• The Domus Empire
    Domus [doh-mus] - the type of house occupied by the upper classes and wealthy

    ━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━
    THE SETTING
    ━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━
    De quest die de nakomelingen moeten uitvoeren zal bestaan uit meerdere opdrachten. Deze opdrachten zullen variëren van humane naar minder humane mogelijkheden. Zij strijden tegen elkaar, maar niet om elkaar. Na iedere opdracht zullen de deelnemers 48 uur hebben om tot rust te komen en zich voor te bereiden op de volgende opdracht.

    Het uiteindelijke doel van de quest is dat het gezin met de meest succesvolle zoon of dochter van zowel het Griekse als het Noordse rijk een grote prijs zal verkrijgen. Deze prijs zal bestaan uit oneindige eer vanuit de goden Zeus en Odin, een geldprijs, meer macht dan voorheen en een mythisch wezen naar keuze (denk hierbij aan een draak, een nymf, een eenhoorn, etc.)
    ━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━
    THE START
    ━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━
    10 augustus 2021 komen de goden en godinnen aan in de villa van Zeus, The Domus Empire. Zij hebben 24 uur de tijd om te acclimatiseren en eventueel nog te trainen. Je kunt natuurlijk ook kennis maken met de andere goden en godinnen, maar pas op met wie je toe laat, je strijdt uiteindelijk tegen hen allemaal. Na 24 uur zal de eerste opdracht van start gaan, Zeus zal laten weten wanneer deze exact zal starten.
          De eerste opdracht zal een reis zijn naar Helheim, één van de negen werelden. Dit is de wereld van de doden. De ingang wordt bewaakt door Garm, een enorme en monsterlijke hond, die ervoor zorgt dat geen enkel levend wezen dit rijk der doden zal verlaten. De hellehond laat je zonder gevecht het rijk betreden. Het is de bedoeling om Helheim te betreden en vervolgens een drakenei te vinden. In en rondom Helheim leven meerdere draken, dus genoeg eieren voor iedereen. Op de terugweg is het belangrijk dat je langs de hellehond komt, levend.
    ━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━
    ROLLENTOPIC // PRAATTOPIC // SPEELTOPIC
    ━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━━

    RULES

    De standaard regels van Q gelden hier uiteraard.
    Er is geen minimaal aantal woorden voor de posts, ik verwacht echter wel wat kwaliteit.
    Ruzie's en geweld binnen het speeltopic is geen probleem, maar buiten dat uiteraard niet.
    Voor een reservering van een rol heb je 48 uur, mits je aangeef dat het langer zal duren.
    Mocht je post 16+ zijn, geef dat dan duidelijk aan in het begin van je post.
    Wees lief voor elkaar en help elkaar als dat nodig is.


    liefs Demi


    © sombre


    - thank you for existing -


    𝔄𝔫𝔡𝔯𝔬𝔫𝔦𝔨𝔞
    Trainingsruimte - Melaina - Outfit

    𝔖𝔥𝔢 𝔴𝔦𝔩𝔩 𝔯𝔦𝔰𝔢 𝔴𝔦𝔱𝔥 𝔞 𝔰𝔭𝔦𝔫𝔢 𝔬𝔣 𝔰𝔱𝔢𝔢𝔩 𝔞𝔫𝔡 𝔞 𝔯𝔬𝔞𝔯 𝔩𝔦𝔨𝔢 𝔗𝔥𝔲𝔫𝔡𝔢𝔯
    tekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekst

    tekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekst
          "Jij en ik weten allebei heel goed dat het waarschijnlijker is dat Tantalos eindelijk zal mogen eten en drinken dan dat dát mij zal gebeuren," speelt Melaina haar toe na een schamper lachje geuit te hebben.
          "Op onsterfelijkheid," salueert Andronika zonder een seconde te missen, haar hand omhoog brengend als om te toosten met een denkbeeldig glas, het gebaar bijna als een reflex. Haar vader kent niet veel humor, maar idioten die straffen uitzitten voor gruweldaden maakten voor mooie verhaaltjes voor het slapengaan en waren vaak een bron van spot. Het verhaal van Tantalos was een van zijn favorieten en Andronika verdenkt hem ervan dat hij haar angst in wilde boezemen. Als ze zich niet gedroeg werd ze voer voor de goden. Zo snel als ze hem heeft geheven laat ze haar hand ook weer zakken.
          "Absoluut niet, maar ironie wil dat ik geen andere optie heb, één of andere eikel daar heeft mij op een kamer gezet met die μεμακκοακότα," beantwoord Melaina haar tot Kalani gerichte woorden, spottend naar boven wijzend. Andronika haar lippen krullen zich om tot een subtiele grijns. Niet veel mensen hebben haar goedkeuring, maar schijt hebben aan hogere machten is zeker een goed begin naar die te krijgen.
          "Wel, kijk jou eens gaan. Een oergod als moeder hebben komt met zijn privileges — is het niet," spint ze, bemerkend dat ze iets van haar alertheid laat varen. Nee, Melaina lijkt interessanter gezelschap dan ze verwacht had hier te vinden. "Al straft hij je misschien voor dit soort dingen wel door je op te hokken met je tegenpool."
          Het is hilarisch in Andronika haar opzicht. Dochter van de oergodin van de nacht samen op een kamer met de dochter van 'de koningin van het licht'. Zeus mag in haar ogen dan een pompeuze bemoeial zijn, hij heeft wel gevoel voor ironie. Melaina haar vermoeide zucht gaat door merg en been.
          "Maar goed, laten we alsjeblieft geen woorden meer aan haar vuilmaken. Laat eens zien waar je mee bezig was." Haar vingers dansen over hetgeen binnen handbereik is en ze neemt de halters op alsof ze de gewichten voor het eerst in haar leven ziet. "Wat doe je hier mee, gooien?"
          "Als je kwaad genoeg bent," antwoord de witharige, het amusement niet compleet uit haar stem kunnen houdend. Haar ogen dwalen kort af naar de ietwat dunne armen van de lange godin voor haar neus en ze snuift schamper. "Al zou je ze op kunnen tillen."
          Melaina haar ogen focussen zich terug op de hare en haar 'Wat heeft papa Ares jou allemaal geleerd' doet Andronika haar bovenlip optrekken. Ze haat haar vader. Haat de manier waarop hij haar heeft grootgebracht evenveel als dat ze dankbaar is voor de krijger die ze zichzelf vandaag de dag kan noemen. Het is zachtst gezegd gecompliceerd.
          "Dat ik geen wapens nodig heb om iemand te doden—" sneert ze onder het knakken van schouderbladen, de rollende beweging iets wat de spieren in haar bovenarmen op doet bollen. "—maar dat het daarmee wel een stuk gemakkelijker gaat. Ga je me vertellen dat je enkel en alleen op je hocus pocus vertrouwd?"

    [ bericht aangepast op 20 april 2020 - 22:52 ]


    Marrow deep, soul deep, essence deep

    𝑯𝑨𝑳𝑫𝑶𝑹 𝑽𝑰𝑫𝑨𝑹

    Haldor︱ son of Thor and Ostara︱outfit︱with Kalani︱at the gardens


    Na de kus op haar hand liet ze haar hand nog rusten in die van mij, geen haast om hem weg te trekken. Dat mocht waarschijnlijk betekenen dat ze me vertrouwde, zo snel al. Gek genoeg gaf het een heel fijn gevoel, want ik had ook een vertrouwd gevoel bij haar, dus besloot ik haar hand maar gewoon vast te houden en te laten rusten op mijn been.
          'And this was the reason that, long ago, in this kingdom by the sea, a wind blew out of a cloud, chilling. My beautiful Annabel Lee; so that her highborn kinsmen came and bore her away from me, to shut her up in a sepulchre. In this kingdom by the sea.' De dame sprak de zinnen prachtig uit en ik luisterde tevreden, het leek bijna op hoe mijn moeder het voorlas.
          'Kalani,' zei de dame opgewekt. 'Het is leuk om je te ontmoeten, Haldor.' Er verscheen een glimlach op mijn gezicht door de woorden van de dame en ik knikte dan ook meestemmend. Het boek op de zachte stof van haar jurk gleed van haar schoot en plofte op de grond, waardoor Kalani lichtelijk schrok en mijn hand weer los liet om het boek op te rapen. Ik was ook helemaal vergeten dat ik in mijn andere hand nog steeds een appel had, dus ik besloot ook daar maar weer eens een hap van te nemen. Nog steeds lekker zoet, knapperig en sappig.
          'Zou jij ons gedicht willen voortzetten, Haldor?' vroeg Kalani op een ontzettend lieve en dromerige toon, waarbij ze ook nog eens heel onschuldig met haar wimpers knipperde. Ik moest even kort glimlachen, maar schudde toch mijn hoofd.
          'Hoe prachtig ik het gedicht ook vind, ik wil liever iets horen over jou.' Ik stelde het voorzichtig voor, ik wilde haar boek ook zeker niet afwijzen, alleen kende ik het al, ik kende haar nog niet. Ik nam de laatste hap van mijn appel en gooide het klokhuis de natuur in, lekker voor de diertjes.
          'Ik ben wel benieuwd naar waar je vandaan komt, Kalani.' De dame was niet de enige met een onschuldige twinkeling in haar oogjes, ik kon er zelf ook wat van. Dus met vriendelijke en onschuldige ogen wachtte ik op haar antwoord.


    - thank you for existing -

    K A L A N I
    ☀️ 𝖌𝖔𝖉𝖉𝖊𝖘 ☀️


    A happy soul is the best shield
          •´¯`•» for a cruel world. «•´¯`•.❞


                                                                           


    🌻 Daughter of Theia and Apollo 🌻outfit 🌻 Alone 🌻









          Hij glimlachte en schudde zijn hoofd op mijn vraag over de rest van het gedicht. Ook al was het een mooi woordenspel, Kalani begreep hem wel. ,,Hoe prachtig ik het gedicht ook vind, ik wil liever iets horen over jou.'' Kalani keek hem scheef aan. Haar gezicht was een beetje gedraaid, terwijl haar handen een kommetje maken op haar benen. Ze wist niet echt wat er te vertellen viel of waar hij naar zocht. Hij had wonderschone wel mooie ogen, dus accepteerde ze zijn afwijzing en wou net iets zeggen, maar hij vervolgde het gesprek met een volgende vraag.
          ,,Ik ben wel benieuwd naar waar je vandaan komt, Kalani.'' Haar ogen wendde zich uit het gesprek en keken naar de rest van de tuin. Het was een open ruimte die een rustgevende impact had op haar. Ze vervolgde dus ook op een kalme toon het gesprek: ,,Ik ben een dochter van mijn vader. Geboren op Olympus en daar ook opgegroeid.'' Ze glimlachte en wou net hetzelfde aan hem vragen, maar haar ogen bleven hangen bij een bepaalde plant in de tuin die groeide in het midden. Haar ogen leken de gekleurde blaadjes niet los te kunnen laten, dus legde de jongedame gehypnotiseerd het gedichtenboek op haar plek op het bankje om naar de plant toe te lopen voor een beeld van dichtbij. Toen ze op haar knieën zakte wenkte ze Haldor. ,,En ik houd van bloemen'', vertelde ze verder over zichzelf, ook al wist ze niet of hij het kon horen. Kalani raakte de bloemblaadjes aan, maar de bloem plukken deed ze niet. Eerst zou ze Haldor eens gaan testen op zijn plantenkennis.


    My magical crystall ball tells me •´¯`•» you're full of shit «•´¯`•.

    » Frior Gry «
    godin | outfit | thuis >> villa | alleen >> met Sören


    “Zolang je ons geen kwaad doet en vriendelijk genoeg bent, zijn wij te vertrouwen.” Ze zag Sören met zijn ogen rollen, toen de kat besloot om de godin en de halfgod te negeren. “Ik in ieder geval,” vervolgde hij. “Köttr heeft haar eigen mening, maar doet over het algemeen geen kwaad. Daarnaast ben ik echt niet van plan om met iedereen hier vrienden te worden, niet ieder persoon hier lijkt me daar even geschikt voor.”
          Frior knikte bedenkelijk. Hij kwam verstandig over, dat moest ze toegeven. Ja, ondanks dat hij maar een halfgod was, mocht ze hem niet onderschatten. Ze was wel benieuwd naar hoeveel effect zijn krachten op haar zouden hebben, maar ze vond ook dat dit niet het moment was om daarover te vragen.
          "Maar hier enkele vrienden maken, kan zeker geen kwaad," voegde Sören eraan toe.
          Ze toverde weer een vriendelijke glimlach op haar gezicht. “Heb jij hier alles al gezien?” Ze keek achterom naar het witte gebouw. Het was niet te geloven dat ze hier dan echt was. Ze was zo dichtbij haar doel; ze hoefde alleen maar te winnen. En tegelijkertijd was ze ook heel ver weg van haar doel. Ze moest de andere goden en godinnen niet onderschatten. Toch wist ze zeker dat zij ging winnen. Het kon bijna niet anders.

    S Ö R E N


    Halfgod ~ Zoon van Freya ~ Buiten ~ Frior



    'Heb jij hier alles al gezien?' Frior keek achterom naar het gebouw achter haar en Sören nam dat moment om ook nog even extra om zich heen te kijken. Hij was zo gauw als hij kon het gebouw uit gevlucht, dus hij had binnen nauwelijks om zich heen gekeken. Alleen de luxe en al het witte marmer was hem opgevallen. Buiten had hij wat meer de tijd genomen en hij had de trainingsbaan buiten ook al gevonden, iets waar hij zo eigenlijk wel aan de slag wilde.
    'Nog lang niet alles, maar ik denk dat we daar nog wel voldoende tijd voor gaan hebben.' Hij haalde zijn schouders op en liet zijn ogen weer afdwalen naar het prachtige uitzicht. 'Maar ik krijg zin om op het veld buiten te trainen, zin om mee te doen?' Hij had geen enkel idee van in hoeverre Frior met een wapen kon omgaan, maar hij kon haar altijd vragen. Hij was eigenlijk juist benieuwd, zou ze moeten vertrouwen op haar krachten of had ze meer in huis? Hopelijk zou dit hem meer informatie opleveren.
    'Ik ga in ieder geval mijn wapens maar halen, zie ik je daar?' Hij glimlachte, maar hij had het idee dat er wat ietwat duivels in zijn glimlach sloop. Hij zou sowieso deze goden verrassen met zijn wapenkeuze, juist om de menselijkheid die eraan vast kleefde. Hij had besloten de schiettrainingen van zijn vaders niet voor niets te laten zijn geweest en naast zijn speer, had hij het oude geweer van Matthias overgenomen. Zijn moeder had hem enkele magische kogels gegeven, zodat hij ook monsters en onsterfelijken er kwaad mee kon doen. Er hing voor hem ook een grote emotionele waarde aan het wapen, dat naar maatstaven van mensen, erg oud was. Zijn vader had er nog mee gevochten in de oorlog en met het wapen had hij zowel vijanden als onschuldigen gedood.


    Stenenlikker

    𝑯𝑨𝑳𝑫𝑶𝑹 𝑽𝑰𝑫𝑨𝑹

    Haldor︱ son of Thor and Ostara︱outfit︱with Kalani︱at the gardens


    Na mijn vraag keek Kalani even kort rond door de tuin. Het was bijna te zien dat het aanzicht haar kalmeerde. Dat begreep ik dan ook volkomen, deze tuin was werkelijk prachtig. Zo mooi in elkaar gezet, als het al niet van nature zo prachtig was.
          'Ik ben een dochter van mijn vader. Geboren op Olympus en daar ook opgegroeid.' Vertelde Kalani kalm met een glimlach, waardoor ik mijn aandacht weer focuste op haar en haar gouden lokken. De dame leek echter gefocust te zijn op iets in de tuin, dus probeerde ik haar blik te volgen. Het leek alsof een aantal bloemen haar aandacht hadden gewonnen. Ze legde dan ook in een rustige beweging het boek naast haar neer en stond op, om vervolgens naar de bloemen te lopen. Voor de bloemen kwam ze tot stilstand en liet ze haarzelf naar beneden zakken.
          'En ik houd van bloemen,' hoorde ik zacht in de verte. Ik kon een glimlach niet meer onderdrukken op dit punt. Deze dame was een wandelende droom, zo zacht en zo zorgeloos. Soepel kwam ik overeind en liep ik richting Kalani en de bloemen, waar ik mezelf weer naar de grond liet zakken en voorzichtig plaats nam naast de bloemen, zodat ik Kalani aan kon kijken.
          'Thuis hebben we een prachtige bloementuin, ook een obsessie van moeder.' Vertelde ik terwijl ik mijn ogen even over de bloemen liet gaan. Het is jammer dat de bloemen niet verwelkt waren, dan had ik me even uit kunnen sloven door een bloem weer tot leven te brengen. Gelukkig voor de bloemen waren ze nog in volle bloei.
          'Olympus dus, je bent niet ver van huis.' Vroeg ik Kalani geïnteresseerd. Het zal haar vast verbazen als ik zou zeggen dat ik van een compleet andere wereld kom.


    - thank you for existing -

    Melaina

          'Wel, kijk jou eens gaan. Een oergod als moeder hebben komt met zijn privileges — is het niet,' werd ze toegespind. 'Al straft hij je misschien voor dit soort dingen wel door je op te hokken met je tegenpool.' Een vreugdeloze lach rolde over Melaina's lippen, een geluid dat alles behalve blijk gaf van plezier of vermaak. De lege blik in de ijskoude ogen van de godin en de zure grimas waarin haar lippen gevormd waren, benadrukte dit alleen maar. Het totaalplaatje zou menig mens de stuipen op het lijf jagen — maar Andronika niet, die leek de hilariteit van de situatie uiterst te kunnen waarderen, nu was zij natuurlijk ook niet zomaar een ielig mensje maar een godin.
          'We zullen zien wie er het laatst lacht, ooit was ik ook één van de eerste die dat deed.' Haar stem was grimmig en bitter. 'En wetende dat Hera het leven van die oude pervert dag in dag uit zuur maakt, is er voor mij genoeg reden om voorlopig te blijven lachen.' Melaina verplaatste haar aandacht richting een set halters waarbij ze, zoals altijd, wat spottende opmerkingen maakte. Anders dan normaal, echter, ging achter haar altijd spottende toon toch ook nog wat respect schuil, want dat had ze zeker wel voor Andronika.
          'Als je kwaad genoeg bent. Al zou je ze op kunnen tillen.' Melaina kneep haar ogen wat toe, de subtiele hint van amusement in Andronika's stem haar niet ontgaand, evenals de blik die werd geworpen op haar armen. Geen greintje vet, zelfs niet onder een vergrootglas, viel op de godin haar lichaam te bespeuren, maar daarmee evenmin enig spoor van spiermassa. Melaina's volgende opmerking leek absoluut een verkeerde snaar te raken. 'Dat ik geen wapens nodig heb om iemand te doden—' de opmerking klonk dreigend, zeker met de begeleidende geluiden van krakende schouderbladen en het aanzicht van aangespannen spieren. Zo snel liet Melaina zich echter niet van haar à propos brengen, ze toverde een klein lachje tevoorschijn en rechtte haar rug wat. '—maar dat het daarmee wel een stuk gemakkelijker gaat. Ga je me vertellen dat je enkel en alleen op je hocus pocus vertrouwd?' Doch subtiel, vertrok Melaina's mond wat — uit de manier waarop ze haar lippen kort op elkaar perste viel af te lezen dat ze zich beledigd voelde.
          'Ga me nou niet zeggen Andronika, dat zelfs jíj mij nu gaat teleurstellen–' haar gezicht had ze intussen weer in de plooit getrokken, '–ik dacht dat je beter wist dan een tegenstander te onderschatten.' Ze stak haar hand op en wiebelde met haar wijsvinger in Andronika's richting. 'Je hebt kennelijk toch nog niet zo goed door wat ik allemaal te gronde kan richten met mijn "hocus pocus", zoals je het zo mooi verwoordde,' ze trok haar uitgestoken hand weer terug, 'en dat zonder een vinger uit te hoeven steken.' Met een zelfingenomen glimlach stapte ze opzij en gebaarde met haar hand naast zich. 'Hoe leuk het mij echter ook lijkt om daar een demonstratie van te geven, sta ik al een tijdje met kloppend hard te wachten op eentje van jou.'


    Cause we are the same in the dark

    Nyx & Erebos — Goddess of Nightmares & Fears — Andronika

    [ bericht aangepast op 26 april 2020 - 0:07 ]


    I just caught the wave in your eyes

    PHAETON ‘SAOUL’
    GREEK ∾ HADES&MINTHE ∾ 24 ∾ BUITEN ∾ SÖREN&FRIOR


    Phaeton was zijn ouders' zoon en kwam daarvoor vrijwel nooit in het daglicht — even terzijde dat zijn dag überhaupt vaak pas begon zodra de zon onder ging. Hij had natuurlijk ook vroeg op moeten staan— elf uur, dan was hij pas net aan het slapen — en was het liefst meteen weer in bed gedoken als deze anderen goden (en voornamelijk godinnen) niet zijn lichte nieuwsgierigheid hadden gewekt. Zijn moeder had hem willen droppen, maar dat ging hem net iets te ver. Ja, misschien woonde hij nog thuis, maar hij was notabene vierentwintig en uit ervaring wist hij dat godinnen niet zo makkelijk waren als stervelingen. Het ging niet helpen als hij aankwam met zijn mummy. Helaas stond niemand hem op te wachten terwijl hij aan kwam glijden in zijn zwarte Mercedes. Niet eens een erehaag. Pity.
          Phaeton gooide zijn tas over zijn rug en dribbelde de treden op. Het voelde raar om hier te zijn. Verkeerd. Hij hoorde niet in het huis van Zeus en hij ging zeker op zijn hoede zijn terwijl hij hier verbleef. Met een soepel gebaar ging hij met zijn vingers door zijn haar en zette hij zijn zonnebril recht. Het zag eruit alsof hij dit vijf keer per kwartier deed, wat wel zo'n beetje klopte.
          Binnen vond hij met gemak zijn slaapkamer en dumpte zijn tas op het bed. Zo te zien was zijn kamergenoot er nog niet en hij hoopte dat dat zo bleef. Het was nogal veel gevraagd als hij zich ook nog zou moeten gaan aanpassen aan het slaap ritme van iemand anders. Daarnaast was er ook nog zoiets als privacy. Blijkbaar had Zeus daar nog nooit van gehoord. Phaeton besloot gelijk maar op zoek te gaan naar de rest van het huis, hopend dat hij daar alcohol, eten en schone vrouwen kon vinden. Vanuit het raam zag hij gelijk een van die drie en hij maakte zich een weg naar beneden en de tuin in. Hij was nog niet zeker of de zon dit uitstapje naar buiten waard was, maar anders moest hij maar weer terug naar binnen vluchten.
          "Goede... ochtend? Hoe laat is het?" Hij was gewend om te starten met avond, dus zijn tijdsbenul was praktisch miniem hier. "Saoul is de naam." Het voordeel van een zonnebril was dat hij iedereen kon bekijken zonder al te obvious te zijn. "Zoon van Hades, God van de Onderwereld, Zijn Donkere Majesteit...bladiebla. Anyway, wie zijn jullie?" Zichzelf sober voorstellen was nogal... nieuw. Dit gebeurde zelden en vaak wisten ze al wie hij was, want ondertussen had hij wel een beetje een situatie opgebouwd, maar goed, dit was niet de onderwereld en dit waren anderen Goden. Hij keek terug naar het gigantische huis en fronste licht. Dit ging iets worden en of dat positief of negatief was, wist hij nog niet helemaal.


    My fake plants died, because I did not pretend to water them.

    K A L A N I
    ☀️ 𝖌𝖔𝖉𝖉𝖊𝖘 ☀️


    A happy soul is the best shield
          •´¯`•» for a cruel world. «•´¯`•.❞


                                                                           


    🌻 Daughter of Theia and Apollo 🌻outfit 🌻 Alone 🌻









          ,,Thuis hebben we een prachtige bloementuin, ook een obsessie van moeder.'' Vertelde Haldor. Iets aan zijn stem sprak Kalani aan. Zelfs de vlinder die haar vleugels liet rusten op haar bloem leidde Kalani niet af van het gesprek.
          ,,Olympus dus, je bent niet ver van huis.'' Kalani haalde één wenkbrauw op. Haar linkervinger bewoog richting de vlinder, terwijl ze met haar rechterwijsvinger een gebaar maakte dat Haldor stil moest zijn. Haar ogen waren gericht op de blauwe vleugels. Meestal vlogen vlinders weg — waarschijnlijk omdat ze gevaar aanvoelden — maar deze bewoog zich juist richting Kalani. ,,Is hij gewond?'' Vroeg ze aan Haldor, omdat ze het zelf niet zeker wist.
          Kalani schoof zich voorzichtig richting de jongeman, zodat de vlinder niet van haar vinger viel. Er zat weinig ruimte tussen de twee hoofden. Met één beweging zouden ze beide de gevolgen van een kopstoot voelen, maar Kalani leek er geen aandacht aan te besteden. Zowel haar ogen als haar oren en haar aandacht richtten zich allemaal op de vlinder. Dieren waren belangrijk voor haar. Ze zou nog geen eens op een mier staan of een vlieg dood meppen.
          Ze was nog niet het gesprek over Olympus vergeten. De vlinder liet ze richting haar handpalm bewegen, zodat beter kon liggen — of wat vlinders ook deden. ,,Waar kom jij vandaan, Haldor?'' Vroeg ze voorzichtig. Ze wilde hem niet pushen, natuurlijk niet. Het liefste praatte ze de hele tijd door over koetjes en kalfjes alleen in de geschiedenis zorgde dat niet voor de beste resultaten. Anderen kwamen dan bijvoorbeeld vaak niet aan het woord. Haar ouders hebben ook vaak tegen haar gezegd dat een einde aan zinnen maken goed is, maar ongemakkelijke stiltes schrikken mensen af. Om dat te voorkomen opende ze zonder hem een kans te geven haar mond opnieuw. ,,Olympus is een mooie plek. Je kan altijd bij mij komen eten, als dit allemaal voorbij is... Als je dat wil. Ik ben misschien niet de beste kok, maar... Maar...'' Eigenlijk had ze geen idee. Haar hoofd trok een bedenkelijk gezicht. Op haar hand lag nog steeds haar blauw gevleugelde vlinder. ,,We hebben een kok?''


    My magical crystall ball tells me •´¯`•» you're full of shit «•´¯`•.

    𝑯𝑨𝑳𝑫𝑶𝑹 𝑽𝑰𝑫𝑨𝑹

    Haldor︱ son of Thor and Ostara︱outfit︱with Kalani︱at the gardens


    Kalani leek aandachtig te luisteren, zelfs toen er een prachtige vlinder op de bloem landde. Echter was het aandachtige luisteren niet van lange duur, Kalani werd namelijk toch stiekem afgeleid door het mooie wezentje op de bloem. Ze stak voorzichtig en kalm haar vinger uit richting de vlinder en liet mij met haar andere vinger weten dat ik stil moest blijven. Ik keek nieuwsgierig naar wat ze van plan was met het beestje.
          'Wist je dat de vleugels bestaan uit kleine schubjes? Net als bij vissen.' Fluisterde ik kalm zodat zowel Kalani als het vlindertje niet schrok van mijn stem. 'Als de kleur van een vlinder vervaagd is hebben ze al veel gevlogen, dan zijn er een paar schubjes versleten.' Vertelde ik zacht verder. Het beestje kroop voorzichtig over Kalani's hand, richting haar palm die ze voor hem had geopend.
          'Is hij gewond?' vroeg Kalani lichtelijk ongerust. Ik keek even goed naar de vlinder, maar kon zo snel niets zien. Ik stak mijn vingers voorzichtig uit, misschien dat het beestje over wilde lopen, dan kon ik misschien iets voelen. Het vlindertje waggelde rustig over Kalani's hand richting die van mij, maar ik voelde niks. Daardoor verscheen er een glimlach op mijn gezicht.
          'De vlinder is niet gewond of ziek, ik denk dat ze gewoon voelt dat jij over een schone ziel beschikt.' Vertelde ik nog steeds met een zachte stem, waarna de vlinder van mijn hand af vloog, een klein rondje deed en vervolgens weer voor ons op de bloem ging zitten.
          'Waar kom jij vandaan, Haldor?' Vroeg Kalani zacht, waardoor ik haar weer even aankeek en kort glimlachte. 'Ik kom uit Ásgarðr, maar Asgard is de makkelijke uitspraak denk ik. Ik woon met mijn ouders in Bilskirnir, het paleis van mijn vader.' Na mijn woorden keek ik weer even naar de vlinder, die nog steeds rustig op de bloem zat.
          'Olympus is een mooie plek. Je kan altijd bij mij komen eten, als dit allemaal voorbij is... Als je dat wil. Ik ben misschien niet de beste kok, maar... Maar...We hebben een kok?' Ik moest even kort lachen om Kalani's woorden. Komen eten, dat klinkt wel als een goed plan.
          'Natuurlijk, al ben ik wel benieuwd naar wat jij kunt bereiden,' glimlachte ik naar de dame.


    - thank you for existing -


    𝔄𝔫𝔡𝔯𝔬𝔫𝔦𝔨𝔞
    Trainingsruimte - Melaina - Outfit

    𝔖𝔥𝔢 𝔴𝔦𝔩𝔩 𝔯𝔦𝔰𝔢 𝔴𝔦𝔱𝔥 𝔞 𝔰𝔭𝔦𝔫𝔢 𝔬𝔣 𝔰𝔱𝔢𝔢𝔩 𝔞𝔫𝔡 𝔞 𝔯𝔬𝔞𝔯 𝔩𝔦𝔨𝔢 𝔗𝔥𝔲𝔫𝔡𝔢𝔯
    teksttekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekst


    𝔅𝔯𝔬𝔨𝔢𝔫 𝔤𝔦𝔯𝔩𝔰 𝔟𝔩𝔬𝔰𝔰𝔬𝔪 𝔦𝔫𝔱𝔬 𝔴𝔞𝔯𝔯𝔦𝔬𝔯𝔰


    tekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekstteksttekst
          De lach die Melaina laat horen kan in niets in verband worden gebracht met vreugde. Andronika maakt zichzelf hier ook vaak schuldig aan, maar waar haar geluid een wrede toon heeft, is die van Melaina het geluid van nachtmerries. Koud en kil en zonder een spoor van de vreugde die eraan gekoppeld hoort.
          "We zullen zien wie er het laatst lacht, ooit was ik ook één van de eersten die dat deed." En de witharige vraagt zich af of het geluid toen der tijd hetzelfde was, of dat Melaina ooit melodieus en licht en vreugdevol heeft kunnen lachen — zoals zij dat zelf kon voor Ares haar mee nam naar Olympus. Hun leeftijd verschilt echter met complete tijdperken en ze kan zich goed indenken dat iemand die de wereld al zo lang meemaakt ook alle lelijke kanten heeft gezien.
          "En wetende dat Hera het leven van die oude pervert dag in dag uit zuur maakt, is er voor mij genoeg reden om voorlopig te blijven lachen." De grijns die Nika haar lippen om deze woorden besluipt verdwijnt voor hij ook maar vorm kan nemen bij het horen van haar vaders naam. Het venijn waarmee ze hierop antwoord doet Melaina eveneens de lippen persen en Andronika kan niet zeggen dat ze zich er schuldig over voelt.
          "Ga me nou niet zeggen, Andronika, dat zelfs jíj mij nu gaat teleurstellen, ik dacht dat je beter wist dan een tegenstander te onderschatten," smaalt de blauwogige godin haar toe, haar vinger dreigend uitstekend in Nika haar richting. De krijgster recht haar rug, meer om zichzelf klaar te maken voor wat de andere godin haar kant op wil werpen, dan dat ze er daadwerkelijk bang voor is dat Melaina haar hier en nu gewoonweg te lijf zal gaan.
          "Je hebt kennelijk toch nog niet zo goed door wat ik allemaal te gronde kan richten met mijn "hocus pocus", zoals je het zo mooi verwoordde—" ze laat haar hand weer zakken en weet het subtiele ontspannen van Andronika haar postuur misschien wel te spotten alvorens toe te voegen— "en dat zonder een vinger uit te hoeven steken. Hoe leuk het mij echter ook lijkt om daar een demonstratie van te geven, sta ik al een tijdje met kloppend hart te wachten op eentje van jou."
          De belofte in die woorden — de insinuatie dat ze zelfs zonder die handelingen haar krachten kan gebruiken, doet iets welbekends de kop opsteken bij de kleinere vrouw. Jaloezie is iets lelijks en doet haar ogen nog altijd net die tik vervaarlijker oplichten. Ze haat het, haat het zichzelf te verlagen naar zulke menselijke emoties.
          "Een teleurstelling ben ik al mijn hele leven," sneert ze, "maar onderschatten zit niet in mijn natuur." En op die woorden stapt Andronika blindelings naar achteren, grist puur op geheugen een speer achter zich vandaan, draait het wapen soepel in één hand in de goede richting en heeft de scherpe punt van het wapen al onder Melaina haar kin rusten nog voor een van de twee ook maar met de ogen kan knipperen.
          "Ik weet dat ik je kan hebben zonder hocus pocus, daar komen geen schattingen aan te pas," zegt ze kalm, haar ogen als een havik gericht op de ijselijk blauwe kijkers van de andere vrouw, op zoek naar iedere verandering in emotie, iedere indicatie naar haar volgende zet. Ze weet dat ze met vuur speelt, weet dat Melaina even onvoorspelbaar is als zijzelf, en dus verwijdert ze de speer van zijn dreigende positie met een soepele draai en werpt hem met een korte en gefocuste krachtinspanning richting een van de doelen aan de andere kant van de ruimte. Het projectiel komt trillend in het hart van het bord terecht onder het klinken van een luguber gekraak. "Maar aangezien je wel hocus pocus hebt, hoef je je misschien minder druk te maken."


    Marrow deep, soul deep, essence deep