel aan.
    'Ik ben blij dat je me kent,' hoorde ik hem zeggen. Ik snoof. Dat je daar blij mee kon zijn, dat je bekend stond als een moordenaar.
    'Ohh, dus daarom zijn die hier, ik ben er vanochtend een aantal tegen gekomen en daarnet heb ik er twee vermoord,' ging hij verder. Ik keek hem walgend aan toen ik de trots in zijn stem hoorde. Ik snapte niet hoe hij met zichzelf kon leven. Het vrat enorm aan me dat ik vanochtend twee Amerikaanse soldaten had omgelegd. Ik had er al last van als iemand pijn had door mij, ook al liet ik dat nooit zien.
    'Met een mes ben je niet bestand nee, maar met mijn wapen ben je veilig,' zei hij, wijzend naar zijn geweer. Ik snoof en keek hem schuin aan. Ik voelde hoe ik hem diep in zijn ogen keek en ik wist dat mijn ogen woedend en kil stonden.
    'Een mes is prima hoor,' siste ik fel, wetend dat Elise en Douglas me net konden horen.
    'Niet zo snel, ik ga mee op mijn eigen voorwaarden; ik kan weggaan wanneer ik wil, ik help niet met hetgeen waar ik niet mee wil helpen en jullie laten me met rust wanneer ik dat zeg. Anders kan ik niet garanderen dat jullie blijven leven.' Weer wees hij naar zijn geweer. Ik trok spottend mijn wenkbrauw op.
    'Dat is natuurlijk ook insgelijks,' siste ik zacht. Ik greep het heft van mijn mes vast en hoopte dat Elise het zelfde deed.
    'Dus, ik neem aan dat jullie honger hebben, willen jullie een appel?' zei hij, terwijl hij een appel uit zijn jaszak haalde. Ik zag hoe Elise niet reageerde erop en ik trok alleen mijn wenkbrauw opnieuw op.
    'Ik heb al gegeten,' zei ik zacht.
    'Ik ga graag mee,' hoorde ik Elise toen zeggen, op een gemaakt vriendelijke toon. En toen hoorde ik wat anders. Het was geritsel om ons heen. Ik legde mijn wijsvinger op mijn lippen als teken dat zowel Elise als Douglas stil moesten zijn.
    'Here they are!' hoorde ik toen een Amerikaanse stem zeggen en het volgende moment keek ik recht in de mond van een geweer. Ik zag hoe meer soldaten uit de bosjes stapten en ook Elise & Douglas onder schot namen.
    'Hands up,' hoorde ik een soldaat zeggen, maar ik hield mijn handen omlaag.
    'Just kill them,' zei een andere soldaat. Ik aarzelde even, maar gaf toen zonder na te denken de soldaat voor mij een trap in zijn schaamstreek terwijl ik het geweer uit zijn handen rukte. Ik wilde net op de Amerikaan bij Elise schieten toen ik de koude loop van een geweer tegen mijn hoofd aan voelde. Ik slikte. Even keek ik wanhopig om me heen en ving toen de blik van Douglas. Ik zag dat ze hem ontwapend hadden. Ik staarde hem wanhopig aan en wierp toen zonder waarschuwing het geweer naar hem toe en liet me op mijn knieën zakken, om aanvallers te ontwijken, terwijl ik mijn messen uit hen hulzen liet glijden. Zonder na te denken begon ik in te steken op de dichts bij zijnde soldaat.

    [ bericht aangepast op 10 nov 2013 - 0:21 ]


    Never run faster than your guardian angel can fly