• WEERWOLF SHIZZLE


    BEGINSITUATIE

    Het is zondag 17 juni, 18.00u. In de voormiddag is de oude alfa begraven en de koffietafel is net gedaan. Twee dagen eerder was de crematie van de leider van de jagers. Beide groepen zijn nog in diepe rouw, maar het leven gaat door. In Central Park (Manhattan) wordt een mini-festival georganiseerd, door jonge jagers en hun vrienden. Met niet veel anders te doen om hun gedachten te verzetten, kan je er ook een heleboel weerwolven vinden. Naast enkele podia - twee kleintjes en één 'grote', zijn er ook voldoende kraampjes met eten, drank en leuke spulletjes. Het is een mooie, warme dag en de sfeer is er best gezellig. Of dat zo blijft, hangt van de groepen af...


    WEEKOVERZICHT

    Dinsdag 12/06: ongeluk leider
    Woensdag(nacht) 13/06: alfaduel
    vrijdag 15/06: crematie leider
    zondag 17/06: begrafenis alfa

    ROLLEN      12

    WEERWOLVEN: 3 & 3
          Username - Naam - Leeftijd - Rang - FC - Pagina
          Username - Naam - Leeftijd - Rang - FC - Pagina

          Arsonist - Naam - Leeftijd - Rang - FC - Pagina
          EiIonwy - Oonah Winslow - 25 - Oude bèta - Danielle Boker - 3
          Elentiya - Laurel Tallmund - 25 - Kappa - Bridget Satterlee - 3
          Cipher - Taison 'Tai' Skinner - 23 - Nieuwe alfa - FC - 4
          Necessity - Icarus Dagnan - 25 - Oméga - Cohe Paroix - 3
          TheCaptain - Dominic "Dom" Levi Winslow - 18 - Kappa - Tom Holland - 3

    JAGERS: 4 & 2
          Username - Naam - Leeftijd - Familie - FC - Pagina
          Username - Naam - Leeftijd - Familie - FC - Pagina

          KingRichard - Genevieve 'Eve' Blondin - 22 - Hoofdf. - Luca Hollestelle - 1
          Ashryver - Naam - Leeftijd - Outsider - FC - Pagina
          Arcenciel - Eleonore 'El' Wilson - 18 - Hoofdf. - Marie Avgeropoulos - 4
          Qrystallized - Isabelle Blondin - 21 - Hoofdf. - Katya Miro - 3
          Cipher - Sebastian ? - Leeftijd - Familie - FC - Pagina
          Laguna - Naam - Leeftijd - Familie - FC - Pagina


    REGELS
    ▪      Huisregels
    ▪      Min. 100 woorden per post
    ▪      OOC duidelijk aangeven.
    ▪      Mogelijke triggers (smut, geweld, etc.) duidelijk aangeven!
    ▪      Liesje - dat ben ik ;D - of Matty opent de topics, tenzij anders gevraagd.
    ▪      Op vakantie? Uit een boom gevallen? Please, tell.


    TOPICS
    Rollen      Praat      Speel

    [ bericht aangepast op 30 mei 2018 - 1:00 ]


    Mhm?

    Mine.


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    mt.


    Do I look like Mother Teresa?

    Mt


    The purpose of a writer is to keep civilization from destroying itself.

    Van mij


    Bicycle, unicycle, unitard. Hockey puck, rattlesnake, monkey, monkey, underpants.

    Oonah Winslow
    [center]26 | (oude) Bèta | Icarus

    Met geen enkel ander doel dan om haar roedel te steunen had Oonah besloten om mee te gaan naar het park. Tot de nieuwe Alfa zijn verantwoordelijk op zou nemen zou zij tenslotte als de grootste steunpilaar moeten fungeren. De ironie hiervan had haar als een stalen hand in het gezicht geslagen zodra ze dit besefte, met slechts de schamele troost dat haar geliefde broer haar hiertoe in staat had geacht. Ze mocht hem niet teleurstellen.
    Of het haar gevoel was of een onmiskenbaar feit wist Oonah niet zeker, maar terwijl ze zich een weg baande tussen de vele lichamen leek het alsof alle ogen op haar gebrand waren. Laurel was ze ergens in het gedruis kwijt geraakt, maar dit gaf haar wel de mogelijkheid haar tranen de vrije loop te laten zonder hiermee ook de andere dame nog verder van streek te maken. Dikke druppels vielen uit haar ogen recht naar de grond, zo zwaar woog haar verdriet.
    Op de koffietafel had ze geen hap naar binnen gekregen, en ook de vele kraampjes met exotische geuren konden haar nu niet bekoren. Ze was overmeesterd geworden door een bepaalde leegte die ze niet wenste te vullen, nog niet.
    Een bemoedigende hand op haar schouder liet haar onderlip trillen. Ze wist niet van wie hij kwam, en ze zou zich ook niet omdraaien om er achter te komen want ze wist dat ze dan als een kaartenhuisje in elkaar zou zakken. Met de kin omhoog en blik op oneindig liep ze verder, zich tonend aan elke wolf die nood aan haar had. Niet alleen zij was een broeder kwijt geraakt, dat gold voor de hele roedel. Zodra ze naar eigen idee die plicht vervuld had besloot ze een moment voor zichzelf te nemen en wurmde zich tussen enkele bomen in, zodat ze aan het gestaar onttrokken werd en toe kon geven aan de drang om zichzelf in een bolletje op te krullen.
    Net wanneer ze dacht een plekje gevonden te hebben waar ze even geen Bèta hoefde te zijn werd ze zich bewust van een ademhaling die veel zwaarder was dan die van haar. Oonah probeerde met man en macht zichzelf nog een beetje te kalmeren maar het hek was reeds van de dam. Zonder waarschuwing gooide ze zichzelf tegen het lange lijf van Icarus, één van de nieuwste leden, aan. Haar armen wonden zich om zijn middel en zelfs al had ze los willen laten dan was dit op dat ogenblik waarschijnlijk niet meer mogelijk geweest. Ze wilde nog even kunnen fantaseren dat het Parker was die ze in haar omhelzing had, al maakte de lichaamsgeur van Icarus -die in de verste verte niet op Parker leek- hier meteen weer een eind aan zodra ze haar gezicht tegen zijn borstkas drukte en ongecontroleerd begon te snikken. Ze wilde Icarus vertellen dat ze Parker miste, hoe graag ze hem nog een keer wilde horen lachen, hoe ze zich schuldig voelde dat ze er niet was geweest om hem te steunen, hoeveel pijn het haar deed om Dominic's gezicht te zien en elke keer te menen dat haar broer weer voor haar stond. Maar het enige dat over haar lippen kwam was een gesmoorde kreet van ellende.


    Bicycle, unicycle, unitard. Hockey puck, rattlesnake, monkey, monkey, underpants.

    MT

    ———————————————————————————
    •••
    ———————————————————————————

    ——————————————————————————

    ———————————————————————————
    •••
    ———————————————————————————

    Laurel Tallmund

    She craved the type of passion that even brought the Devil down to his knees..”

    • 25 • Kappa • Taison •

    Het bed was leeg geweest vanmorgen en miste de warmte die het eens bezat. De plek naast me was onbeslapen, koud, alsof het wachtte tot hij weer thuis kwam. In stilte had ik mijn tranen de vrije loop gegeven. Binnen de vier muren van wat eens onze slaapkamer samen was, was dit de enige plek waar ik ze vrijuit liet gaan. Ik haatte hem om wat er was gebeurd, omdat hij zijn trots niet voor één keer opzij had kunnen zetten en zich gewonnen durfde te geven, maar ik haatte zijn tegenstander nog meer, omdat hij volgens elke regel mijn geliefde van me had afgepakt.
          Tijdens de begrafenis huilde mijn hart verscheurd van pijn en verdriet, dikke stille tranen stroomde als een waterval over mijn wangen, maar ik hield mijn rug recht en bleef stevig overeind staan zoals Parker gewild zou hebben, terwijl de wolvin in mijn binnenste woest naar buiten probeerde te klauwen; jammerend om het pijnlijke verlies. Ik vond korte troost in de aanwezigheid van Oonah en Dom, maar geen van beide wisten ze het volledig te stillen. De leegte die in mijn binnenste heerste — het gapende gat wat de nieuweling er in had geslagen — leek een eindeloze diepte, welke met geen mogelijkheid meer opgevuld leek te worden.
          Het uitstapje naar het park diende meer als afleiding, maar terwijl ik me door de drukke menigte bevond bracht het alleen maar herinneringen met zich mee die een beklemmend gevoel op mijn borstkas veroorzaakte. Beverig adem ik in, poog mezelf te herpakken en me niet in een open menigte verliezen aan wat het ook is dat zich in mijn binnenste dreigt te overmeesteren. Waar Oonah was wist ik niet, haar was ik enkele minuten geleden al uit het oog verloren, maar ik weigerde nog meer op haar te steunen dan ik al deed. Ik was misschien iemand verloren waar ik zielsveel van hield, waar ik een leven en een toekomst meedeelde, maar zij was haar broer kwijt — degene waar ze een heel leven mee had gedeeld vanaf hun moeders nest. En dan sprak ik nog maar niet over Dom. Een nieuwe golf van verdriet overspoeld me als ik even aan de jongen denk, terwijl ik verder tussen de mensen doorloop en de beelden die ik eens samen gedeelt had door mijn hoofd heen laat glijden.

    Mijn instincten vonden hem eerder dan mijn blik had gedaan. Zijn geur dreef me van een eindje subtiel tegemoet, waardoor een dierlijke grom in mijn keel omhoog borrelde. Beelden van het gevecht flitsen aan me voorbij en spande mijn spieren aan. Het woeste beest in me ontblootte haar tanden zodra mijn blik die van hem vond en dwong me bijna om hem aan te vliegen; om hem dezelfde pijn te bezorgen die hij ons— die hij mij — bezorgd had. Maar ik deed helemaal niks van dat. Met een blik vol woede en afschuw liep ik op de jongen af, een tikkeltje behoedzaam wellicht. Ik kende zijn naam niet, wist niet eens waar hij precies vandaan kwam, maar een wolf herkende haar Alfa nog voor ze hem gezien zou hebben. Hij zag er moe en hongerig uit, wellicht het beste moment om hem iets aan te doen, maar mijn dierlijke instincten vertelde me nu al dat het een verloren zaak zou zijn. Het was niet aan mij.
          ”Kijk eens aan, kom je eindelijk de taak opnemen die je gestolen hebt?”
    Dat de haat van mijn stem afdroop probeerde ik te negeren. Diep van binnen wist ik dat het niks zou uitmaken wie er voor me stond, en of het spel nu eerlijk gespeeld was of niet, of het nu een bekende was of een volslagen vreemde. Er was iets weggenomen wat van mij was en dát was precies de reden die voor mij alles verklaarde en me overal een reden toe gaf.


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

          TAI     


    Dat ik al veel domme dingen in mijn leven heb gedaan, weet ik al langer, maar dit was op een heel nieuw niveau. Ik had me vergist, ik had gedacht dat ik alleen was in het woud. Jezus, ik was nog niet eens veranderd toen het groepje me had gevonden. Als ik nu gewoon mijn mond had gehouden en ja had geknikt, dan... Dan wat? Volgens mam zou ik dan ook in de shit hebben gezeten. Maar dit... ik vecht gemakkelijk en soms zelfs graag. Wanneer ik mijn tegenstander zie neergaan, geeft me dat een kick, maar het is nooit mijn bedoeling geweest dat hij nooit meer zou opstaan. Ik wist dat hij doodging en ik wist dat hij dat ook wist, want hij heeft zich nog terug veranderd. Hij was bang geweest en ik ook, maar het was het geschreeuw van zijn familie dat me had weggejaagd.

    Met een schok word ik wakker. Mijn nek is stijf van tegen de boom aan te liggen en mijn rug jeukt van de wonden die maar half genezen zijn. Het is nu al hoeveel dagen geleden? Geen idee. Ik ben ervandoor gegaan, zonder na te denken, zoals altijd. Mijn eerste gevoel zou me recht naar Eve of naar mam geleid hebben, maar uit angst voor wraakacties heb ik net het tegenovergestelde gedaan. Ik weet zelfs niet waar mijn telefoon ligt of waar ik de truck heb laten staan.
          Het was stom, natuurlijk. Ik kan niet weg, daar ben ik niet toe in staat, maar ik kan ook niet blijven rennen. Misschien is het daarom dat ik hier nu lig, in Central Park met een soort festival nog geen honderd meter verder. Misschien moet ik gewoon terug, naar mam en zus. Naar Eve, als ze me niet vermoordt. Shit, hoe fucking stom was het om haar nu alleen te laten? Waarom moest ik het net nu verkloten? Ze wil me vast niet terug.
          Mijmerend sta ik langzaam recht om naar het festival te gaan. Ik weet dat het gevaarlijk is, maar ik heb honger en dorst. Ik ben zo ontzettend moe, moe van deze zooi en ook gewoon omdat ik niet echt geslapen heb de voorbije dagen. Het is warm, zeker met de trui die ik aan heb, kap ver over het hoofd getrokken. De mensen om me heen gaan automatisch wat opzij en ik zie sommigen zelfs even in hun broekzakken voelen. Ze hebben gelijk, daar niet van.
          "Een..."
          ”Kijk eens aan, kom je eindelijk de taak opnemen die je gestolen hebt?” De felle en haatvolle stem van een jonge vrouw onderbreekt mijn bestelling. Dat was snel.
          "Een taco met kip, graag." Ik negeer haar, voor even, en vraag me af waarom ik niets voel, in mijn rug of in mijn zij. Misschien omdat er nogal veel volk om ons heen staat. Ik begrijp niet goed wat ze wil zeggen, maar het lijkt me niet gepast om erachter te vragen. Zodra ik mijn eten heb gekregen, neem ik een hap en draai ik me naar om. Kauwen doet zeer, mijn kaak ziet vast nog blauw. Wie hij ook was, die man kon vechten, verdomme.
          De vrouw voor me ziet eruit alsof ze al dagen aan het huilen is - natuurlijk, verdomme - en kijkt me met een passievolle haat aan. Ik vraag me af wat haar band was met... Met moeite slik ik de eerste hap door en open ik mijn mond, maar er komt niets uit. Ik weet niet goed wat zeggen. Sorry? Het spijt me? Ja, het spijt me echt, maar iets zegt me dat het dat alleen maar erger zou maken. Dan misschien toch maar...
          "Sorry, wat?"


    23 j. - Laurel - Kraampjes

    Uiterlijk:
    α      Blond haar
    α      Getinte huid
    α      Donkere ogen
    α      Groot & sterk
    α      Zilveren aders rechterbovenlijf, nek & hoofd)


    [ bericht aangepast op 30 mei 2018 - 13:24 ]


    Mhm?

    Genevieve "Eve" Blondin
    22 — jager — dochter leider / nieuwe leider — Central Park — alleen



    Mijn tranen zijn gewoon op. De afgelopen twee dagen heb ik vrijwel alleen maar leeg voor me uit gestaard. Het nieuws dat de agenten me brachten dat mijn vader in een ongeluk omgekomen was, heeft al het leven uit me gezogen. Eerst geloofde ik het niet. Pap haalde wel vaker dit soort grappen met me uit, gewoon om me te pesten. Maar toen de blik van de agenten geen glimlach door lieten schemeren, verdween ook de lach van mijn gezicht. Ik had ze niet eens binnengelaten omdat ik vanbinnen al meteen instortte. Normaal gesproken liet ik emoties niet zo de overhand nemen, maar mijn vader betekende alles voor me en we waren altijd samen. Hij had me vrijwel alleen opgevoed nadat mama overleed toen ik nog maar een peuter was. Alles wat ik weet van het jagersleven, weet ik van hem. Nu is hij zomaar van me afgepakt. Was het een ongeluk of was het opzet? De politie heeft nog niks kunnen vinden, maar ik denk niet dat ze het zullen waarderen als ik opmerk dat wij vampier- en weerwolvenjagers zijn en dat al genoeg motief is voor een moord. Ze weten niet eens van het bestaan van onze wereld, laat staan dat ze me zullen geloven. Ze zouden me eerder met een enkeltje een psychiatrisch ziekenhuis in sturen dan dat ze onderzoek zouden doen doen naar vermeende weerwolven.
          Ik loop Central Park in, waar een soort feest wordt gegeven door mijn leeftijdsgenoten om de aandacht wat af te leiden van het recente verlies. Zelf staat mijn hoofd totaal niet naar een feest — want zeg nou zelf, technisch gezien ben ik nu de nieuwe leider van de Jagers in New York, maar ten eerste ben ik een vrouw, ten tweede ben ik jong en ten derde wil ik het zelf helemaal niet — maar ik moet me ooit weer eens onder mensen bevinden. Met een zwaar gevoel in mijn maag pak ik mijn telefoon weer en voor de honderdste keer in korte tijd, bel ik Tai's nummer weer. Hij heeft zich al dagenlang niet laten zien en hij heeft de begrafenis van mijn vader gemist. Ik kan hem wel vermoorden nu. Net nu ik hem het hardst nodig heb, laat hij me stikken. Er zal vast een reden achter zitten, maar die had hij mij best wel mogen vertellen. Ik krijg meteen te horen dat het toestel dat ik wil bellen is uitgeschakeld en ik moet moeite doen mijn eigen mobiele telefoon niet hard op de tegels te smijten. Waar de fuck is Tai? De alfa van de weerwolven is door een gevecht omgekomen, dus er is genoeg drama in onze wereld aan de gang. Ik kan het er niet bij hebben dat ook Tai een dubbelleven lijkt te leiden. Het doet me pijn. Ik mis hem, ik mis mijn vader, ik mis mijn godganse familie. Mama en papa zijn dood. De enige persoon met wie ik oprecht heel close ben, is Tai. En hij heeft me nu in de steek gelaten.
          Ik ga op het geluid van de muziek af en met schoenen waar lood in lijkt te zitten begeef ik me in die richting. Ik hoor al meerdere stemmen en ik herken enkele andere Jagers, en zelfs wat weerwolven, die zich ook naar onze aangelegenheid hebben begeven. Ik negeer ze vooral. Ze weten precies wat er is gebeurd en houden zich afzijdig. Ik zal ze echt niet lichamelijk aanvallen maar het wordt voor mij zeer moeilijk mijn emoties in te houden. Ik weet verdomme echt niet waar ik het moet zoeken. Eleanore en ik hebben allebei onze vader verloren, maar we zijn totaal niet close en ik kan niet op haar schouder uit gaan huilen. Ik heb dagenlang alleen binnen gezeten. Eerst kreeg ik nog contact met Tai's telefoon en heb ik twintig voicemails ingesproken, van huilende smeekbedes tot woedend en onverstaanbaar geschreeuw, maar niets hielp. Hij beantwoordde niks en liet mij, onaardig gezegd, in de stront zakken.
          De eettentjes trekken mijn aandacht wel. Ik loop naar de rij toe en ik bestel een portie nacho's. Ik heb in geen dagen gezond gegeten, dus dan kan deze maaltijd er ook nog wel bij. Ik bedoel, als ik niet jankend op de bank lag, was ik aan het trainen, dus alle calorieën die al naar binnen kwamen, gingen ook meteen weer weg. Alleen op de begrafenis heb ik met wat mensen gepraat, maar verder ben ik voornamelijk alleen geweest. Als er al iemand contact wilde, zei ik dat ik tijd voor mezelf nodig had. De enige die ik oprecht wilde spreken, was Tai. Maar die klootviool vond het leuk me alleen te laten. Ik dacht dat hij veranderd was. Nadat ik mijn nacho's krijg, bestel ik een wijntje bij een ander tentje. Ik drink niet vaak alcohol, maar nood breekt wet.


    I, Tahani Al-Jamil, shall do my level best to make every event too much.

    ICARUS DAGNAN
    25 - Omega

    There is a bitter triumph in crashing
    When you should be soaring.



    Het was vandaag… chaos. Tenminste, voor Icarus. Het was allemaal heel dubbel om bij de begrafenis van de oude Alfa te zijn. Hij had Parker amper gekend, maar als lid van de roedel werd het van hem verwacht dat hij er stond. Hij wilde het niet. De bedrukte sfeer van rouw was hem veel te dichtbij gekomen, dus zodra hij de kans had gehad, was hij weggevlucht uit de groep. Het was niet alsof iemand hem zou missen als hij niet midden tussen de anderen te vinden zou zijn.
    Om dan vervolgens naar het park te gaan was vreemd. Mensen waren vrolijk en de zon scheen, maar hier en daar waren bedrukte gezichten te zien geweest, tranen die toch nog niet vergoten waren. Het was allemaal wat minder uitbundig dan zou moeten. De begrafenis stond de wolven nog vers bij en lang niet iedereen was al klaar om nu te feesten.
    Er waren ook veel jagers in het park, dat wist Icarus. Het had voor een verbeten trek om zijn mond gezorgd, een poging om niet spontaan in de aanval te gaan. Er waren er te veel, hij zou geen schijn van kans hebben. Daarom had hij zich ook tussen de bomen teruggetrokken, om even alleen te zijn. De pijn die Icarus die ochtend had moeten aanschouwen, die hem had herinnerd aan alles wat hij verloren had, en nu ook nog jagers die die pijn versterkten. Hij wilde geen anderen om zich heen.
    Hij had al een tijdje alleen gestaan toen zijn rust bruut verstoord werd door iemand die aan kwam lopen. Nog voor Icarus haar kon zien, had hij haar al geroken. Oonah. Een kans om iets te zeggen of te maken dat hij wegkwam had hij niet, want Oonah gooide zich praktisch in zijn armen. Of ze hem in eerste instantie herkend had of dat ze gewoon toe was aan een stevige knuffel durfde Icarus niet te zeggen.
    Haast automatisch sloeg Icarus zijn armen om haar heen en trok haar stevig tegen hem aan. Haar tranen doorweekten zijn shirt. Hij zei niks, maar hield haar gewoon stevig vast.
    Een gesmoorde kreet kwam over haar lippen, en Icarus trok haar nog dichter tegen hem aan. “Ik weet het,” fluisterde hij zacht. “Ik weet het.” Hij ging haar niet vertellen op een te opgewekt of geruststellend toontje dat ‘het wel goed komt’, dat ‘de pijn minder zal worden’. Dat waren leugens. De pijn van het verliezen van een broer was niet zomaar weg. Het kwam niet goed. Dat wist hij maar al te goed. Haar pijn was zo herkenbaar, herinnerde hem zo aan het moment dat hij zijn broertje had zien vallen. En dat wilde hij haar vertellen. Hij beloofde niet om aan haar zijde te staan, om dat de dag erna alweer te vergeten. Maar hij wist waar ze doorheen ging, hij wist dat het voelde alsof je hart uit je borstkas getrokken was en langzaam werd fijngeknepen.
    Ze was niet alleen.


    The purpose of a writer is to keep civilization from destroying itself.

    MT.


    Feel the fire, but do not succumb to it.

    ———————————————————————————
    •••
    ———————————————————————————

    ——————————————————————————

    ———————————————————————————
    •••
    ———————————————————————————

    Laurel Tallmund

    She craved the type of passion that even brought the Devil down to his knees..”

    • 25 • Kappa • Taison •

    Mijn handen ballen zich tot vuisten als de knaap voor me besluit mijn aanwezigheid in eerste instantie te negeren. Het lef… het gore lef, waar haalde hij het vandaan? Voor twee tellen was de bestelling die hij deed belangrijker dan ik. Ik, een lid van zijn roedel en hetgeen wat hij in mijn ogen allesbehalve verdiende. Het liefste wilde ik de taco door zijn strot heen rammen.
          Van binnen gromde ik vals. Grauwend en klauwend haalde ik naar hem uit en vocht ik met alles wat ik in me had om hem met de grond gelijk te maken. Om hem neer te halen, precies zoals hij bij Parker had gedaan. In werkelijkheid deed ik niks. Mijn lichaam was gespannen en al mijn zintuigen — zowel menselijk als dierlijk — stonden op scherp. Ik vond het vreselijk dat hij mijn meest diepe, rauwe emotie momenteel zo van mijn gezicht af kon lezen, omdat de sporen daarvan nog duidelijk te zien waren. Zijn schuld. Dit alles was zijn schuld.
          De tekenen op zijn gezicht waren een levende herinnering aan wat er pas gebeurd was. Elke klap die hij van Parker had ontvangen spoelde zich af in mijn geest, tot aan het moment waarop hij neer ging. Ik ging die beelden nooit zomaar kwijtraken en het gezicht voor me zou me daar voor altijd aan blijven herinneren. Ik haatte hem, niet om wie hij was, maar om wat hij gedaan had.
          “Sorry, wat?”
    Opnieuw gromde ik. Dit keer hield ik het roffelend geluid vanuit mijn keel niet tegen en bood het een uitweg naar buiten. Het deed hem overduidelijk niks, of het interesseerde hem dusdanig weinig dat het hem daarom niks deed. “Niet doen alsof je niet weet waar ik het over heb,” beet ik hem toe, mijn tanden licht ontbloot, en slikte de reeks aan verwensingen in waarvan ik van plan was ze er achteraan te gooien. Oonah was de afgelopen periode bezig geweest met de roedel bijeen te houden, ik had haar bijgestaan waar ik kon, en ik was niet van plan de stabiliteit die zij gecreëerd had zomaar aan wankel te maken.
          ”Raap je shit bij elkaar en neem je verantwoordelijkheid. Of moeten er nog meer do— ... gewonde vallen door jou toedoen?”
    Moeiteloos slikte ik een keer, maar vocht tegen de drang om te gaan gillen en huilen zodra ik mijn hapering naar buiten liet komen. Ik kreeg het niet over mijn lippen heen, alsof het dan nog echter werd dan het al was.


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

          TAI     


    Na de eerste hap krijg ik het niet voor elkaar om er nog eentje te nemen. Mijn maag trekt pijnlijk samen, maar het lukt me niet. De pijn straalt van de vrouw af en het schuldgevoel knijpt mijn keel dicht. Ze gromt, ze gromt echt waardoor ik even rondkijk. Ze zou hier toch niet... Nee, maar ik ben op mijn hoede. Als vanzelf kijk ik naar de plekken waar eventueel een wapen verstopt kan zitten. Met die dingen heb ik helaas wel genoeg ervaring en hoewel het geen zilver zal zijn, weet ik dat alledaagse dingen even dodelijk kunnen zijn.
          "Niet doen alsof je niet weet waar ik het over heb," beet ze me toe. Ik knipper en kijk haar dom aan. "Raap je shit bij elkaar en neem je verantwoordelijkheid. Of moeten er nog meer do— ... gewonden vallen door jou toedoen?" Mijn verantwoordelijkheid? Heel even frons ik, in de war met wat ze kan bedoelen, maar dan komt het gewicht van haar woorden aan. Ik ben een moordenaar. Ik voel het bloed uit mijn wangen wegtrekken en zie hoe de wereld even begint te wankelen.
          "Ik..." mompel ik, terwijl ik mezelf weer in de hand probeer te krijgen. Ik snap niet hoe ze het doen of ooit deden. Mam, zus, zelfs Eve... Misschien is het anders, toch bij hen, maar ik ben er niet voor gemaakt. Ondanks de woede die ik zo vaak voel en het verlangen om anderen de kop in te slaan, heb ik het niet in me. Had ik het niet in me. Ik sluit mijn ogen en tel tot vijf, waarin ik een muur optrek tegen mijn eigen emoties. Het werkt, de vermoeidheid, de stress en de honger nemen weer de overhand en het schuldgevoel is weer te negeren.
          "Waarover heb je het?" vraag ik tenslotte, terwijl ik even over haar schouder kijk om te zien of dit een valstrik is. Met alle gevoelens die ik in haar zie, zou een wraakactie me niet verbazen. Fuck, ik zou zelf de eerste zijn om wraak te nemen als iemand... ja, wie eigenlijk? Shit, ik weet niet eens wie er dood is.
          "Wie..." Ik kan het niet vragen."Wie ben jij?"

    23 j. - Laurel - Kraampjes

    Uiterlijk:
    α      Blond haar
    α      Getinte huid
    α      Donkere ogen
    α      Groot & sterk
    α      Zilveren aders rechterbovenlijf, nek & hoofd)


    Mhm?

    MT.


    [ heaven knows ]

    Dominic "Dom" Levi Winslow


    Werewolf • 18 • Kappa • With Eve



    De muziek die gespeeld werd op verschillende podia hoorde ik geen eens. Ik zat op picknicktafel aan het rand van het festival in mijn eigen wereld. Vanaf een afstand probeerde ik iedereen van de roedel in de gaten te houden. Dit was dan wel niet mijn taak, maar ik kon Oonah niet al het werk laten doen. Ik was dan wel geen alfa of beta, maar ik was wel nog altijd lid van de roedel. We hoorde er voor elkaar te zijn en we moesten onze verantwoordelijkheid nemen. Dat was iets wat de nieuwe alfa nog zeker moest leren, want nadat hij mijn vader had vermoord was hij als een lafaard er vandoor gerend.
    In gedachte zag ik mijn vader opnieuw in elkaar zakken, terwijl hij nog altijd probeerde weer op zijn poten te staan. Hij was te trots op zichzelf en wilde zich niet overgeven. Iets wat hij wel had moeten doen. Langzaam drong het tot me door dat vader zo erg verwond was dat hij stervende was. Ik schreeuwde het uit en riep naar hem dat hij weer moest opstaan. Ik probeerde naar hem toe te rennen, maar sommige leden van de roedel hielden mij tegen. Om eerlijk te zijn was dat maar goed geweest anders had ik eerst die moordenaar aangevallen. "Het is gegaan volgens de regels." klonk het naast mij. Langzaam zag ik het leven uit de ogen van mijn vader verdwijnen.
    Met een verbaasde blik keek ik het festival rond. Oonah was uit mijn gezichtsveld verdwenen, hoewel ik haar net had gezien. Ik sprong op van de picknicktafel en ik begon mezelf te mengen in de menigte festivalgangers. Ik was zeker niet in de stemming om te feesten, maar deze afleiding deed me wel goed. Mijn zoektocht naar Oonah staakte ik, toen ik voorbij een kraampje liep waar ze alcoholistische drank verkochten. Met mijn 18 jarige leeftijd kon ik dit zeker niet krijgen, maar gelukkig had ik mijn fake id bij. Ik bestelde een bier en draaide me om, toen ik plots tegen een meisje met rood haar aanliep. "Shit," mompelde ik, omdat er wat bier over me gemorst was. "Sorry, gaat het?" vroeg ik de jongedame.


    Do I look like Mother Teresa?