• Arrendale State Prison


    Regels

    ° Minimum van 300 woorden.
    ° Bestuur enkel je eigen personage, tenzij
    je toestemming hebt van een ander.
    ° Geen Gary-Stu's en Mary Sue's.
    ° 16+ is toegestaan.
    ° Naamsveranderingen doorgeven.
    ° Alleen ik maak nieuwe topics.
    ° Maximaal 3 personage's, in variatie.
    ° Ruziemaken doe je maar ergens anders.
    ° Reserveringen blijven 5 dagen staan.
    ° Geef mensen de kans om rustig te reageren.
    ° Hou het realistisch!

    Topics

    Rollentopics: 1
    Praattopics: 1, 2
    Speeltopics: 1



    Arrendale State Prison, een gevangeniscomplex die beide sekses huist in Georgia. Waarom? Vanwege bezuinigingen. Deze gevangenis leidt daar erg onder, er wordt op van alles bezuinigd. Dit valt ook wel te merken aan het gebrek aan personeel. Ze proberen het gevangenisleven zo gemakkelijk en goed mogelijk te laten verlopen, maar er gebeurd altijd wel iets. De gevangenen zitten er natuurlijk ook niet voor niks.


    Rollen

    Gevangenen:

    ° Ivy "Smiley" Leone - 24 - Twisty 1,2
    ° Pilar Soledad Cruz - 23 - Wallace 1,9
    ° Devina "Dracula" May Black - 25 - Ambrose 1,9
    ° Laylah "Angel" Adkins - 26 - Yoda 1,5
    °
    ° Tabitha Hazel Guthrie - 25 - Gardenzio 1,5

    ° Nick "Barbie" Olsen - 32 - Assassin 1,1
    ° Duncan "Bad Luck" Henderson - 30 - Wallace 1,7
    ° Hayden "Spikey" Adams - 27 - Californication 1,6
    ° Floyd "Siren" Castiel Straye - 23 - Rekkles 1,8
    ° Aidan "Creep" Dean Thomson - 21 - C_A_L_M_ 1,3
    °

    Medewerkers:

    ° Cipier - Geneviva Amelia Jones - 27 - C_A_L_M_ 1,4
    ° Cipier - Catharina Penelope Gates - 25 - Gellert 1,6
    ° Cipier - Toran Celestine Harley Montgomery - 26 - Dumbledore 1,10

    ° Cipier - James "groentje" Redford - 24 - Assassin 1,5
    ° Psycholoog - Trevor "Manipulator" Goode - 28 - GrumpyCat 1,7
    ° Arts - Trenton Sawyer - 35 - Ambrose 1,9


    Celindeling


    ° Ivy Leone -
    ° Pilar Soledad Cruz - Devina May Black
    ° Laylah Adkins - Tabitha Hazel Guthrie

    ° Nick Olsen - Floyd Castiel Straye
    ° Duncan Henderson - Aidan Dean Thomson
    ° Hayden Adams -



    Rooster

    7:00 - opstaan
    8:00 - douchen
    8:30 - ontbijt
    10:00 - vrije tijd
    12:00 - lunch
    13:30 - vrije tijd
    18:00 - diner
    19:30 - mogelijkheid om film te kijken
    22:00 - slapen


    De gevangenis bestaat uit twee vleugels en een middengedeeltes waar je de gezamenlijke ruimtes vind. Een vleugel voor mannen en eentje voor vrouwen. Elke cel heeft een stapelbed, wat betekend dat iedereen een (willekeurige) celgenoot krijgt. Aan het einde van elke vleugel vind je douches. De gezamenlijke ruimtes bestaan uit een kantine, een recreatiezaal, een tuin buiten en een kapel. Verder heb je ook nog ruimtes waar gevangenen niet mogen komen, zoals de koffieruimte van de cipiers, de ziekenzaal en de kantoren.
    Elke gevangene krijgt standaard gevangeniskledij, wat bestaat uit een donkerblauw overal met lange lange mouwen, een donkerblauwe broek, een donkerblauwe jas voor als het koud is, een grijs shirt met lange mouwen, een wit t-shirt en een witte top. Ze krijgen ook een donkerblauwe muts en grijze schoenen zonder veters. Ze mogen echter ook door de gevangenis goedgekeurde kleding dragen.

    [ bericht aangepast op 15 dec 2014 - 19:57 ]


    Your make-up is terrible



    Dáni James Faker | Arts


    Toen hij het nieuws aan zijn ouders had verteld, gaven zij een andere reactie dan hij had verwacht. Hij wist nog hoe blij hij de kamer ingelopen kwam, half roepend dat hij was aangenomen in het Arrendale State Prison in Georgia. Eerst dacht hij dat ze zo reageerden omdat dat zou betekenen dat hij ging verhuizen. Maar dat was de reden niet tot hun reactie.
    “Dáni, ben je serieus? Kom op jongen, kan je niet een normale plaats vinden om te werken? Er zijn genoeg plaatsen die jou willen hebben.” Zijn vader klonk absoluut niet blij. Zijn stiefmoeder keek zowel geschrokken als bezorgd. Hij had op zijn minst een ‘gefeliciteerd!’ verwacht, maar zijn vader was zoals gewoonlijk niet trots. Hij wist nu al direct dat zijn moeder niet anders zou reageren dan zijn vader.
    “Pa, kom op. Weet je hoeveel sollicitanten er waren? Ik zou een boek moeten schrijven van hoe dankbaar ik ben dat zij mij hebben aangenomen.” Zijn vader schudde zijn hoofd. “Het is gevaarlijk. En waarom zou je misdadigers willen helpen? Ze hebben allemaal vieze ziektes en weet je wat? Die verdienen ze.” Dit waren een van die momenten dat Dáni zich pas echt realiseerde hoe erg hij verschilde van zijn ouders. Zijn blije houding zakte in en hij draaide zich om. Hij wilde terug naar zijn kamer en zijn vriend gaan bellen die een appartement voor hem had in Georgia. Hij liep zonder iets te zeggen de woonkamer uit en richting de trap. Zijn vader begreep het gewoon niet. Naast dat hij goed betaald zou krijgen, had hij het werk waar elke net-afgestudeerde geneeskunde student van droomden. Hij was snel gepromoveerd en behoorde tot een van de jongste artsen. Zijn vader had simpel gezegd: “Goed gedaan, jongen.” En hem een schouder klopje gegeven. Dáni herkende niks in zichzelf van zijn vader. Zijn vader leek amper gevoel te hebben.
    Maar nu, stond hij er. Hij stond in zijn eigen praktijk binnen de gevangenis. Hij had de hele ochtend een gesprek gehad over de roosters van de gevangenen en een uitleg over een paar gevangenen in specifiek. Veel van hen deed vaak alsof ze iets hadden, om bepaald medicijn voorgeschreven te krijgen waar ze verslaafd aan waren. Al was Dáni er vrij zeker van dat hij best het verschil tussen écht pijn en nep pijn kon zien. Hij had hier en daar wat bewakers ontmoet die zo breed waren dat Dáni moeite had om langs ze te lopen. Om twaalf uur was de pauze begonnen, maar hij had niet direct gegeten dus zat hij nu pas in de kantine voor de medewerkers te eten. Hij had broodjes advocaat meegenomen met tomaat en kaas en had zijn bril naast zich neergelegd. De kantine voor de medewerkers zag er prima uit. Hij zat aan de grote ronde tafel en luisterde mee naar de gesprekken die werden gevoerd door zijn nieuwe collega’s.



    “Voel je het?”

    ° Nick "Barbie" Olsen ° gevangene

    Haar vingers haken zijn in de stof van mijn shirt en grijpen het zo stevig vast. Ze geeft met allerlei tekenen dat ik het zo goed doe en verder moet gaan, wat ik dan zeker ook doe. Maar uiteindelijk kom ik dan toch klaar, iets te snel naar mijn mening, maar ik weet ook dat het snel moest. Ze hijgt zachtjes een opent haar ogen met een ietwat bewonderenswaardige blik in haar ogen. Ik grijns lichtjes en maak haar benen, die ze rond mijn middel geklemd heeft, los als ik ophoud met het zachte stoten.
          Natuurlijk is het me niet ontgaan dat zij geen hoogtepunt bereikt had en dat ben ik eigenlijk niet van plan om zo te laten. Ik til haar op en zet haar naast me op het bankje. Ondertussen komt er nog iemand naar binnen gelopen waar ik amper aandacht aan besteed, gezien hij ook geen aandacht aan ons besteed. Met mijn vingers zoek ik op de tast naar het meest gevoelige plekje tussen haar benen en zodra ik die gevonden heb, speel ik er op in. Ik buig me zelfs iets naar haar toe zodat ik met mijn andere hand haar borst kan vinden en deze onder haar bh schuif. Haar tepel neem ik tussen mijn duim en wijsvinger en rol ik traag heen en weer.
          Dit hou ik vol totdat zij ook zover is, waarna ik mijn handen weer terug trek. Ik blijf zwijgen terwijl ik haar shirt en broek van de grond pak en die aan haar overhandig. Normaal gesproken ben ik al niet echt een prater, maar nu dit voorbij is weet ik eigenlijk al helemaal niks te zeggen. Mijn boxer trek ik weer goed, waarna ik mijn gulp sluit en een blik werp op de man die binnen was gekomen en bezig is met bidden. Het is Aiden, een type waar ik normaal gesproken niks van hoef te weten. Ik buig iets naar voren en leun op het bankje voor me.
          "Hé, Creep. Moet je ook een beurt?" grijns ik zijn richting op.


    Your make-up is terrible

    Hayden 'Spikey' Adams

    ''Arme jongen. Niet sterk noch slim. Probeert je boeltje bij elkaar te rapen met foute assumpties en vind zichzelf een goed mens.'' Ze zet een stap naar haar voren, de ruimte is leeg dus het is onmogelijk haar voetstappen te negeren. Ze buigt zich lichtelijk voorover, zo stond ze altijd. Haar gezicht pal tegenover de mijne en haar gezicht leek op op onweer te staan. ''Ik ben niets zoals jou, of zoals de anderen hier. Wij hebben niks gemeen. Ik heb een leven, een doel. Jullie zitten vast. Waarschijnlijk voor de rest van jullie miserabele leventjes. Jones, Creed, Redford, ik. Dat zijn je nachtmerries, je angsten, ga zo maar door.''
          Ze zet een stap naar achter, een sleutelbos in haar handen die een vreselijk irritant geluid maakt van het rinkelen tegen elkaar door verschillende sleutels. Om het nog erger te maken spuugt ze nu voor mijn schoenen, ''en ik heb medelijden met je.'' Ik beet op mijn lip – wat behoorlijk prikte door de klap die ik eerder had gekregen – uit woede en uit schaamte. Vernedering was dan ook wel het minste waar ik tegen kon. ''Een leven? Een doel?' herhaalde ik haar terwijl ik mijzelf met mijn rug tegen de muur plaatste en het bed licht kraakte. ''Vertel me is over jou leven, Catharina. Wat is jou doel? Kom je thuis in een warm huis? Met een man? Twee kinderen?'' Een vermakelijk lachje verschijnt op mijn gezicht en ik rol met mijn ogen, natuurlijk niet. ''Ik gok maar wat hoor,'' voegde ik er plagerig aan toe en liet mijn blik glijden naar de sleutels. ''Wat wil je doen? Mij gaan opsluiten?'' Ik stond nu op en leunde tegen de muur terwijl ik blikte op haar houding, haar donkerbruine lokken strak in een staart naar achteren gebonden en een piercing in haar linkerwenkbrauw.


    Everything is illuminated by the light of our past.

    Aidan 'Creep' Dean Thompson || Gevangene
    Ik had wel war rare dingen gehoord terwijl ik bezig was geweest, maar ik had toch in een soort spirituele trans gezeten ofzo dat het totaal langs me heen was gegaan. Dit ging eigenlijk zo door tot ik halverwege mijn rozenhoedje opeens mijn naam hoorde. Mijn bijnaam was dat, maar goed. Ik keek geschrokken en een klein beetje gedesoriënteerd op en keek rond. Tussen de banken zie ik Nick hangen met zijn lange blonde haren die nu plakten van het zweet. Ik wilde niet weten wat hij daar had gedaan, maar zijn woorden schoten me echt in het verkeerde keelgat. Dan noemden ze mij in en in slecht, een creep, de duivel had ik zelfs een keer of wat gehoord, maar ik had in elk geval geen sex voor het huwelijk... En al helemaal niet in een heiligdom. Hierdoor werd ik in een oogwenk van in en in kalm, woest en bloedlink met een rode waas voor mijn ogen. Ik was eigenlijk zelfs vergeten dat in de naam van de kerk geen bloed mocht vloeien. Het kon me allemaal niets schelen. Hij zou boeten voor het onteren van deze spirituele plek en degene die waarschijnlijk nog bij zijn enkels lag hoogstwaarschijnlijk ook. Mijn rozenkrans hing ik om de nek van het kindje Jezus in de armen van het Mariabeeld voor ik in twee stappen bij hem stond en mijn handen hard op zijn schouders drukte. "Zeg dat nog eens." siste ik eerder bedreigend dan wat dan ook. Achter hem zag ik Ivy, die zou ik straks wel pakken. "Je hebt een hele gevangenis om een beurt te krijgen, maar je kiest nu net een plek uit wat je beter niet had kunnen doen." siste ik nog voor ik mijn tanden hard in het vlees van de aanhechting russen zijn nek en zijn schouder dreef. Dit zou me hoogst waarschijnlijk isolatie en zware therapie-sessies opleveren, maar zelfs dat maakte me nu weinig uit, hoeveel ik dat ook verachtte. Dit deed je gewoon niet en dat moest onze kleine prinses en zijn neukspeeltje maar een goed duidelijk worden.


    Bowties were never Cooler


    Laylah 'Angel' Adkins - Gevangene

    Het feit dat ze tijdens mijn immens lange pauze tussen de vraag en het spreken bijna de gehele tijd naar mijn lippen kijkt, ontgaat me niet. Een gevoel van ongemak nestelt zich in mijn maag, meer door vroegere ervaringen dan door Tabitha zelf. Maar het is genoeg om me scherp te houden. Toch antwoord ik gewoon, ze ziet er niet uit als een uiterst gevaarlijk type en tot nu toe heeft ze enkel goede bedoelingen laten zien. Denk ik. Niet alsof ik gespecialiseerd ben in de goede bedoelingen van mensen. Ze knikt zachtjes, misschien enigszins afwezig, maar het ligt dicht bij de manier waarop ik mijn antwoorden probeer in te vullen. Maar... anders. Toch anders. Niet zozeer uit angst of onervarenheid in een normaal gesprek houden, maar meer afwegend en voorzichtig om niet het verkeerde te zeggen.
          “Dat verrast me eerlijk gezegd niets, het gaat als een lopend vuurtje door het gevang heen. . .” Heel even trek ik mijn mondhoeken geamuseerd op. In een gevangenis kun je niets verborgen houden. Enkel waarvoor je vast zit en zelfs dat is niet altijd even makkelijk. Zelfs al doe ik dat al jaren. Vooral geweldsincidenten verspreiden zich als een bosbrand, haast nog sneller dan de seksuele uitspattingen van sommige van de gevangenen. Ach, we moeten toch iets? Het is niet alsof we ergens anders ons vermaak kunnen vinden. We zitten opgesloten tussen al deze muren en hebben bar weinig te doen vergeleken met de rest van de wereld. Niet dat dat voor mij anders is dan mijn leven hiervoor.
          “Persoonlijke ervaringen of een wijze tip voor mij?” Met een verbaasde blik kijk ik haar even aan, mijn ogen ongetwijfeld als die van een hert in koplampen. Mensen hierbinnen zijn wel vaker recht toe recht aan, maar meestal niet op zo'n manier. Niet vanwege interesse in mij persoonlijk. Meestal toch niet. Haar volgende vraag verbaast me dan ook nog meer, maar ik trek mijn gezicht zo snel mogelijk in een neutrale uitdrukking en trek me terug in mijn zorgvuldig opgebouwde muren. Kalm, calculerend. Hopelijk niet al te kil.
          “Mijn eerste intentie was om je naar deze instelling te vragen, maar nu moet ik je eerlijk vertellen dat ik eveneens geïnteresseerd ben in je andere ervaring.” Ze is in ieder geval eerlijk. En dat waardeer ik. Ik neem de laatste hap van mijn eten en pak mijn bekertje, wat ik afwezig in mijn handen rond laat draaien voordat ik er een slok van neem. Vervolgens zet ik hem weer voor me neer en draai zachtjes rondjes om de rand met mijn vingers. De afweging is simpel. Haar vertellen over mijn ervaringen en misschien laten zien dat ik kwetsbaarder ben dan ik lijk of haar niets vertellen en alle mogelijke kansen op een enigszins vriendschappelijke omgang de grond in boren. Als ik voor het laatste kies, weet ik namelijk dat ik niet erg vriendelijk uit de hoek zal gaan komen. Ook al lijkt ze al enigszins door mijn charade heen geprikt te hebben. Ik zucht even diep en kijk haar dan recht aan.
          "Persoonlijke ervaring én een tip aan je." Ik buig me over de tafel heen iets verder naar haar toe en ga iets zachter praten. Niet alsof anderen het hoeven te horen.
          "Er zitten hier mensen die je beter kunt ontwijken. Ze zijn onbetrouwbaar als de pest en kunnen ontzettend fel uit de hoek komen. Zelfs al heb je ze niet uitgedaagd. Ik zou je een hele lijst kunnen geven van gevangenen waar ik liever bij uit de buurt blijf, maar dat zal ik je besparen." Ik laat mijn ogen onderzoekend over haar gezicht glijden. Anders dan mijn huid, is die van haar gaaf en erg blank, haast als porselein. Mijn sproeten staan daarmee in sterk contrast. Ik wend mijn ogen weer naar de hare.
          "Ik zit hier niet voor niets. En dan bedoel ik deze gevangenis. De vorige was een levende hel. Vanaf het moment dat ik daar binnen stapte, was ik een doelwit en dat ben ik altijd gebleven. En doelwit betekende daar niet enkel wat gemene en intimiderende woorden."
    Toegegeven, het kwam gedeeltelijk doordat iedereen daar blijkbaar wist over wat ik had gedaan. Dat krijg je er van als je vlak bij je eigen woonplaats veroordeeld en naar de gevangenis wordt gestuurd. De meeste criminelen hebben in ieder geval nog de standaard dat het niet okay is je gehele familie 'in koele bloede' uit te moorden. Willekeurige mensen vermoorden is natuurlijk wél okay. Beetje een dubbele standaard, als je het mij vraagt.
          "Ik heb het daar vier jaar uitgehouden voordat mijn advocaat een overplaatsing geregeld kreeg. En in die vier jaar waren de enige rustdagen degenen waarbij ik in eenzame opsluiting zat." Ik besef me dat mijn antwoord er emotieloos en misschien ietwat bitter uitkomt. Een lichtelijk wrange glimlach vertrekt mijn lippen en ik kijk snel even van haar weg. Als ik het er zo over heb, voel ik die ijzeren vuist weer om mijn hart. Ik adem even diep in en uit.
          "Vergeleken daarmee, is dit mijn eigenste stukje hemel. Er zijn slechtere gevangenissen om de rest van je leven in vast te zitten. Ik weet niet hoe lang jij hebt.." Niet alsof ik hier ooit nog uit ga komen, namelijk.
          "Maar je kunt hier prima in je eentje overleven. Het is niet nodig om een groep te hebben. Zelfs niet nodig om ook maar één persoon te hebben.." Ik haal lichtjes mijn schouders op. Ik heb het overleefd tot nu toe. Al zie ik zeker in waarom een vriend hebben hier fijn zou kunnen zijn.
          "Is dit de eerste keer dat je in een gevangenis terecht komt? Want als dat zo is, dan hou je je tot nu toe best goed. Ik heb mensen gezien die na twee dagen al compleet leken in te storten."


    If you don't stand for something, you'll fall for anything.

    Catharina Penelope Gates

    "Een leven? Een doel?" Hij leunt naar achter en het bed kraakt alsof in afwachting van zijn verdere woorden. Ik kijk hem half geamuseerd, half geconcentreerd aan. "Vertel me eens over jouw leven Catharina. Wat is jouw doel? Kom je thuis in een warm huis? Met een man? Twee kinderen?" Hij glimlacht, zijn nonchalante houding doet mijn bloed koken. "Ik gok maar wat hoor. Wat wil je doen? Mij gaan opsluiten?"
    Mijn amuse verdwijnt van mijn gezicht. Hoe komt het dat hij de snaar steeds precies raakt? Adams staat op en bekijkt me, maar ik blijf staan waar ik sta. Overhand houden, is nu mijn eerste prioriteit. Ik kijk in zijn opvallende blauwe ogen. Gezien het feit dat zijn gehele bestaan voor mij een afschuwelijk feit is, kan ik niet verder kijken dan zijn strafblad, maar in een ander leven was hij wellicht wel knap geweest. Edoch, zulk leven is niet voor hem.
    "Ik heb thuis genoeg om voor te leven, kerel. Door jouw afgestompte persoonlijkheid zal je zulke dingen nooit weten, wat er nog meer is dan deze vier muren." Ik grijp de sleutels vast met mijn volle hand, waardoor eentje in mijn hand snijd, en tol ze om een vinger rond. "En inderdaad. Jou opsluiten. Of erger." Ik glimlach, "Nog een slim woord, slimmerik, en ik ram je in elkaar, laat je zien dat martelpraktijken in het heden nog steeds niet uit zijn." Voor hij nog een woord kan zeggen, steek ik een vinger op. "Een woord. En je geeft me genoeg excuus om je te straffen vanwege ongewenst gedrag. Geef me een excuus, ik meen het, Spikey."
    Nu moet ik pas echt glimlachen, honend gebruik ik zijn bijnaam. Ik heb hem in een hoekje gedreven, en vraag me af welke sprongen deze kat in het nauw nu gaat maken.

    [ bericht aangepast op 23 nov 2014 - 0:01 ]


    Tijd voor koffie.

    † Ivy "Smiley" Leone
    Zodra Nick zijn hoogtepunt had bereikt, tilde hij me op en zette hij me op het bankje. Net als ik negeerde hij de persoon die zojuist naar binnen was gelopen; het boeide me niet zo veel als iemand dit zal zien. Ik zag de ironie er wel van in dat dit gebeurde in een kapel, maar je kon niet ontkennen dat iedereen hier in de bak zijn of haar behoeften had. Liet dit nou net de plek zijn waar er momenten waren dat er niemand was.
          Ik ging wat comfortabeler liggen en een zachte zucht van genot rolde over mijn lippen toen ik zijn hand tussen mijn benen voelde. Ik sloot kort mijn ogen en zodra hij het plekje gevonden had, kon ik een kreun niet onderdrukken; zijn hand bij mijn borst maakte het af en het duurde dan ook niet lang voordat ik ook mijn hoogtepunt bereikte. Ik hield er dan ook helemaal geen rekening mee dat we gezelschap hadden en greep met éen hand kreunend het bankje vast terwijl mijn lichaam lichtjes schokte. Nick stond na afloop op en pakte mijn kledingstukken op, die ik dankbaar aanpakte zodra ik bij was gekomen. en kwam een beetje op adem, om me vervolgens op mijn gemakje aan te kleden; mijn mondhoeken waren lichtjes omhoog gekruld en ik haalde een hand door mijn rommelige haren. Jezus.
          ''Hé, Creep. Moet je ook een beurt?'' Zodra ik Nick wat hoorde zeggen, keek ik even op. Mijn grijns werd ietsjes breder en automatisch liet ik mijn blik rusten op de kerel die zat te bidden; ik deed mijn best om een spottend lachje te onderdrukken. Hij leek echter niet zo geamuseerd te zijn met Nick zijn woorden; woedend, zelfs, en hij stapte onze kant op. Ik trok even een wenkbrauw op en keek toe terwijl hij zijn handen op Nick zijn schouders plaatste. ''Zeg dat nog eens.'' Ditmaal rolde er wel een lachje over mijn lippen; hoe opgefokt kon je worden om een paar woorden? Ik bleef echter wel rustig toekijken; dit kon nog wel eens interessant aflopen en aangezien we hier allemaal wisten dat ik de kracht niet had om een man aan te kunnen, greep ik ook niet in. Ik was er haast zeker van dat Nick zichzelf wel kon redden, al helemaal met de spieren die hij had.
          ''Je hebt een hele gevangenis om een beurt te krijgen, maar je kiest nu net een plek uit wat je beter niet had kunnen doen,'' siste Aidan. Voordat ik het helemaal door had zette hij zijn tanden in Nick zijn nek; ditmaal schoten mijn beiden wenkbrauwen omhoog. Ik wist niet of ik dit nou hilarisch moest vinden, of gestoord. Ik streek een paar plukjes haar achter mijn oor en stond op om ze de ruimte te geven. ''Kerel, rustig aan,'' wist ik uit te brengen. ''Alsof dit een goed idee is om in een 'heiligdom' te doen,'' kaatste ik terug, nog steeds een beetje overrompeld door deze hele gebeurtenis. Het was al bekend dat die Aidan niet helemaal spoorde, maar dit ging toch iets te ver als reactie op een opmerking.


    "When all of your wishes are granted, many of your dreams will be destroyed.''

    Hayden 'Spikey' Adams

    "Ik heb thuis genoeg om voor te leven, kerel. Door jouw afgestompte persoonlijkheid zal je zulke dingen nooit weten, wat er nog meer is dan deze vier muren." Ik knikte, niet gelovend wat ze vertelde. Hiervoor had ik een leven, misschien niet een van de allerbesten maar ik had er wel één. Ze greep de sleutels vast en tolde ze rond haar vinger. ''En inderdaad. Jou opsluiten. Of erger.'' Haar ogen stonden niet meer zo geamuseerd als daarvoor, ze glimlacht. "Nog een slim woord, slimmerik, en ik ram je in elkaar, laat je zien dat martelpraktijken in het heden nog steeds niet uit zijn.'' Voor ik mijn lippen überhaupt kan openen steekt ze haar vinger op, haar blik staat dreigend. "Een woord. En je geeft me genoeg excuus om je te straffen vanwege ongewenst gedrag. Geef me een excuus, ik meen het, Spikey."
          Ik beet op mijn lip, twijfelend, nadenkend en vooral verbaasd over haar manier van doen. Sadistisch kreng. Ik liet mijn hoofd naar achter zakken tegen de koude, stenen muur en keek haar toen onder mijn wimpers door aan en stak mijn middelvinger op met een twijfelende grijns. Vervolgens legde ik mijn vinger op mijn lippen en haalde mijn schouders nonchalant op. De neiging om iets te zeggen was vreselijk groot maar ik hield wijs mijn mond, mijn middelvinger legde haar waarschijnlijk genoeg uit. Aan de andere kant wou ik niet ophouden met het bloed onder haar nagels vandaan te halen, voor een moment kon ik vergeten dat ik tussen vier muren zat. Ik had afleiding door haar.


    Everything is illuminated by the light of our past.

    ° Nick "Barbie" Olsen ° gevangene

    Ivy die klaarkomt is een prettig aangezicht. Dat niet alleen, ze kreunt erbij en haar lichaam schokt terwijl ze zichzelf vastgrijpt aan het bankje. Ze lijkt buiten adem en tevreden, net zoals ik. Ze heeft zelfs iets op haar lippen dat tegen een glimlach aan grenst. Mijn humeur is een stuk beter dan de afgelopen maanden het geval was en ik waag het zelfs om een grapje te maken tegenover degene die het waagde om binnen te komen terwijl wij bezig waren. Het is misschien een beetje cruel en iets wat ik niet zo snel zal doen, maar ik zie de lol er wel van in.
          Aiden kijkt een beetje boos naar mij en komt onze kant uit, maar bewaard nog een afstand tussen ons, tot hij zijn handen op mijn schouders plaatst. Op mijn brede schouders zien zijn handen er klein uit, ik kijk er even naar met een opgetrokken wenkbrauw voor ik weer naar hem kijk.
          ''Zeg dat nog eens,'' klinkt het dreigend, maar Ivy maakt die dreigende toon al snel ongedaan door haar lachje. ''Je hebt een hele gevangenis om een beurt te krijgen, maar je kiest nu net een plek uit wat je beter niet had kunnen doen,'' siste hij naar me, ik voel zijn adem in mijn gezicht.
          Ineens buigt hij zich naar voren en voel ik een scherpe, onverwachte pijn in mijn nek. Beet hij me nou echt in mijn nek? Die gast is echt zwaar gestoord. Normaal laat ik me niet met mensen in in de gevangenis, maar nu maak ik eens een grapje en gebeurt me dit. Net waarom ik met niemand wil optrekken, voor je het weet bijt iemand je in je nek!
          ''Kerel, rustig aan. Alsof dit een goed idee is om in een 'heiligdom' te doen,'' hoor ik Ivy naast me.
          Ik breng mijn armen omhoog en duw tegen de binnenkant van zijn ellebogen aan, waardoor ik zijn handen van mijn schouders sla. Hierna plaats ik mijn handen tegen zijn borstkas, maar zet niet eens zoveel kracht als ik hem van me af duw. Ik ben vooral teveel in shock om echt boos te worden en kracht op hem te zetten, maar geluk weet ik hem weg te duwen, waarna ik mijn hand geschokt naar mijn nek breng. Als ik er later naar kijk, zie ik dat het nog echt bloed ook.
          "Gast, waar is dat nou voor nodig? Ik maakte gewoon een grapje, maar jij bent nog fouter dan ik bezig. Calm your tits," zeg ik hem ongelovig. Ik richt me ietwat ongemakkelijk op Ivy, ik weet eigenlijk niet precies wat ze nu van me verwacht. "Laten we maar weggaan uit zijn heiligdom," mompel ik. Ik weet ook niet hoe erg de wond is en of ik naar een dokter moet, maar dat ga ik toch niet uit mezelf doen, zo koppig ben ik wel.


    Your make-up is terrible

    Catharina Penelope Gates | Cipier


    Verdomme. Die gast wist het spel te spelen. Met een glimlach steekt hij zijn middelvinger naar me op en leunt achterover, zijn blonde kop rustig op de muur. Aan de ene kant heb ik nu genoeg excuus om hem te meppen, maar ik wil hem graag uit zijn dak zien gaan. Het boeit me niet of hij me slaat of trapt - ik kan hem wel aan - maar ik vraag me af hoe ik dat uit hem kan trekken.
    Quasi-relaxed ga ik naast Adams zitten, rust mijn hoofd tegen de muur, zodat mijn elastiekje in mijn achterhoofd prikt. Het bed kraakt onder het gewicht van twee mensen, maar hij breekt niet door, gelukkig. "Slimme zet, stommerik spelen." Ik kijk recht vooruit, de deur van de cel is dicht, maar niet op slot. Nu draai ik mijn hoofd een paar centimeter naar hem toe en bekijk zijn gestalte vanuit mijn ooghoeken. "Bijna net zo slim als een gewapende overval plegen en dan op mensen gaan schieten." Nu lach ik hardop en trek een been op, die een lichte voetafdruk achterlaat op het bed. "Oeps," bemerk ik gladjes. "Maar wat verwacht je van iemand die zijn vriendin aftuigt." Ik grinnik nog na. "Maar toch, je bent gewapend, je bent met zijn drieën, je hebt de overhand, en toch slaag je erin om de overval te laten mislukken, hoe doe je dat in hemelsnaam? Dan moet je toch wel echt je best doen, of niet?" Nu keer ik mijn bovenlichaam ook naar de man toe. Iemand die van buitenaf zou kijken, zou wellicht kunnen denken dat we beste vrienden zijn, die roddels bespreken, of blunders doornemen.
    Ik kijk naar Adams met een scheve grijns, bijna oprecht nieuwsgierig. Het had blijkbaar toch nut om de achtergrond van iedereen te onderzoeken, en ik vraag me af hoe Adams hierop reageert.

    [ bericht aangepast op 4 dec 2014 - 21:22 ]


    Tijd voor koffie.

    Aidan 'Creep' Dean Thomson || Gevangene
    Misschien was het niet normaal, maar je moest altijd kijken hoe jij het beste je tegenstander kon overmeesteren. Nu was deze jongen veel groter en gespierder dan ik was, zelfs al trainde ik elke dag. Ik was gewoon niet groot, sterk, en oud genoeg, maar mijn tanden waren sterk en ik het het verrassingselement in mijn voordeel. De shock die ik hoorde bij de meid hier, was begrijpelijk, maar ondanks mijn geloof bleef het oog om oog, tand om tand in mijn ogen. Het was misschien vreemd, absurd misschien wel, maar het was zo standaard en logisch voor mij, enorm natuurlijk. Toen hij me van zich af duwde beet ik nog even iets harder, zodat het echt goed zou bloeden, en ik de welbekende en haast rustgevende smaak in mijn mond proefde. Daarna liet ik me wegduwen en likte mijn lippen af. Zijn woorden deden me niets, echt helemaal niets. Hij wilde niet eens weten hoe vaak dit soort dingen tegen me waren gezegd, en dan bracht hij het nog netjes. Ik ging in rustpositie staan en liep toen rustig achteruit, met mijn ogen op de twee andere gedetineerden hier. Ik hing mijn rozenkrans weer om mijn nek en stopte die netjes weg onder mijn shirt, voor ik een hand door mijn zwarte krullen haalde. Ik zou straks wel weer netjes naar de psycholoog gaan, zoals ik altijd moest doen als iets mis ging. Ik zou wel weer een x aantal dagen in isolatie moeten zitten, wat eigenlijk niet eens zo erg was. Dan zaten er ten minste geen mensen op mijn nek en kon ik gewoon een beetje mijn eigen gang gaan, al zou ik dan wel weer een kriebelige baard groeien. Het was mijn eigen schuld geweest, en ik had het niet mogen doen, maar de smaak van bloed had nogsteeds hetzelfde effect op me als voor ik hier kwam en zo slecht had het allemaal nog niet gevoeld. Kijk, als ik het meisje was aangevlogen, had ik haar waarschijnlijk gewoon vast gegrepen en op de grond gewerkt, maar met Barbie was het gewoon niet gegaan. Ik nam het kettinkje door mijn shirt heen in een hand vast en drukte het tegen mijn borst. Het gaf me enorm veel steun en toch wat comfort. Ik leek dan misschien wel een grote jongen, maar ergens diep vanbinnen zat nog het kleine jongens wat in een korte tijd zijn ouders en zijn grootouders verloor, zodat hij alleen, hulpeloos en bang achterbleef. Misschien zat dat kleine jongetje wel enorm diep weggestopt, maar hij was er nog wel, en die had de steun van het rozenkransje erg hard nodig. Ik bleef nu als een standbeeld staan bij het beeld van Maria, wachtend tot de mensen weg waren, en ik weer tot mezelf kon komen, kon ontspannen en dan mijn verdere plan kon uitdenken, voor ik er verder mee doorging.


    Bowties were never Cooler

    Hayden 'Spikey' Adams


    Ze draait zich niet om, ze vertrekt niet maar ze komt naast mij zitten. ''Slimme zet, stommerik spelen.'' Haar blik was recht vooruit gebrand en ik bekeek haar van top tot teen. ''Bijna net zo slim als een gewapende overval plegen en dan op mensen gaan schieten.'' Ze lachte hardop en mijn maag tolde, ik haatte het om het erover te hebben. Ze trekt haar been op, ze had lange, slanke benen die mijn blik ving. ''Oeps,'' zei ze gladjes toen ze haar voetafdruk achterliet op het bed.
          ''Maar wat verwacht je van iemand die zijn vriendin aftuigt.'' Ik klakte met mijn tong, geïrriteerd en vooral woedend. ''Maar toch, je bent gewapend, je bent met zijn drieën, je hebt de overhand, en toch slaag je erin om de overval te laten mislukken, hoe doe je dat in hemelsnaam? Dan moet je toch wel echt je best doen, of niet?'' Ze keerde haar bovenlichaam naar mij en een scheve grijns versierde haar gezicht. ''Je probeert me uit te lokken Catharina,'' zei ik – proberend de rust zelve te blijven ook al verlangde ik naar een sigaret en alles wat god verboden had. ''En het werkt. Laten we nou niet over elkaars grenzen gaan. Je hoeft je niet beledigd te voelen omdat je zojuist voor schut bent gezet in de kantine, tegenover een zwangere vrouw en je hoeft je ook geen zorgen te maken dat het uiteindelijk ook niet bij je andere collega's komt. Hoe jij onredelijk tekeer bent gegaan tegen een gevangene.'' Terwijl ik haar bezig hield met mijn woorden stond ik op en liep ik naar de koude, ijzeren stalen die mij van de buitenwereld afsloten. De deur van de cel zat dicht maar hij stond hoogstwaarschijnlijk nog open, ze had alleen nog maar met de sleutels gedreigd. ''Het is zonde dat ik je niet ergens anders heb leren kennen.'' Mijn blik ving haar blik en ik staarde naar haar voor de tijd die zij nodig had om te antwoorden.


    Everything is illuminated by the light of our past.

    † Ivy "Smiley" Leone
    Een zacht, ongelovig lachje rolde over mijn lippen toen ik zag hoe Creep genietend het bloed van zijn lippen likte en daarna doodnormaal verderging met bidden. Ik richtte me weer tot Nick, die hem zojuist hardhandig van hem af heeft geduwd.
          ''Gast, waar is dat nou voor nodig? Ik maakte gewoon een grapje, maar jij bent nog fouter dan ik bezig. Calm your tits,'' zei Nick, net zo vol ongeloof als dat ik was. ''Laten we maar weggaan uit zijn heiligdom.'' Ik knikte instemmend en samen met Nick liepen we richting de uitgang. Voordat we weer onder de mensen zouden komen, veegde ik voorzichtig het meeste bloed een beetje weg met mijn mouw. ''Gaat het?'' vroeg ik voor de zekerheid; ik verwachtte niet dat Nick een persoon was die het überhaupt zou toegeven als het niet ging, maar ik was dan nog wel zo aardig om mijn zogenaamde zorgen uit te drukken. Ik liet mijn ogen even op zijn wond rusten; het was behoorlijk diep, maar gelukkig niet zo diep dat het echt gevolgen zou kunnen hebben. ''Je moet het zo even goed schoonmaken.''
          Dit liet me plotseling denken aan de tijd toen ik eens had gefaald voor een opdracht die ik had gekregen van mijn vader; een één of andere gozer binnen de maffia was zo ongelooflijk kwaad op me geworden dat hij me aanviel met een mesje dat hij altijd bij zich droeg. Ik had er een litteken aan overgehouden op mijn zij. Je zag hem enkel als je goed keek, gelukkig. Mijn vader was overigens laaiend en vermoordde hem met zijn eigen mes. Oh, als ik er zo op terugkeek had ik het maar al te graag zelf willen doen. Ik was zo vernederd dat ik vastbesloten was om geen fouten meer te maken.
    Uiteindelijk heb ik zelf voor mijn wond moeten zorgen. Ik zou mijn hulp aan kunnen bieden bij Nick, maar ik wist niet zeker of hij dat zal waarderen; het enige wat ik nu wilde, was zijn vertrouwen volledig voor me winnen.


    "When all of your wishes are granted, many of your dreams will be destroyed.''

    Catharina Penelope Gates | Cipier


    "Je probeert me uit te lokken Catharina." Zegt Adams als antwoord. Mijn wenkbrauwen schieten ongelovig omhoog, omdat hij het waagt te antwoorden. Ik kijk hem een beetje uitlokkend aan, wachtend op een betere reactie. "En het werkt. Laten we nou niet over elkaars grenzen haan. Je hoeft je niet beledigd te voelem omdat je zojuist voor schut bent gezet in de kantine, tegenover een zwangere vrouw en je hoeft je ook geen zorgen te maken dat het uiteindelijk ook niet bij je andere collega's komt. Hoe jij onredelijk tekeer bent gegaan tegen een gevangene." Mijn mondhoeken trekken even naar beneden. Heel veel slimmer dan ik dacht. Mijn hand strijkt over mijn wapenstok. Nog even en het is klaar. Hij loopt naar de deurcel toe, en ik kijk hem weer lichtelijk wantrouwend gemixt met verveeld aan, al maakt hij geen aanstalten om weg te vluchten. "Het is zonde dat ik je niet ergens anders heb leren kennen." Nu draait hij zich om en kijkt weer naar mij. Om mezelf even een houding te geven, sta ik op van zijn bed, en loop naar een naburig stapelbed. Als ik onder het kussen graai, vind ik een zakje wiet - wat hij iedere week weer probeert te verstoppen. Zijn naam is me even ontschoten, maar ik spreek hem er nog wel op aan. "Het leuke van hier werken is," ik ruik even aan het zakje. Het is zeker geen boerenkool. "Is dat ik me even onredelijk kan gedragen als ik wil, tegenover jou, in ieder geval." Ik bekijk het zakje even. "Zullen we het hem laten houden, of wat?" Ik haal mijn schouders op en stop het in mijn zak, zodat ik het kan voorleggen bij de hoofdcipier, dan alsof er niks is gebeurt, ga ik weer verder. Met de sleutels nog in mijn hand, loop ik naar Adams toe. "Vertel me eens, Spikey, wat zou je doen, als je me ergens anders ontmoette? Me vermoorden, mishandelen?" Ik lach. "Daar heb ik geen zin in Spikey."


    Tijd voor koffie.

    TABITHA GUTHRIE

    Het schijnt alsof ik al meer indruk op haar heb gemaakt, gezien ze met een verraste blik richting mij kijkt, waardoor ik haar kort vergelijk met een hulpeloos dier – wat ik zeker niet hoor te doen. Ik begrijp niet wat er zo nu en dan met mij aan de hand is waardoor ik bepaalde dingen over Laylah denk, maar ze heeft een uitstraling over zich heen waar ik mijn vinger niet specifiek op kan leggen. In het begin ontweek ik haar ook liever dan dat ik aanstalten wilde maken een gesprek met haar aan te gaan, iets wat tot nu toe redelijk gefaald heeft. Ik laat het niet zien, maar het gegeven dat ze zo plots bij mij kwam zitten, had me overvallen en hoewel ik me nog altijd afvraag wat de reden hiervan is, ben ik tevens opgelucht dat ze een eerste stap had gezet.
    Mijn ogen glijden even snel over haar heen als ze de laatste hap van de smurrie op haar bord neemt en vervolgens beslist om het bekertje afwezig in haar handen rond te laten draaien. Het lijkt op een tic die ik bijwijlen lijk te hebben als ik overweeg of iets wel een goede beslissing zou zijn, alleen in tegenstelling tot de dame bij me aan de tafel, beweeg ik mijn lippen over elkaar. Ik neem me voor haar niet te storen en het schouwspel aangenaam te analyseren, er speelt zelfs een klein, scheef glimlachje op mijn lippen. De doorslag schijnt al snel gekomen te zijn als ze opeens zucht, waardoor ik vergenoegd ben haar niet gestoord te hebben. Hoe kort de tijd ook was, ze scheen het nodig te hebben.
          'Persoonlijke ervaring én een tip aan je.' Toch ben ik redelijk verstomd als ze abrupt bepaalt wat verder over de tafel heen te buigen en in een zachte fluistering verder praat. 'Er zitten hier mensen die je beter kunt ontwijken. Ze zijn onbetrouwbaar als de pest en kunnen ontzettend fel uit de hoek komen. Zelfs al heb je ze niet uitgedaagd. Ik zou je een hele lijst kunnen geven van gevangenen waar ik liever bij uit de buurt blijf, maar dat zal ik je besparen.' Ergens ben ik wel benieuwd naar die lijst en welke namen Laylah me zou hebben gegeven. Ik neem de woorden met al mijn mogelijke aandacht in me op, het is informatie die ik niet van zomaar een persoon krijg immers, maar van mijn celgenoot– en blijkbaar iemand die al eerder gezeten heeft. Het zal vast wat anders zijn geweest dan mijn nietige wandaden, zoals bedreigen en stelen. Dit is de langste straf die ik tot nu toe heb gezeten, de anderen waren meestal maar een paar dagen of een nacht. Ik kreeg niet enkel advies van medegevangenen, maar eveneens vrienden die gezeten hebben en daar weer de “vrienden” van. Mijn groepje is ook niet bepaald van het betrouwbaarste soort, waardoor ik niet daadwerkelijk een persoon heb waar ik mijn geheimen aan toevertrouw. Ik heb immers geleerd niemand te vertrouwen, ze zijn niet wie ze zeggen dat ze zijn.
          'Ik zit hier niet voor niets. En dan bedoel ik deze gevangenis. De vorige was een levende hel. Vanaf het moment dat ik daar binnen stapte, was ik een doelwit en dat ben ik altijd gebleven. En doelwit betekende daar niet enkel wat gemene en intimiderende woorden.' Ik besluit mijn mond te houden en te horen wat ze nog meer te vermelden heeft. Dit is uitgekomen als een soort droom voor me: meer informatie dan ik me had kunnen durven dromen zelfs, en het kwam van Laylah – de persoon die altijd zo cryptisch richting mij deed. Toch kan ik het niet laten om onbewust over mijn lippen te likken, haar gezicht is nu wel heel dichtbij. 'Ik heb het daar vier jaar uitgehouden voordat mijn advocaat een overplaatsing geregeld kreeg. En in die vier jaar waren de enige rustdagen degenen waarbij ik in eenzame opsluiting zat.' Haar woorden klinken niet eens hard, eerder emotieloos en redelijk wrang. Desalniettemin verandert dit niet het feit dat ze een mooie jongedame is, zelfs niet op de manier waarop ze haar lippen in een lichtelijk verbitterde glimlach vertrekt. Snel laat ik deze gedachte afzinken naar het achterste van mijn hoofd en vestig me op haar woorden, waarbij ik zo nu en dan knik om te laten weten dat ik nog altijd naar haar verhaal luister. Het lijkt net alsof ik haar ermee probeer te helpen zo, maar we weten allebei dat het absoluut niet het geval is. Je moet hier uitkijken aan wie je dingen verteld.
          'Vergeleken daarmee, is dit mijn eigenste stukje hemel. Er zijn slechtere gevangenissen om de rest van je leven in vast te zitten. Ik weet niet hoe lang jij hebt..' De eerste echte vraag die daadwerkelijk informatie van mij zou verschaffen, ik wist niet goed of ik hier nu opgelucht om moest zijn of niet. Het antwoord kwam echter al snel: natuurlijk niet, dat zou enkel macht betekenen voor de persoon in kwestie en een enorm nadeel voor mij. Ik zou een grapje ervan kunnen maken, dat zou een oplossing kunnen zijn, maar gezien zij al enorm wat aan mij heeft toevertrouwd, hoor ik eveneens wat te vertellen. Voort wat hoort wat, toch?
          'Maar je kunt hier prima in je eentje overleven. Het is niet nodig om een groep te hebben. Zelfs niet nodig om ook maar één persoon te hebben.. Is dit de eerste keer dat je in een gevangenis terecht komt? Want als dat zo is, dan hou je je tot nu toe best goed. Ik heb mensen gezien die na twee dagen al compleet leken in te storten.' ik bijt voor een kort moment hard op mijn lippen en leun wat achterover als ik een velletje van mijn onderlip aftrek. Het begint direct te bloeden, terwijl ik de opties overweeg.
          'Ik zal hier wel een tijdje blijven,' besluit ik dan te vertellen. Straks liegt ze en heb ik de waarheid verteld, dat moeten we natuurlijk niet hebben. Daarom is het handig een tussenweg te nemen: sommige dingen weg te laten. 'dus voor de komende tijd zal ik je nog zeker gezelschap houden.' Kort glimlach ik even haar richting op als ik een hand door mijn haren haal. 'Mijn mening was al voordat ik hier kwam te zitten dat een groep niet nodig is om te overleven, hoewel de communicatie zo nu en dan vast fijn zou zijn. Je hebt echter al wel snel te maken met de vraag wie je wel en niet kan vertrouwen – de enige waar je eigenlijk op aankan, is jezelf.' Ik sluit mijn mond als ik merk dat ik al teveel los heb gelaten over mezelf en wat mijn opinie is over mensen in het algemeen: namelijk dat je niemand daadwerkelijk kunt vertrouwen. Redelijk ongemakkelijk besluit ik langzamerhand op te staan, waarbij ik mijn blik over de tafel laat glijden en vervolgens in haar ogen laat boren. 'Het was... fijn om eens met je gepraat te hebben,' zeg ik haar, woorden die ik met precisie uitgekozen heb. 'en hoewel ik benieuwd ben naar het verdere advies dat je me zou kunnen geven, is er iets dat ik moet regelen.' Mijn lippen laat ik opnieuw over elkaar heen wrijven en terwijl ik haar een glimlachje als zowel een laatste blik gun, draai ik me om. Mijn ogen fixen zich op de deuropening, hoewel ik niet weet wat haar volgende zet zal zijn. Mijn rug is immers nog altijd haar kant op.

    [ bericht aangepast op 11 dec 2014 - 22:11 ]


    Quiet the mind, and the soul will speak.