• UNDER THE DOME
    Gebaseerd op de serie van Stephen King - Under The Dome
    Sommige waren aan het werk, anderen gingen naar school. Het leek een doodnormale dag, maar wat niemand op die dag wist, was dat alles voorgoed zou veranderen. Omstreeks 18:00 - wanneer de meeste mensen aanschoven aan tafel om te eten - sloeg het noodlot toe. Een gigantische koepel rees uit de grond - zonder enige aankondiging of reden - en zorgde ervoor dat het kleine stadje Chestersville afgesloten werd van de buitenwereld. Er was geen weg uit. Wie binnen was, bleef binnen. En wie buiten was, kon niet naar binnen. De onrust slaat toe. Wat is dit? Hoe moeten we overleven? En vooral: welke geheimen komen aan het licht?
    De koepel is niet zo maar ontstaan, dit is het werk van aliens. Denk niet aan de groene monstertjes die in een ufo rond de aarde zweven en vriendelijk naar je zwaaien. Neen, deze aliens zitten vermomd in een menselijk lichaam - misschien is het zelfs je buur - en heeft maar 1 doel: de mensen uitmoorden. Zullen ze in staat zijn om iedereen uit te moorden? Of zijn de inwoners van Chestersville snugger genoeg om het geheim te ontrafelen?



    ROLES

    MANNELIJK
    Sanjit - Otto Pete (Junior) Booth - Mens - Politieman 1.1
    CowChop - Kyle Manfield - Mens - Forensisch arts 1.2
    SadTech - Kai Reyes - Mens - Stagiair bij de politie 1.1
    Marmoreal - Ezekiel Humphrey - Mens - Wiskundedocent in de plaatselijke middelbare school 1.3


    VROUWELIJK
    Mignon - Mia Toronto - Mens - Net afgestudeerde verpleegster 1.1
    Velaris - Isla Carina Cooper - Mens - Geen specifiek beroep 1.3
    MrsLyon - Delphine Harding - Mens - Small town fashion designer 1.2
    Sanjit - Jo Elle Briët - Mens - Dienster in het plaatselijk cafeetje 1.2


    ALIENS [1/2]

    Vex - Michael Yosemite - Alien - Eigenaar van het motel & tankstation 1.2


    Rollentopic
    Praattopic

    [ bericht aangepast op 15 juni 2016 - 21:34 ]


    En het moeilijkst is niet het communiceren van, maar het toegeven aan jezelf.

    Emtee

    Hoe beginnen we? ^^


    Egal was kommt, es wird gut, sowieso. Immer geht 'ne neue Tür auf, irgendwo.

    Claimed.


    I'm your little ray of pitch black.

    Tamed :")


    The one thing that doesn’t abide by majority rule is a person’s conscience.

    SadTech schreef:
    Emtee

    Hoe beginnen we? ^^


    Oh ja. De koepel staat er nu zo'n twee weken. Daar beginnen we. Er zijn nog veel vraagtekens en er moet nog erg veel geregeld worden.


    En het moeilijkst is niet het communiceren van, maar het toegeven aan jezelf.




         

    OTTO - PETE (JUNIOR) BOOTH

    IS IT POSSIBLE TO LOVE SOMEONE SO MUCH
    THAT YOU'D HURT THEM?



    Het was alsof er tientallen - neen, honderdtallen atoombommen in zijn hoofd ontploften en zijn schedel doormidden brak. Hij lag op zijn bed, ineengedoken met de dekens en kussens over zijn hoofd. De pijn was haast ondraaglijk. Zijn witte shirt was nat door het zweet en de aders op zijn slapen waren duidelijk zichtbaar. Door de pijn spande hij zijn lichaam op en schreeuwde hij het uit - wat gedempt werd door de lakens. Hij kwam gek.
    Het raam werd bedekt door een fleurig en vooral kinderlijk gordijn die hij sinds zijn kleutertijd niet meer had vervangen. Het licht was hels, zelfs nu de gordijnen dicht waren. Hij zou tot vanavond moeten wachten. Die verdomde pijnstillers!
    Alles in zijn kamer leek nog van de jaren 2000. Een oude tv stond in de hoek, met een stapel video cassettes die slordig op elkaar lagen. Er hingen posters van bekende mensen aan de muur. Sommige had hij er afgetrokken, waardoor er witte strepen op het behang parelden. Maar er lag ook veel kapot materiaal in de kleine kamer van Otto - Pete. Materiaal dat dupe was geweest van zijn woede.
    Hij kon dit niet langer houden. De pijn moest verlicht worden. Hij moest naar Mia, in de hoop dat ze pijnstillers had. Heel veel keuze had hij niet. Ze was de enige kans op verlichting. Nou, niet Mia maar de pijnstillers.
    Met veel moeite duwde hij zich op bed en trok hij een jeans over zijn heupen. Hij griste een pet van de grond en stak zijn voeten in een paar sneakers. Haastig liep hij de trap af en opende hij de voordeur. Het licht scheen fel in zijn gezicht, waardoor hij achteruit strompelde en de leuning van de trap in zijn rug voelde. ‘Godverdo-‘ Furieus sloeg hij de deur dicht. Met zwarte vlekken voor zijn ogen, speurde hij de ruimte af, op zoek naar zijn zonnebril. Zonder dat ding had hij enkele kans om naar buiten te gaan. Zeker niet met zo’n koppijn.
    Erg lang hoefde Otto - Pete niet te zoeken, want het lag een armlengte van hem vandaan op een klein kastje in de hal. Met de bril op zijn neus, liep hij naar buiten en liep hij - neen correctie, rende hij - naar de politiewagen die op de oprit van het ouderlijke huis stond.
    Natuurlijk draaide hij aan de knop van de sirene. Hij kon het zich niet permitteren dat eender wie hem zou tegenhouden voor onnuttigheden. Hij had geen tijd. De bom in zijn hoofd tikte. Met de wagen scheurde hij over de wegen. En inderdaad: niemand hield hem tegen. In nog geen twee minuten stond hij voor de deur van Mia. Hij had door tientallen rode lichten gereden en bijna een oudere vrouw omver gereden.
    Zonder twijfel, liep hij rond het huis en nam hij de achterdeur naar binnen. Hij begreep nog steeds niet waarom ze deze open liet staan. Maar dat was Mia. Alle regels verwerpen en zeker diegene die hij opdroeg. Ze hield ervan om hem op deze manier in het harnas te jagen. Alsof ze erom vroeg.
    ‘MIA?!’ riep hij toen hij in de keuken liep en elk kastje opentrok op zoek naar zijn medicatie. Zowel de pet als de zonnebril had hij nog op. Zelfs het licht in de keuken was voor hem te fel. ‘Godverdomme,’ siste hij tussen zijn tanden. In geen enkel kastje was er iets te vinden.
    Hij liep nu naar de hal, ging onderaan de trap staan en riep opnieuw haar naam. ‘Ik heb geen tijd voor je spelletjes, Mia!’ Geen reactie. Hij vloekte opnieuw en denderde de trap op. Elke deur op het eerste verdiep trok hij open, op zoek naar haar bekende gezicht. Oh, wat had hij zin om dat mooie gezichtje van haar iets aan te doen. Hij balde zijn vuisten en opende de laatste deur: de badkamer. En daar stond ze, ten midden van de ruimte. Hij liep fel op haar af en nam haar hardhandig vast. Zijn knokkels zagen zelfs wit toen hij haar botten en huid tussen zijn vingers nam. ‘Ik heb pijnstillers nodig en speel geen spelletje, Mia!’

    [ bericht aangepast op 15 juni 2016 - 21:12 ]


    En het moeilijkst is niet het communiceren van, maar het toegeven aan jezelf.

    Michael



    Een volmaakte grijns stond er op zijn gezicht, terwijl hij toekeek hoe de jonge vrouw als een koude levenloze pop met haar rug op de stoep lag. Ze bloedde subtiel uit haar rug.. Hij kon het bijna een perfect plaatje noemen. Iets waarvan je een foto zou maken alleen al door het contrast, het dodelijke scherpe wapen in haar handen alsof ze het op een of andere manier zelf voor elkaar had gekregen. Het was vroeg en het zou niet lang meer duren voordat er mensen de straat op zouden komen en deze tragische gebeurtenis zouden ontdekken. Hij voelde zekere spanning, alsof hij ieder moment een groot cadeau kon krijgen. Hoe snel zou het bericht over haar dood verspreiden? Een week? Een dag? Een uur? Hij draaide zich om en liep de straat uit, zijn bewegingen en gezichtsuitdrukking relaxed, alsof hij niets met het voorval te maken had maar enkel naar buiten was voor een ochtendwandeling of iets anders onschuldigs. Kalm nam hij plaats op een van de bankjes naast het pad in een park. De eerste jogger had hij al gesignaleerd in de verte en de vogels begonnen te fluiten. Hier bleef hij zitten voor zeker een halfuur om de tijd te doden, een groot stuk bij de plek van de moord vandaan. Op dit moment woonden enkel Isla en Jo in het motel. Zij waren genoeg, hij behandelde ze al een tijd als goede vriendinnen en ergens voelde hij ook wel sympathie voor ze, al zou hij zijn uiteindelijke doel natuurlijk nooit uit het oog verliezen. Hij stond op wandelde met een flinke omweg terug naar het motel. Met ferme passen liep hij langs het gangpad waarna hij bij zowel Isla als bij Jo aanklopte. "Hebben jullie nog iets nodig?! Ik ga langs de winkels!" Riep hij tegen de twee gesloten houten deuren.

    [ bericht aangepast op 15 juni 2016 - 21:46 ]


    The one thing that doesn’t abide by majority rule is a person’s conscience.


    Kai Reyes
    Eenentwintig | Stagiair bij de politie | Mens | Onderweg naar Jo

    Ik was al een tijdje wakker. Mijn wekker was vroeg gegaan, omdat ik nog even naar de koepel wilde. Dat ding fascineerde me zo erg dat ik er elke dag wel een kijkje bij nam, wat ik echter niet begreep is dat ik er wel eens naast wakker werd, terwijl ik zeker wist dat ik er een aantal seconden daarvoor nog bij stond. Er gebeurde de laatste twee weken sowieso wel vreemde dingen in Chesterville en ik wist zeker dat het iets met die koepel te maken had. Ik geeuwde even en haalde een hand subtiel door mijn haren, waardoor ze een beetje overeind stonden. Toen wreef ik langs mijn wang en stak mijn beiden handen in mijn zakken. Op het moment had ik nog geen uniform, maar ik had gehoord dat ik deze snel zou krijgen, aangezien ik een uitstekende stagiair was. Of ze dat nou zeiden omdat ik de zoon van de burgemeester was, of dat ze het meenden kon ik nog niet echt ontrafelen, maar het was zeker leuk om te horen. Mijn blik viel nog even op de grens van de koepel en ik zag dat de eerste nieuwswagens en nieuwsgierige mensen al aan kwamen gereden en gelopen. Als apen achter glas...
    Zonder nog één blik achterom te geven liep ik bij de grens vandaan richting het motel. Ik zou Jo vandaag ontmoeten, dus waarom niet op tijd voor mijn stage begint? Ik liep rustig over de straat. Sinds het neerkomen van de koepel reed er haast geen auto meer, omdat iedereen de brandstof wilde besparen. Het was ook eigenlijk niet meer toegestaan, behalve voor politie, om een voertuig te besturen vanwege de uitlaatgassen en het feit dat niemand wist of de koepel deze wel zou filteren.
    Na een tijdje kwam ik bij het motel aan en ik zag Michael voor de deur van Jo staan. Met een vriendelijke glimlach liep ik de trap op en ging naast Michael staan.
    "Hé," zei ik toen en ik klopte aan op de deur van Jo. "Jo, Kai hier," vertelde ik toen en ik keek weer even naar Michael.
    "Alles nog in orde?" vroeg ik, terwijl mijn blik over het motel en het tankstation dat aan de overkant stond gleed.


    Egal was kommt, es wird gut, sowieso. Immer geht 'ne neue Tür auf, irgendwo.

    MT.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered




         
    JO ELLE BRIËT

    YOU ARE ARTWORK
    I COULD ADMIRE YOU FOREVER



    Papieren, potloden en heel veel kleren lagen verspreid over de kleine ruimte waar Jo sinds kort was ingetrokken. Ze was niet bepaald iemand die op orde was gesteld. Neen, laten we het zo zeggen: Jo haar hoofd was een warboel. Het gebeurde vaker dat ze een geniaal idee kreeg en haar volledig op een project stortte. En dit was één van zo’n momenten. Ze zat op haar bed en had een hoop bladeren op haar schoot. Haar hand gleed vluchtig over het blad. Ze noteerde haar gedachten op papier, waardoor ze in eerste instantie niet door had dat er iemand op haar deur klopte. Pas toen ze stemmen hoorde, draaide ze haar hoofd om naar het raam. Door het fijne gordijn zag ze twee schimmen staan. Ze fronste haar wenkbrauwen en drukte de papieren van haar schoot.
    Aangezien ze net een hete douche had genomen, waren haar haren nog nat en had ze de moeite niet gedaan om kleren aan te trekken. Ze liep naar de kast, nam een gemakkelijke broek en shirt en trok deze aan. Enkele seconden later trok ze de deur open en lachte ze de twee mannen toe. ‘Goedemorgen.’ klonk haar stem opgewekt.
    Het eerste wat haar opviel, was hoe verschrikkelijk heet het was. De zon scheen hoog en de koepel zorgde ervoor dat er een drukkende warmte ontstond. Het was alsof ze planten in een serre waren.
    Michael peilde hoogstwaarschijnlijk of ze iets van de winkel moest hebben. Ze vroeg zich af hoe lang ze nog van de voorraden zou leven. Enkele boeren en mensen waren al begonnen met het planten van gewassen. In haar ogen was dit een zeer sterk plan. Als het voedsel op zou geraken, dan zouden de mensen elkaar uitmoorden. Simpelweg omdat ze gek werden van de honger. ‘Als je potloden of balpennen kan vinden, doe die maar mee. En een appel of twee. Bedankt Michael.’ Ze kon het aardig vinden met hem. Hij was attent en gewoon fijn gezelschap. Het was alsof hij de wereld vanuit een ander oogpunt bekeek.
    Ze nam Kai bij zijn arm en liep naar de achterkant van het motel. ‘Ben je al iets meer te weten gekomen over de koepel?’ sprak ze zacht, haast fluisterend alsof het een groot geheim was. Momenteel was ze notities aan het schrijven over de koepel. Ideeën, opmerkingen, gebeurtenissen, linken… Alles wat waardevol kon zijn. Kai was hierin een sterke schakel. Hij wist veel over dit geheimzinnig gebeuren. Aan de ene kant bezorgde haar dit rillingen. Aan de andere kant vond ze het erg interessant. Hij had soms nuttige informatie.
    Ze ging op de stoeprand zitten en drukte een natte pluk haar achter haar oor. Haar ogen gleden over de verlaten weg. ‘Chestersville wordt nog een hel, Kai. Geloof me. De mensen zullen hier na verloop van tijd gek worden.. En ik weet niet wat er dan allemaal zal gebeuren.’ Ergens was het geruststellend dat er nog politie was. Maar wat zou er gebeuren als iedereen doordraaide? Zou er dan nog controle zijn?

    [ bericht aangepast op 15 juni 2016 - 22:23 ]


    En het moeilijkst is niet het communiceren van, maar het toegeven aan jezelf.

    — MT.


    i tried to buy your pretty heart, but the price too high


    Kai Reyes
    Eenentwintig | Stagiair bij de politie | Mens | Achter Jo's appartement

    Michael en ik stonden al een tijdje te wachten voor de deur van Jo, waardoor ik begon te denken dat ze niet in haar appartement aanwezig was. Maar niets was wat het leek. Na ongeveer vijf minuten opende de deur van haar appartement en keek ze zowel Michael als mij met een glimlach aan.
    "Goedemorgen," zei ze en ik stak mijn hand even op als begroeting. Ze wendde zich tot Michael. "Als je potloden of balpennen kan vinden, doe die maar mee. En een appel of twee. Bedankt Michael." Vlak daarna greep ze mijn arm beet en trok ze me mee haar appartement binnen en liepen we helemaal naar achter toe.
    "Ben je al iets meer te weten gekomen over de koepel?" vroeg ze op een fluistertoon en ik haalde mijn schouders even op.
    "Op het moment nog niets," vertelde ik haar eerlijk en ik keek voor me uit. Toen Jo ging zitten zakte ik naast haar neer op de stoeprand. Ik volgde haar blik over de verlaten weg en keek opzij toen ze een plukje haar achter haar oren stak. "Chestersville wordt nog een hel, Kai. Geloof me. De mensen zullen hier na verloop van tijd gek worden.. En ik weet niet wat er dan allemaal zal gebeuren." Ik knikte op wat ze zei en zette mijn handen achter mijn rug op de tegels.
    "We zijn een attractie voor publiek. Ik was net bij de koepel en zag de nieuwswagens alweer arriveren, samen met nieuwsgierige bewoners van andere dorpen en steden. Het hele grasveld was vol aan het stromen met auto's," vertelde ik en ik keek naar de lucht. "Mijn vader is druk bezig in het gemeentehuis om een speech voor te bereiden en hij zal er alles aan doen om veiligheid boven alles te stellen hier in Chesterville. We hebben ook meer politie nodig, we zijn op het moment met vijf man waarvan ik er een ben en ik heb geen recht op een wapen of een uniform." Mijn blik gleed naar Jo en ik keek naar haar.
    "Zullen we naar de koepel gaan? Misschien kunnen agenten erbuiten meer vertellen." Ik stond op en stak mijn hand naar het donkerblonde meisje voor mij uit.

    [ bericht aangepast op 16 juni 2016 - 11:29 ]


    Egal was kommt, es wird gut, sowieso. Immer geht 'ne neue Tür auf, irgendwo.