• Een groep van tien jongeren hebben allemaal hun eigen redenen om op survivalvakantie in de Belgische Ardennen te gaan. Ze gaan niet allemaal vrijwillig en ook niet iedereen heeft er even veel zin in, maar het wordt een vakantie om nooit te vergeten. Er zullen vriendschappen ontstaan, maar ook relaties en ruzies. Zal de groep aan het einde van de vakantie nooit meer zonder elkaar kunnen, of kunnen ze niet wachten hun eigen paden weer te betreden en van elkaar af te zijn? Dat is aan jullie.

    De groep bestaat als vanzelfsprekend uit vijf meiden en vijf jongens, er zijn ook twee leiders. Als iemand zich aanbiedt om één van de leiders te spelen mag dat, houdt er dan wel rekening mee dat de leiders één van de ouderen moeten zijn en niet bijvoorbeeld maar achttien jaar kunnen zijn. De leiders zijn een jongen en een meisje.
    Ze zullen op een veldje kamperen, hier heeft iedereen zijn eigen tentje.

    Het is wel belangrijk dat de regels goed doorgelezen en aangehouden worden!

    De regels:
    - Graag minimaal vier regels per bericht. Één keer iets minder is niet erg, iedereen heeft ten slotte wel eens weinig inspiratie, maar laat het niet te vaak voorkomen!
    - 16+ is toegestaan
    - Een beetje realistisch spelen, je kan niet op de eerste dag al verliefd worden op een ander
    - Ik wil niet dat we een maand lang blijven haken op dag één, want dan kan het RPG moeilijk verder, dus doen we over één dagdeel dus één dag. De eerste dag is het dus bijvoorbeeld ochtend en de tweede dag middag enzovoort
    - Graag melden als je meer dan één dag niet aanwezig kan zijn en in dat geval ook je personage niet midden in een gesprek achter laten. Zorg dan dat iedereen gewoon door kan spelen terwijl jij weg bent en dat er niet iemand op je hoeft te wachten. Als je drie dagen zonder iets te melden weg bent, word je zonder pardon uit het RPG gezet
    - Wees wel een beetje origineel met je personage
    - Alleen als je enthousiast mee gaat spelen mag je mee doen, ik zou het zonde vinden als dit topic al na drie dagen dood is, vandaar ook een aantal van deze regels.



    De omgeving:

    - Het meer wat vlakbij hun kampeerplek ligt
    - Hun kampeerplek
    - De tenten
    - Het dorpje waar ze vlakbij zitten en zo nu en dan heen gaan om boodschappen te halen


    De groep:

    De leiders:
    - Samantha Elizabeth Gracé - Bootin
    - Daniel Jensen Smith - Mamo

    De meiden:
    - Adrianna Hiddlestone - Mamo
    - Calana Isabella Wood - xMeCrazyMofo
    - Raquelle Jori Thompson - HaIcyon
    - Brooklyn Olivia Wyuné - CIaflin
    - Josephine Jane Brough - Caprino

    De jongens:
    - Jayden Frost - Owlsome
    - Finley Moore - Bootin
    - Niavandro Guiseppe Cicotelli - NeverIand
    - Johnathan Matthew Maikelson - Mono
    - Timothy Morrison Livinstone - Jones - Inermis

    Topics:
    Rollentopic
    Praattopic

    [ bericht aangepast op 12 dec 2013 - 18:16 ]


    "The most beautiful things in life go unnoticed..."

    Raquelle Jori Thompson

    'Hey, dat klopt' antwoordde de jongen terug aan wie ik net vroeg of ik op het juiste adres was. 'Geen probleem. Je bent niet de enige, we missen er nog een paar' zei hij nadat ik me verontschuldigde dat ik zo laat was omdat op de tijd letten nooit mijn sterkste punt was geweest. Hij klopte even op mijn schouder en sloeg toen zijn armen over elkaar heen. 'Je hebt ook nog niet heel veel gemist. Iedereen gaat nu in tweetallen op zoek naar de kampeerplek. Ik ben Daniel trouwens, de leider, samen met Sam hier' zei de jongen die dus Daniël heette, terwijl hij een knikje naar Samantha gaf, die naast hem stond. Hij stak zijn hand naar me uit. Ik schudde zijn hand. 'Raquelle. En het is fijn om te weten dat ik niet de laatste ben' zei ik toen tegen hem. 'Dus, waar kan ik mee beginnen?' vroeg ik toen maar aan hem.


    That is a perfect copy of reality.

    Owlsome schreef:
    Jayden Frost
    "Voor zover ik weet ga ik survivallen." zei John ietwat ironisch. "Just kidding, mijn broer stelde het voor, maar op het laatste moment heeft hij mij laten zitten en is naar vrienden in het dorpje. Het was niet of ik een keuze had, anders zou ik met mijn moeder en haar vriend op vakantie moeten en dat is.. Wel.. - En daarbij had ik wel eens zin in iets anders, alleen had ik bij een survival vakantie niet verwacht dat we een speurtocht gingen doen.." antwoordde hij, en snel voegde hij er aan toe; "We moeten zo naar rechts."
    Ik keek even naar het pad voor ons en een klein beetje naar rechts. Met getuite lippen keek ik weer terug naar John. Ik wilde net gaan vragen hoe hij dat kon zien, maar toen merkte ik op dat zijn telefoon ging. Ik besloot om me niet met het gesprek te bemoeien, al konden mijn oren het niet weerstaan om soms een paar woordjes op te vangen. Ik kon horen dat het zijn moeder was. Het was super lief dat ze belde, vond ik, maar aan de andere kant ook een beetje te overbezorgd. We waren immers pas net hier, en ik vond het best vervelend dat ons gesprek weer werd onderbroken.
    Het gesprek duurde niet heel lang, want volgens mij was er niet eens een minuut verstreken wanneer John de telefoon weer in zijn broekzak liet glijden. Op dat moment keek ik hem weer aan, en mijn linker mondhoek trok zich even omhoog. "Moeders..." zei ik, een beetje plagerig. "Ze hebben allemaal wel iets."
    We liepen langzaam een stukje naar rechts en ondanks dat dit een goede weg leek, zag ik op een weggetje meer aan de linkerkant nog sporen van andere mensen. Ze leken vers, dus ik dacht meteen aan het vorige tweetal. Ik keek er even naar, maar besloot om niks te zeggen en gewoon de weg van John aan te houden. Ik vond het allemaal prima, want ook hier kon ik een paar goede kiekjes maken van de omgeving.
    "Hé, ga eens bij die boom staan met die rare kronkel er in, leuk voor later!" zei ik, hopend op een ja.



    Johnathan Matthew Maikelson

    "Moeders..." zei hij een beetje plagerig en ik rolde glimlachend mijn ogen. "Ze hebben allemaal wel iets." We liepen naar rechts. Ik had gezegd dat we rechts moesten. Noem het intuïtie. Ik zag hem naar links kijken en volgde zijn blik. Voetsporen. Ach joh, al wonnen we niet, wat maakte het uit. Wat kon je winnen? "Hé, ga eens bij die boom staan met die rare kronkel er in, leuk voor later!" hoorde ik hem plotseling zeggen. Ik rolde met mijn ogen en grinnikte. "Waarom ook niet." grijnsde ik en ik deed netjes wat hij me opdroeg. Ik ging bij de boom staan en wachtte geduldig tot hij de foto had genomen. Ik richtte mijn blik op het beekje achter me. Ik had dus echt geen zin om te zwemmen. Vervolgens keek in naar de boom en zag een touw hangen met een knop er onder in. Een grijns kwam op mijn gezicht te staan. Ik keek weer een keer naar het beekje. Het viel wel te slingeren. Ik bedoel, het touw hing er vast niet voor niets. "Ik denk dat we met dit touw naar de overkant moeten." grijnsde ik hem toe, terwijl ik het touw achter een tak van de boom loshaalde. "Heb je dit wel eens eerder gedaan?" Ik dacht dat hij het wel gedaan zou hebben. Vroeger in Engeland deed ik dat altijd. We woonden dicht bij een meer en daar hadden we een touw aan een boom vasten geknoopt. Mijn broer en ik gingen er altijd vanaf springen. Een glimlach kwam op mijn gezicht te staan bij de gedachte er aan. Ik trok een paar keer aan het touw in de hoop dat hij niet kapot ging. Je wilde namelijk niet met het touw slingeren en dat hij dan los ging boven het meer. Dat zou kut zijn.


    † Impossible isn't something that can't be done, it's something that isn't done before. †

    Adrianna Hiddlestone
    "Pas op," mompelde Niah, waarna hij opnieuw mijn arm stevig vastgreep. Ik keek naast me en zag dat ik inmiddels akelig dicht naast het beekje liep. "Ik bedoelde het niet zo om over je te oordelen, Adrianna. Ik zeg alleen wat mijn mening daarin is - ik geloof dat jij er zo je eigen redenen voor hebt gehad, we hebben allemaal duistere kanten en kunnen niet allemaal perfect zijn," zei hij zachtjes. Ondertussen bracht hij me verder van het beekje af. Voorzichtig liet hij mijn arm weer los, waarna ik met mijn hand over de plek waar hij me vast had gehouden wreef. "Ade. Je mocht me Ade noemen," zei ik nog een keer, "en het is al goed." Ook al was het helemaal nog niet goed. Hoewel hij beweerde dat hij niet over me wou oordelen, had ik nog steeds het gevoel dat hij dat eigenlijk wel had gedaan. Ook wist ik diep van binnen dat er wel een vleugje waarheid in zijn woorden zat. Een waarheid die ik voorheen altijd ontkende. Ik zette een gemaakte glimlach op en scande toen de omgeving af. Verderop zag ik het volgende tweetal al bij de rand van het beekje staan, blijkbaar waren Niah en ik dus niet zo snel, of zij waren gewoon heel snel. "Daar liggen wat keien in het water, misschien kunnen we daar de oversteek maken?" stelde ik voor. Ik keek Niah vragend aan.

    Daniel Jensen Smith
    Het meisje schudde mijn hand en stelde zich vervolgens voor als Raquelle. Ik glimlachte even. "En het is fijn om te weten dat ik niet de laatste ben," zei ze toen, "dus, waar kan ik mee beginnen?" Ik keek even bedachtzaam naar de groep die nog niet was vertrokken. "Anders kun je misschien wel in een tweetal met Timothy?" stelde ik voor, "en anders moet je even wachten tot er nog iemand aankomt met wie je kan gaan. Ik weet niet wat je liever hebt?" Ik keek Raquelle even vragend aan. Ik kon me voorstellen dat zij - net als de rest van de groep - graag wou vertrekken.

    [ bericht aangepast op 22 dec 2013 - 19:51 ]


    "The most beautiful things in life go unnoticed..."

    SnowHeart schreef:
    Calana "Cali" Isabella Wood

    Heel opeens werd er geroepen: 'Mag ik even de aandacht?' Ik keek op en zag een iets oudere jongen dan ons. 'Laat ik me als eerst maar even voorstellen, ik ben Daniel, jullie mogen me ook Dan noemen als jullie dat willen en Samantha en ik zijn dit jaar jullie leiders.' Ik knikte even als teken dat Dan verder kon gaan, ondanks dat hij het niet zag. 'Welkom op dit kamp. Zoals jullie waarschijnlijk wel zien zijn we nog niet helemaal compleet en zijn we ook nog niet op onze kampeerplek, dat is namelijk jullie eerste opdracht. Jullie zullen namelijk in tweetallen opzoek gaan naar de plek waar we deze vakantie zullen verblijven. Jullie moeten het doen met een aantal aanwijzingen die jullie van ons krijgen. Deze zijn onderweg te vinden in het bos.' vervolgde hij. 'Whoo!' riep ik even, omdat ik hier heel blij mee was. Wat een eerste opdracht! Nou maar hopen dat ik met iemand die aardig was in een tweetal kwam. 'Timoty en Josephine, jullie zijn een tweetal, Jonathan en Jayden, ook jullie zijn een tweetal. Niavandro en Adrianna gaan samen op stap net als Finley en Calana. Timothy en Josephine, jullie vertrekken straks als eerste. Zijn er nog vragen?' Hmm, Finley. Ik had nog niemand ontmoet, dus zou ook niet kunnen weten wie Finley was. Toen pas bedacht ik me dat D b me Calana had genoemd, mijn echte naam. Ik had zo'n hekel aan mijn echte naam, daarom noemde iedereen me Cali. Ik stak mijn hand op en zonder op antwoord te wachten riep ik: 'U mag me ook Cali noemen hoor! Ik heb zo'n hekel aan de naam Calana.'


    Finley Moore
    Ik bekeek de jongen van boven naar beneden en luisterde naar de groepsindeling. Eigenlijk hoorde ik vrij weinig omdat ik diep in gedachten zat maar kon mijn naam er nog net uit halen, en die van mijn partner. Calana, ik had nog bijna niemand ontmoet en kon dus moeilijk uit gaan vogelen wie zij was - maar ik kwam er al snel genoeg achter aangezien ze zichzelf openbaarlijk voorstelde. ''U mag me ook Cali noemen hoor! Ik heb zo'n hekel aan de naam Calana.'' Ik knikte kort en rustig, ik hoopte niet dat ze altijd zo betweterig zou zijn. Ik was namelijk een persoon die heel snel geïrriteerd wordt en dat moest ze niet gan uittesten. Ik besloot naar haar toe te lopen en glimlachte zwakjes naar haar. ''Ik ben Finley,'' stelde ik mezelf kort voor en ik liet mijn rechterhand in mijn zak glijden waarbij ik een houding kon aannemen. Ik bekeek haar kort en staarde toen naar haar bruine, half gekrulde haren. Ik ging met mijn andere hand door mijn haar heen en keek toen naar de andere twee groepjes die al waren vertrokken. Misschien moesten wij ook maar eens gaan - we waren inmiddels al aan de late kant.


    Everything is illuminated by the light of our past.

    Calana "Cali" Isabella Wood

    De jongen aan wie ik was gekoppeld liep naar me toe. Vrolijke sproeten waren verspreid over zijn hele gezicht, wat er erg leuk uitzag. Hij leek me erg rustig, maar wel iemand met wie je geen ruzie wilde hebben. De jongen glimlachte wat zwak en zei toen: 'Ik ben Finley.' Ik knikte kort bij het horen van zijn mooie naam. 'Ik ben Cali,' antwoordde ik rustig. 'Of… Calana, zoals je net hoorde. Maar ik vind Cali leuker.' Ook ik glimlachte even, terwijl Finley een hand in zijn zak deed en een gemakkelijke houding aannam. Hij bekeek mijn haar goed, waar ik even door bloosde en ik keek weg. Dat ben ik natuurlijk weer, dat meisje dat altijd hyperactief is, maar wanneer ze nieuwe personen ontmoet wordt ze ineens verlegen. Finley haalde een hand door zijn haar, ik deed hetzelfde. 'Wanneer moeten wij?' besloot ik toen maar te vragen.


    "Live simply, so others can simply live." - Matthew Espinosa

    Finley Moore
    'Ik ben Cali,' antwoordde ze rustig. 'Of… Calana, zoals je net hoorde. Maar ik vind Cali leuker.' Ik trok mijn wenkbrauwen kort omhoog en bleef haar toen weer doordringend aan staren. ''Wanneer moeten wij?'' Vroeg ze en ik beet op mijn lip. ''Geen idee,'' zei ik en trok mijn rugtas op. ''Laten we nu maar gewoon gaan,'' stelde ik voor. Ik draaide me nu volledig om en keek het bos in wat net nog zo donker had geleken, ik stapte er met grote stappen naar toe en keek naar haar wachtend totdat ze volgde. Eigenlijk wou ik niet eens voor lopen, ik haatte dat. Dat was het voorbeeld geven en dat kon ik niet - plus je moest door alle troep en daar stond ik ook niet op te wachten. Mijn ogen gleden over haar lichaam en ik merkte op dat ze ook niet de lelijkste was. Ik wreef vermoeid door mijn ogen en liet mijn blik weer afdwalen naar het verwaarloosde pad wat hier midden in een bos was aangelegd. Eerlijk gezegd wist ik niet eens waar we heen moesten, en wat we moesten doen. Ik had hier eerlijk gezegd ook helemaal geen zin in en had geen idee waarom ik zo enthousiast hier heen liep. Het enigste waar ik nu zin in had was een warme kop thee en een flink bord met eten. ''Cali was het toch?'' Herhaalde ik eigenlijk haar antwoord, ik moest haar naam wel zeker weten. Mijn licht, Franse accent kwam naar voren bij haar naam en het klonk op zich wel geinig ook al had ik er zelf een hekel aan.


    Everything is illuminated by the light of our past.

    Calana "Cali" Isabella Wood

    Finley beet even op zijn lip. 'Geen idee.' antwoordde hij toen, omdat ik vroeg wanneer wij moesten gaan. 'Laten we nu maar gewoon gaan.' 'Moeten we niet eerst aan…' begon ik, omdat ik er wel zeker van wilde zijn dat we geen verkeerde dingen deden. Ik hield er niet van als mensen mij niet mochten, dan had ik een enorm schuldgevoel, Joost mag weten waarom. Finley zette een paar stappen door het nogal duistere bos, waarna ik hem achterna snelde. Finley bekeek me even goed, net zoals net. Ik bloosde, nog nooit had een jongen me eens goed bekeken. De jongen liet zijn blik afdwalen naar het paadje dat in het bos was gemaakt, erg handig, volgens mij. Stiekem vond ik het wel leuk, zelf de weg vinden, ik was altijd al een avontuurlijk meisje. Op een dag ga ik een wereldreis maken, dat was mijn droom al sinds ik vijf jaar ben. Ik heb die gedachtes en fantasieën altijd gekoesterd, nu was het wachten totdat ik genoeg geld had, wat ik bij elkaar verdien van mijn nutteloze zaterdagbaantjes. 'Cali, was het toch?' vroeg Finley, waarbij ik opmerkte dat hij een Frans accent had. Ik knikte en stapte stevig door. 'Klopt. Jij bent Finley… Eh…' Ik was vergeten te vragen naar zijn achternaam, niet dat het erg belangrijk was. 'Nou ja, mijn achternaam is Wood.'


    "Live simply, so others can simply live." - Matthew Espinosa

    Finley Moore
    ''Moeten we niet eerst aan..'' had ze begonnen en ik rolde met mijn ogen. Ze knikte op mijn vraag en stapte stevig door waarbij ze nu naast mij stond. ''Klopt. Jij bent Finley... Eh...'' Ik keek haar afwachtend aan. ''Nou ja, mijn achternaam is Wood,'' zei ze en ik glimlachte zwakjes maar mijn glimlach was al snel weer verdwenen. ''Finley Moore,'' zei ik en liet mezelf weer een paar stappen zetten. ''Weet jij waar we heen moeten?'' Vroeg ik, nadenkend over of we nou dit pad moesten nemen of een totaal verschillende. ''Ik vind dit nu al vreselijk,'' mompelde ik en leunde tegen een boom aan waar ik al snel van afdeinsde. ''Waarom heb jij je in hemelsnaam hiervoor opgegeven?'' Vroeg ik en beet weer op mijn lip. Ze zag er totaal niet uit als een meisje die hier zin in had, ze had juist een schattige uitstraling en haar haar zat perfect waardoor je haar hiervoor niet het type zou vinden.

    Kort stukje, moet zo weg.


    Everything is illuminated by the light of our past.

    Raquelle Jori Thompson

    Hij keek even bedachtzaam naar de groep die nog niet was vertrokken. 'Anders kun je misschien wel in een tweetal met Timothy?' stelde hij voor, 'en anders moet je even wachten tot er nog iemand aankomt met wie je kan gaan. Ik weet niet wat je liever hebt?' Hij keek mij even vragend aan. 'Ik ga wel opzoek naar die Timothy' zei ik toen glimlachend en ik liep weg van hem. Al snel zag ik nog iemand bij zijn auto staan. Misschien was hij Timothy? Ik liep zijn richting uit en toen ik eenmaal voor hem stond vroeg ik aan hem 'Ben jij Timothy?' Ik glimlachte even. 'Zo ja, zullen wij anders samen opzoek gaan naar die kampeerplek? Ik heb niet echt heel veel zin om nog heel veel langer te moeten wachten op andere mensen. Ik heb hier namelijk best wel zin in. Eindelijk is verlost van die saaie vakanties die mijn ouders altijd regelen' vervolgde ik toen.


    That is a perfect copy of reality.

    Calana "Cali" Isabella Wood

    'Finley Moore,' stelde de jongen zich wat uitgebreider voor. Ik zei niks terug en liep gewoon door. Alleen een simpele "oh" verliet mijn mond. 'Weet jij waar we heen moeten?' vervolgde Finley, waarna ik alle paden bekeek. 'Ik heb werkelijk geen idee, waar we heen moeten.' antwoordde ik, niet wetend welk pad we moesten nemen. 'Laten we dit gewoon volgen, dan komen we vast wel ergens. En trouwens, als we té lang wegblijven komen Dan en Samantha ons vast wel zoeken.' 'Ik vind dit nu al vreselijk…' mompelde Finley, waarna hij tegen een boom leunde, maar zich al snel weer terugtrok. Ik bleef even staan en haalde mijn schouders op. 'Waarom heb jij je in hemelsnaam hiervoor opgegeven?' vroeg Finley, wat even hard bij mij aankwam. Ik wist zelf ook wel dat ik er niet uitzag als een avontuurlijk, dapper en brutaal meisje, maar dat kon ik heus wel zijn, hoor. Even daarna besefte ik me dat Finley me ook niet als de beste kende, dus dat het geen verrassing was dat hij me er ook soft uit vond zien. 'Ach ja,' antwoordde ik simpel. 'Het lijkt mij écht geweldig, survivallen. Ik zie zo vaak filmpjes op internet, of ik zie het op tv. Maar ik heb het nooit zelf gedaan. En mijn ouders wilde me even weghebben, omdat ik volgens hen "iets te aanwezig ben".' Ik plukte even aan een loshangend draadje van mijn rok. 'En jij?' vroeg ik daarna.


    "Live simply, so others can simply live." - Matthew Espinosa

    Finley Moore
    ''Ik heb werkelijk geen idee, waar we heen moeten,'' antwoordde ze. ''Laten we dit gewoon volgen, dan komen we vast wel ergens. En trouwens, als we té lang weblijven komen Dan en Samantha ons vast wel zoeken.'' Ik knikte kort, het maakte me eigenlijk totaal niet uit dat we verdwaald waren. Behalve als we ergens bij een warme plek terecht kwamen en daar de rest van de weken die we hier zitten mochten verblijven, maar dat zou het toch nooit worden. Ze haalde haar schouders op - op mijn zeurende opmerking. ''Ach ja,'' antwoordde ze simpel. ''Het lijjkt mij écht geweldig, survivallen. Ik zie zo vaak filmpjes op internet, of ik zie het op tv. Maar ik heb het nooit zelf gedaan. En mijn ouders wilde me even weghebben, omdat ik volgens hen ''iets te aanwezig ben,'' ze plukt aan een loshangend draadje van haar rok. Ze was te aanwezig, zolang ze dat niet bij mij was had ik in ieder geval geen problemen met haar. ''En jij?'' Vroeg ze en mijn blik ging van haar rok weer naar haar en ik beet op mijn lip. ''Ik ben hier in ieder geval niet voor mijn plezier,'' begon ik en ik liet een hand door mijn haar gaan. ''Ik was van school af gegaan en was vaak thuis, mijn ouders besloten mij toen een cadeau te geven om te gaan survivallen.'' Ik klonk echt als een ondankbaar kind, wat ik waarschijnlijk ook ben. Ik glimlachte zwakjes naar haar en keek toen verder het bos in. ''We kunnen ook gaan liften,'' stelde ik plots voor. Nadenkend over dat idee was het zo slecht nog niet, we hoefden niet dit prut pad te lopen en we waren er sneller dan de andere. Ik keek haar afwachtend en doordringend aan.


    Everything is illuminated by the light of our past.