• Een goed georganiseerde groep rovers uit het wilde westen, wordt al jaren gezocht in verschillende staten voor zowel overvallen als moorden.
    Ze gaan te werk onder de naam Los Ladrones en staan onder de leiding van een broer en zus, wiens ouders werden vermoord door de burgemeester uit het stadje van Counter City.
    Ze ronselen nog steeds mensen die geschikt zijn voor Los Ladrones en gaan elke stad af tot ze weer bij Counter City zijn zodat ze daar hun wraak kunnen nemen en de stad kunnen overnemen.
    Wat ze echter niet weten, is dat tussen hun eigen manschappen, verraders zitten die voor een goed bedrag Los Ladrones willen uitleveren.



    Regels:
    • Max. 2 personages per persoon
    • Minstens 250 woorden in een post, ik controleer dus hou je er aan. Meer mag uiteraard ook.
    • Niemand buitensluiten
    • Alleen Gipsy maakt nieuwe topics aan, tenzij anders vermeld.
    • Bespeel alleen je eigen personage
    • Let op je spelling en interpunctie.
    • Naamsveranderingen en afwezigheden altijd doorgeven
    • OOC altijd tussen haakjes
    • Geen eendagsvliegen anders loopt de RPG te snel dood
    • Denk er aan, niemand is perfect
    • Reserveringen blijven 3dagen staan.



    Rollen:


    Leiding Los Ladrones:

    Zus: Emily Grace Oakley - Tyrion
    Broer: Oliver Alexander Oakley - Graymark

    Leden van Los Ladrones:

    Vrouwen: tijdelijk vol
    Somesley - Amelia Brown - Trouwe hond
    Tortura -Angelina Morgan - Verrader, echte naam Alyssa Campbell
    Arriver - Cyrelle Kaela Newman - Trouwe hond
    Caleo - Lonte-Rosa Joye Wishe - Trouwe hond
    Harlequinn -Rosemary Angelica Morales - Verrader
    Mannen:
    Bonacieux - William Benjamin Hassel - Trouwe hond
    Jolene - Charles Laster - Trouwe hond
    MindBreaker - Jonathan Damian Connor Trouwe hond
    MindBreaker - James Levan Connor - Verrader
    -


    Leiding Counter City:

    Bonacieux - Jean Blake Yates - Burgemeester
    Michonne - Luke Billings - Sheriff
    Tyrion - Christopher King - Hulpsheriff
    Inwoners Counter City:

    Vrouwen:
    Jemima - -Rebecca Cecelia Yates - Dochter burgemeester
    Roww - Lily Harmony Jones
    -
    -
    -

    Mannen:
    Tarsus - Fernandez Manuel Mendéz - Hoefsmid
    -
    -
    -
    -


    Ja ik heb toestemming gekregen van een moderator om 2 rollentopics tegelijkertijd te lopen.


    Rollentopic
    Praattopic 1

    [ bericht aangepast op 27 april 2013 - 18:45 ]


    Forget the risk and take the fall...If it's what you want, it's worth it all.

    Raziel went Rydel.


    help

    Fernandez Manuel Mendéz
    Ik zuchtte toen ik hoorde hoe Rebecca het water in klom maar hoe ze geen aanstalten maakte om dan ook nog maar iets tegen me te zeggen. Dit had leuk kunnen worden, maar nee, zij moest zo nodig weer moeilijk doen over ondergoed en halfnaakt zijn. Alsof mensen naakt zien een misdaad was.
    Ik schrok op toen ik iets langs mijn been voelde afglijden. Jakkes, vissen. Ik trok een gezicht en begaf me langzaam dichter naar de kant. Ik had er toch geen zin meer in aangezien we elkaar nu toch leken te negeren, iets waar ik ook helemaal niet tegen kon.
    Ik kom eruit, liep haar voorbij terwijl ik de andere kant opkeek – ze lag in het gras en ik mocht toch niet kijken – en zette me ergens in de schaduw neer tegen een boom, naast die waar Amaris stond. Het bleef nog een hele tijd stil. Mijn blik bleef gericht op Fuego, die rustig van het gras stond te genieten. Niet koppig doen, Fernandez. Discussies met een vrouw vielen toch nooit te winnen.
    Mijn vader en moeder waren daar een levend voorbeeld van, mijn moeder won altijd, mijn vader zuchtte en wierp haar een paar boze blikken toe en kwam dan met hangende pootjes terug.
    Wat kon ik ervan zeggen? Mannen waren al het sterke geslacht, we moesten de vrouwen toch ook wat macht geven? Blijkbaar leken ze daar van te genieten.
    Maar nu moest ze wel maar niet gaan denken dat ik me zo makkelijk liet doen. “Goed,” zuchtte ik terwijl ik haar geen blik meer toewierp. “Ik had niet moeten kijken, maar jij moet niet zo overdrijven. Ik heb je mijn shirt al uitgeleend, als je het echt zo erg vond kon je er evengoed in gaan zwemmen. Het is toch al nat van je haar.” Oké, ik liet haar niet volledig winnen, maar ik was niet de enige die fout zat.


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov

    [Ik sta hier trouwens nog steeds als Graymark. :x

    Tought I'd let you know.]


    help

    [Gebeurd er nog wat in de bende?]


    Quiet the mind, and the soul will speak.

    [Ik ga woensdag wat proberen te schrijven.]


    help

    Rebecca Cecelia Yates
    Ik hoor aan de voetstappen dat Fernandez voorbij loopt, maar als ik op kijk zie ik dat hij me niet aankijkt, maar de andere kant op kijkt. Hij loopt naar de boom waar Amaris bij staat en gaat daar in het gras zitten. Ik slaak een zachte zucht en leg mijn hoofd op mijn armen. Hopelijk drogen mijn kleren snel, dan kan ik hier weg. De sfeer is erg ongemakkelijk en ik besluit om maar tegen mijn vader te liegen, als hij vraagt waar ik geweest ben. Als ik zeg dat ik met Fernandez een stukje ben gaan rijden, en hij vervolgens mijn gezicht ziet, dan zal hij gelijk zeggen: 'Zie je, die jongen zorgt alleen maar voor problemen.' En ik weiger hem daar gelijk in te geven. We mogen dan nu wel ruzie hebben, dat wil niet zeggen dat hij voor problemen zorgt.
    'Goed,' hoor ik hem plots zuchten. Weer kijk ik op, maar hij kijkt nog steeds mijn kant niet op. Waarschijnlijk kijkt hij me niet meer aan omdat ik zei dat hij niet mocht kijken. Ik snap alleen niet waarom hij daar nu ineens wel naar luistert. 'Ik had niet moeten kijken, maar jij moet niet zo overdrijven. Ik heb je mijn shirt al uitgeleend, als je het echt zo erg vond kon je er evengoed in gaan zwemmen. Het is toch al nat van je haar.'
    'Ik overdrijf niet,' mompel ik zacht. 'Ik wil gewoon niet dat iemand me zo ziet. Ik vind het gewoon niet fijn...' Er is nu een licht onzekere toon in mijn stem te horen, iets wat zeldzaam is. Er is maar één persoon die dat later mag zien. Het maakt me dan wel niet veel uit wat mensen van me vinden, niet zo maar iedereen hoeft me in mijn ondergoed te zien. Niet dat Fernandez “zo maar iemand” is, maar goed. 'En ja, ik had jouw blouse aan kunnen houden, maar dan zou het nog langer duren voordat mijn kleren zouden opdrogen.'


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Fernandez Manuel Mendéz
    “Ik overdrijf niet,” Rebecca’s stem klonk zachter en stukken minder boos, wat mij ook al grotendeels deed bedaren. Niet dat ik ooit boos kon blijven op dat schattige gezichtje van haar, daar mocht ik haar veel te graag voor. “Ik wil gewoon niet dat iemand me zo ziet. Ik vind het gewoon niet fijn...” Ze klonk onzeker, zeker voor iemand zoals zij. Misschien was dat wel wat ik leuk vond aan haar, dat ze niet zo’n hooghartige blaaskaak was ondanks haar vader.
    “Rebecca…” Ik zuchtte en keek haar voor de eerste keer aan. “Volgens mij heb je zelf niet eens door hoe prachtig je bent.”
    Ik voelde me net het mannelijke hoofdpersonage uit de slechte Spaanse liefdesverhalen die mijn moeder altijd las, maar wat ik net had gezegd was wel de waarheid. Ik vond Rebecca een prachtig meisje, vanbinnen en vanbuiten. Ook al was ze zo veranderd. Stiekem hoopte ik dat ze ergens nog steeds dezelfde zou zijn, al moest ik daar volgens mij niet te veel op hopen.
    In de tussentijd was mijn haar alweer opgedroogd en had ik mezelf recht geduwd om mezelf aan te kleden. Misschien was het maar tijd om terug te gaan voordat heel Counter City in rep en roer stond omdat Rebecca opeens ‘toevallig’ tegelijkertijd verdwenen was met mij. Mijn vader wist waar we waren, maar eerst en vooral betwijfelde ik of Yates naar mijn vader zou gaan om het te vragen, maar ik twijfelde nog meer over het feit dat mijn vader er een woord over zou lossen. Mijn vader was een nobel man, maar zo koppig als een ezel. Daarbij bemoeide hij zich meestal ook niet met mijn zaken.
    Ik trok mijn blouse over mijn hoofd en benaderde Fuego alweer met de halster, iets wat hij haatte om aan te doen. Toen hij er voor de derde keer vandoor ging zuchtte ik en gaf ik het op. “¡Imierda!” vloekte ik zacht in mezelf, terwijl ik de halster maar gewoon op de grond liet glijden. “Dan rijd ik wel zonder halster.”


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov

    Rebecca Cecelia Yates
    Nadat ik uitgepraat ben richt ik mijn blik op het gras gericht. Het voelde best wel ongemakkelijk om te zeggen, vooral omdat we ontzettend lange tijd niet gepraat hadden
    'Rebecca…' hoor ik Fernandez dan zeggen. Voorzichtig kijk ik op. 'Volgens mij heb je zelf niet eens door hoe prachtig je bent.' Gelijk verschijnt er een rode bloos op mijn wangen en richt ik mijn blik weer op het gras. Het is wel vaker tegen me gezegd door jongens dat ze me mooi vinden, maar volgens mij is dat meer omdat ze in een goed blaadje bij mijn vader proberen te komen. Uit Fernandez' mond klinkt het echter gemeend. 'Vind je dat echt?' vraag ik aarzelend.
          Fernandez is ondertussen al weer opgestaan en trekt zijn blouse over zijn hoofd heen. Bijna had ik mijn blik op zijn gespierde buik gericht, maar nog net op tijd had ik mijn blik afgewend. Ik wil niet weer ruzie krijgen omdat hij ziet dat ik wel naar hem kijk, maar dat hij van mij, niet naar mij mag kijken. Als hij vervolgens bezig gaat met het proberen van Fuego's halster om te krijgen, voel ik even aan mijn onderkleding en wanneer ik voel dat het droog is kom ik overeind. Ik pluk mijn kleren van de grond, keer toch voor de zekerheid Fernandez mijn rug toe en trek mijn broek en zijn shirt aan. Hierna loop ik naar Ferrie en de paarden. Fernandez heeft zo te zien Fuego's halster niet om gekregen en ik grinnik zachtjes. 'Je hebt hem niet echt onder controle zo te zien,' zeg ik met een lichte glimlach, terwijl ik aan de andere kant van Fernandez ga staan om Amaris' haar halster om te doen, die gelukkig wel meewerkt. Ik aai zachtjes over haar manen.


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Fernandez Manuel Mendéz
    Rebecca werd rood en durfde niet op te kijken. “Vind je dat echt?” Haar stem klonk aarzelend, als ze me niet geloofde als ik iets zei. Maar ze zou beter moeten weten dan dat. Als ik iets zei, dan meende ik het ook. Zeker zoiets als dit.
    Ik zuchtte en vloekte in mezelf toen ik Fuego’s halster niet aankreeg. “Je hebt hem niet echt onder controle zo te zien,” plaagde Rebecca me, maar ik liet me daardoor niet van de wijs brengen.
    “Hij rijdt niet graag zonder halster, komt door een incident met dat ding. Ik was er niet bij toen het gebeurde, maar volgens mij heeft hij een trauma aan halsters en wil hij er maar niet aan wennen. Maar om eerlijk te zijn rijd ik toch liever zonder halster en zadel.” Behalve dat het een beetje oncomfortabel was, maar het voelde gewoon vrijer.
    Ik draaide me om en keek de jonge vrouw aan. Misschien was het nu de tijd om te doen wat ik al wilde doen sinds ze volwassen was. Het voelde wel als het moment. En of te wel zou ik alles verpesten, of te wel zou het dat niet doen. En ik wist niet of het het risico waard was. “Becca…” Ik zette een paar stapjes dichter. “Ik wil iets proberen… Ik wil iets zeker weten… Je kunt me elk moment stoppen, als het niet goed voelt.” Voorzichtig liet ik mijn handen op haar heupen rusten en keek haar afwachtend haan. Beetje bij beetje trok ik haar dichter tegen me aan, tot ik haar adem tegen mijn gezicht kon voelen. Ik deed het voorzichtig en beheerst, omdat ik niet wilde dat ze zich tot iets gedwongen moest voelen. Ik beet zachtjes op mijn onderlip, terwijl ik ogen van haar ogen naar haar lippen schoten. Was dit wel een goed idee? Ik ging het verpesten, dat voelde ik gewoon. Ik zuchtte en keek terug met een onzekere en vragende blik in haar ogen, alsof ik om toestemming wilde vragen. O man, ik had me nog nooit zon onzeker gevoeld in mijn hele leven. “Becca…” fluisterde ik zacht. Mijn ene hand gleed van haar heup naar haar wang, terwijl ik mezelf zachtjes dichterbij duwde en mijn lippen langzaam de haren raakten. Ik voelde mezelf gek worden van de zenuwen, de twijfel. Het dilemma of ik terug zou trekken of niet…

    [ bericht aangepast op 11 juni 2013 - 21:17 ]


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov

    Rebecca Cecelia Yates
    'Hij rijdt niet graag zonder halster, komt door een incident met dat ding. Ik was er niet bij toen het gebeurde, maar volgens mij heeft hij een trauma aan halsters en wil hij er maar niet aan wennen. Maar om eerlijk te zijn rijd ik toch liever zonder halster en zadel,' zegt hij na mijn geplaag. 'Geen naar incident hoop ik,' zeg ik, terwijl ik Amaris manen rijdt. Ik zou denk ik niet zo snel zonder halster rijden, tenzij ik zou weten dat Amaris het niet fijn vindt.
    'Becca...' Ik draai me om en kijk Fernandez vragend aan. 'Ja?' Hij komt dichterbij me staan. 'Ik wil iets proberen... Ik wil iets zeker weten... Je kunt me elk moment stoppen, als het niet goed voelt.' Er verschijnt een lichte frons op mijn gezicht, die groter wordt als hij zijn handen op mijn heupen legt. 'Hoe bedoel je?' vraag ik. Hij trekt me dichter naar zich toe en ik begin zenuwachtig te worden. Wanneer hij op zijn onderlip bijt glijdt mijn blik daar kort naar toe. 'Wat is er aan de hand?' vraag ik zacht, terwijl hij zucht en me onzeker en iets vragend aan kijkt. 'Becca,' fluistert hij zacht. Zijn hand glijdt van mijn heup naar mijn wang en hij gaat nog wat dichter op me staan. Niet veel later raken zijn lippen zachtjes de mijne en stookt mijn adem in mijn keel. Voor enkele seconden blijf ik verstijfd staan, waarna er een warm gevoel door me heen trekt en ik mijn handen aarzelend in Ferrie's nek leg. Voorzichtig kus ik hem lichtjes terug, maar al snel trek ik me terug en draai ik me om, naar Amaris terwijl mijn wangen rood worden. 'W-we, eh, zouden terug moeten g-gaan,' stamel ik onhandig, terwijl ik hem niet meer aan durf te kijken. 'Mijn vader vraagt zich vast af waar i-ik ben.'


    To the stars who listen — and the dreams that are answered

    Fernandez Manuel Mendéz
    Ik voelde Rebecca’s lichaam verstijven tegen het mijne aan toen mijn lippen zacht de haren raken. Ik voelde hoe ze een seconde lang stopte met ademen, alsof de wereld voor ons beiden even stil stond. En ik wist niet hoe het voor haar voelde, maar voor mij voelde het in ieder geval fantastisch.
    Ze trok niet terug. Dat betekende iets goed, toch? Als ze het niet wilde, had ze – Rebecca kennende – me het al lang op een of andere manier duidelijk gemaakt hebben, maar in plaats daarvan legde ze met de nodige aarzeling haar armen in mijn nek. Mijn lippen verwrongen zich langzaam maar zeker in een grijns die ik, hoe hard ik hem ook probeerde te bevechten, niet van mijn gezicht kon houden. Hij kwam vast stom over, maar ik kreeg hem niet weg. Toen ze me lichthartig terug zoende moest ik de nijging weerstaan om terug te trekken en even een vreugde dansje te doen, maar die tijd werd me niet gegeven want niet veel later trok ze haar hoofd terug.
    Ze draaide zich om, alsof ze me niet meer aan durfde kijken. Toch had ik niet het gevoel dat ik het verpest had. Als het zo was, dan was ze nu beginnen schreeuwen, slaan of weet ik veel wat. Maar in plaats van dat voelde ik me even de gelukkigste man op aarde en was zelfs het akkefietje van zonet helemaal vergeten.
    “W-we, eh,” stamelde ze. Hoe schattig. “Zouden terug moeten g-gaan. Mijn vader vraagt zich vast af waar i-ik ben.”
    Ik zuchtte zachtjes, maar knikte begrijpend. Haar vader was ik al een tijdje vergeten, maar ze had vast gelijk. Wie weet stond het hele dorp al in rep en roer omdat ze even verdwenen was en dat was niet goed voor de zaken. Zeker niet als hij erachter kwam dat het met mij was. Dan was het helemaal naar de vaantjes.
    “Goed plan.” Mijn stem klonk niet helemaal euforisch, maar er was een zekere voldoening in te horen. In die van Rebecca niet, wat me ergens zorgen baarde en waardoor ik bats boem van mijn roze wolk afgeduwd werd. Misschien vond ze het wel helemaal niet fijn. Of misschien was ik wel zo’n slechtte kusser dat ze het niet meer aan kon. Niet dat ik ooit iemand had horen klagen, maar dan nog.
    “Als je vader boos doet, schuif de schuld op mij,” verzekerde ik haar, voordat ze in de problemen kwam. “Ik was degene die je mee naar hier bracht, dus jij moet er geen schuld voor krijgen.”
    Geroutineerd sprong ik bovenop Fuego’s rug en nam zijn manen beet. “Klaar om terug te gaan?”

    [ bericht aangepast op 18 juni 2013 - 17:54 ]


    "Do not be angry with the rain; it simply does not know how to fall upwards.” - Vladimir Nabokov

    [Lake --> Paynez.]


    Reality's overrated.