• Op een zonnige dag in New York City komen 4 vriendinnen bij elkaar. Een van hen heeft een oud boek met spreuken gevonden op zolder. Door verveling besluiten de 4 vriendinnen een van de spreuken uit te proberen. Een spreuk die er voor zorgt dat hun diepste verlangen worden waar gemaakt. Het duurt niet lang voor ze alles bij elkaar aan het zoeken zijn. Twee gaan op zoek naar vreemde kruiden en de twee overgebleven zoeken een schaal, kaarsen en wierrook bij elkaar. Ook graven ze de kat die al 10 jaar bij de buren in de tuin ligt op. Twee uur later hebben ze alles bij elkaar. De vier vriendinnen sluiten de gordijnen zetten de kaarsen in een kring en doen ze een voor een aan. Dan komt eindelijk het moment dat ze gaan beginnen. De oudste van het stel zet de schaal in hun midden. De anderen doen de kruiden en de botten in de schaal. Alle vier te gelijk lezen de vreemde tekst op.

    "diabolus, diabolus
    fac mea maxime cupiditas ubi
    Tuus sum, et in perpetuum"


    Om de spreuk helemaal af te maken geven ze alle vier een druppel bloed in de schaal. Een half uur gaat voorbij maar er gebeurt helemaal niks. Ondanks dat ze niet geloofde dat het ook maar werkte zijn ze toch blij dat dit inderdaad het geval was. Langzaam staan ze allemaal op en blazen de kaarsen uit. Maar dan gebeurt er toch iets. Een voor een raken ze in trans en verschijnt er een in mantel verscholen persoon voor hen. Die ze alleen maar aan kijkt zonder iets te zeggen. Dit alles bij elkaar duurde echter maar een paar seconden. Niemand durft er iets over te zeggen en doen als of er niks is gebeurt. De volgende dag worden ze wakker en is inderdaad hun wens in vervulling gegaan.

    Een half jaar later zijn ze alle vier nog steeds gelukkig. Waar ze echter niet aan hebben gedacht zijn de kleine letters die onder aan de bladzijden stond. In hun slaap werden ze alle vier meegenomen door mannen in mantels. Dit zijn dienaren van Satan. De man die hun wensen in vervulling heeft laten gaan. Nu is het hun beurt om te betalen voor die wensen. Alle vier de vriendinnen worden de persoonlijke slaaf van satan en zijn 3 zonen. Echter is dit niet een rol die ze voor altijd zullen vervullen. Ze worden namelijk opgeleid om als vrouw te dienen voor hen. Zodra ze hun ogen openen zullen ze dan spijt krijgen van wat ze gedaan hebben? Of zullen ze het accepteren en het er het beste van maken? Aan jou de keuze.

    Demons
    Demons:
    Hoewel dat de duivel en zijn zoons er normaal uit zien, betekend dit niet dat ze dit ook echt zijn. Ze bezitten alle vier langere hoektanden. Wat ze hier mee doen etc is helemaal aan hun zelf. De ogen word volledig zwart als ze bos worden of bij een andere sterke emotie. Maar ook kunnen ze er voor kiezen om ze zwart te maken. Verder zien ze er uit als een mens. Alleen heeft honger en ouder worden niet echt grip op ze. Ook hoeven ze niet elke avond te gaan slapen maar hier kunnen ze wel voor kiezen. Zodra ze er voor gekozen hebben om niet meer ouder te worden dan stopt het veroudering proces. Demonen verliezen nog steeds bloed wanneer ze gewond raken. Ze genezen alleen sneller dan een mens. Een grote snee of wond zou minstens een tot twee dagen blijven zitten, maar na die twee dagen is er niks meer te zien zelfs geen littekens.

    Krachten:
    Door de jaren heen hebben de demonen ook krachten gekregen. De meeste zijn ontstaan in de pubertijd. Maar door dat ze al vele jaren misschien al wel eeuwen leven betekent dit dat ze de meeste dingen goed onder controle hebben. Al kan het natuurlijk altijd nog wel eens fout gaan. Vergeet niet dat sommige krachten uit puttend kan zijn, zelfs voor demonen.

    Jay, Junior & Ivory
    - 3 van de 4 elementen, water, aarde en lucht.
    - Telekinesis (gevorderd niveau)
    - Portal Creation (Kunnen teleporteren door middel van een portaal die gemaakt word door hun element)
    - Mind control (Het beheersen/lezen van het menselijke brein)
    - Enhanced Senses (Verbeterde zintuigen)
    - Enhanced Agility (Leniger dan de mens)
    - Enhanced Speed (sneller dan de mens)
    - Enhanced Strength (Sterker dan de mens)


    Blake
    - 4 elementen (vuur de sterkste)
    - Mind control (Het beheersen/lezen van het menselijke brein)
    - Enhanced Senses (Verbeterde zintuigen)
    - Enhanced Agility (Leniger dan de mens)
    - Enhanced Speed (sneller dan de mens)
    - Enhanced Strength (Sterker dan de mens)
    - Telekinesis (hoogste niveau, met lvl beperkingen)
    - Empathie (uitgeschakeld)
    - Teleportatie (zonder portals)
    - Summoning (versterkend & using: vb leger oproepen, hellhounds roepen, maar zelf niet sterker worden)
    - Necrokinesis (De mogelijkheid tot onmiddellijke dood veroorzaken)
    - Resurrection (De mogelijkheid om de doden te doen herleven)


    Hel
    De hel ziet er op zich redelijk normaal uit. Zie het voor je als een landgoed in de middeleeuwen. Dit betekend echter niet dat het hier heel mooi is. In de hel is het altijd warm, wat op zich zijn voordelen heeft. Aan de hemel is alles rood. Van de wolken tot aan de maan. De hel kent geen zon, dit betekend niet dat hun maan niet vel is. Deze is wel vel, vel genoeg om dag en nacht de straten te verlichten. Het is dus ook nooit donker in hel. Aan de rand van de stad staat een groot kasteel waar Satan, zijn kinderen en de slaven leven. Echter diep in de kelder daar begint hel pas echt. Hier komen de zielen terecht en worden ze gemarteld. Over het landgoed heb je vele bossen maar ook velden en een meer. Hier en daar staat er een huis op het land waar andere demonen wonen. Je hebt hier geen moderne spullen. Ze hebben ook geen stroom etc. Ze verplaatsen zich in hel door paard en wagen. Elke demon kan gemakkelijk door een poort naar de aarde gaan en mensen mee nemen. Maar een mens kan niet alleen door de poort heen dit zal hen doden.


    Regels:

    – 350 woorden minimaal, is makkelijk te halen.
    – Minstens 1 keer in de week reageren.
    – Niet meer dan 1 personage.
    – Een reservering blijft 48 uur staan.
    – geen perfecte personages.
    – Hou het realistisch.
    – godmodden en powerplayen zijn niet toegestaan.
    – 16+ is toegestaan.
    – Er moet minimaal een post tussen voor je weer mag reageren.
    – Topic's worden alleen aangemaakt door CavalierYouth
    – Naam verandering door geven.
    – Leef je de regels niet na, dan word je na de tweede waarschuwing er uit gegooid.


    Wensen:
    AnnaSophia: heeft gewenst dat haar ouders weer bij elkaar zouden komen.
    Bess: heeft gewenst dat haar leven zou gaan veranderen
    Gweneth: heeft gewenst om de perfecte match
    Lucia:

    Invullen:
    Naam: (de demonen hoeven geen achternaam. Anders de achternaam van Satan omdat het zijn kinderen zijn)
    Leeftijd: (16 t/m 19) (20 t/m 25)
    Uiterlijk: (Met foto)
    Innerlijk:
    Slaaf/meester: (Word uitgekozen door het lot -loting-)
    Kracht: (alleen voor demonen het element gaven)
    Extra’s:

    Koppels
    Jay Aiden Barnett- Gweneth Arabella Belcourt
    Blake Junior Barnett - Bess Adeline Marchon
    Blake Chase Barnett - AnnaSophia Thompson
    Ivory Barnett - Lucia Dorné


    Rollen:
    Vol!
    Meiden:
    Annasophia Thompson // Monstrous 1.1
    Bess Adeline Marchon // Banshees 1.6
    Gweneth Arabella Belcourt // Halter 1.3
    Lucia Dorné // Nuevo 1.2

    Jongens:
    Satan: Blake Chase Barnett // DarkAng3l 1.1 Water Aarde Vuur Lucht
    Ivory // Seto 1.3 Lucht
    Blake 'Junior' Barnett // OutlawQueen 1.2 Aarde
    Jay Aiden Barnett // Torquay1.4 Water

    De vertaling van de spreuk klopt niet helemaal,
    maar wat er staat is.
    Duivel, Duivel
    Maak mijn diepste wensen waar.
    En ik zal voor eeuwig het uwen zijn


    Het begin
    De meiden liggen ieder in een aparte kamer wat vanaf nu hun slaap kamer is, voor zover ze zich waarschijnlijk zullen gedragen. Maar dat is geheel aan de demonen. Alle meiden zullen nu waarschijnlijk wel wakker worden, denkend dat ze gewoon in hun bed in hun kamer wakker zullen worden. Dit is dus echter niet het geval. De mannen zitten stilletjes stil te wachten tot ze wakker worden.



    Topics
    RollenTopic
    Praattopic

    [ bericht aangepast op 4 nov 2014 - 14:16 ]

    mt
    (sorry als ik momenteel wat kort van stof ben, heb rothumeur waar Blake nog een puntje aan zou kunnen zuigen)


    "Nothing is True. Everything is Permitted"

    Mt.


    Vampire + Servant = Servamp

    [MT]


    I'm finally back, Finally after a Year break

    (MT)

    (MT)


    Everyone is good as it is, do not change people

    Lucia Dorné


    Heel langzaam merk ik hoe het licht het donker in mijn ogen verdrijft. Ik zucht zacht. Ik wil nog niet wakker worden, daar ben ik veel te moe voor. Ik wil slapen en dromen over leuke dingen. De dag is veel te saai. Dat is dan ook de reden dat ik mijn ogen stijfdicht hou, koppig dat ik dan ook ben. Een duim komt in mijn mond terecht. Stomme gewoonte dan ook. Ik weet dat ik geen baby meer ben, maar ik kan er gewoon niet mee ophouden. Ik draai me even om zodat mijn hoofd in mijn kussen terecht komt, waar het gelukkig iets donkerder is. Ik doe een poging om de slaap weer te vatten, maar daar ken ik mezelf te goed voor. Ik ben te ongeduldig. Ik vloek zacht tegen het kussen en vooral tegen mezelf. Waarom kan ik niet weer slapen? Ik zal wel weer te vroeg naar bed zijn gegaan. Zuchtend doe ik mijn ogen dan toch open, nog half slapend gaap ik even. Als ik de kamer dan echt goed in het zicht krijg, frons ik mijn wenkbrauwen. Dit is niet mijn kamer. Wat! Even staan mijn hersens stil. Ik snap het niet. Snel kijk ik om me heen. Dit lijkt totaal niet op mijn kamer en bovendien zit er een jongen naast mijn bed. Mijn mond staat wagenwijd open. Ben ik nu aan het halucineren? Moet ik naar de dokter of zo? Er zit echt een jongen. Het is wel een knappe jongen, maar toch een jongen die hier niet hoort te zijn. Ik hoor hier niet eens te zijn, laat staan hij. Ik verklaar mezelf officieel voor gek. Wat gebeurt er?
    "What the fuck is er aan de hand!" Zeg ik verbaast tegen de hallucinatie naast mijn bed! Bovendien slaat mijn hart op en neer als een knetter.

    Blake Chase Barnett || Satan
    Zwijgend staarde ik voor me uit. Nou, misschien kon je het niet echt staren noemen, gezien zelf ik niets zag met gesloten ogen eigenlijk. Wat natuurlijk niet wilde zeggen dat ik me niet bewust was van m’n omgeving, maar dat is natuurlijk een andere zaak.
    De kamer om me heen is donker en het enige wat ik lijk te horen is het zachte ademhalen van de persoon die op bed ligt te slapen. Nu is ze zich vast en zeker nog van geen kwaad bewust, maar hoe lang dat nog zou duren…. Vast niet zo heel lang meer. Ook al kon ik het van hier niet zien, op aarde was de dag aan het aanbreken en dat wilde ze vast en zeker spoedig wakker zou worden. Het was maar een kwestie van tijd meer voor ze een nieuwe realiteit zou moeten aanvaarden.
    Denkend nam ik nog een slok van het glas dat ik vast had. Vroege ochtend of niet, het hield me niet bepaald tegen om nu al whisky te drinken. Het was altijd ergens avond op aarde en waar we nu waren maakte dat zelf helemaal niet uit. Hier maakte ik de regels en vertelde niemand me wat ik moest doen. Ondertussen malen de gedachten door m’n hoofd en keer ik in gedachten terug naar die ene avond, nu zes maanden geleden.
    Het leek een avond als zovele, maar toch hoorde ik onmiskenbaar de roep van een aantal, wat leek wanhopige, meiden vanop aarde. Woorden die niet bepaald vaak gesproken werden, maar toch herkende ik ze meteen en een lichte grijns verscheen om m’n lippen. Hoe mooi was het leven toch als ze zich zo vrijwillig aanboden. Trouw aan m’n eigen natuur wachtte ik om aan hen te verschijnen, hun wens vervullend en daarmee ook meteen hun lot bezegeld, ook al wisten ze het op dat moment nog niet.
    Vandaag zou dat echter gaan veranderen. Ze waren nu hier, in mijn domein en nu was alles anders. Ik hoopte van harte voor hun dat ze van hun wens hadden kunnen genieten zolang het duurde, want die dagen waren nu over. Nee, eigenlijk hoopte ik niet dat ze ervan hadden kunnen genieten. Ik had het namelijk liever als mensen wanhopig en verdrietig waren, want dan vroegen ze, net als hen, naar mij en had ik weer een paar zieltjes extra.
    Een tel had ik getwijfeld om alle vier de vriendinnen voor mezelf te houden, maar uiteindelijk had ik het toch maar op een van hen gehouden. De andere lagen nu elk in hun eigen kamer, vast en zeker onder de zorgen van m’n drie zoons. Hmmm, dat deed me eraan denken, vast dat het er niet echt zo uitzag dat ik drie zoons had die niet veel jonger leken dan mezelf. Zou nog grappig worden mochten die meiden gaan denken als we vier broers waren, niet dat dat zo veilig zou zijn. M’n trots kon daar namelijk slecht tegen.


    "Nothing is True. Everything is Permitted"



    AnnaSophia Thompson

    koekjes en andere lekkere dingen die al een tijdje voor haar stond leken langzaam te verdwijnen. Met een afkeurend geluidje probeerde ze nog alles naar haar toe te trekken. Maar dit hielp niet. Het moment dat ze wakker werd kwam steeds meer dichterbij. Langzaam aan hoorde ze de geluiden om haar heen steeds beter. Haar ogen begonnen langzaam te trillen en voor ze het wist opende ze. Maar voor ze haar ogen ook maar had geopend sloot ze die meteen weer en draaide zich om in haar bed. Ze greep haar kussen en hield die stevig vast. Ze wou nog lang niet wakker worden. Ze sliep liever nog een paar uur door, maar blijkbaar dacht haar lichaam daar anders over. Zuchtend draaide ze zich op haar rug en rekte zich uit. Wacht! Hoorde haar bed wel zo groot te zijn? Geschrokken schoot ze recht op en opende haar ogen. Haar blik gleed over de nogal donkere kamer, dit kon haar kamer niet zijn. Haar kamer was nooit zo donker. Haar blik bleef hangen bij een hoek, het leek als of daar iets of iemand zat. Langzaam schoof ze naar de zij kant en stapte ze uit bed. Haar blik gleed meteen naar beneden het was te donker om wat te kunnen zien. Haar handen gleden naar haar slaap shirt die ze gelukkig nog steeds aan had. En aan de geur te ruiken was dit inderdaad haar slaap shirt. Haar handen zochten een muur die ze meteen gevonden had. Al op de tast zoekend probeerde ze een licht knopje of misschien wel een tv te vinden waar door te tenminste nog iets van licht kon maken waar door ze iets kon zien. Maar die vond ze niet, iets wat ze in elk geval wel vond waren gordijnen. Langzaam trok ze die los en een klein gilletje verliet haar lippen zodra ze de omgeving zag. Dit was nu zeker weten haar kamer niet. Haar blik gleed over het raam heen maar nergens kon ze het raam openen. Ze draaide zich om, om haar kamer te zien. Haar blik gleed meteen op de man die daar maar zat, met zijn ogen dicht en een glas in zijn handen. AnnaSophia hield haar hoofd iets schuin en probeerde te ontdekken wat er in zat. Al snel schudde ze haar hoofd. Dat stomme drinken was nu niet belangrijk. Nee, ze moest hier weg zien te komen. Haar blik gleed naar de deur, maar voor ze daar kon komen zou ze langs de man moeten gaan. Haar blik gleed verder door de kamer heen. Op het nachtkastje aan haar kant stond een kleine kaarsen kandelaar. Zo zacht mogelijk probeerde ze er heen te lopen en pakte de kandelaar op. Annasophia hield haar adem in, bang dat hij haar zou horen ademen. Maar aan de andere kant, ze had al gegild. Dat zou hij zeker gehoord moeten hebben. Wat deed ze hier, waarom was ze hier? Wat deed hij hier? Vragen waar ze zo graag antwoord over wou hebben. Maar aan de andere kant. Misschien was het beter als ze er niet achter kwam. Langzaam liep ze zijn kant op. En zodra ze eenmaal voor hem stil stond verstevigde ze haar hand beter om de kandelaar en hief haar handen. Ze sloot haar ogen terwijl haar handen naar beneden kwamen in de hoop de man te raken die daar op de stoel zat.

    Blake Chase Barnett || Satan
    Tijd had niet bepaald vat op me terwijl ik zat te wachten. Ik wist dat het passeerde, maar of het nu drie minuten waren of drie jaren, het maakte niet bepaald veel verschil uit eigenlijk. Ik zou er toch altijd even oud of jong blijven uitzien zoals ik op dit moment deed. Het was het voordeel van demon te zijn en in hell te leven. Tijd had geen vat op je, je verouderde niet verder dan dat je zelf wilde en bleef voor eeuwig leven.
    Er speelde een halve grijns om m’n lippen toen ik beweging hoorde vanaf het bed. Blijkbaar was ze wakker geworden. De zucht die over haar lippen rolde toen ze besefte dat de heerlijke vergetelheid van de nacht voor nu even gedaan was, was voor mij het teken dat ze ieder moment zou gaan kunnen beseffen dat dit niet langer haar eigen kamer was.
    Ik moest m’n uiterste best doen om niet te grinniken toen ik het gilletje hoorde na het openen van de gordijnen. Welcome to my world…. De worden vormden zich onmiddellijk in m’n hoofd terwijl ik haar zowat kon horen denken over waar ze was en wie ik was. Het was gewoon telkens weer grappig hoe ze reageerden als ze hier kwamen, want dit was voor mij heus niet de eerste keer dat het gebeurde.
    Ik hoorde het schrapen van de kandelaar en niet veel later de verplaatsing van de lucht toen ze het ding blijkbaar tegen m’n hoofd wilde mikken. In een tel klemde ik m’n hand om het metaal voor ik m’n ogen open deed. Er was niet bepaald iets van vriendelijkheid in te zien en evenmin was ik bepaald blij dat ze het zo wilde aanpakken eigenlijk. “Dat zou ik niet doen, moest ik jou zijn.” Hoewel m’n stem zacht was, was de waarschuwing erin maar al te duidelijk. Ik zou het voor nu, en zeker voor mijn doen, vriendelijk spelen, maar hoe lang dat zou gaan duren, hing van haar af. Veel trucjes als deze en het zou niet lang gaan duren.
    Zonder veel moeite wist ik het ding uit haar handen te pellen en op een bijzettafeltje te zetten voor ik op stond. “Ik zou vriendelijk zijn tegen me, moest ik van jou zijn. Uiteindelijk ben ik dat ook voor jou geweest.” Een halve, gemene grijns speelde over m’n lippen. Wat dat betekende zocht ze zelf maar uit, maar ik betwijfelde of ze snel de link zou leggen met het ritueel van een half jaar eerder.


    "Nothing is True. Everything is Permitted"

    Destiney Nina Claws

    Een onbekende geur kwam zachtjes langs mijn neus terecht. Het was een vreemde geur, iets dat ik nog nooit had geroken. Ik kon het geen plaats geven in mijn hoofd. Ik probeerde me de vorige avond te herinneren ... Wat was er dan toch gebeurd ? Ik had de hele avond zitten niksen in mijn bed. Ik had met mijn ouders geen woorden meer gewisseld na onze ruzie. Ze moesten zich dan ook niet met mijn zaken bemoeien. Dag kon ik zelf wel. Maar dit legde allemaal niet deze onbekende geur uit. Was ik bij iemand gaan slapen? Als ik gewoon mijn ogen zou openen zou het veel simpelder zijn, maar hier was ik te lui voor. Ik was hier nog veel te moe voor. Het liefst had ik nu doorgeslapen maar dit allemaal maakte me heel nieuwsgierig. Ik kon me dus echt niets herinneren van gisteren. Ik wist echt zeker dat ik thuis was gaan slapen. Misschien stond het huis wel in brand ! Bij deze woorden deed ik mijn ogen in één klap open. Ik ademde snel in en uit, wat niet gewoonlijk was bij een mens. Ik knipperde met mijn ogen en zag toen weer de donkere muur. Ik was vast niet in mijn kamer. Behalve als iemand mijn muur van roos naar grijs had geverft maar dat was volgens mij echt te ver gezocht. Ik slikte even en ging zitten. Ik zat op een groot bed die niet van mij was. Ik wist het echt helemaal zeker ! Deze kamer was ook niet van mij... Waar was ik ? Er ontstonden allemaal vragen in mijn hoofd waar ik spijtig genoeg geen antwoord op kon vinden. Ik keek de hele kamer rond tot ik stopte bij een schaduw. Ik slikte weer en liep gepannikeerd naar achter zodat ik uit het bed viel. Een kleine kregen kwam uit mijn mond terecht. Ik was pijnlijk op mijn staartbeentje gevallen. Ik stond recht en ging naar de andere kant van de kamer staan. De schaduw leek een jongen te zijn. Wie was hij ? Wat deed ik hier in hemelsnaam toch? Waren de vragen waar ik meteen een antwoord op wou.
    'Wie ben jij?, vroeg ik bijna fluisterend en onzeker.


    Everyone is good as it is, do not change people

    Ivory 'Ivy'
    Ik zat weet ik hoelang naast het bed waar het meisje in lag, met mijn hand onder mijn kin naar haar te kijken. Ze sliep zo rustig, het leek wel of de kamer alle geluiden had afgeschrikt. Ik wend mijn blik van haar af en zucht.
    Ik keek op toen ze langzaam bewoog en moeite deed om weer in slaap te komen. Ik grinik even, waardoor ik de lucht door mijn neus laat ontnappen. Ze draait plots om, waarbij ik haar met grote ogen bleef aankijken, maar gelukkig stopte ze haar hoofd in de kussen en bleef zo liggen. Een gegeven moment hoorde ik dat ze iets zachts mompelde. Het was grappig om te zien, hoe iemand in een onbekende ruimte, nog niets in de gaten had en zo heerlijk kon slapen.
    Ze kwam langzaam overeind en gaapte even, ik trok mijn blik van haar weg en voelde mijn wangen gloeien.
    Ik had gehoord dat ze redelijk knap waren, maar zo knap was me geheel ontschoten. Dit meisje was beeldschoon.
    ze had haar ogen geopend en keek om zich heen waar ze was, ze had er moeite mee om alles te plaatsen.
    Ze had haar ogen ineens op me gericht.
    Ik had even het gevoel dat er iets stilstond in de kamer.
    'Wat the fuck is er aan de hand!' zei ze verbaast tegen de persoon naast haar bed, dat ik moest voorstellen. Ik moest toegeven ookal was ze knap, aan haar toon was duidelijk te merken dat ze niet een zachtaardig meisje was.
    'Niet zoveel, het was aardig stil toen je sliep,' beantwoorde ik haar vraag. mijn stem klonk wat eentonig, aangezien ik geen zin had om verheffingen of dempers te gebruiken.
    'Je zag er best wel lief uit toen je de neiging had om je te verstoppen in je kussen.' Ik leunde naar achteren en bleef het meise strak aankijken. Ik wachtte geduldig af wat ze zou antwoorden, daardoor liet ik haar eerst even alles bezinken en wennen, aan het feit dat ze niet meer op aarde was. Het zou een grote stap voor haar zijn als ik haar gelijk zou vertellen, dus laat ik het aan haar over.


    Vampire + Servant = Servamp

    Lucia Dorné


    Brede schouders met vele spieren, warrige en donkerblonde haren, een glimlach op zijn gezicht. Hij vindt dit leuk, dringt er ineens tot me door. Wat er hier ook gebeurt, hij geniet ervan met volle teugen. Ik merk dat er iets veranderd aan mijn ademhaling, maar ik kan niet zeggen of mijn hart juist harder of minder hard gaan kloppen. Ik ben in de war en het ergste is dat ik niet weet wat ik moet denken. Misschien verbeeld ik hem maar, stel ik me voor. Toch weet ik dat dat niet zo is. Hij lijkt nogal echt. Ik betwijfel zelfs even of hij antwoord gaat geven op mijn vraag. Geven dingen die je je verbeeld antwoordt? Ik weet het niet.
    'Niet zoveel, het was aardig stil toen je sliep,' Ik kijk hem aan en even is het weer geheel stil. Mijn grote ogen kijken naar hem en ondertussen stap ik maar uit het bed. Een rilling gaat door me heen als mijn voeten in aanraking komen met de kille vloer. Opeens krijg ik het koud en sla ik mijn handen om me heen. Ik draag enkel een mouwloos, strak shirtje en een korte broek. Ik was verbaast om zijn antwoord te horen. Ik was verbaast om welk antwoord dan ook te horen en hetgene wat ik nu had gekregen, kan ik niet eens een antwoord noemen. Hij weet net zo goed als ik dat ik dat dat niet de woorden waren die ik zo graag wil horen. Ik weet niet wat ik moet zeggen, maar het is al een opluchting dat hij me niet aanvalt of zo, al heeft hij dat zeer waarschijnlijk toch gedaan om mij hierheen te krijgen. Hoe hij dat ook heeft gedaan, het deed geen pijn. 'Je zag er best wel lief uit toen je de neiging had om je te verstoppen in je kussen.' Vervolgde hij zichzelf toen ik niets zij. Dus ik zag er lief uit? De woorden die ik eigenlijk wil zeggen lagen al klaar op mijn tong. Het zijn brutale woorden, maar ik spreek ze niet uit. Zijn woorden zeiden niets, maar toch ook veel. Hij heeft me bekeken terwijl ik sliep. Bij die gedachte moet ik bijna huiveren, al laat ik niets merken. Waarom heeft hij me bekeken, dat lijkt mij nogal saai. Hem blijkbaar niet. Hij zei ook dat hij me lie vond toen. Wat moet ik daarmee? Ik denk na. Ik weet niet wat ik moet zeggen, maar ik weet ook dat ik iets moet zeggen. Hij zou in elk geval niets meer gaan zeggen voordat ik dat doe, dat zie ik aan zijn houding. Hij leunt naar achteren in zijn stoel en zijn blik staat op mij gericht, waardoor ik me nog meer bekeken voel. Hij staart gewoon naar me en dat is ook precies de reden waarom ik naar hem staar. Zijn ogen kijken me doordringend aan en het voelt alsof hij door me heen kan kijken. Ik wordt hartstikke nerveus van hem. Mijn hersens en mond proberen zo snel mogelijk woorden te verzinnen om te zeggen, maar toch kom ik op niets zinnigs.
    "Waar ben ik? Wie ben jij? Wat moet je van me?" Zei ik uiteindelijk. Dat waren drie directe vragen. Ik heb zo het idee dat hij het antwoord zo lang mogelijk wilt uitstellen, maar hier moet hij wel iets van zeggen. Ik sprak mijn woorden langzaam uit, zachtjes. Misschien zat er een beetje angst in, en onzekerheid. Dat probeerde ik in elk geval niet te laten merken. Ik weet niet wat de situatie nu is, maar wat ik wel weet, is dat het nu niet handig is om mijn zwaktes aan hem te vertonen.

    [ bericht aangepast op 20 aug 2014 - 10:06 ]

    Ivory 'Ivy'

    Ik merkte dat ze mijn uiterlijk bekeek en dat liet ik haar gewoon toe. Als was ik niet de knaptste van de drie. 'Niet zoveel, het was best aardig stil toen je sliep,' had ik tegen haar gezegd.
    Ze keek me ineens met grote ogen aan, terwijl ze uit bed stapte. De stenenvloer was blijkbaar koud doordat ze haar armen om haar heen, het was ook wel te zien dat ze het koud had, in haar mouwloos shirtje en een korte broek.
    ik wilde graag naar haar toe stappen en haar warm houden, maar dan zal ze me zien als een dreiging. 'je zag er best wel lief uit toen je de neiging had om je te verstpooen in je kussen,' zei ik daarna, wat ik als grapje bedoelde. Ik zag dat ze wat probeerde te zeggen, maar onderdrukte dat telkens.
    Uiteindelijk zei ze wat dat ik even verbaast keek.
    'Waar ben ik? Wie ben jij? Wat moet je van me?' Ik drie vragen waren zo gesteld dat er geen omweg was. Ze sprak het langzaam, waardoor ik kort nadacht over haar vragen.
    Ik kon nu gewoon weglopen en haar zelf laten uitzoeken waar ze was en wat ik van haar moest. Ik sloot even mijn ogen en wend ze af naar het plafond. Lange zucht verliet mijn mond en ik keek haar weer aan.
    'Ik ben Ivory afgekort naar Ivy, waar je bent laat ik geheel aan jou over en wat ik met je moet is me onduidelijk.' Ik had geruchten gehoord, maar wat ze hier deed was een groot raadsel. De laatste twee antwoorden waren weer geen duidelijkheden.
    Ik wist dat ze iets te maken had met een soort ritueel, maar verder zal ik het later aan vader vragen. Het bleef een enige tijd stil. Ze stond daar nog steeds in die magere kleding en warmer werd het hier ook niet.
    Ik had haar nog niet naar haar naam gevraagd. 'mag ik dan aan jou vragen hoe je heet?' Ik had de mijne verteld nu was het haar beurt. Ik bekeek haar goed, wat me opviel was haar haarkleur. Door het donker kon ik nog altijd haar kleur onderscheiden. Het had een oranje achtige kleur, maar eerder dag hij het nu dat het kastanjebruin.
    Ik glimlach naar haar.
    Wat vader van haar zou zeggen, hij blijft met zijn tengels van haar af.

    (Als ik wat te snel ben, geef gerust aan.)

    [ bericht aangepast op 20 aug 2014 - 11:43 ]


    Vampire + Servant = Servamp

    Lucia Dorné


    Zo te zien had ik hem woorden gegeven waar hij niets mee weet te doen. Dat bevestigd alleen maar mijn vermoedes over hem. Hij wilt niet dat ik weet wat er aan de hand is, nog niet tenminste. Toch ben ik benieuwd naar zijn antwoord. Ook al is mijn hoop op een duidelijk antwoord vervlogen. Hij zal erom heen gaan draaien. Ik blijf hem strak aan kijken, alsof ik hem met mijn ogen kan bevelen om een zinnig antwoord te geven. De stilte blijft en de spanning stijgt. Des te banger wordt ik van deze vreemde ruimte en vooral van hem.
    'Ik ben Ivory afgekort naar Ivy, waar je bent laat ik geheel aan jou over en wat ik met je moet is me onduidelijk. ' Dat antwoord laat me fronsen. Ik neem maar aan dat ik maar genoegen moet nemen met één van de drie vragen die is beantwoord. Hij heeft dus een naam. Vreemd. Hoe raar het ook klinkt, in de korte tijd dat ik hem heb gezien en gesproken kon ik geen enkele naam verzinnen bij hem. Ivory of Ivy past ook niet bij hem. Hij is zo mysterieus dat hij naar mijn idee beter naamloos kan blijven, dat hoort bij hem. En wat bedoelt hij met de andere twee antwoorden? Betekent dat dat ik zelf kan bepalen waar we zijn? Dat kan toch niet? Vooral zijn laatste antwoord is één en al vaagheid. Hoe kan hij nou niet weten wat hij van mij wil? Hij heeft mij ontvoerd. Voor zover ik weet weten ontvoerders wat ze met degenen moeten doen die ze ontvoeren. Hoe gestoord ben je wel niet als je zomaar iemand ontvoerd waarmee het je nog onduidelijk is wat je nou precies met diegene moet. Hoe kan het toch dat ik elke keer als ik een antwoord krijg op een vraag, niet wijzer wordt, maar juist verwarrender wordt? 'mag ik dan aan jou vragen hoe je heet?' Vraagt hij dan opeens. Ik kijk op, weer in zijn ogen. Eerst hou ik mijn mond stijfdicht. Hij verbergt steeds de antwoorden, waarom zou ik dan wel een antwoord geven aan hem? Toch lijkt het me verstandiger om het wel te doen.
    "Ik ben Lucia.... Lucia Dorné, met een streepje op de laatste e. Zeventien jaar oud." Zeg ik dan. Misschien is dat iets teveel informatie, maar ik zou niet weten hoe hij daar misbruik van kan maken. "En hoe bedoel je: waar je bent laat ik geheel aan jou over en wat ik met je moet is me onduidelijk. Betekent dat dat is zelf kan bepalen waar ik ben? Dus als ik zeg dat we in laat ik eens zeggen...' Even snel denk ik na over waar ik graag ooit wil zijn en waar het onmogelijk is om nu te zijn. 'De hemel ben. Dat kan toch niet? En hoe kan je niet weten wat je van me wilt? Je hebt me toch niet voor niets ontvoerd neem ik aan?' Er zit duidelijk een boze ondertoon in mijn stem, maar ik voel me ook een beetje boos. Ik hou niet van onduidelijkheid. Ik wil gewoon weten waarom ik hier ben, waar ik dan ook ben. Ik doe alleen wel mijn best om de boze ondertoon niet al te boos te laten klinken. Hij is sterker dan ik en daarvoor moet ik vast oppassen.

    | Mijn topics. Sorry voor mijn zeer late reactie: zoals ik al had vermeld was het gisteren mijn verjaardag en had ik vandaag gewoon weer les. |

    Gweneth Arabella Belcourt
          Ik kon me niet herinneren wanneer ik daadwerkelijk naar bed was gegaan. Ik had met mijn moeder aan de telefoon gehangen -- veel langer dan ik in de eerste instantie van plan was geweest. Ruzie makend over de onzinnige viering van haar verjaardag en de zoveelste sneer tegenover mijn vader. Niet dat ik beide al te vaak sprak.
          Na het zoveelste discussiepunt had ik de telefoon vermoeid neergelegd, mijn ogen waren zwaar en ik had spierpijn van mijn eerste pogingen tot hardlopen. Niet dat ik direct naar bed was gegaan toen ik de stilte opnieuw voor mezelf had. Nee. Ik had uit het raam gestaard en mijn planning voor de volgende dag doorgenomen.
          Waarschijnlijk was ik op een bepaalde manier toch tussen de lakens gekropen, want ik merkte dat ik sliep toen mijn gedachten langzaam weer helder werden. Ik werd echter niet gewekt door het brutale gezoem van mijn digitale wekker -- noch was het de telefoon op mijn nachtkastje.
          Er borrelde irritatie omhoog toen ik me besefte dat het ook geen flauwe zonnestralen waren die via de gigantische ramen over mijn huid kropen: in feiten was het pikkedonker en voelde de deken die me verwarmde niet langer aan als frisgewassen linnen.
          Veel te snel voor mijn doen schoot ik overeind, plotseling klaarwakker ten midden van de duisternis. Mijn vingers gingen al op zoek naar een van mijn bezittingen: maar konden deze duidelijke niet vinden.
          Dit was niet mijn kamer. Nog angstaanjagender was dat dit niet eens een plek was die ik herkende.
          Nadat ik tweemaal had vastgesteld dat ik nog altijd mijn satijnen slaapjurkje droeg -- liet ik mezelf voorzichtig uit bed glijden. Met mijn handen voor me uitgestoken schuifelden mijn blote voeten over de koude vloer. Ik had een goed richtingsgevoel -- want na enkele pogingen was ik toch echt bij een deur beland.
          Het probleem was, dat de deur niet bepaald meegaf toen ik deze in een zwaai probeerde te openen. Stomverbaasd plaatste ik beide handen tegen het massief aanvoelende materiaal.
          Ik bleef kalm: ontzettend kalm -- maar vanbinnen trok mijn hart angstvallig samen.


    Feel the fire, but do not succumb to it.