• Fairfield, Iowa – 22 november

    Een oorverdovend gepiep, vergezeld door een statisch beeld weet de aandacht van de strompelende en gewonde vreemdelingen, die ogenschijnlijk uit het niet verschijnen en diens bloed de sneeuw een spookachtig zwart kleurt, buiten af te leiden. Langzaam maar zeker verzamelt men zich in elk huis rond de televisie.
    Het beeld verandert. Een gezicht, zo prachtig dat je onmogelijk weg kunt kijken en tegelijk zo meelijwekkend vertrokken van de pijn dat het je hart in gruis verandert hoe langer je staart, komt flikkerend tevoorschijn.
    “Satan,” fluistert een moeder stil, terwijl ze snel een kruisteken maakt en haar nieuwsgierige zoontje achter haar eigen lichaam verbergt.
    “Er is iets de Hel binnen gedrongen. Mensheid, enkel jullie hulp kan ons nog redden.”



    Fairfield, Iowa – 29 november

    Zeven dagen geleden opende Satan de poorten van de Hel, in de hoop zijn volgelingen te kunnen redden van een kwaad dat zelfs hij, Heer en Meester van de Onderwereld, niet kan stoppen. Na een beraad met de burgemeester en dorpsraad is het akkoord gevallen dat elke inwoner boven de 21 jaar een gewonde demoon onderdak en verzorging moet bieden. In ruil daarvoor bieden zij bescherming en training tegen het oprukkende onheil.
    Kunnen de mensen hun diepste angsten overwinnen om zij aan zij met de Onderwereld te strijden voor een gemeenschappelijke overleving? Kunnen de demonen hun meest consumerende verlangens negeren om het bevel van hun Heer na te leven?
    Als vuur met vuur bestrijden de laatst mogelijke optie is, wie blijft dan het langst overeind?


    Het Fairfield Demon Decreet

    ~ Elke inwoner boven de 21 jaar zal instaan voor de veiligheid van een demoon, met een maximum van 3 demonen per gezin.
    ~ Demonen voorzien in training en overlevingslessen. Aanwezigheid is verplicht voor iedereen die fysiek en mentaal capabel is een wapen te hanteren. Lessen gaan door in het sportcomplex, van 9 tot 12 uur en van 13 tot 17 uur.
    ~ Iedereen dient de avondklok te respecteren. Na 20 uur is het verboden om zich buitenshuis te begeven, tenzij in groepen van minimum acht personen, waarvan de helft demoon en enkel om van punt A naar punt B te raken. Negeren van de avondklok wordt bestraft met zware sancties.
    ~ Mensen en demonen mogen elkaar noch lichamelijk, noch mentaal permanente schade berokkenen. Eender welke partij in overtreding hiervan wordt bestraft met verbanning.
    ~ Wie zich meer rantsoen dan uitgerekend probeert toe te eigenen wordt drie dagen lang elk rantsoen ontnomen.
    ~ Er wordt een bonus in rantsoen toegekend aan eenieder die zich actief inzet om demonen menselijke cultuur en gewoontes bij te brengen via sociale gebeurtenissen.



    Rollen
    Mannen [3/4]
    • Belxibor • 826 • Droomwandelaar/Empaat • Joe Manganiello • Obeah • 1.1
    • Atlas • 696 • Illusionist • FC • Ziegler • 1.2
    • Ravi 'Atai • Unknown • Hoofdzonde: Greed • FC • Sacramental • 1.5
    • Niran Rheo Sinon • 731 • Elemental • FC • LearnToPlay 1.8

    Vrouwen [2/2]

    • Medea • 1000+ • Seer • Helena Bonham Carter • Sempre • 1.2
    • Guinevere Nevada Glade• Unknown • Necromancer/Tempus • FC • Ziaco • pagina

    Mensen [geslacht maakt weinig uit]

    • Theodore Marsh • 26 • FC • Entropy • 1.6

    • Nora Jane Evans • 26 • Svetlana Grabenko • Canagan • 1.3
    • Mackenzie Autumn Martin • 26 • Tori Kelly • Budgen • 1.2
    • Chantal Viola Granger • 22 • FC • Appelboompje • 1.6
    • Emma Rose Quinn • 24 • FC • Meraki • 1.5
    • Allys Gwendolyn Jones • 23 • Nina Dobrev • LearnToPlay • 1.8

    Regels
    • Minimale posten van 250 woorden.
    • Zoals bij elke RPG; de algemene regels van Q.
    • OOC graag tussen haakjes, of in het daarvoor aangemaakte praattopic.
    • Heb niet alleen contact met je toegewezen Demon, ook andere doen mee.
    • 16+ is uiteraard toegestaan, vermeld dit a.u.b wel even aan het begin van je post.
    • Ruzies, vloeken, etc binnen de RPG mag, maar laten we het wel gezellig houden.
    • Nieuwe topics worden enkel geopend door Obeah of Canagan, tenzij anders aangegeven.
    • Niet iedereen hoeft tevreden te zijn met het Akkoord, of hebben zij goede intenties. Leef je hierin lekker uit!
    • Discussiëren mag. Echter, persoonlijke discussies mogen buiten de RPG om gehouden worden en gelieve in geen van deze RPG topics.
    • En natuurlijk als laatste; Have fun!


    START
    De inwoners van Fairfield hebben inmiddels een week de tijd gehad om kennis te maken met hun Demonen. Nu de meesten geheeld zijn en zich wat kunnen settelen hebben is het moment aangebroken om een verdedigingstactiek uit te stippelen. Vandaag vindt de eerste training plaats, na de middag.
    Iedereen heeft zich verzamelt in het sportcentrum om deze reden.

    De huisverdeling is als volgt:
    Mackenzie - Belxibor & Niran
    Nora & Allys - Ravi
    Chantal - Medea
    Emma - Atlas
    Theodore - Guinevere.

    [ bericht aangepast op 3 aug 2017 - 15:13 ]


    Bicycle, unicycle, unitard. Hockey puck, rattlesnake, monkey, monkey, underpants.

    ——————————————————————————

    ——————————————————————————

    Nora Jane Evans

    ”Never have I dealt with anything more difficult than my own soul. Until now.."

    • Twenty-six • Human • Hush, little monsters •

    Ik was er niet op gerust geweest om het huis te verlaten, vooral niet omdat moeder juist vandaag een van haar slechtere dagen had. Hoestend, uitgeput en slaperig had ik haar achtergelaten in haar bed nadat ik haar geholpen had met haar medicijnen; dankbaar voor het feit dat ze er nog altijd was, voor hoelang dat ook nog mocht zijn. Mijn humeur was hierdoor, bij het sluiten van de voordeur achter me, enkele graden naar beneden gekelderd. Van mijn zus noch haar demonengeval, of het mijne, had ik gezien bij het weggaan — niet dat ik het van de laatste twee zo heel erg vond. Met een norse uitdrukking over mijn gezicht heen maakte ik mijn weg naar het sportcentrum, om daar aangekomen meerdere inwoners te zien aankomen. Zonder al te veel te zeggen — wellicht hooguit een zwakke begroeting naar een bekende — baande ik me naar binnen, waar ik besloot ergens zo ver afgelegen als mogelijk was te gaan staan.
          Ik had weinig zin om hier te zijn en ik vervloekte het ongeregelde zooitje dat hier in dit dorp was verschenen, waardoor we nu gedwongen werden op te dagen. Echter behoedzaam gleden mijn ogen door de ruimte heen, waarbij ik op de juiste afstand mijn heldere kijkers over de demonen heen liet glijden die ook hun komst hadden gemaakt. Het was geen groot geheim dat ik weinig van hen moest hebben; de reden waarom was misschien een stuk minder bekend, maar dat waren mijn eigen zaken. Verzonken geraakt in mijn eigen, donkere gedachten liet ik mijn oplettendheid juist nu te veel varen, waardoor ik absoluut niet opmerkte dat een van hen — een vrouwelijke demoon — zich tactvol achter me geplaatst had. Ik merkte haar aanwezigheid pas op zodra haar koele vingers zich als een paar slangen om mijn nek heen krulde. De giechel, die ze kort daarvoor uitstootte, lieten zelfs de kleinste haartjes op mijn huid overeind komen en trokken een huiverende spoor door mijn hele lichaam heen. Vervolgens gleed haar natte tong heel kort door mijn oorschelp heen, wat mijn lichaam als allerlaatste liet verstijven, alvorens haar korte uitroep me liet schrikken.
          ”Boe,” klonk ze hees. “welkom bij de training.”
    “Fuck you,” wist ik nog altijd geschrokken en met moeite uit te brengen, terwijl mijn hart als een razende in mijn borstkas tekeer besloot te gaan daar deze nog moest bekomen van de schrik. Wanneer de woede subtiel door mijn aderen besluit te stromen, ballen mijn vuisten zich als vanzelf terwijl ik mijn armen stijf langs mijn lichaam houd; wetende dat ik voor hen geen match zou zijn. “Hey, Meth,” klinkt vervolgens een maar al te bekende stem inmiddels, gevolgd door een schaduw die alleen zijn grootte over ons heen wist te brengen. Voor luttele seconde was ik Ravi dankbaar voor zijn onderbreking — wat puur te maken had met het feit dat hierdoor de greep op mijn hals verslapte en mij zo de gelegenheid bood eraan te ontsnappen. “Ik weet dat in je roes het lastig is je in te houden, maar ga op zoek naar je eigen huisdier. Of een t—shirt in dat geval, de stripclubs zijn op dit tijdstip nog dicht. Al zou ik het niet erg vinden om ervan te profiteren,” voegde hij er vervolgens al zuchtend aan toe, waarmee hij eveneens kenbaar maakte dat zijn gesprek al weer tot een einde was gekomen; of toch wat hem betrof. “Het was fijn om je weer eens gesproken te hebben, maar we hebben betere dingen te doen nu.”
          Mocht ik tactvol geweest zijn of niet, mijn poging om het verduvelde tweetal achter te laten zodat ik aan hun aanwezigheden kon ontsnappen faalde nog geen paar tellen nadat ik de eerste stappen had willen zetten. Nog voor ik goed en wel drie passen van hen verwijderd was richtte Ravi zijn aandacht op mij — iets waarvan ik gehoopt had dat hij dat juist niet zo doen. Ik stond er namelijk niet om te poppelen. “Norie, waarom draag je je ketting niet?” Een lelijke grimas gleed over mijn gezicht heen en met een paar fonkelende poelen keek ik naar de demoon op, waarbij ik mijn kin iets moest heffen om hem goed aan te kunnen kijken. De band die hij me aangeboden had was misselijkmakend geweest — als een hond die aangelijnd werd omdat de demoon in kwestie dacht hem te kunnen bezitten. Nijdig had ik het ding dan ook ergens in de verste hoek neer gesmeten, waar hij vermoedelijk nog steeds zou liggen als niemand hem daar weggehaald had. “ Zo zou er immers geen misverstand veroorzaakt worden over wiens mens je bent, aangezien dat lastig te begrijpen is, merk ik. . .”
          ”Ik ben niemands mens,” knauwde ik hem toe, waarop mijn nagels zich diep in de huid van mijn handpalm groeven. Hoeveel hekel ik ook aan hun mocht hebben, het was een heus gevecht om tegen ze op te boksen als krachteloos mens; mijn klappen zouden hem weinig doen, noch de ander en dat liet de frustratie alleen maar meer groeien. Ik voelde me waardeloos in de wetenschap dat ik hiermee mijn moeder en zus nooit voldoende zou kunnen beschermen. Kort liet deze gedachten mijn gezicht betrekken. “Laat dat een misverstand zijn die bij deze uit de wereld geholpen is,” gromde ik nog na, maar Ravi leek zijn aandacht allang weer verlegd te hebben wat me ergens een nog meer waardeloos gevoel deed geven — alsof ik er niet toedeed.
          Met nog een nijdige blik op de vrouwelijke demoon van eerder bekeek ik haar vluchtig van top tot teen, waarbij ik het gegeven negeerde dat ze ergens geen lelijke verschijning was. “Flik me dat niet nog eens.”


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    Belxibor had zijn hand op mijn onderrug gelegd, waardoor ik deze geheel automatisch rechtte om sterker te lijken — al was dit niet uit angst voor hem. Zijn bemoedigende glimlach zorgde ervoor dat ik me besefte dat ik me moest vermannen. Ik had oprecht geen problemen met de demonen en het trainen, maar de eerste trainingsdag bezorgde me de nodige zenuwen die ik lang niet meer gehad. Was het geforceerd sociaal doen dat me nou zo’n vreselijk gevoel was, of misschien toch de figuurlijke, dreigende wolken die in de lucht hingen? ‘Maak je geen zorgen, Macaroni.’ Het was de meest vermakelijke bijnaam geweest die ik in mijn gehele leven had gehoord, en het had me goed gedaan te weten dat mijn demon humor bezat. Ik knikte dan ook als antwoord naar hem, terwijl mijn gezicht een oprechte glimlach droeg inmiddels.
          ‘Niemand zal je wat aandoen, ik laat het niet toe,’ zijn woorden lieten me licht blozen, al was het niet bepaald omdat het uit deze aantrekkelijke man — demon kwam maar hoe oprecht de woorden over kwamen. Het was sowieso fijn om te horen dat iemand achter je stond in deze wrede wereld, dat gevoel had ik al jaren niet meer gehad. De woorden boden me een aangenaam, warm gevoel. Het was alsof ik er niet alleen voor stond, al was het maar voor even.
    MACKENZIE      MARIN
    26 » Demon: Belxibor » Arriving at Sportscentre » With Belxibor » Wears

    Ondertussen leidde Belxibor mij naar binnen toe, waarbij ik telkens rond bleef kijken naar de andere demonen, of zelfs bekende gezichten. Ik was dan wel niet vreselijk sociaal, maar ik had mijn vrienden. Of contacten. Het was maar hoe je het zag uiteraard. In ieder geval was ik sociaal genoeg voor mjn doen, en nog altijd was het ergste aan dit gehele experiment het feit dat je gedwongen sociaal moest doen. Zo moest ik deze week iets bedenken om te doen met zijn allen dat onze cultuur zou laten zien aan de demonen. Zelf was ik al een week aan het nadenken over wat we nou precies konden doen. Een spoed massagecursus leek me wel leuk, maar als ik anderen hoorde klagen over hun demonen dan zag ik niet voor me hoe dat goed zou komen.
          Belxibor riep ook wat tegen de vrouw buiten, wiens aandacht al gauw getrokken was. Ze begroette Belxibor bij zijn naam, waarna ik het woord ‘mens’ toegegooid kreeg. Ik was het inmiddels gewend van haar, het was niet al te vreemd meer geweest. Kort had ik dan ook naar haar geknikt, het was immers geen belediging in mijn ogen. Dat ze mijn naam niet wilde leren interesseerde me echter weinig, maar ik had wel ergens interesse in de mysterieuze vrouw. Haar zilveren irissen waren me al enkele keren opgevallen, wat enkel mijn interesse wist te wekken erin. Nooit heb ik echter ernaar gevraagd, ergens angstig voor haar reactie.
          Bij het zien van Theo glimlach ik echter, gezien ik die man wel een stuk beter ken. Mijn ogen glijden weer kort over zijn armen, waar ik zijn tatoeages in me opnam. Het was echter alsof Theo mijn gedachte kon lezen door zijn volgende woorden. ‘Mac, heb wat tatoeage-ideetjes voor je. Laat je ze wel eens zien wanneer je tijd hebt.’ Ik weet nog een geïnteresseerde knik naar de man te sturen, voordat hij verder sloft. ‘Geweldig, je bent een held. Ik kom snel langs.’ Het idee dat hij met een geweldig ontwerp zou komen maakte me er weer helemaal enthousiast in. Zo’n weekje was ik volledig vergeten hoe graag ik een tatoeage mijn lichaam had willen laten sieren. Het was alweer een tijdje geleden dat Theo en ik het erover hadden gehad, vooral omdat we niet dezelfde mening droegen over de demonen. Het had ons niet uit elkaar gedreven, maar we hadden elkaar simpelweg niet begrepen — iets dat ik vreselijk jammer had gevonden. Het deed me daarom goed dat de man me niet vergeten was en nog altijd met iets geweldigs bezig was voor mij.
          Belxibor had zijn hand nog altijd niet van mijn onderrug gehaald, en ik vond het geen enkel probleem. Ik voelde me erdoor veiliger, beschermd en ik nam het met open armen aan. We liepen daarom de hal in waar de training zou zijn, waar ik dan ook de gehele ruimte in me opnam. Er waren meerdere mensen die ik vagelijk kende, of die ik gemasseerd had, maar ook genoeg gezichten die ik niet kende. Dat kreeg je nou eenmaal als je een hermit was.
          Kort gleed mijn blik weer naar Belxibor. ‘Heb jij al een beter idee wat voor training het is? Is het gewoon leren vechten, of met wapens?’ Met een vragende blik staarde ik naar mijn aangewezen demon. Ik hoopte oprecht dat ik met hem moest sparren, en niet met een van de anderen. Als ik zo de zaal rondkeek dan merkte ik al direct op hoe opgelucht ik moest zijn met Belxibor.


    EMBRACED BY THE DARKNESS ——
    I'M LOSING THE LIGHT.


    I'm your little ray of pitch black.

    Niran Rheo Sinon


    Zuchtend loop ik met mijn handen in mijn zakken rond op het terrein voor het gebouw waar we de mensen moeten gaan trainen. Verveeld schop ik tegen een van de vele steentjes aan die hier verspreid over het terrein liggen. Ik was al een paar uur van te voren hierheen gegaan, te voet. Ik moet nog steeds wennen aan het idee dat wij als demonen samen moeten werken met een groep mensen. Zuchtend trap ik weer tegen het steentje. Met mijn ogen volg ik het kleine, grijze ding, totdat het onder een struik rolt. Ik begin verveeld weer aan een volgend rondje over het terrein. Voor nu is het nog rustig, maar de eerste mensen zullen zometeen waarschijnlijk wel het terrein op komen. Ik kijk naar de lucht en volg met mijn ogen de vogel die verderop door de lucht vliegt. Die hoeft tenminste niet bang te zijn dat het sterft door een of ander iets, die hoeft zich alleen druk te maken over genoeg eten en dat soort zaken. Ik blijf naar de lucht staren totdat ik het geluid hoor van de eerste mensen en demonen die het terrein op kwamen. Ik keek naar alle gezichten, zoekend naar de gezichten die mij bekend genoeg voorkwamen om op af te stappen. Nadat ik heb geconcludeerd dat dat niet het geval is, wil ik me weer omdraaien, om een nieuw rondje over het terrein te maken, als ik een bekende stem hoor roepen. 'Guin! Ik kan je afgunst zowat ruiken. Hou op met dat mensenjong te pesten en kom naar binnen toe. Als je lief bent mag jij straks het voorbeeld geven.' Er verschijnt een halve grijns op mijn gezicht. Van een afstandje volg ik de kleine conversatie. Terwijl ik dat doe, begin ik naar binnen te lopen,aangezien er al meerdere mensen en demonen naar binnen zijn gegaan. Vlak voor ik naar binnen ga, zie ik een glimp van mezelf in het raam, en er flitst ongewild een glimp van afgunst in mijn ogen. Ik moet nog steeds wennen aan de twee lijnen die in mijn gezicht zitten. twee wonden, die al bijna helemaal geheeld zijn. Een groot deel is al de kenmerkende, witte kleur van littekenweefsel, maar halverwege zit nog een stuk wat rood is, en nog compleet moet helen. Naar wat ik heb vernomen, is dat niet alleen mijn gezicht er zo uit ziet, maar ook mijn rug. Ook zijn mijn armen en borstkas vol met dezelfde strepen. Ik was amper bij bewustzijn op het moment, omdat ik de held wilde uithangen, en als een van de latere pas uit de hel ben gevlucht. En daar moet ik nu de prijs voor betalen. Ik heb mezelf er nog niet toe gekregen om met een spiegel te kijken naar mijn rug. Voornamelijk omdat ze hebben gezegd dat die er het ergst aan toe was. Ook de aanblik van de beschadigde delen van mijn lijf die ik wel kan zien probeer ik zoveel mogelijk te vermijden. Wat resulteert in dat ik zoveel mogelijk met lange mouwen of een vest aan loop. Snel schud ik mijn hoofd en probeer me op zometeen te richten, als we beginnen met de training. Ondertussen ben ik al binnen, en sta ik halverwege de zaal. ik zie verderop twee demonen die ik ken, en steek snel mijn hand naar ze op. Ik krijg een hand van een van de twee terug. Voor de rest zonder ik me af van iedereen die nu binnen is. Totdat ik Mackenzie en Belixibor binnen zie komen. Ik loop op ze af. Zodra ik binnen gehoorafstand ben, begroet ik ze. 'Heyo'.



    Ik heb er wat van geprobeerd te maken :')


    I'm not a princess, I don't need saving. I'm a queen, I've got this shit handled.




    Ik schud mijn hoofd als ik, eenmaal in de zaal aangekomen, merk dat er absoluut geen sprake is van orde. Net wanneer ik daar de aanwezigen attent op wil maken wordt mijn aandacht afgeleid door de kleine krullenbol naast me.
    "‘Heb jij al een beter idee wat voor training het is? Is het gewoon leren vechten, of met wapens?" Mijn ogen gaan wat wijder open en op mijn gelaat verschijnt kortstondig een blik van verbazing. Deze wordt echter al snel opgevolgd door een kleine grijns. Gedurende enkele seconden kijk ik Mackenzie in stilte aan, terwijl ik me bedenk dat ik misschien wel eens een verkeerd beeld van haar kan hebben wat haar onschuld betreft.
    "Wapens?" herhaal ik, een ondeugende glimlach op mijn lippen. "En welk wapen zou mejuffrouw willen? Een tweeloop? Of misschien liever een kruisboog? Een gekarteld mes, wellicht?" Op dit punt kan ik me niet meer serieus houden en gooi ik schokschouderend, geamuseerd mijn hoofd achterover terwijl mijn bulderlach door de ruime zaal heen echo't. Ondanks mijn jaren raak ik er keer op keer weer door verwonderend hoe de mensen hun eigen kunnen overschatten, en hoe ze ironisch gezien hierdoor vaak verder komen en bereiken dan ze anders toe in staat zouden zijn. Wanneer ik klaar ben met lachen richt ik mijn blik opnieuw naar mijn Mensje. Om te laten merken dat ik het niet slecht meen, neem ik haar kin tussen mijn vingers - op die manier heb ik ook haar volledige aandacht. Ik zak een beetje door mijn knieën zodat mijn gezicht ietwat op dezelfde lijn als het hare komt.
    "Voor we daarmee beginnen moeten jullie je eerst maar eens leren verdedigen met jullie eigen lichaam," verduidelijk ik waarom ik haar voorstel van net zo grappig vond. "Je hebt niks aan een wapen als je op elk moment in staat bent over je eigen voeten te struikelen." Voor ze me een tegenargument kan bieden geef ik met bovenmenselijke snelheid een zachte, doch strategisch geplaatste duw tegen haar schouder, waardoor ze een eindje naar achteren suist en dreigt achterover te vallen - ware het niet dat ik net zo snel weer bij haar ben om haar op te vangen.
    "Snap je?" grinnik ik, waarna ik voorzichtig een kus op haar voorhoofd druk, hopend dat ik haar niet al te erg heb laten schrikken. Zodra ik er zeker van ben dat ze weer stevig op haar voeten staat laat ik haar los.
    "Heyo." Ik kijk over mijn schouder heen bij het horen van de bekende stem en glimlach. Niran. Hoewel hij niet veel jonger is dan ikzelf ben ziet hij er wel zo uit. Ik heb er zelf nooit iets gevoeld om een glad gezichtje en jonge gelaatstrekken te blijven houden, simpelweg omdat ze niet strookten met mijn lengte en de functie ik in de Onderwereld bekleed. Maar zijn jeugd staat hem goed.
    "Niran," begroet ik hem. "Ben je er klaar voor?" Ik grinnik een keer, omdat tot nu toe nog niemand weet wat ik voor de training van vandaag in gedachten had. Ik geef hem een speelse klap op de schouder en laat dan opnieuw mijn blik door de zaal heen dwalen.
    "Als iedereen klaar is met hun koffieklets dan wilde ik graag vandaag nog beginnen," roep ik doorheen de zaal. "Vandaag gaan we werken rond anticipatie en reactievermogen. Ik wil graag twee groepen. Guinevere, Ravi, Emma, Allys en Nora komen bij mij. Niran, Chantal, Mackenzie en Theodore volgen Atlas' leiding." Ik schenk een knikje aan mijn ex-partner. Hoewel we elkaar niet vaak meer spreken zal een altijd een onderling respect blijven en ben ik me uiterst bewust van haar mogelijkheden. Rustig geef ik Mackenzie een aanmoedigend duwtje in de rug, richting de groep waarbij ik haar ingedeeld had.
    "Het is aan de mensen om te proberen ons op de schouder te tikken. Je zult moeten inschatten welke ontwijkingstactieken wij gebruiken - en ik verzeker je, we spelen niet eerlijk. Probeer alsjeblieft niet al te doorzichtig te reageren. En wat de Demonen betreft," bij die laatste woorden schenk ik een uiterst verwijtende en waarschuwende blik in de richting van Ravi. "Niemand raakt gewond. Gebruik je snelheid en bovennatuurlijke gaven, maar modereer je kracht. Als ik ook maar één druppel menselijk bloed zie dan donder ik je hoogstpersoonlijk terug de Hel in. Maak ik mezelf duidelijk?!" Ik geef iedereen enkele seconden om na te denken over het doel van de opdracht en zich mentaal schrap te zetten. "Let's play," kondig ik dan met een uitdagende grijns aan, wachtend tot de mensen in de aanval schieten.

    [ bericht aangepast op 6 aug 2017 - 20:28 ]


    Bicycle, unicycle, unitard. Hockey puck, rattlesnake, monkey, monkey, underpants.