• LINK NAAR SPEELTOPIC DRIIIEEEEEEE


    Avalerion or Alerion is a mythological bird. It was "rather small, yet larger than an eagle" and lived near the Hydaspes and the Indus according to European medieval geographers and bestiaries, which were possibly based on a description by Pliny. Only two of the birds were said to exist at a time. A pair of eggs was laid every 60 years; after hatching, the parents drowned themselves. Alerions have been seen in coats of arms, most often depicted as a bird with no beak and feathered stumps in place of legs or no legs at all.


    Alerion
    Ilerion


    Er broeit iets onder de mens. Iets groots. De regering kan het voelen. Zíj kunnen het voelen. Maar wie zijn zij? Straatkinderen. Voor de meeste mensen is dat wat zij zijn. Onbetekenend. Afval. Deze kinderen die hun ouders uit het oog of uit het hart verloren zijn. Kinderen van ouders die misschien zelfs dood zijn. Kinderen die er helemaal alleen voor stonden. Een klein getal werd misschien opgenomen in weeshuizen, wellicht geadopteerd. Maar geaccepteerd? Nee. Dat nooit helemaal. De kinderen waren hoe dan ook op henzelf aangewezen. Totdat hun leven compleet veranderde. Plotseling. Als een donderslag bij heldere hemel.


    Natuurlijk wisten deze kinderen al op jonge leeftijd dat zij stuk voor stuk uniek waren. Maar dat ze waren voorbestemd voor iets dat de wereld zou kunnen veranderen? Nee. Dat was hen nooit verteld. Wie wilde hen immers in bescherming nemen tegen de projecten die de regering aan het voorbereiden was? Op een bepaald punt in hun leven veranderde die status. Hun levens en gaven raakten verwikkeld met elkaar.
    Er was eindelijk iemand die luisterde, iemand die hielp. Iemand die hen kon leiden. Iemand die hen iets heel bijzonders gaf. Ze ontwikkelden gaven.
    Helaas hadden deze gaven tot gevolg dat de kinderen, inmiddels eerder jongeren, enorm interessant werden voor onderzoekers en wetenschappers. Op een enkeling na wonen zij nu allemaal in onderzoekscentra.”


    Ze wonen hier niet vrijwillig. Veel buitenstanders noemen het een gesticht. Sommigen omdat zij denken dat deze begiftigde jongeren gek zijn, of zelfs een andere diersoort. Ze vrezen hen.
    Een enkeling noemt het zo in de wetenschap dat de behandeling in deze inrichting afgrijselijk is, en dat eenieder die deze ondergaat nooit hetzelfde zal zijn. Als hij of zij überhaupt nog levend naar buiten komt.
    Dag en nacht worden onmenselijke tests en onderzoeken op de jongeren afgevuurd. Wie zich niet aan de regels houdt wacht een gruwelijke straf.
    Tot een zeker punt lijkt de Redder, waarvan zij dachten dat die bestond, te zijn vergeten. Toch blijft er hoop groeien onder de begaafden, en deze hoop doet leven. Sommigen zeggen zelfs contact te kunnen leggen met de Redder. Geestelijk en kort, maar het is nieuwe informatie. Opdrachten die naar vrijheid kunnen leiden.

    Hun aanwezigheid in de inrichting is niet het enige dat de begaafden met elkaar gemeen hebben. Langzaam en niet geheel zonder moeite komen zij achter elkaars gaven, levens, hun gevechten en hun littekens. Ze zijn stuk voor stuk hetzelfde, en al voelt het totaal niet zo, ze zijn gezegend met gaven om grootse dingen te kunnen doen.



    Wat ze zelf niet weten, is dat een mythisch wezen, een vogel, hen onder haar vleugels heeft genomen. Hun 'Redder' is dan ook niet zomaar een persoon - maar een machtig en vrij wezen. Precies zoals de meesten van hen ook graag zouden zijn.
    Eén van de dingen die Alerion hen gaandeweg heeft ingefluisterd, is dat er van elke gave maar twee mensen bestaan die hem kunnen bezitten.
    Deze zullen zich sterk tot elkaar aangetrokken voelen, al hoeft dat niet seksueel te zijn. Het zijn ook lang niet altijd mensen van het tegenovergestelde geslacht. Hun band is sterk, geestelijk gezien, en zelfs als zij het niet bewust willen, zullen zij vaak perongeluk in elkaars buurt verkeren. Zo niet, is hun telepathie nog een tweede mogelijkheid op contact. Want hoewel sommigen (twee, als het er dus is) met iedereen kunnen telepatheren, is de connectie tussen 'zielsverwanten'
    altijd het sterkst gebleken. Voor velen is het verhaal van de zielsverwanten echter een sprookje: binnen de inrichting bestaat niet zoiets als liefde. Daar heeft de regering wel voor gezorgd - denken ze.
    Een zeer naar, en nog onopgelost detail aan de begaafden, is de jonge leeftijd waarop de meesten van hen heengaan. De regering is al sinds het begin nieuwsgierig naar deze ontwikkeling in het verloop daarvan, maar vele begaafden kunnen het zelf niet eens bevatten.
    Denk eens in: is het logisch voor een fit, jong persoon om voor de dood te kiezen? Nee. Dat is het allesbehalve.
    Toch zijn er begaafden die gemakkelijk de zestig halen.
    Waarom? Nageslacht. Dat lijkt het voor de hand liggende antwoord.
    Alerion schonk iedere begaafde zijn of haar kracht bij de geboorte, al ontdenken sommigen dit pas later. Zij liet hen leven met de zweem van macht, en verbond hen in koppels om vele van hen ware liefde te geven. Maar wat is de prijs van al die privileges?
    Niet lang nadat een begaafde zijn of haar genen heeft doorgegeven - zullen de krachten en het leven dat deze persoon ooit bezat - wederom opgeëist worden door Alerion.

    Deze RPG speelt zich af in een van de onderzoekscentra waarover je gelezen hebt. Rollen zijn hybriden (deze begaafde jongeren dus), onderzoekers of beveiliging. Onderzoekers mogen absoluut NIET zachtaardig zijn.




    Verhaallijn:

    De onderzoekers besluiten (worden overtuigd?) dat het een goed idee is met de hybriden naar buiten te gaan om te zien welk effect de frisse lucht, verschillende plaatsen etc. op hen hebben.
    Een paar hybriden weten te ontsnappen. De rest wordt snel teruggebracht naar het centrum. Elliott en Stevie-Ann hebben seks. Rosper vindt ze en brengt ze terug.

    Tijdsprong van 9 maanden

    Stevie-Ann bevalt van een kindje en weet zichzelf op de een of andere manier in haar badkamer te verdrinken, alsof ze niet anders kan, gedwongen. De onderzoekers vinden de baby niet interessant en een van de hybriden (misschien Lucy, omdat die Stevie-Ann’s zielsverwant is? Iemand anders mag ook.) neemt de zorg voor het kleine wezentje op zich. Stevie doet Rosper aan zijn verleden denken en hij draait door om haar dood.
    Wat de onderzoekers echter wel interessant is, is wat Stevie-Ann gedaan heeft. Ze beginnen een afschuwelijk onderzoek om de relatie tussen nageslacht en sterfte te onderzoeken (hier kan nog veel creativiteit in geprut worden, qua hoe het onderzoek eruit ziet. Als het maar gruwelijk is.).

    Vanwege deze gruwelijke behandeling beginnen de hybriden een opstand. Dit is waar Avalerion in beeld komt (al kwam de dood van het eerder genoemde meisje natuurlijk ook door haar). Avalerion bestookt al een tijdlang iemand met opdrachten (Ik stel Elliott of Daniel voor, maar als iemand anders volunteert?) en tijdens de opstand neemt zij kort bezit van diens lichaam. Dit heeft tot gevolg dat deze persoon iemand ongezien afslacht (onderzoeker of bewaker lijkt mij het meest logisch, maar als daar niemand bij is die dood mag kan een hybride ook wel).

    Door het besef wat hij/zij gedaan heeft draait hij/zij door en begint meer mensen uit te moorden. Een aantal hybriden schaart zich achter deze persoon, een ander deel gaat ertegen in de aanval. Er ontstaat een heuse oorlog, waarin uiteindelijk iedereen een kant gekozen heeft.

    Een van de twee groepen weet door middel van gaven uit te breken. (Ik stel voor dat dit de groep is waar Alex toe behoort. Als we zorgen dat hij in een van de kamers van de onderzoekers kan komen (door anderen hun vechtgaven) kan hij uit het raam kijken en samen met een hybride die in staat is vanbuiten de deur te openen naar buiten teleporteren. Zo kan de rest dan ook naar buiten.)

    De andere groep hybriden zitten nog een tijd onder extra strenge bewaking vast, maar weten uiteindelijk ook te ontsnappen.

    Iedereen bevindt zich nu in de buitenwereld. Er wordt op hen gejaagd en zijzelf zijn gehard door wat ze meegemaakt hebben. Hun oorlog zet zich buiten voort, en het verspreidt zich als een virus.
    Wat er dan gebeurt moeten we denk ik nog even zien. Heeft er iemand al een idee?





    Regels:
    Niet alleen meiden aanmaken.
    Geen ruzie OOC.
    Geer Mary sue's.
    OOC tussen haakjes. {}[]()
    Minstens 10 regels.
    Tenzij anders aangegeven open alleen ik de topics.
    Langdurige afwezigheid melden.
    Speel met de ander mee, blokkeer niet.
    Niet alleen 1 op 1 spelen.
    Je personage draagt altijd een uniform, verdere versiering zoals sieraden zijn niet toegestaan.
    Huisdieren natuurlijk ook niet.

    Lees andermans posts, a.u.b. Dit is wel zo sociaal...


    Deze kleding krijgen hybriden van het centrum. De onderzoekers dragen een labjas of een pak, inclusief stropdas. Dat ligt eraan wat ze gaan doen.


    De tekst in het plaatje is niet zo heel duidelijk. Onder mannelijke hybriden staat "Mily's (Natsune's vorige gebruikersnaam) advies iets te letterlijk genomen" en onder vrouwelijke hybrides "Maar dan zonder stropdas".
    De hybriden krijgen geen schoenen, en lopen dus op blote voeten.


    Rol:
    Naam:
    Leeftijd: - Hybride tussen 12 en 25, medewerker tussen 23 en 100-
    Geslacht:
    Uiterlijk: -inclusief foto('s)-:
    Innerlijk:
    Gave: -indien Hybride-
    Extra:


    Rollen tot nu toe:

    Hybriden:
    Nathan James Gibson - 22 - Plaatsen dingen in andermans hoofd - Avalerion 1,3
    Alexander Evan “Alex” Anderson - 18 - Teleportatie - Avalerion 1,3
    Elliott Layton King - 19 - Doden of verlammen door gedachten - IAmLightning 1,3
    Raffaël Seager - 17 - Vliegen - Natsune 1,4
    Daniel Michael Gabriel DiRosilia - 20 - Herinneringen veranderen - Incedunt 1,9
    Blane - 19 - Onzichtbaarheid - Natsune 1,14
    Connor Marten McGary - 21 - Genezing - Creaturi 1,14
    Jake Douglas Jonshon - 15 - Van uiterlijk veranderen - XbrownieX - 1,15

    Lavina Tara Carré -17- Transformatie - Tesserae 1,4
    Eres Elena Slowayk - 21 - Kracht - Pwettyness 1,8
    Cloe Marianne Feline Rivière - 17 - Energie controleren/gebruiken/aftappen voor/van planten - Annickemiek 1,10
    Myrcella Rhaella Baratheon - 24 - Symplysatie (verdubbelen vervelende emoties) - Pwettyness 1,10
    Stevie-Ann Carter - 16 - Tekeningen tot leven wekken - Avalerion 1,13
    Lucy Mary King - 15 - Tekeningen tot leven wekken - IAmLightning 1,13
    Maere Rose Lostock - 16 - Telekinese Traitor 1,17
    Vrouwelijke hybride gerserveerd voor Goldwing

    Onderzoekers:
    Caine Douglas Wayn - 32 - Miserere 1,3
    Dean Edward Collin Rosper - 27 - Tesserae 1,9
    Emile William Jack Starlek - 30 - Annickemiek 1,10

    Valesca Tatiana Charina Raevenwood - 25 - Avalerion 1,13

    Beveiliging:
    Tzin - tussen 24 en 26 - LordoftheAir 1,15




    Het centrum is aan de buitenkant een betonnen blok, en ramen zijn er alleen in de kamers van de onderzoekers.

    De rollenstory
    Het rollentopic
    Speeltopic 1
    Story met alle posts
    Meedoen kan altijd. c:

    [ bericht aangepast op 27 okt 2013 - 22:00 ]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Lizz Schreef
    Mycrella Rhaella Baratheon.


    Ik voelde hoe Nathan's armen om mijn middel lagen, en zijn natte gezicht in mijn hals. Het eerste wat door me heen schoot was de vraag of hij had gehuild. Ik voelde me schuldig dat ik zo tegen hem had gedaan, ik had het recht niet gehad zo tegen hem te doen. Zo voorzichtig mogelijk draaide ik mezelf in zijn armen om, mijn hand deed ik voorzichtig naar boven en veegde daarmee de tranen teder van zijn gezicht. Ik voelde me echt zeer schuldig, vooral nu ik wist dat hij om iets gehuild had. En God moge weten wat, want hij zou het niet vertellen. Mijn handging weg van zijn gezicht en vlug wierp ik nog een blik op zijn schattige slapende gezicht, waarna ik me weer voorzichtig met m'n rug naar hem toe draai. Mijn hand leg ik voorzichtig op de zijne, wetend dat ik toch niet zou kunnen slapen, gaan mijn vingers voorzichtig over zijn arm en hand. Ik wou hem niet wakker maken, net op het moment dat ik datzelfde gevoel weer had in zes jaar, hetzelfde gevoel als voor ik mee werd genomen hierheen. Vertrouwen, ja ik vertrouwde degene die ik niet moest vertrouwen, maar ik voelde me veilig bij hem, iets waarvan ik altijd had gedacht dat ik dat niet meer kon. Terwijl zijn ademhaling juist rustig was - was de mijne juist onregelmatig. Evenals het kloppen van mijn hart dat moeite deed me in leven te houden na het al te lang niet gegeten en amper gedronken te hebben. De duizeligheid kwam weer op zetten, evenals de pijn in mijn borst en buik. De tranen sprongen in mijn ogen toen er een steek door mijn borst trok en voorzichtig draaide ik me naar Nathan, legde mijn hoofd tegen zijn borst en mijn armen voorzichtig om hem heen en zwaar ademend probeerde ik wakker te blijven, proberende niet in de eeuwige duisternis te zakken. De steken bleven aanhouden en namate de tijd verstreek begon het steeds meer zeer te doen. Maar vanbinnen werd ik rustig door de warmte en aanwezigheid van de jongen die er lag. Al bleven de steken verergeren, en mijn ademhaling onregelmatig. We moesten ons verzamelen of iets in die richting en zo voorzichtig mogelijk rol ik uit zijn armen, verwissel zijn shirt voor een van mijn blousses en controleer snel mijn haren. Dit zou wel weer wat worden.

    AANGEPAST


    Yeah, and people in hell want Slurpees.

    [Ik wil heel graag schrijven, maar het lukt niet. >..<
    Ik ben boos, want vandaag was een rotdag, en schrijven maakt me momenteel alleen maar bozer.]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    [ Awh what happend? Gemene leraren? ]


    Yeah, and people in hell want Slurpees.

    [ Eres zal trouwens gehaald moeten worden, want ze vertrouwd het niet en is als de dood voor de onderzoekers. ]


    Yeah, and people in hell want Slurpees.

    [Nee, ik heb vakantie, dus geen leraren.
    Ik word gewoon al de hele dag genegeerd, ben rusteloos en stuff. Iedereen maakt me boos of chaggo.
    Eeeeen toen wilden mijn ouders samen de Avengers kijken (ik ben echt een superheldennerd , dus ik was helemaal blij), en toen bleek het dus dit te zijn (gisteravond opgenomen van veronica. Ga maar kijken, bij de aankondigingen stonden gewoon plaatjes van like... Thor, Iron Man, Captain America, The Hulk, Black Widow en Hawk Eye. Die Avengers.
    Nou ja, het is allemaal niet echt ernstig, maar ik word er gewoon boos van. Sorry guys.]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    [ oh die is wel gemeen :L. En de Avangers is hardstikke awesome :3. Me loves Loki. ]


    Yeah, and people in hell want Slurpees.

    Pwettyness schreef:
    [ oh die is wel gemeen :L. En de Avangers is hardstikke awesome :3. Me loves Loki. ]


    [Meh too. c:
    But genoeg daarover.
    Anders spammen we het topic nog vol.]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Elliott Layton King

    Ik kijk nog eens naar Stevie.
    Ze ziet eruit alsof ze op instorten staat. Alweer.
    Lucy legt haar hand op mijn schouder.
    Ik wil tegen haar zeggen dat het niet meer uitmaakt, maar net als ik mijn lippen open wil doen hoor ik het gekraak van de intercom, gevolgd door de stem van Dean Rosper.

    "Alle Hybriden, over een kwartier vóór Lichamelijk Onderzoek verzamelen. Geen uitzonderingen. Ik herhaal: Over vijftien minuten, Lichamelijk Onderzoek, Iedereen. Wie niet komt, mag de gevolgen zelf ondergaan. Bij aankomst wordt verteld wat het plan is."

    Lucy en ik kijken elkaar aan.
    ‘We moeten wel’ zegt ze.
    ‘Je hebt gelijk. Als we niet komen opdagen gaan ze misschien iets vermoeden. Ons straffen sowieso. We moeten ons gedeisd houden, low profile.’
    Ik gebaar naar Stevie dat ze op moet staan, maar het ziet er voorlopig niet naar uit dat ze daartoe in staat is.
    Snel hijs ik haar op mijn rug en begin te lopen.
    ‘Kom’ zeg ik tegen Lucy en samen lopen we richting lichamelijk onderzoek.


    Eenmaal bij lichamelijk onderzoek aangekomen is iedereen er al.
    Ik zet Stevie weer neer en ondersteun haar met lopen. Hopelijk heeft niemand volledig door hoe slecht ze eraan toe is.
    Als we eenmaal zitten begint “professor” Dean te praten.
    "Stilte." Niet dat het veel effect heeft.
    Bijna iedereen was al stil, hooguit een of twee mensen die bloednerveus waren mompelden nog wat tegen elkaar.
    "We gaan zo een massa-onderzoek plegen… buiten.”
    Lucy tikt me aan. ‘Buiten, we mogen nooit naar buiten’.
    In haar ogen is een spoortje blijdschap te zien.
    Maar ik vertrouw het niet. Waarom zouden ze ons zomaar naar buiten laten gaan als het echt waar is dat vrijwel niemand meer buiten is geweest sinds, hoogstwaarschijnlijk, hun opsluiting.
    Al snel is het weer stil.
    "We laten jullie tijdelijk buiten... Rondspringen. De reden is voor jullie niet relevant. Al moet ik zeggen dat sommige van jullie het als... Vermakelijk zouden ervaren. Er zijn echter wel wat regels." Ik steek één vinger op. "Weglopen is niet toegestaan. Als dat gebeurt, vinden we jullie toch wel, en zullen de gevolgen daarvan niet bepaald plezierig zijn." Ik steek een tweede vinger op. "Het is niet toegestaan jullie 'gave' te gebruiken whatsoever." Ik steek een derde vinger op. "Ook het negeren van andere begeleiders betekent een zware straf." Ik steek nog een vinger op. "Begeleiders mogen wanneer ze willen een regel maken en doorvoeren. Nog vragen? Bovendien zullen, een paar Hybriden nog even moeten blijven voor... Onderhandelingen. Die Hybriden zijn:
    Rosilia, Gibson, Carré en Baratheon.’
    Ik vraag me af waarom ik niet op het matje geroepen word. Wat hun gave is weet ik niet, maar mijn gave is niet geheel ongevaarlijk.
    Waarschijnlijk kennen ze me nog niet goed genoeg.
    Dan wordt het binnenkort maar eens tijd voor een kennismakingsrondje.
    ‘Voor vertrek moeten jullie je melden bij Professor Starlek of Professor Raevenwood. Tegenspraak wordt niet geduld, en ook drop-outs zijn niet toegestaan.’
    Er komt een ziekelijke grijns op het gezicht van Rosper. Vervolgens draait hij zich om naar Valesca en Emile. Ik maak me klaar om op te staan als ik zie dat Tzin de onderzoekers een wapen toedrukt. Mijn ogen blijven naar de wapens kijken en voor mijn gevoel verschijnt er een wantrouwende blik op mijn gezicht.
    Snel strijk ik mijn gezicht weer glad in de hoop dat ze dat niet gezien hebben.
    Ik sta op en loop met Stevie richting Valesca.
    Lucy loopt naar Emile.
    ‘Wij komen onze aanwezigheid bevestigen. Ik heb er zin in.’

    [Bingo! Het feit dat ze Elliott niet plat spuiten zal de reden voor hun ontsnapping wel zijn. C: ]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Nathan James Gibson
    Ik word wakker van geluid en een plotselinge kou van voren. Verbaasd knipper ik met mijn ogen, kijk op en trek mijn gezicht weer in de plooi als ik zie waar ik ben. Het meisje dat mijn borst en buik warm hield is verdwenen.
    Myrcella staat in de badkamer haar haren goed te doen of zoiets. Zonder iets te zeggen rol ik me om, voeten op de grond. Ik pak een broodje dat er nog enigszins eetbaar uitziet uit een hoek, loop ermee naar de badkamer en duw het haar in haar handen. Ik overweeg nog iets te brommen in de trant van ‘Eet.’, maar ik kan het gewoon niet opbrengen. Geen zin.
    De leegte in mijn borst is groot, maar ik voel geen pijn. Mijn gedachten bevinden zich in Paisley’s kamer, snuffelen door haar boeken, houden haar lichaam vast, kussen haar lippen. Het uur voor ze stierf was mooi geweest. Dat erna de grootste nachtmerrie van mijn leven.

    Oneindig verbaasd vlogen mijn ogen open toen ik een brede glimlach tegen mijn lippen voelde. Ze lachte er zelfs hardop bij! Ongelovig begon ik ook te lachen en ik trok haar dicht tegen me aan, woelde met mijn handen door haar haar, kuste haar hele gezicht. Ik kon me niet herinneren dat ik haar ooit had horen lachen. Het was het mooiste wat ik ooit had gehoord. ‘Paisley.’ Mijn stem klonk verstikt door de emotie. Ik drukte mijn handen aan weerszijden zacht tegen haar hoofd en legde mijn voorhoofd tegen het hare. Ze was zo levendig, zo anders, zo onmogelijk prachtig.
    Ik rilde, nog altijd lachend, toen ik haar handen naar beneden voelde glijden, onder mijn shirt, tegen de warme huid van mijn rug. Bijna automatisch gleden mijn ogen dicht en ik haalde beverig adem, maar deed ze toen gelijk weer open. Ik kon ze niet van haar af houden.
    Ik bestierf het bijna toen ze langs mijn kaak naar beneden begon te kussen. Ik was bijna opgelucht toen haar hoofd tegen mijn borst bleef liggen. Ik had serieus gevreesd dat min hart eruit zou barsten. Dit maakte me weer aan het lachen, maar die lach droop van mijn gezicht af toen ik haar frons zag.
    ‘Luister… Nathan..’ Plotseling behoedzaam kneep ik mijn ogen tot spleetjes. Mijn greep op haar verslapte. Die toon. Een onbehaaglijk gevoel kroop langs mijn keel omhoog.
    Ik weet dat de chemie die tussen ons in hangt onverklaarbaar lijkt. We trekken naar elkaar toe. Onze gedachten, onze lichamen. Niet lang hierna zal het voelen alsof we altijd bij elkaar moeten zijn. We willen elkaar beschermen en het zal moeilijk zijn om elkaar uit het oog te verliezen - vooral met de dingen die wij hebben gezien. Er zijn.. complicaties. Ik kan je niet alles vertellen omdat ik weet wat je zult doen. Je moet weten dat ik alles ooit verloren ben. En ik kan het niet riskeren jou te verliezen. Ik mag niet egoïstisch zijn. Niet met jou. En daarom zal ik er alles aan doen om jou gelukkig te maken met iemand anders. Buiten deze plek. Ik gun je een lang en gelukkig leven zonder de lucht van ontsmettingsmiddel.
    Ik keek haar ongelovig aan, bijna afstandelijk. ‘Paisley,’ het klonk duister, en ik liet haar nu helemaal los. ‘Ik wil niemand anders meer. En we zitten hier vast, jij en ik. Je weet net zo goed als ik dat ik er ok zonder jou niet uit kom. Júíst zonder jou.’
    Ze huilde en glimlachte tegelijk. De grootste wanhoop die ik ooit gevoeld had kroop door mijn ziel, mijn bloed, mijn botten, mijn hart.
    Ik hou van je, Nathan. En daarom ga ik dit eindigen. Ik kan je herinneringen aan mij niet wissen en ik kan jou geen pijn doen - maar mezelf wel.
    ‘Paisley! Zie je niet in dat je me nu al pijn doet!? Laat me niet alleen!’
    ‘Het spijt me.’
    Ik moest wegduiken voor een grote keukenschaar die aan kwam zweven. Verward krabbelde ik overeind, om te zien hoe de schaar, die Paisley met haar telekinese vasthield een rode streep achterliet op haar keel. Ik dook haar richting op, maar de schaar had me verder bij haar vandaan gegooid. Ik stak mijn handen uit en trok mijn eigen kracht aan de schaar. Onze krachten worstelden met elkaar, en de schaar bleef stil hangen.
    Het bloed op haar keel trok mijn aandacht, en toen haar gezicht, dat al bleker begon te zien door het bloedverlies. Mijn aandacht verslapte. Ik verloor. Het lemmet sneed diep in haar keel.
    Alles leek in slow motion te gaan.
    Ze viel.
    Ik zag bloed, overal bloed. Het was zoveel. Veel te veel.
    Op mijn knieën kroop ik naar haar toe, en bijna meteen voelde ik pure paniek omslaan in vastberadenheid. Ik griste een willekeurig kledingstuk uit haar wasmand en wikkelde dat snel om haar keel. Ik tilde haar op, voorzichtig, met mijn ene arm onder haar knieën en de andere legde ik onder haar nek, aan de achterkant. Ik lette erop dat de wond zoveel mogelijk dicht zat op de manier dat ik haar vasthield. Haar hoofd mocht in geen geval achterover gaan hangen. De schaar legde ik op haar buik, en ik snelde de kamer uit.
    Ik vervloekte mezelf om hetgeen ik nu zou moeten doen, maar degenen die haar gedrogeerd hadden waren ook de enigen die haar nu konden helpen.
    Ik snelde de gangen door, tot ik een vrouw in een lange witte jas zag. ‘Hé!’ Ze draaide zich naar me om, en haar ogen versmalde tot dunne spleetjes toen ze het meisje in mijn armen zag.
    ‘Wat heb je gedaan, Gibson?’
    ‘Niets. Ik vond haar zo in haar badkamer. Ik hoorde vreemde geluiden toen ik er voorbij liep over de gang, dus ik besloot maar een kijkje te nemen. Ik denk dat ze geprobeerd heeft zelfmoord te plegen. Dit lag naast haar op de grond.’ Ik hield de schaar omhoog. ‘En nu zou ik haar maar snel oplappen als ik u was, en de volgende keer maar wat zuiniger met die kalmeringsmiddeltjes. Ik geloof niet dat ze die erg op prijs stelt.’
    Zonder verder nog iets te zeggen nam de “zuster” Paisley van me over, en mijn hart verkrampte toen ik zag hoe haar hoofd achterover klapte. Langzaam draaide ik me om. Er was niets dat ik nu meer voor haar kon doen.


    Ik krijg bijna de neiging te neuriën, zoals die Raevenwood dat altijd doet, maar dat zou wel héél gestoord overkomen. Zij is ook degene die P (laat ik haar voortaan zo noemen. Misschien doet dat minder pijn.) van me overnam, toen ze al niet meer te redden was. Althans.. Dat is wat ze willen dat ik denk. Ik verdenk ze ervan de laatste hand gelegd te hebben aan haar zelfmoord, of haar gewoon niet geholpen te hebben. Een diepgewortelde haat prikt tegen mijn brein, maar ik voel het niet. Al het gevoel is weg. Ik zal het er gisteren wel uitgegooid hebben.
    Ik kijk nog even naar Myrcella -zo’n andere naam-, probeer haar met mijn blik te dwingen het brood op te eten, niet wetende waarom het me iets kan schelen.
    Dan gooi ik wat water in mijn gezicht om terug te keren naar het heden, haal een hand door mijn haar en trek mijn eigen shirt weer aan, dat zij ergens op de grond heeft laten liggen.
    ‘Laten we gaan.’
    Het klinkt hees, maar toch is mijn gewoonlijke kracht erin terug te horen.
    ‘Eens zien wat ze nu weer voor ons in petto hebben.’
    Ik moet echt ophouden met die flashbacks. Ik moet opnieuw beginnen, maar het is zo verdomd moeilijk. Laat dit een les zijn. Nooit meer je muur laten zakken.


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    [Ik ga ook voor Stevie typen.]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Mycrella Rhaella Baratheon.

    Vol afgunst leg ik het broodje op de wasbak en doe mijn haar vast. Gewoon simpel, twee lokken van de zijkant aan elkaar en stap dan de kamer weer in. Diep vanbinnen hoopte ik, dat als ze me weer eens plat zouden spuiten ze me niet eens meer zouden kunnen rennen. Een beetje in gedachten verzonken tast ik onder mijn kussen, waar ik een koraalketting vanonder haal. Het stukje koraal is een pijltje met een scherpe punt.
    Dat stukje koraal, dat ene stukje was de oorzaak van alle lijnen en krassen die ik had. Het was nog niet zo lang geleden dat het was gebruikt, en het witte kortaalstuk was rood gekleurd door het toen zijnde bloed dat het had veroorzaakt.
    Even kijk ik op en check waar Nathan is, de badkamer. Vrij spel voor mij. Voorzichtig gaat de punt over mijn witte pols, een lichtroze lijn achterlatend. En nog een keer, nu is er een klein straaltje bloed te zien, dat langzaam, als een adder over mijn pols naar de palm van mijn hand loopt.
    Net op het moment dat ik eigenlijk de punt er in wou zetten hoorde ik Nathan zeggen dat we kunnen gaan. Mijn hand sluit zich om het koraal en mijn mouw trek ik zo onopvallend mogelijk naar beneden. " Ja, laten we maar gaan dan." Zeg ik zogenaamd blij. "Waarschijnlijk weer of iets verschrikkelijk saais, of iets wat niet prettig word." Noem ik hard op en loop richting het verzamelpunt waar we krijgen te horen wat er gaat gebeuren. Blij met wat we gaan doen, dus eindelijk eens een keer naar buiten gaan wacht ik op wat er nog meer gaat komen. "Begeleiders mogen wanneer ze willen een regel maken en doorvoeren. Nog vragen? Bovendien zullen, een paar Hybriden nog even moeten blijven voor... Onderhandelingen. Die Hybriden zijn:
    Rosilia, Gibson, Carré en Baratheon.’ hoor ik Rosper zeggen. Mijn naam, tenminste achternaam kwam als laatste en nou niet bepaald prettig aanhorend. Mijn hand zoekt die van Nathan. " Onderhandelingen als in zware overdosis ongeluk, pijn, of iets in die richting. " Mompel ik zacht tegen hem, en zonder het eigenlijk echt door te hebben gehad wat dichter naar hem toe te gaan staan. " Zou je ook kunnen kiezen.. voor hier blijven dan maar?" Mijn net zo blije gezicht is gevuld met boosheid, en dat zou niks goeds gaan betekenen dan. Ik richt mijn ogen op Rosper en probeer bij hem een pijnlijke gedachten te vinden. Mijn ogen stonden koud, ik was koud, en mijn ogen knipperde niet. Ik keek Rosper recht aan met mijn paarsige ogen.


    Yeah, and people in hell want Slurpees.

    [Kan iemand misschien proberen de niet-reagerende mensen te bereiken terwijl ik posts voor Stevie en Nathan typ? Ik heb niet echt het gevoel dat we kunnen vertrekken, nu er mensen nog helemaal niet zijn. >.<]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Stevie-Ann Carter

    Langzaam zak ik weer verder in elkaar. Ik kan mezelf er wel om vervloeken.
    Ik schrik. Rosper’s stem schalt door de luidsprekers. ‘Alle hybriden, over een kwartier vóór Lichamelijk Onderzoek verzamelen. Geen uitzonderingen. Ik herhaal: Over vijftien minuten, Lichamelijk Onderzoek, Iedereen. Wie niet komt mag de gevolgen zelf ondergaan. Bij aankomst wordt verteld wat het plan is.’
    Met gesloten ogen luister ik naar de stemmen van mijn zielsverwant en haar broer.
    ‘We moeten wel.’
    ‘Je hebt gelijk. Als we niet komen opdagen gaan ze misschien iets vermoeden. Ons straffen sowieso. We moeten ons gedeisd houden, low profile.’
    Ik voel hoe Elliott me zonder moeite op zijn rug hijst en sla mijn armen om hem heen. Met mijn wang tegen zijn bovenrug deins ik mee op zijn passen. ‘Kom.’ Tegen Lucy.
    Bij Lichamelijk Onderzoek aangekomen word ik weer neergezet, maar ik laat hem niet los, terwijl ik probeer te wennen aan het gevoel na zo lang weer op mijn voeten te staan in plaats van te liggen, zitten of kruipen.
    ‘Stilte.’ Rosper.
    Ik hoor niet veel van wat hij zegt. Ik ben teveel bezig met mijn eigen evenwicht en het gevoel van de jongen naast me. Hij is zo… Uh oh. Wat als het weer gebeurt?
    Elliott leidt me naar Raevenwood. ‘Wij komen onze aanwezigheid bevestigen. Ik heb er zin in.’
    Ik moet giechelen om dat laatste, en de blik van de professor wanneer hij het zegt. Eigenlijk is die helemaal niet grappig, met haar starende ogen die bijna uitpuilen en de onverholen interesse in onze buitenkant. Om onze ziel, persoonlijkheid zou iemand als zij nooit geven.

    [Wauw. Dat was een inhoudsloze post. XD]


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.

    Nathan James Gibson

    Ik smijt haar het broodje na wanneer ze het met een vies gezicht op de wastafel legt zonder ook maar een hap te nemen. Ondankbaar kreng. Ze gedraagt zich vreemd en stiekem wanneer ik de badkamer uit kom. Ik knijp mijn ogen tot spleetjes, maar draai haar wel mijn rug toe en loop de kamer uit, op weg naar Lichamelijk Onderzoek.
    ‘Ja, laten we maar gaan dan.’ Ze had het niet nepper kunnen brengen. ‘Waarschijnlijk weer óf iets verschrikkelijk saais, óf iets wat niet prettig wordt.’ brabbelt ze tegen mijn rug.
    ‘Misschien kom je geloofwaardiger over als je erbij gaat huppelen.’ Ik bijt het haar toe. Dat lijkt haar even stil te houden.
    Bij het horen van haar naam (twee namen na de mijne) in het rijtje van mensen die voor “onderhandelingen” moeten blijven grijpt Myrcella mijn hand. Ik sla er geen acht op, tot ik iets plakkerigs voel. Er is niet veel denkwerk voor nodig te bedenken wat dat is.
    Geïrriteerd draai ik mijn hoofd haar kant op. ‘Kunnen we zo buiten even praten?’ sis ik haar toe.
    ‘Onderhandelingen als in zware overdosis ongeluk, pijn, of iets in die richting. Zou je ook kunnen kiezen… voor hier blijven dan maar?’ mompelt ze me toe. Ik zucht gefrustreerd wanneer ze nog dichter op me gaat staan. Onweerswolken rommelen boven mijn hoofd, en ik overweeg mijn gave op haar los te laten, maar ik zou niet weten wat ik in haar hoofd moest plaatsen. ‘Zou je misschien antwoord kunnen geven op mijn vraag?’


    Thou shallt not stir one foot to seek a foe.