• Manhattan’s Elite

    “Your one and only source into the scandalous lives of Manhattan’s elite” – xoxo The Ultimate









    Welcome to the Upper East Side, the most expensive, classy and scandalous location in the whole of New York City. Hier leven de kinderen van de bekenste multinationals, bankdirecteuren, dokters. Ze zijn op de hoogte van de nieuwste mode, dragen de duurste diamanten, worden gevoerd door limosines met eigen chauffeurs, hebben de knapste vrienden en ze feesten hard. Ze heersen over de stad als Goden. Maar dit is enkel wat je aan de buitenkant ziet. Elk persoon heeft zijn eigen geheimen: hun diepste verlangens, misdaden, verraad… Deze Elite lijkt fantastisch, maar het is moeilijker dan je ooit had gedacht. Worden geheimen bewaard of komen deze aan het licht? Daar zullen we snel genoeg achter komen én jij kan hier deel aan nemen. De sms die je nu krijg is niet van je moeder die verteld of je vrij bent voor lunch of van je beste vriendin die de duurste jurk in Tiffany’s heeft gekocht. Neen, dit is een sms van The Ultimate Gossip. Open dit bericht met de diepste geheimen van de Elite’s en je gehele leven zal veranderen. No one’s secrets are safe.


    Rollen

    Verwijzing naar het rollentopic

    Regels


    - De Gossips worden door mij (Donnie) geplaatst. Niemand weet wie de Ultimate Gossip is.
    - Perfecte personages bestaan niet, al denken sommige Upper East Siders dit wel.
    - Naamsveranderingen doorgeven
    - Probeer minimaal 200 woorden te schrijven.
    - Alleen ik (Donnie) open een nieuw topic.
    - Als je voor korte of lange duur afwezig bent, laat mij dit dan weten.
    - En ten slotte: geniet van elkaar en de gossips.


    Bliep Bliep you have a text message

    Hier komen de roddels van the Ultimate Gossip te staan. Elke rol krijgt dit bericht sowieso via sms.
    GOSSIP 1: Het galabal vindt vanavond plaats. Zorg ervoor dat je op je opperbest bent gekleed. (het evenement loopt ten einde wanneer iedereen dit ten volle heeft beleefd met zijn rol.)


    Twinkle Twinkle little star, who is the prettiest of the Ball? Dress up, Upper East Siders! Het grote galabal komt eraan. Geef ons wat onze ogen willen zien. Ik zal er alvast zijn. You are warned.

    xoxo
    The Ultimate Gossip

    [ bericht aangepast op 27 juli 2015 - 20:09 ]


    En het moeilijkst is niet het communiceren van, maar het toegeven aan jezelf.

    Camille Bricklander



    Alles wat ze had gewild, was alleen zijn. Niet meer dan een moment waarop haar tranen zonder pottenkijkers konden vloeien en luttele minuten om zichzelf te kunnen herpakken, zodat ze met een stralende lach weer ten tonele had kunnen verschijnen. Nu wist ze zelf dat ze die luttele minuten het liefst had uitgerekt naar een half uur en dat haar stralende lach de hele avond niet meer op haar engelengezicht zou verschijnen - sterker nog, het feestgedruis zou het zonder Camille 'het zusje van' Bricklander moeten doen.
          En nu, nu was toch alles in het water gevallen. Hopeloos en reddeloos verloren. Het feest was verplaatst naar binnen naar buiten, met als enige versnapering in plaats van luxueuze hapjes en champagne, gore brokstukken hiervan uit de maag van haar onvervalste broer. De flirt van Wolfje was al eveneens buiten en het idee dat zijzelf het derde wiel aan de wagen was benarde haar. Waarschijnlijk zouden ze de kleren van elkaars lijf scheuren zodra ze één pas in het prominente appartement hadden gezet en zou dat voor haar het non-verbale teken zijn om muisstil naar haar kamer te gaan en de tortelduifjes met elkaar aan te laten klooien. Deze gedachtegang was niet eerlijk van haar; dat wist ze. Lennox leek in alles alles behalve de hersenloze meisjes die Wolf normaal mee naar huis nam en oogde al evenmin als een golddigger. Het was gewoon een godvergeten rotavond om haar te moeten ontmoeten.
          Nerveus wiebelde ze wat heen en weer op de achterbank van de auto. Haar handen spanden zich in een zenuwachtige trek rond het pakje sigaretten dat haar broer haar tegen haar verwachting in had toegeworpen en ze besefte hoezeer ze een hijs daarvan zou kunnen gebruiken. Inmiddels begon ze de vele champagne die ze in weinige tijd achterover had geslagen ook te voelen en de muffe lucht in de auto hakte de knoop voor haar door: toen ze dacht dat ze niet langer meer in die verstikkende auto kon blijven sloeg ze misselijk het portier open. "Ik moet d'r uit, Wolfje."
          Stuntelig wist ze zichzelf in de omarmende buitenlucht te hullen, waarbij ze met trillende handen een sigaret probeerde meester te maken, iets wat er ongetwijfeld niet heel charmant uit moest zien in haar huidige verschijningsvorm. Leer Camille kennen: een mentaal wrak met alcohol op, verslavingsgevoelig als de pest en alles behalve een dame uit haar milieu. Waarschijnlijk zou de auto waartegen ze nu leunde weinig goeds doen voor haar jurk, maar haar aandacht werd afgeleid door een mannenstem, die in geen jaren bij Lennox haar frêle gestalte zou horen.
          Gefrustreerd veegde ze met de rug van haar hand haar tranen weg, iets wat op dweilen met de kraan open leek, want er kwamen vrijwel meteen nieuwe. Om toch nog iets van trots te hebben deed ze een poging om haar schouders wat te rechten. Ze had het vurige gesprek hooguit half opgevangen, maar ze leken beiden behoorlijk in de rats te zitten.
          "Wat is er met je baan?" Haar normaal meisjesachtig schelle stem klonk nu schor en zacht. God, het leek wel alsof iedereen zijn geluksavond vandaag had.


    She's imperfect but she tries





    WOLF BRICKLANDER


          Zijn ergernis wakkerde aan naarmate de tijd vorderde en Lennox niet in de wagen stapte. Hij zat voorin op de passagierstoel en was onderuitgezakt in de stoffen zetel. Zijn ogen hadden alles nauwkeurig opgenomen. Van het geurtje die aan de voorspiegel ging tot de muntjes die naast de handrem lagen. Hij zuchtte nogmaals diep en keek in de zijspiegel. Hij rechtte snel zijn rug toen hij een onbekende man zag die hen naderde. Vrijwel meteen voerde hij een gesprek met Lennox. De radars in zijn hoofd gingen op volle toeren, maar dat werd al snel verstoord door Camille die de wagen uitstapte.
          Hij vloekte binnenmonds en schopte hard tegen de binnenkant van de wagen. Voor een kort moment sloot hij zijn ogen en mande hij zichzelf tot rust. Hij maakte zijn gordel los en opende het portier. Alle ogen waren op hem gericht. Hij trok enkel zijn wenkbrauwen op en leunde tegen de wagen.
          Uit zijn broekzak haalde hij zijn gsm . Hij tikkelde snel met zijn vingers over het toetsenbord. Niet veel later kreeg hij een bericht terug.
          Het leek erop dat de jongeman die Lennox aansprak niet gediend was met haar manier van handelen. Wie was hij om haar op deze manier aan te spreken? Hij beet hard op de binnenkant om zichzelf te vermannen. Dat was momenteel het beste wat hij kon doen.
          Hij veronderstelde dat Lennox geen voet in de wagen zou zetten. Laat staan dat ze hen naar huis zou voeren. Dus had hij iemand anders opgebeld die hen zou komen oppikken. Hij had geen andere keuze. En daarbij was hij zo geërgerd door de hele situatie dat hij hier zo snel mogelijk weg wou zijn. ‘Hou je mond Camille.’ Siste hij haar toe toen ze onbeschoft haar mond opende tegen de jongen. Hij pakte haar hardhandig bij haar pols vast en keek haar aan. De liefde die daarnet nog in zijn ogen had gefonkeld, was verdwenen en had plaats gemaakt voor een zekere woede. ‘We gaan naar huis. We worden opgehaald.’ En met die woorden wist Lennox waar ze stond.
          Hij draaide zich een kwartslag om naar het meisje en keek voor het eerst naar de jongen die bij haar stond. Wolf kon hem in 1 woord benoemen. Hij voelde niet goed aan. Maar wie was hij om daarover te oordelen? Misschien lag deze jongen wel nauw aan het hart van Lennox. Wie weet was het haar vriend. Want wat wist hij eigenlijk van haar? Niets. Helemaal niets. Was hij dom geweest om zijn gevoelens voor haar bloot te leggen? Blijkbaar wel. Want hij geraakte niet waar hij wou geraken met haar. En hij was het zat.
          Met een korte ruk trok hij Camille richting de wagen die net de steeg binnen reed. Hij duwde haar voor zich uit, alsof ze een ongehoorzame tiener was - wat ze eigenlijk ook was. Niet veel later stopte de wagen en stapte er een slank meisje uit de wagen. Het was Wolf zijn beruchte ex . Hij wist dat het een verkeerde zet was geweest, maar wie had hij anders moeten bellen? Zij wist tenminste hoe hij zich zou voelen – in tegenstelling tot Lennox die daar maar stond en niets in acht nam. Het meisje begroette Camille met een glimlach en nam Wolf in haar armen. Ze fluisterde hem iets toe en hij knikte. Een diepe zucht verliet zijn mond. Hij draaide zich om en keek Lennox voor een aantal lange tellen aan.

    [ bericht aangepast op 15 nov 2015 - 16:11 ]


    En het moeilijkst is niet het communiceren van, maar het toegeven aan jezelf.

    (Iemand voor Aspyn?)


    Big girls cry when their hearts are breaking

    LENNOX ROOSEVELT



          'Lennox, ik heb werkelijk geen idee waar je mee bezig bent. Wat is er met je aan de hand? Dit baantje betaalt voor jou en je moeder de huur. Ik ga je niet laten gaan. Ik breng ze wel, maar je hebt mijn hele avond verpest, verdomme!' Ze staarde Matthew aan in ontzetting door de manier waarop hij tegen haar sprak, alhoewel ze niet kon antwoorden toen Camille tussenbeide kwam en achter haar baan vroeg.
          'Het is niets, Camille. Dat komt wel goed.' Ze trachtte te glimlachen, alhoewel ze wist dat het schip gezonken was en ze op zoek moest naar iets anders. God mocht weten hoe. En alsof haar avond haar al niet hard genoeg in de maag had geschopt, kwam ook Wolf na een luide klap de auto uit.
          'We gaan naar huis. We worden opgehaald.' Hij klonk als het type jongen waar Matthew haar zo zo vaak voor gewaarschuwd had; de toon die ze niet herkende of wilde herkennen. In plaats van te antwoorden bleef ze opnieuw stil, toeziend hoe een andere wagen zijn entree maakte. Camille werd vooruit geduwd, waar ze in de eerste instantie iets over had willen zeggen, maar dat gewoonweg niet kon. Het was niet haar plaats. Het was nooit haar verantwoordelijkheid geweest. Haar grote, blauwe ogen staarden naar de jonge vrouw die uit de auto tevoorschijn kwam; een exemplaar dat vooraan op alle boekjes stond, met een parfum dat ze vanaf hier kon ruiken. Een enorme zon, naast een bleek sterretje als Lennox was.
          De blondine stond daar, recht tegenover hem; zo roerloos als ze al die tijd was geweest. Maar het moeilijkste was toen hij haar aankeek — zijn ogen losmaakte van de imponerende vrouw — en zij kon zien wat ze had verkozen boven de stabiliteit in haar leven. Ze kon zich er niet toe zetten weg te kijken terwijl ze zichzelf vervloekte voor alle beslissingen die ze had getracht te maken uit een illusie. Wat had ze gedacht? Nee — verwacht van zo'n jongen als hij? In zijn ogen was ze niets meer geweest dan dat. Haar ogen prikten, en ze voelde dat er tranen uit wegliepen.
          Ondanks het feit dat de vrouw nog steeds vrijwel aan hem vastgeplakt zat, liep ze op het drietal af. Ze was niet zoals de anderen, die vrijwel alles zouden doen wat Wolf van hen zou vragen. Want ze was niet bang voor hem, of geïntimideerd. Als hij het opgaf, was zij dat niet van plan.
          'Je wist dat ik geen elite socialite was toen ik je drankje bijna in je gezicht gooide op de eerste opmerking die je ooit naar me maakte. Toen liep je niet weg. Waarom zou je nu nog vluchten?' Ze stak haar hand naar hem uit en pakte zijn vingers vast. 'Misschien stelt het in jouw wereld niet heel veel voor, maar als je in de mijne je baan opgeeft om iemand thuis te kunnen brengen is het serieus.' Ze zuchtte diep.

    [ bericht aangepast op 15 nov 2015 - 17:02 ]


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Ziegler schreef:
    (Iemand voor Aspyn?)


    [Abigail?]


    Bowties were never Cooler

    Camille Bricklander



    "Het is niets, Camille. Dat komt wel goed."
          Zelfs in haar huidige verschrikkelijke, miserabele toestand wist Camille het nog op te brengen om enigszins sceptisch haar wenkbrauwen op te trekken. Zelfs een blinde zou nog kunnen zien dat Lennox alles behalve vertrouwen in haar eigen woorden had en Camille had dit al evenmin. Op het moment dat ze dit duidelijk wilde maken, werd haar mond echter bruut gesnoerd door haar lieftallige broer.
          "Au! Laat me los, Wolf," was het ditmaal aan haar de beurt om hem toe te sissen. Het was waar dat het pijn deed, zijn ruwe handelingen waren nooit al te goed doordacht en als hij eenmaal alcohol op had dan leek het alsof hij zijn eigen krachten al helemaal niet meer kende. Of haar broer hier ook een boodschap aan had, dat was een tweede, want voordat ze het zelfs nog maar doorhad voelde ze hoe één paar handen in haar stug in haar rug geplaatst werd en hoe ze naar de uitgang van dit ongure steegje werd geduwd.
          Als een kat die naar de badkamer werd gedragen probeerde ze haar hakken in de grond te planten, geïrriteerd en opstandig. Haar onwil om met Wolf mee te werken werd enkel nog maar groter toen ze zag hoe een blondine gracieus uit een imponerend dure auto stapte. Een walm van mierzoete parfum prikkelde haar neus en met een zuur gevoel kneep ze haar ogen tot spleetjes - als antwoord op de schijnheilige glimlach die het meisje haar toewierp.
          "Laat me los," jammerde ze nogmaals klaaglijk, vastbesloten om geen hak in die veel te dure auto te zetten. "Dat jij meteen zo gefrustreerd raakt omdat het je niet lukt dat meisje in je bed te krijgen is niet mijn probleem. En geen denken aan dat ik bij háár in de auto stap," snibde ze behoorlijk over haar toeren. "Je bent echt een godvergeten kl... laat ook maar, ik loop wel." Uiteraard - ze zou nog geen halve kilometer raken met de enorme palen waar ze op stond; de blaren nog niet eens in beschouwing genomen.
          Haar razernij werd onderbroken door Lennox die zich bij hen drieën had gevoegd. Nerveus, gefrustreerd en gebroken keek Camille van de een naar de ander. "Je houdt jezelf voor de gek als je denkt dat er een goed persoon in hem zit, Lennox," snifte ze. "Hij is een egoïstische klootzak die enkel wil krijgen wat hij begeert." Dit was niet volledig waar uiteraard, het mocht duidelijk zijn dat Wolf en Camille een verhouding hadden die aan elke broer en zus toebehoorde, maar dat betekende nog niet dat Camille op het moment van spreken elk woord uit het diepst van haar hart meende. Dat ze er over vijf minuten heel anders over zou denken, daar had ze nu nog even geen boodschap aan.


    She's imperfect but she tries




    WOLF BRICKLANDER


          Hij kon zijn kop wel tegen de bakstenen muur slaan. De neiging was groot om zijn jongere zus door elkaar te schudden en haar eens goed de les te spellen. Opstandig zoals altijd kon ze haar mond simpelweg niet houden. Laat staan dat ze zich zou gedragen. ‘Als je het allemaal niet aanstaat mevrouw Bricklander, ga dan maar te voet naar huis! En hopelijk neemt 1 of andere dealer je mee! Ondankbaar kind,’ schreeuwde hij haar toe, waarbij de aders in zijn nek duidelijk zichtbaar waren. Zijn gezicht kleurde rood uit woede. Hij balde zijn handen tot vuisten en liet daarbij de hand van Lennox los. Zijn handen grepen nog net niet naar haar tedere halsje. Zijn ogen spuugden bijna vuur toen ze Lennox een leugen vertelde. Hij was niet zo’n persoon. Oké, hij moest toegeven dat hij soms egoïstisch was, maar niet op de manier die zij suggereerde.
          Net wanneer hij op zijn jongere zusje wou afstormen, voelde hij een hand tegen zijn borst. Pas nu besefte hij hoe opgejagen hij was door haar woorden. Sinds wanneer liet hij zich doen door háár? Sinds wanneer vertelde Camille waar het op stond? Sinds wanneer was zij de Bricklander die in het goede daglicht stond? En wanneer had hij zich voor het laatst zo boos gemaakt? Hij kon zijn laatste woede uitbarsting zelfs niet meer herinneren.
          Hij keek naar de blondine die tussen de twee in stond. Hij fronste zijn wenkbrauwen toen ze hem probeerde te sussen, maar dat bracht enkel ergernis met Wolf mee. Hardhandig duwde hij haar weg, naar de auto toe. ‘Je kan beter naar huis gaan. Het was een vergissing om jou te vragen,’ kwam er bot uit zijn mond waarbij Louisa hem met grote mond aanstaarde, al verdween die blik snel en liep ze furieus rond haar auto om in te stappen en weg te rijden.
          Opnieuw draaide hij zich om naar Camille. ‘Wat doe je hier nog? Maak dat je weg bent en dat ik je voor een lange tijd niet meer zie.’ Hij meende wat hij zei – in tegenstelling tot de woorden van zijn zus. Hij wist dat ze hem van streek probeerde te brengen en dat was haar ook gelukt. En dat maakte hem furieus. Ze haalde het bloed onder zijn nagels vandaan. Hij was kwaad geworden door een leugen. Maar Lennox was dan ook een gevoelig onderwerp. Hij wou zich in een goed daglicht zetten bij haar. Maar deze avond had alles verandert. De persoon die hij nu was, dat was hij niet. De woede en frustraties namen de controle van hem over.
          Hij haalde zijn handen door zijn haren en draaide zijn om naar Lennox. ‘Het spijt me,’ sprak hij op een zachte toon, al trilde zijn hele lichaam nog van daarnet. Ze had gelijk, maar dat kon hij niet over zijn lippen brengen.
          Hij ging een stap naar haar toe en legde zijn wijsvinger onder haar kin. Haar hoofd tilde hij op zodat hij zijn lippen op die van haar kon drukken. ‘Breng me dan naar huis, Len.’ Fluisterde hij.

    [ bericht aangepast op 15 nov 2015 - 20:11 ]


    En het moeilijkst is niet het communiceren van, maar het toegeven aan jezelf.

    LENNOX ROOSEVELT



          Ze keek verdoofd toe terwijl Camille en Wolf elkaar haast in de haren vlogen; deels omdat het niet als haar plaats voelde iets te doen, en deels omdat ze Wolf nog nooit op zo'n manier had gezien.
    'Het spijt me. Breng me dan naar huis, Len.' Ze voelde de afdruk van zijn mond op haar lippen, en alhoewel het haar gerust stelde dat hij opnieuw op normale toon sprak — gingen haar ogen opzij naar Camille. Het meisje dat er plompverloren bijstond en waarvoor eens goed gezorgd zou moeten worden. Haar handen krulden zich rondom Wolf's wangen waarbij ze hem knikkend aankeek.
          'Ik breng jullie allebei thuis, Wolf. Zoals beloofd.' Ze liet hem los en verplaatste zich naar Camille. Ze was veel te mooi om hier zo te staan, veel te jong ook.
          'Ik laat je niet alleen weggaan, Camille. Kom je mee?' Ze wierp een blik over haar schouder richting de auto, de kachel zou nu behoorlijk welkom zijn. Haar spieren begonnen al enigszins te rillen onder de aanwezige koude. 'Jullie zijn beiden moe en dit is niet de manier om dat op te lossen. Dus ga alsjeblieft zitten zodat ik je naar huis kan brengen.' Er stond nu een frons boven haar ogen terwijl ze Camille aankeek. Ze kende Wolf goed genoeg om te weten dat hij morgen spijt zou hebben van deze woorden, en dat was precies waarom ze haar nu niet zomaar zou laten gaan. Want op de één of andere manier voelde ze zich nu eenmaal verantwoordelijk — of dat nu gepast was of niet.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Camille Bricklander



    Het leek onwerkelijk dat het tweetal nog geen kwartier eerder in een omhelzing had gestaan om elkaar te troosten. Camille kromp lichtelijk ineen toen Wolf zijn razernij uitte. En hopelijk neemt een of andere dealer je mee. Hoewel ze het nooit zou toegeven stak het, want ergens had ze de angst dat haar broer deze woorden inderdaad uit de grond van zijn hart meende. Wolf Bricklander had een perfect leven, perfecte contacten en een al even perfecte toekomst. De enige persoon die deze perfectie in gevaar kon brengen was zij zelf, en het leek haar niets vreemd als hij elke mogelijke bedreiging het liefst maar zo snel mogelijk de deur zou wijzen.
          En toch was hij haar broer. Haar grote en beschermende broer, een persoon in haar leven die haar juist uit de handen van die dealers zou moeten halen in plaats van haar in deze armen te jagen. Ze voelde hoe haar lippen wat trilden, maar was te koppig om daadwerkelijk haar snikken hun vrije gang te laten gaan. Er hadden al teveel ridicule tranen gevloeid deze avond, bedacht ze zich verbitterd.
          Aan de grond genageld had ze daar gestaan; haar voeten voelden als lood. Pas toen Wolf zich voor een tweede maal met verheven stem tot haar richtte, haar haast bedreigde, leek ze haar lichaam in beweging te kunnen zetten. Nerveus schoot haar blik van haar ziedende broer naar Lennox, maar uiteindelijk besloot ze zich toch om te draaien met een vreemd gevoel in haar maag, en licht gevoel in haar hoofd.
          "Ik dacht dat jij de verstandige van ons twee hoorde te zijn, Wolf," gaf ze hem nog verdoofd te weten, na een korte aarzeling. Wat eens een o zo hechte band tussen de Bricklanders was, leek nu als sneeuw voor de zon verdwenen te zijn. Bij elke stap die ze verwijderd raakte van het tweetal, had ze het akelige gevoel dat dit misschien wel definitiever was dan ze op dit moment nog besefte. Het was echter de stem van Lennox die haar deed omdraaien. Zo hard en kil Wolf zijn stem had geklonken, zo teder en vertrouwd klonk de stem van het meisje.
          "Ik..." stamelde ze, waarna ze er een halfslachtig glimlachje uit trachtte te persen. Verloren tranen liepen over haar wangen en een verdoofd gevoel gonsde door haar lichaam. "Ik bel wel een taxi, heus. Je hoeft je geen zorgen om mij te maken, of... je... Ik - dankjewel."


    She's imperfect but she tries




    WOLF BRICKLANDER


          En daar stond hij dan, alleen terwijl Lennox zijn zus aansprak - haar geruststellend toesprak. Misschien was hij hard geweest, maar dan nog. Camille had zich moeten gedragen. Ze moest normaal doen. En in zijn ogen was ze onstabiel. Het ene moment leek ze in huilen uit te barsten. Het andere moment was ze kwaad. Het zou gemakkelijk zijn om het op de puberteit te steken, maar er zat veel meer achter het gedoe van de jongste Bricklander. Ze hield zaken voor haar eigen familie achter. Dingen waar zelfs hij niet vanaf wist. En misschien was dit het beste. Onwetendheid.
          Bij haar woorden trok hij een wenkbrauw op en sprak hij geen woord meer - dat was het beste wat hij op dit moment kon doen. Hij had willen zeggen dat hij altijd verstandiger zou zijn dan haar, omdat er bij haar niet veel inhoud inzat. Maar hij hield zwijgzaam zijn lippen op elkaar. Deze avond had hij al genoeg schade aangebracht. En vroeg of laat zou hij zich mogen excuseren bij Camille. Hij keek er nu al naar uit - dat bedoelde hij sarcastisch.
          Maar toen ze het verzoek van Lennox afwees, openende hij zijn mond. ‘Doe niet stom en rij met ons mee.’ sprak hij op een aangename, rustige toon waarbij hij zijn ogen toch iets wat dwingend dicht kneep. Hij wou haar niet alleen achter laten op straat. Laat staan dat iemand haar zou meenemen. Hij had die woorden wel naar gegooid, maar dat was in een moment van woede. Camille was dierbaar. Ook al wou hij dit niet toegeven. Toch niet op dit moment.
          Hij opende het portier en wachtte tot het tweetal was ingestapt. De gordel trok hij over zijn borst en hij legde zijn hoofd tegen het zijraampje. Tijdens het rijden gaf hij Lennox instructies naar waar ze moest rijden, maar verder sprak hij geen woord. De radio stond zacht en de sfeer was bedroevend laag.
          Niet veel later kwamen ze terecht in de chiquere buurt waar de villa van de familie Bricklander stond. Hij liet haar parkeren op de oprit nadat de grote poort was geopend en klikte zijn gordel los. Met zijn hand reikte hij naar de sleutel in het contact die hij in zijn broek liet glijden. ‘Nu je toch niet meer moet werken, kan je even goed bij ons blijven.’ En dat was precies wat hij wou. Dat Lennox in zijn buurt was. Hij stapte uit en liep voor Camille en Lennox naar de grote voordeur.
          De warmte kwam hen tegemoet. Er was niemand thuis - zoals altijd. De stilte bracht hem tot rust. Hij trapte zijn schoenen uit en liep de gang door naar de grote living. Hij knipte een aantal sfeerlichten aan en met een simpele druk op een knop sprong de kachel aan. Uit een eikenhouten kast haalde hij een glas en wat whiskey. Niet veel later nam hij plaats in de zetel en schonk hij zichzelf wat drank in. Wat zeg nu zelf - vanavond heeft hij nog niet genoeg binnen gehad.

    [ bericht aangepast op 15 nov 2015 - 22:17 ]


    En het moeilijkst is niet het communiceren van, maar het toegeven aan jezelf.

    LENNOX ROOSEVELT



          Ondanks het zwakke protest van Camille — belandde het drietal uiteindelijk toch in haar auto. Ze probeerde zich zo veel mogelijk te richten op de weg, alhoewel ze zich slecht voelde over het feit dat ze Matthew zomaar had achtergelaten. Hij kon soms zo ontzettend boos zijn. . . Daarom besloot ze dat ze hem een SMS'je zou sturen zodra ze dat kon. Hij had haar enkel willen beschermen, maar ze was er van overtuigd dat ze oud genoeg was om dergelijke beslissingen zelf te maken.
          'Nu je toch niet meer moet werken, kan je even goed bij ons blijven.' Lennox keek toe hoe hij de sleutels in de zak van zijn maatpak liet glijden, waarna ze zijn voorbeeld volgde en uitstapte. Ze wist niet wat ze had verwacht van de plaats die hij ''thuis'' noemde, maar dit overtrof alles. Een ontzettend groot cliché, al zei ze het zelf, maar ze was sprakeloos. De hakken aan haar voeten herinnerden haar aan de lange, ongemakkelijke avond. Vertwijfeld nam ze de tijd om hen los te maken en netjes langs de plek te zetten waarop Wolf zich had ontdaan van zijn overtollige kleding. Eenmaal recht op haar blote voeten, kon ze een blik werpen op haar spiegelbeeld. Haar haren waren uitgezakt, er zaten vlekken op haar jurk en haar wangen waren rood van de koude. Ze veegde enkele strepen mascara weg voor ze voet zette in de living. Met haar schouder bleef ze tegen de deuropening leunen, toeziend hoe hij zichzelf een glas sterke drank inschonk. Het gaf haar een herinnering aan het gal op het trottoir, maar ze besloot haar mond te houden terwijl ze naar binnen liep. Haar ogen bleven hangen bij de kunstrijke objecten die her en der waren verspreid om het meer tot een echt huis te maken, in plaats van een modelwoning.
          Voordat ze zich op Wolf richtte, pakte ze haar telefoon op om Matthew te laten weten dat ze veilig was, dat het haar speet en dat ze het morgen allemaal zou uitleggen. Ook vroeg ze hem expliciet om niets tegen haar moeder te zeggen. Een hand wreef over haar gezicht toen ze het verzend knopje had ingedrukt, en zich voorover boog om het glas uit zijn hand te plukken. Zoals verwacht kwam de geur van whiskey haar tegemoet. Ze nam een slok en schudde haar hoofd.
          'Ik had me deze avond anders ingebeeld,' haar mond sierde een waterig glimlachje, een blik over haar schouder werpend om te zien wat Camille van plan was. 'Ik zal je niet tot last zijn, Camille.' Beloofde ze haar. Zijn zusje zou vast denken dat ze zich nu snel uit de voeten moest maken. Maar Lennox was niet van plan om haar weg te jagen.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Camille Bricklander



    Verbeten perste ze haar lippen op elkaar toen haar uiterst behulpzame bloedverwant zich wederom bij hen had gevoegd, om Camille vervolgens haarfijn te laten weten dat ze niet zo stom moest doen. Was het dan zo vreemd dat ze er niets voor voelde om nog een seconde langer in de omgeving van Wolf te blijven hangen? Ze was ziedend, wanhopig en gekwetst. Wat een explosieve mengeling van emoties alcohol teweeg kon brengen behoefde geen uitleg meer; zij was het springlevende voorbeeld hiervan.
          Te trots om hem zijn overwinning te gunnen hield ze stug haar mond, want zowel Wolf als zij wisten dat ze uiteindelijk toch wel in de auto van Lennox zou belanden. Het instappen ging niet van harte, maar des te eerder ze huize Bricklander zou bereiken, des te sneller ze van Wolf af zou zijn. De tocht verliep zwijgend en hoewel ze het niet kon laten om hier en daar geïrriteerd te snuiven als Wolf zijn stem weer eens aanwijzingen gaf - dat dit kinderachtig was kon haar op het moment niets schelen - besloot ze om hem voor de rest te negeren, iets wat misschien nog wel kinderachtiger was. Hij was echter degene die haar had verteld dat ze uit zijn buurt moest blijven, zodat hij haar een lange tijd niet meer zou hoeven te zien - de schuld kon, in haar ogen, volledig op hem geschoven worden.
          Eenmaal op de oprijlaan van huize Bricklander stapte ze uit, waarna ze binnen Lennox' voorbeeld volgde en haar voeten verloste van de hakken die haar voeten deze avond eindeloos getergd hadden. Hoewel het haar plan geweest was om direct naar boven te glippen, werd ze door Lennox' stem tegengehouden. Enigszins sceptisch trok ze haar wenkbrauw, niet zozeer om het meisje zelf, maar puur en alleen om haar boodschap, want ze had er geen seconde bij durven stil te staan dat het meisje hier degene zou zijn die het derde wiel aan de wagen zou vormen.
          "Maak je geen zorgen," antwoordde ze flauwtjes. "Ik geloof dat ik degene ben die dat zou moeten zeggen." Zeggen dat ze werd weggejaagd was een groot ding, maar wat had ze hier in de ruime living nu nog te zoeken? Gezellig een potje yahtzeeën? Mens-erger-je-niet misschien? Zelfs voor een gewone film zou ze al passen. Het was een vriendelijke poging van het meisje, maar eerlijk was eerlijk: het was Wolf die maakte dat ze de trap opliep.
          Eenmaal op haar slaapkamer wrikte ze het raam wat open om frisse lucht een weg naar binnen te laten vinden, om zichzelf vervolgens op haar bed te laten neervallen en tegelijkertijd het pakje sigaretten dat Wolf haar eerder die avond had toegegooid boven te halen. Stilte, eindelijk. Hoe ze het hele zwijg-Wolf-dood-zoals-hij-wil-plan ooit zou volhouden, dat waren zorgen voor morgen. Immers had ze zo het sterke vermoeden dat Lennox hem deze avond wel zoet zou houden.


    She's imperfect but she tries

    Ik schrijf me bij dezen uit


    Big girls cry when their hearts are breaking



    WOLF BRICKLANDER


          Lichtelijk verbaasd staarde hij naar zijn hand. Daarna richtte hij zijn blik op Lennox die zijn glas whiskey vast had. Hij trok zijn wenkbrauw op en likte langs zijn lippen. ‘Geef het terug.’ Met zijn lichaam leunde hij voorover naar haar toe. Zijn arm reikte hij naar haar uit en zijn ogen weken niet van haar af - of toch niet van de glas Whiskey.
          Wolf was geen fervent drinker, maar om deze avond af te sluiten had hij iets sterks nodig. Whiskey bijvoorbeeld. Want geef toe: het galabal was een regelrechte ramp geworden. Buiten Camille, Lennox en haar vriend, had niemand hem zo opgemerkt. En maar best ook. Anders kon hij zijn reputatie vergeten.
    Toen hij het glas terug kon bemachtigen, leunde hij achterover in de zetel en keek hij naar Camille. Ze zag er niet uit. En hij bedoelde dit niet op een gemene manier. Maar ze was gebroken en dat was deels zijn schuld. Toch verontschuldigde hij zich niet voor zijn woorden. Nu toch niet. Het was het juiste moment niet. Misschien morgen. Of de dag erna. Of volgende week. Wie zou het zeggen?
          Wat hij wel wist, was dat hij Camille altijd graag zou zien. Maar dit niet zou toegeven. Het was gewoon zo. Hoe hard of gemeen hij kon zijn. Zij was even strijdlustig en koppig zoals hem. Ze deelden hetzelfde bloed en vaak ook dezelfde gedachten, maar toch waren ze anders. Niet vervreemd. Maar zoals Yin en Yang.
          Hij nipte het glas in 1 keer leeg en trok daarbij een gezicht. De vloeistof brandde in zijn keel en verspreidde door zijn lichaam. Maar hij wist niet of hij die heerlijke warmte van de drank verkreeg of door het bloedmooie meisje dat voor hem stond.
          Hij keek op naar Lennox, stond recht en liep op haar af. ‘Kijk niet zo naar me. Je ogen verslikken me.’ Met zijn wijsvinger streek hij een lok achter haar oor. Zijn mondhoeken trok hij in een kleine, betekenisvolle glimlach. ‘Het is een droom dat je hier voor me staat. Dat je hier blijft vannacht. Hier, bij mij.’ Zijn vinger streek nu over haar wang, langs haar hals, naar haar sleutelbeen waar hij stootte op de stof van haar jurk. Zijn ogen vonden die van haar. 'Kom mee naar boven, Len.'

    [ bericht aangepast op 21 nov 2015 - 13:42 ]


    En het moeilijkst is niet het communiceren van, maar het toegeven aan jezelf.

    LENNOX ROOSEVELT



          'Maak je geen zorgen, ik geloof dat ik degene ben die dat zou moeten zeggen.' Ze zag toe hoe Camille naar boven verdween, waardoor ze zich enigszins schuldig begon te voelen. Hoewel zijzelf enigkind was, haatte ook zij het om ruzie te hebben met Matthew. Toch kon ze zich niet voorstellen hoe het voor de blondharige Bricklander moest voelen.
          'Geef het terug.' Haar aandacht werd teruggewonnen door Wolf, die zonder enige subtiliteit het glas uit haar handen nam om de laatste slok te laten verdwijnen. 'Kijk niet zo naar me. Je ogen verslikken me.' Ze knipperde meermaals met haar ogen toen hij haar tegemoet kwam. Zijn vingertoppen waren warm, een sterk contrast met haar koude huid. Ze sloot haar ogen, dit was wat ze zich had voorgesteld. 'Het is een droom dat je hier voor me staat. Dat je hier blijft vannacht. Hier, bij mij. Kom mee naar boven, Len.' Haar lippen vormden een aarzelende glimlach, waarbij ze haar armen rondom zijn hals drapeerde. Ze wist wat hij bedoelde. Het was zo onwerkelijk dat ze hier stond. In zijn territorium. De plek waar hij gewend was om de baas te zijn. Haar mond gleed over zijn lippen. Ze proefde de whiskey.
          'Ik wil niet dat het morgen stopt,' fluisterde ze zacht, haar ogen over zijn gezicht dwalend. Ze kon niet ontkennen dat de gedachte dat hij haar aan de kant zou schuiven zodra ze hem hierin zou volgen haar onberoerd liet. Ze was niet van plan te eindigen als zijn ex in de auto. Dat was niets voor haar. Ze gaf niets weg zonder er iets om te geven. Dit was in haar ogen groots.
          'Ik wil niet dat je denkt dat dit alles is.' Ze liet hem los en zette een stap naar achteren. Zonder haar hakken bleek ze toch een kop kleiner dan hij was. 'Ik wil dat je nooit stopt je best te doen, of me met zo'n blik aan te kijken alsof je me ieder moment kunt verscheuren.' Haar glimlach kwam opnieuw terug, waarbij ze om hem heen liep. 'Wil je me dan nog steeds boven hebben?' Ze keek naar zijn rug, afwachtend. Misschien zelfs met ingehouden adem.

    [ bericht aangepast op 21 nov 2015 - 16:27 ]


    Feel the fire, but do not succumb to it.