• Spring, Summer, Autumn and Winter. Everyone knows the seasons, but the people of the land of Kaleo know them better as the Ladies of Kaleo. Four empires, each controlled by one of them. The flowery fields of Themna. The sunny beaches of Orthane. The mountains covered in fallen leaves in Zendreij. And the frozen sea of Yurdill.
    Everything was fine, until the rebels, whom where hiding at center of Kaleo, kidnapped the Ladies of Kaleo. Spring was captured by Orthane, Summer by the rebels of Zendreij, Autumn was brought to the icy prison of Yurdill and Winter was kidnapped by those of Themna.
    This was where the war started.

    The Ladies of Kaleo worden naar een gevangenis gebracht, elk in een van de empires. Zij worden daar vierentwintig uur per dag bewaakt. Omdat hun band immens sterk is, houden zij vol door met elkaar te communiceren. Ze besluiten om hun bewaker te verleiden, zodat hij haar wil helpen te ontsnappen. Maar is het wel net alsof? Of worden ze echt verliefd, en vluchten ze samen?


    Rollen:
    - Spring Yaris Vernis || Prescence
    - Summer || Gereserveerd door Pebble
    - Autumn Dahlrae Zendreij || Birdo
    - Winter Crystal Yurdill || Phantasie

    - Themna || Ace Yarrow Maverick || Marlon
    - Orthane || Westin 'Wes' Blackthorn || Inferno
    - Bewaker in Zendreij || Gereserveerd door Presence
    - Yurdill || Gabriel Alexander Durigon || Raccoon

    Regels:
    - Minimaal 100 woorden.
    - Maximaal 1 personage per persoon.
    - Geen Mary-Sue's of Gary-Stu's.
    - Je reservering blijft 72 uur staan, aka drie dagen.
    - OOC tussen haakjes alleen indien nodig, anders in het -nog aan te maken- praattopic.
    - Geen ruzie OOC, IC mag natuurlijk.
    - +16 toegestaan.
    - Bestuur alleen je eigen personage

    Het begin:
    De Ladies worden ontvoerd door de rebellen, waardoor er vele gevechten ontstaan. De bewakers krijgen te horen dat het eindelijk gelukt is, en dat zij de taak krijgen om de dames te bewaken. Het is in de toekomst, dus de gevangenissen zijn vrij luxe. Een van de muren is opengewerkt, waardoor ze geen enkele vorm van privacy hebben tegenover de bewakers

    [ bericht aangepast op 18 nov 2013 - 19:52 ]


    These rings that I'm breaking are making you a personal debt.

    Winter Yurdill
    'Misschien' rolde over zijn lippen, nadat de jongen lachend zijn hoofd had gehad bij mijn grote ogen. Iets wat vaker naar voren kwam zodra ik mijn zin wilde, hopende dat ik deze dan ook zou krijgen, maar wetende dat het nu wel ergens goed zou zitten. De jongen zou geen nee zeggen, want dat wisten we beide. Zeker niet als hij hopelijk doorhad dat ik dan wel een keer zou kunnen slapen, dus we dan beide niet liepen te spoken. 'Dat is dus een ja,' zei ik eigenwijs, om vrolijk in mijn handen te klappen. Een enkele seconde later stond ik naast hem en drukte een klein kusje op zijn wang. Twee weken geleden wist ik hoe het uitgepakt zou zijn, maar ik wist dat het nu wel kon en dat bleek al helemaal bij de glimlach die op zijn gezicht nestelde. Mijn mondhoeken krulde ook een stuk verder omhoog terwijl ik knikte. 'Maar dat neemt niet weg dat het niet leuk is om te zeggen,' zei ik, zijn arrogantie negeerde, maar eerder richtende op het speelse voor hij de cel verliet. Een zachte zucht rolde over mijn lippen, want ik wilde helemaal niet dat de jongen nu ging, maar wist dat het nu niet anders ging en hij zo wel terug zou keren. Ik kleedde me dan ook snel om, wetende dat er toch al snel weer iemand hier zou komen, zeker nu zijn broers er ook aankwamen. Dat laatste was het geval toen zijn oudste broer ineens achter me stond, om mijn ketting vast te maken. Iets waar ik wel verbaasd door was, want ik had echt gedacht, of gehoopt, dat het Ace zelf zou zijn. Al had ik met een beetje logisch nadenken na kunnen gaan dat hij het niet was. Ik knikte dan ook bij zijn woorden, om me op het bed te laten zakken, om mijn benen op te trekken en de jongen aan te kijken, nadat mijn blik heel even naar de deur van de cel was gegaan. “Niets speciaals. Mag ik soms mijn favoriete gevangenen niet bezoeken?” Ik trok mijn wenkbrauw op door de charmantheid die in zijn stem te horen was. Het beviel me voor geen ene meter en het liefste wilde ik dan ook dat Ace terug zou keren. Niet dat ik dat liet blijken, want mijn blik bleef gewoon op Elijah gericht. “Trouwens hoe bevalt het je hier? Doet mijn geliefde broertje zijn werk goed? Vindt je het warme briesje ook niet enig? Of mis je Yurdill teveel?” Deze woorden lieten me precies weten welke kant hij op wilde, maar dat ging hem niet lukken. Het onderwerp lag nog altijd gevoelig, maar dat betekende niet dat ik er niet koel over kon doen. “Vergeef me als ik je teveel vragen stel.” Hij kwam naast me zitten en dat was het moment dat ik mijn mond opentrok. 'Jouw favoriete gevangen? Laat me alsjeblieft niet lachen, want je weet net zo goed als mij, dat -dat niet zo is.' mompelde ik zijn houding en reacties goed in de gaten houdende. Ik wist hoe het zat met hem, dus ik wist dat ik ook op moest passen. 'Hoe denk je dat het me hier bevalt? Ik ben een gevangen, iemand die al twee weken geen frisse lucht meer heeft gehad en heel de dag dezelfde vier muren ziet. Yurdill of geen Yurdill, ik wil gewoon ook even weg uit dit muffe hok. Maar wees niet bang, want je broertje doet je werk uitstekend. Niets op uit te merken, ondanks de arrogant bij jullie allemaal wel wat minder mag,' Niet dat het bij Ace echt het geval was, maar ik moest toch wat zeggen?


    If we hug a little tighter, our hearts will be a little closer

    Ace Yarrow Maverick || Bewaker Themna
    “Dat is dus een ja.” De eigenwijsheid droop af haar stem waarna ze vrolijk in haar handen klapte waardoor ik weer hoofdschuddend begon te lachen. Blijkbaar wist ze even goed als mij dat ik het niet erg vond om naast haar te slapen. Niet alleen omdat dan eindelijk mijn nek en rug even rust kregen of dat ze dan goed kon slapen en we beide ‘s morgens niet als zombies rondliepen maar vooral omdat ik haar gezelschap ergens wel kon appreciëren. Even later stond ze naast me om een kusje op mijn wang drukte waardoor ik begon te glimlachen. Als ze dit twee weken geleden had geprobeerd dan was mijn reactie om het licht uit te drukken nogal bot en afstandelijk geweest. Maar beetje bij beetje begon het meisje en haar aanrakingen meer en meer voor me te betekenen. Mijn reactie zorgde ervoor dat haar mondhoeken omhoog krulden, “Maar dat neemt niet weg dat het niet leuk is om te zeggen.” Ze was echt al een kei geworden in het negeren van mijn arrogantie. Het leek dan ook dat ik haar niet zoals twee weken geleden daar altijd mee uit haar tent kon lokken. “Wat krijgen we nu? Een vriendelijke Winter. Heb ik in deze twee weken nog nooit mogen meemaken.” Ik grijnsde eventjes en voordat ze me ook maar een tik kon geven of iets anders gepast kon zeggen, vluchtte ik de cel al uit. Uiteindelijk was ik Elijah tegengekomen toen ik de cel nog maar vijf seconden had verlaten. Deze zei dan ook dat ik een luchtje mocht gaan scheppen maar ik vertrouwde het hele gedoe voor geen haar en besloot in de plaats daarvan het gesprek af te luisteren. Ik hield me dan ook een hele tijd gedrukt tegen de muur terwijl ik gluurde langs de celdeur. Om een conclusie te maken van wat er eerder was gebeurd, had Elijah er al twee keer voor gezorgd dat mijn spieren zich opspanden, gewoon door zijn manier van praten en acties tegenover Winter. Uiteindelijk ging Elijah na al zijn woorden naast Winter zitten, nogal veel te dicht als je het mij vraagt, waardoor ze haar mond opentrok. De geamuseerde glimlach van daarstraks werd dan ook enkel maar breder. Ik wist dat het voor haar een erg gevoelig onderwerp was maar het leek alsof ze niet van stuk was te brengen door Elijah, en het feit dat ze haar wenkbrauwen optrok toen hij begon over zij als zijn favoriete gevangenen zorgde ervoor dat er een gelukzalig gevoel in me opborrelde. “Jouw favoriete gevangenen? Laat me alsjeblieft niet lachen, want je weet net zo goed als mij, dat –dat niet zo is.” mompelde ze waarna haar blik geen moment afweek van Elijah. Deze laatste had nog steeds dezelfde charmante glimlach op zijn gezicht staan. Vervolgens vloeide er een golf van woorden uit haar mond waardoor Elijah’s uitdrukking veranderde doordat hij één wenkbrauw optrok. De glimlach bleef aanwezig. “Nou nou voor van Yurdill te komen ben je wel nogal veeleisend. Ik geef je het luxueuste van alle cellen die we hebben en dan nog heb je te mopperen!” zijn stem klonk speels en charmant. “Maar dat maakt je net mijn favoriete speciale gevangenen.” Ik rolde met mijn ogen en voelde hoe ik een beetje moeilijkheden kreeg om mezelf in bedwang te houden. Ik hield er niet van. Hij wilde Winter kwetsen, uitlokken als het ware en dat stond me volledig niet aan, ook al was hij mijn eigen vlees en bloed. “Maar wees niet bang, want je broertje doet je werk uitstekend. Niets op uit te merken, ondanks de arrogantie bij jullie allemaal wel wat minder mag.” Mijn wenkbrauwen schoten omhoog. Had ze dat nu serieus gezegd? Die was pijnlijk. “Ah! Dat, lieverd, is iets dat helaas bij alle Maverick mannen te vinden is! Kan ik niets aandoen! En ik was niet bang hoor. Ik weet dat Ace een uitstekende bewaker is. Hij is immers mijn broertje.” De arrogantie was weer terug te vinden. “Maar ik wilde eventjes weten of je misschien al bericht uit Yurdill had gekregen? Je weet wel via jullie kleine connectietje.” Hij lachte uitdagend terwijl mijn wenkbrauwen fronste. Connectie?

    [ bericht aangepast op 21 nov 2013 - 22:10 ]


    Rise and rise again until lambs become lions

    Winter Yurdill
    De jongen was een regelrechte schat, ook al kwam hij aan het begin nog zo koelbloedig en arrogant over. Ik kon zijn opmerkingen nu dan wel waarderen en het weglachen, ondanks deze twee weken geleden nog hadden gezorgd dat de jongen nog net geen blauw oog had. Ik leerde hem beetje bij beetje dan ook kennen, dus kon zo vaststellen dat hij vanavond nog wel bij mij kwam liggen, zodat we beide een goede nachtrust zouden hebben. Maar ik durfde nu zonder te denken, ook gewoon een kusje op zijn wang te drukken als bedankje, iets wat ik twee weken geleden nooit gedaan zou hebben. “Wat krijgen we nu? Een vriendelijke Winter. Heb ik in deze twee weken nog nooit mogen meemaken.” Hij grijnsde eventjes en voordat ik hem ook maar een tik kon geven of iets anders gepast kon zeggen, vluchtte Ace de cel al uit. 'Je hebt wel meer niet meegemaakt, maar de vraag is of je dat ooit meegaat maken,' zei ik nog, niet wetende of hij het nog mee zou krijgen, of niet. Het duurde niet lang voor Elijah zijn plek innam, als verrassing voor mij, maar ik wilde toch liever de jongen terug waar ik hier al twee weken mee zat. Ik vertrouwde hem, in tegenstelling tot de jongen, wel en dat voelde dan ook veel beter. Deze jongen moest dan ook echt niet te dicht bij me in de buurt komen, wat hij nu eigenlijk al was, maar daar zou ik nu maar even geen opmerking over maken. Ik richtte me dan alleen op zijn woorden en mijn ogen bleven hangen bij het gezicht van de jongen, om me op hem te focussen en me niet van mijn stuk af te laten brengen door de onderwerpen. De charmante glimlach wilde ik dan ook het allerliefste van zijn gezicht afslaan. Gewoonweg omdat deze me niet aanstond, of veel goeds voorspelde. 'Ik ben niets voor niets een prinsesje en daarbij wat zou je doen als ik jou op zou laten sluiten? Dan piep je echt wel anders en is die grijns ver te zoeken,' zei ik en als ik hier ooit nog uitkwam dan zou ik hem breken. Net als wat hij nu bij mij probeerde, maar dan wel met succes. 'Zou je als je dat allemaal weet, en me toch zo veeleisend vind, je broertje terug kunnen halen. Zijn arrogantie kan ik waarderen, om meerdere redenen, maar bij jou kan je me beter een teiltje geven, wat je alleen al kan bij die houding, want ik word er misselijk van.' Ik reageerde nog geeneens meer op de rest van de woorden, want ik zag het nut er niet van in. Daarbij wist ik dat ik Ace kon kwetsen met woorden die nog geeneens waar waren, want je hoefde mij niet te vertellen dat hij hier dicht in de buurt was. Ik voelde het en volgens mij waren mijn eerdere woorden al verkeerd gevallen. Bij zijn laatste vraag moest ik wel eventjes slikken, zeker bij het uitdagende gelach. Hoe wist de jongen dit? 'Ik heb geen idee waar je het over hebt. Volgens mij hoor je ook dingen die er niet zijn. Ik zou dan ook niet weten hoe ik bericht uit Yurdill moet krijgen,'


    If we hug a little tighter, our hearts will be a little closer

    Ace Yarrow Maverick || Bewaker Themna
    “Je hebt wel meer niet meegemaakt, maar de vraag is of je dat ooit meegaat maken.” Haar laatste woorden hoorde ik nog vluchtig waardoor ik al hoofdschuddend zachtjes lachte. Nu werd ik wel wat nieuwsgierig. Ik zou straks wel eens vragen wat ze daarmee bedoelde. Ik was net uitgelachen toen ik Elijah tegemoet liep en even later stond ik dan ook af te luisteren. Ik voelde me ergens nog steeds een beetje van stuk gebracht door Winter’s opmerking eerder over de arrogantie die we allemaal bezaten toen Elijah net was uitgebabbeld. “Ik ben niet voor nies een prinsesje en daarbij wat zou je doen als ik jou op zou laten sluiten? Dan piep je echt wel anders en is die grijs ver te zoeken.” Ik keek eventjes verbaasd. Ik moest zeggen dat ze nog best veel lef had om tegen de grootste leider te spreken. Maar ik wist dat Elijah hier enkel hartelijk om zou moeten lachen. Het feit dat ze tegenstribbelde maakte het voor hem alleen maar leuker om het spelletje te spelen. “Liefje toch, je bent veel te naïef. In geen honderden jaren dat het je lukt om me gevangen te nemen.” Ik spitse mijn oren wat beter toen Winter’s bekende stem weer door de cel en gang klonk. Als ik heel eerlijk was, had ze me daarstraks wel ergens gekwetst. Door één of andere reden kwam het hard aan. Misschien omdat zij belangrijk was geworden en het door haar opmerking leek dat zij mij niet hetzelfde beschouwde. Alsof ze me gebruikte voor de tijd dat ze hier zat. “Zou je als je dat allemaal weet, en me toch zo veeleisend vind, je broertje terug kunnen halen. Zijn arrogantie kan ik waarderen, om meerdere redenen, maar bij jou kan je beter een teiltje geven, wat je alleen al kan bij die houding, want ik word er misselijk van.” Een glimlach nestelde zich al snel op mijn gezicht, niet alleen omdat zij de enige was als buitenstaander van de familie om Elijah op zijn plaats te zetten maar ook door haar opmerking eerder. Ik voelde me weer een beetje meer gewild, hoewel ik nog ergens twijfelde. Op de rest besloot ze niet meer te antwoorden. Waarom? Dat zou ik niet weten. Waarschijnlijk wilde ze er gewoon geen woorden meer aan vuil maken. Toen Elijah begon te vragen over een connectie, schoot mijn rechterwenkbrauw de lucht in waarna ik begon te frullen aan mijn neusring. Connectie? Wat bedoelde hij? Winter had er nooit over verteld? “Ik heb geen idee waar je het over hebt. Volgens mij hoor je ook dingen die er niet zijn. Ik zou dan ook niet weten hoe ik bericht uit Yurdill moet krijgen.” Opnieuw klonk Elijah’s geamuseerde lach door de koude cel. “Oh. Ik vind het schattig hoe je denkt dat je mij om de tuin kan leiden. Volgens mij heeft Ace je echt nog niet goed uitgelegd wie ik nu werkelijk ben.” Hij keek het meisje medelevend aan waarna hij zijn arm rond haar schouder legde. Automatisch balde mijn rechtervuist een beetje. “Ik heb zo mijn bronnen. Ik weet dat jij met die andere vriendinnetjes kunnen communiceren via gedachten. En ik ben er ongetwijfeld van overtuigd dat je deze gave zeker al hebt gebruikt. Dus ik vraag het je nog één keer. Hoe zijn de stand van zaken in de andere empires?” Een steek van verraad verplaatste zich door mijn lichaam. Domme domme Ace. Oké, het was ongetwijfeld wel ergens logisch dat ze niet alles aan haar bewaker zou vertellen. Maar toch..


    Rise and rise again until lambs become lions

    Winter Yurdill
    Ik moest zeggen dat nu ik hier met Elijah zat, ik Ace alleen maar meer begon te waarderen en hem ook begon te missen. De opmerkingen van de eerste persoon deden me al lang niets meer, konden me laten lachen, maar degene die nu hier zat, haalde me alleen maar het bloed onder de nagels vandaan. Normaal zou je zeggen dat als iemand zich zo opstelde, het beter was dan dat Ace zich aan het begin had opgesteld, maar ik wist dat hier nog meer achter zat en zijn broertje was nu eenmaal iemand waar ik het beter mee kon vinden. 'Geloof me, ik ben tot meer in staat dan je denkt, veel meer,' rode over mijn lippen, wetende dat ik veel voor elkaar kon krijgen, zodra ik het echt wilde. Net als dat ik deze jongen snel uit deze cel kon laten verdwijnen en zijn broertje uit kon leggen dat ik mijn eerdere woorden niet zo bedoelde. Al hoopte ik stiekem dat hij het al wist door het vervolg. Niet dat Elijah het veel leek te deren, maar het maakte me niet uit. Net als dat het mij, vanaf de buitenkant, niet uitmaakte dat hij over Yurdill en de connectie begon. Iets wat ik niet snapte, want niemand behalve the Ladies wisten hiervan. Opnieuw klonk Elijah’s geamuseerde lach door de koude cel bij mijn woorden. “Oh. Ik vind het schattig hoe je denkt dat je mij om de tuin kan leiden. Volgens mij heeft Ace je echt nog niet goed uitgelegd wie ik nu werkelijk ben.” Hij keek me medelevend aan waarna hij zijn arm rond mijn schouder legde. Als automatisch pakte ik zijn hand, om zijn arm van mijn schouders af te halen en mijn hoofd te schudden. Nog wel luisterde ik naar zijn volgende woorden tot ik mijn mond opentrok. “Ik heb zo mijn bronnen. Ik weet dat jij met die andere vriendinnetjes kunnen communiceren via gedachten. En ik ben er ongetwijfeld van overtuigd dat je deze gave zeker al hebt gebruikt. Dus ik vraag het je nog één keer. Hoe zijn de stand van zaken in de andere empires?” zei hij. 'Ten eerste weet ik heel erg goed wie jij bent. Ace heeft het me perfect uitgelegd, al was het merendeel bij mij wel bekent. Maar over de empires? Ik heb werkelijk geen idee waar je het overhebt. Daarbij als ik dat zou kunnen, denk je dan serieus dat het me nog gaat lukken? Ik zit hier al twee weken zonder een normale nachtrust en het enige wat behouden is -is mijn kracht om te spreken. Misschien moet je er zelf maar een keer achteraan, als je toch alles al weet,' Ik haalde een hand door mijn paarse haar, om een zachte zucht te laten horen. 'Kan je nu dan je broer halen? Of heb je nog meer van die onzin?'


    If we hug a little tighter, our hearts will be a little closer

    Birdo schreef:
    -Catching Fire is FANTASTISCH. -
    Autumn Dahlrae Zendreij.

    Hij grijnsde breed, en ik deed hetzelfde. "Misschien wel ja." Hij ging recht zitten met een brede glimlach op zijn gezicht. "Wauw." Zuchtte hij, wat mijn hart sneller deed kloppen. Hij voelde hetzelfde. Wat ik me ook besefte, is dat een bewaker elk moment kon binnenkomen. Maar dat kon me niks schelen. Ik schoof naar hem toe en draaide zijn gezicht weer richting de mijne, om hem gepassioneerd te kussen. Nu ik hem had, wilde ik hem niet meer kwijt. Gabriel was perfect, lief, grappig en enorm zorgzaam, wat fantastisch met mij matchte.


    These rings that I'm breaking are making you a personal debt.

    Ace Yarrow Maverick || Bewaker Themna
    “Geloof me, ik ben tot meer in staat dan je denkt, veel meer.” Mijn gezichtsexpressie veranderde al snel naar een onder de indruk blik. Ik had nooit verwacht dat ze zo tegen Elijah zou praten. Natuurlijk wist ik wel dat ze geen katje om zonder handschoenen aan te pakken was. Maar ik had nu niet verwacht dat ze zo’n grote mond zou opzetten tegen één van de personen die haar gevangenen hadden genomen en vervolgens al voor twee weken vasthield. Ik bedoel, dat is nu niet meteen het beste plan om hier weg te raken. “Oh maar prinses, ik weet zeker dat je tot meer in staat bent. Daarom heb ik je ook opgesloten.” slijmde hij terwijl die arrogante charmante glimlach niet van zijn gezicht was af te slaan. De volgende woorden die al snel daarna uit Winter’s mond vloeide, zorgde ervoor dat er een glimlach weer op mijn gezicht nestelde. Ze had het niet zo bedoeld. Of toch, dat dacht ik. Uiteindelijk leek het alsof Elijah eindelijk zijn perfecte manier had gevonden om Winter proberen te stangen. Hij begon over een zekere connectie, iets waarvan ik totaal niets afwist en mijn mond van verbazing open viel. Volgens hem zouden blijkbaar alle vier de ladies met elkaar kunnen communiceren via gedachten. Hoe hij dat wist? Dat wilde hij niet lossen. Uiteindelijk legde hij zijn arm rond haar schouders met de volgende woorden dat hij het schattig vond dat ze naïef was en dat ik haar nog niet goed had ingelicht over wie hij nu werkelijk was. Tot mijn verbazing hoewel ik het ook ergens had verwacht, pakte ze zijn hand om zijn arm af haar schouders te halen, wat ervoor zorgde dat er een verontwaardigd geluidje uit zijn mond ontsnapte. Mijn spieren ontspanden zich weer waarna mijn vuist er weer normaal slapjes bij hing. Wat Winter daarna deed, had ik niet meer in de gaten aangezien mijn aandacht volledig op Elijah en zijn woorden was gericht. Al snel fronste ik mijn wenkbrauwen bij zijn woorden. Het duurde al niet lang voordat Winter weer een hele reeks woorden voor hem gereed had, waardoor mijn aandacht weer op haar gericht was. Toen Elijah uiteindelijk toch even rondkeek, viel zijn blik ook op de deur waardoor ik snel weer weg dook. Mijn ogen waren ten hemel geslagen terwijl ik vurig hoopte dat hij me niet gezien had. Blijkbaar was dit ook niet gebeurd aangezien hij gewoon weer verder deed zoals normaal. Deze keer besloot ik om eventjes stil te blijven staan en gewoon naar Winter’s woorden te luisteren. “Ik hoop dat mijn broertjelief dan niet teveel slechte dingen over me heeft verteld. Hij heeft soms nogal de neiging om te overdrijven.” Elijah’s zachte stem was weer te horen. Ik rolde met mijn ogen. “Ik ben ervan overtuigd dat jij wél weet waarover ik het heb.” Hij tuitte eventjes zijn lippen alsof hij diep nadacht. “Bovendien zou je niet zo offensief reageren als het niet waar was.” Hij schudde zijn hoofd waarna hij lachte, “Ik stel voor dat je nu gewoon verteld. Dan zal er ook niets gebeuren.” Winter liet een zucht, waaraan ik kon merken dat ze langzaam geïrriteerd werd en hij haar op stang kreeg. Bovendien hield ik er ook niet van dat hij haar bedreigde. “Kan je dan nu je broer halen? Of heb je nog meer van die onzin?” Ik rechtte mijn rug. Nu was het mijn beurt. Nonchalant liep ik de cel binnen alsof er nooit iets gebeurd was, “Dat zal niet nodig zijn. Ik ben er al.” Ik liep naar de bureau, zette me omgekeerd op de stoel waarna mijn armen op de leuning leunde. Vervolgens keek ik beide personen met één opgetrokken wenkbrauw aan.


    Rise and rise again until lambs become lions

    Aventine schreef:
    [Sorry -again- dat hij zo kort is en dat het zo lang duurde. ]
    Westin 'Wes' Blackthorn - Bewaker Orthane.
    Spring glimlachte fijntjes, waarna ze om wat water vroeg. Westin deed wat de Lady hem opdroeg en zette het water op het bureau. Gracieus kwam Spring overeind en liep naar het bureau toe. Ze nam plaats op de stoel bij het bureau en daarna kon Westin haar gezicht niet meer zien. Ze zat half met haar rug naar Westin toe, wat hem wel wat irriteerde, maar hij kon haar niet 24/24 in de gaten houden.
    "Bedankt voor het water," zei ze en nam het handvat van de kan water beet. Ze vulde haar glas, zette de kan terug neer en dronk met kleine slokjes van haar water.
    Westin knikte, ook al kon ze het niet zien en keek wat in het rond. Veel was er niet te doen in deze kamer. Hij zuchtte, deed een stap naar voren, bedacht zich en verliet zwijgend de kamer. Hij vergrendelde de deur, wat voor hem onnodig was maar de Grote Leider stond erop, en ging weer op zijn stoel zitten. Zijn glas whiskey stond nog steeds op het tafelblad.
    Westin besloot zijn pak kaarten uit te halen en speelde wat patience te spelen, terwijl hij een nieuwe sigaret opstak en een slok nam van zijn whiskey. Dit werd nog een lange dag.


    kindness is never a burden.

    Winter Yurdill
    De eerste woorden liet ik maar voor wat het was, want ik wist dat het anders de verkeerde kant op zou gaan. Ik zou ging jongen nog wel een keer krijgen, niet alleen met zijn eigen woorden, maar ik zou het, als ik hier uitkwam, ook nog wel een keer laten zien wat ik kon. Ik mocht dan wel een meisje zijn, die volgens sommige niets meekreeg over het leven, maar ik was bij lange na niet dom. Het hele doen en laten van de jongen beviel me niet, maar ik bleef dan ook bij het punt dat ik wilde dat Ace weer terug zou komen. Met hem kon ik tenminste praten en zijn houding stond me ook meer aan, samen met zijn woorden. 'Je broertjelief overdrijven? Nee, daar heb ik nog niets van gemerkt, dus het zou ook echt wel meevallen,' zei ik en wilde er eigenlijk nog achteraan plakken dat hij juist degene was die overdreef, maar ik hield verstandig mijn mond dicht. Ik hield het bij de woorden die mijn mond al hadden verlaten. 'Ik weet niet waar je het overheb,' Hij tuitte eventjes zijn lippen alsof hij diep nadacht. “Bovendien zou je niet zo offensief reageren als het niet waar was.” Hij schudde zijn hoofd waarna hij lachte, “Ik stel voor dat je nu gewoon verteld. Dan zal er ook niets gebeuren.” Ik ging mooi niet toegeven dat ik wist waar hij het overhad. Elijah hoefde verder niets te weten over de connectie met de andere. 'Ik heb niets te zeggen, behalve wat ik net al vroeg,' zei ik, maar het was al niet meer nodig, want de jongen die ik wilde kwam al snel weer nonchalant de cel binnen lopen. Ik wierp Ace een dankbare glimlach toe, om op te staan en naar hem toe te lopen, om me op het bureau te plaatsen. De twee jongens aankijkende, maar toch bleef deze toch heel even hangen bij degene op de stoel. Hij wist altijd precies hoe of wat en ik moest zeggen dat ik me ook beter op mijn gemak voelde, maar ook een stuk vertrouwder. Ik wilde mijn mond dan ook open, alleen deed dat later wel als we weer samen waren.


    If we hug a little tighter, our hearts will be a little closer

    Ace Yarrow Maverick
    Winter besloot er kennelijk geen woorden meer aan vuil te maken aangezien ze haar mond hield toen Elijah uitgepraat was. Dit stopte Elijah dan ook niet om vervolgens zoals altijd weer het woord te nemen. Al snel volgde er toen ook een iets of wat beledigende opmerking uit zijn mond waarop ik mijn ogen rolde. “Je broertjelief overdrijven? Nee, daar heb ik nog niets van gemerkt, dus het zou ook echt wel meevallen.” Een spijtig geluidje verliet zijn mond, “Oh. Nou dan ken jij hem kennelijk beter dan ik doe.” Een geamuseerde glimlach sierde zijn gezicht. Hij was haar gewoon aan het bespelen, haar belachelijk maken, haar zelfvertrouwen proberen te krenken. Ergens wist ik dat Winter graag bij haar woordkeuze er nog wat achters had geplakt en ik was ook blij toen ze uiteindelijk dit niet deed. Ze wist dat ze daarmee Elijah gewoon ging geven wat hij wilde. Hij wilde juist dat ze zich verzette tegen elk woord dat hij zei. Hij had genot in het spelletje dat hij speelde. Toen Elijah dan ook weer over de zogenaamde connectie tussen de ladies begon, leek het erop dat ze niet langer haar mond nog kon houden. Ergens was ik lichtelijk verbaasd en voelde me een beetje verraden omdat ik niets afwist van de connectie maar toch voelde ik een soort van kleine woede opborrelen in mezelf toen hij haar een beetje bedreigde. “Ik heb niets te zeggen, behalve wat ik net al vroeg.” Deze woorden klonken net door de cel toen ik op een nonchalante wijze de cel weer binnenliep, alsof ik het al jaren deed. Niets wees erop dat ik daarnet achter het muurtje de hele tijd had gestaan en zeker niet dat ik hen had afgeluisterd. Blijkbaar leek het meisje enigszins toch gerustgesteld toen ik op de bureaustoel ging zitten en ze me een dankbare glimlach wierp. Voor ik het dan ook wist, zat ze naast me op het bureau, wat me ergens wel blij maakte. Ik probeerde dan ook zo goed mogelijk mijn triomfantelijke glimlach richting Elijah te verbergen, en naar mijn gevoel sloeg ik er ook in. Het meisje keek ons beide aan waarna ze toch even bleef kijken naar mij. “Zie ik dat nu goed?” Elijah klapte in zijn handen waarna hij deze voor zijn mond sloeg. “Ace, heb je al vriendjes gemaakt?” Ik rolde met mijn ogen, “Elijah, je weet even goed als mij dat er niets is om je zorgen te maken. Ik doe mijn deel van het werk, wat dus inhoudt dat ik haar bewaak en jij doet jouw deel van het werk.” Mijn stem klonk formeel en strak zodat hij aan niets kon twijfelen. Hij keek me dan ook een hele tijd aan, wachtend tot mijn gezichtsuitdrukking of vastberadenheid maar een tikkeltje zou veranderen maar zijn poging was tevergeefs. Ondertussen had hij zijn blik al gericht op Winter waardoor ik de kans zag om haar een klein beetje gerust te stellen. Het feit dat ze net naast me zat op het bureau maakte het voor mij makkelijker om mezelf zogezegd uit te strekken, mijn armen op de bureau liet rusten en zo eventjes zachtjes haar rug aanraakte. Elijah had dan ook niets in de gaten. Wederom was ik hem te slim af. Ook al geloofde hij het niet.

    [ bericht aangepast op 22 nov 2013 - 23:30 ]


    Rise and rise again until lambs become lions

    Winter Yurdill
    Een spijtig geluidje verliet Elijah zijn mond bij mijn woorden. De woorden waar ik wel op antwoordde, maar nog niet heel veel aan vuil maakte, want ik wilde eigenlijk nog geeneens mijn mond tegen hem opentrekken. Toch liet ik me nog wel een beetje van mijn goede kant zien, ook al leek dit allemaal niet heel erg gemeend, dus beter gezegd precies hetzelfde als bij hem. Ik besloot op zijn volgende woorden dan ook niet te antwoorden, want dan had ik de poppen echt aan het dansen. Mijn woorden zouden nu helemaal niet vriendelijk zijn en ik had in de afgelopen twee weken toch nog wel het een en ander van Ace meegekregen over het doen en laten. Hij was gewoon bezig met mij uit testen. Zijn oudste broer probeerde te krijgen wat hij wilde, maar volgens mij was het nog steeds niet duidelijk dat hij dat niet zou krijgen. Ik was niet helemaal gek, ook al kwam het soms wel zo over. Dit was een opgezet spel, niets meer en niets minder. Ik was dan ook blij dat Ace anders was, want ik had niet het idee dat hij een act opvoerde. Anders zou hij hier ook niet in de buurt blijven en was hij wel naar buiten toegegaan, of was het allemaal heel anders uitgepakt. Ik wilde deze jongen dan ook helemaal niet kwetsen, ondanks ik het idee had dat -dat al was gebeurd. Dat was de reden dat ik op sommige momenten dan mijn mond nog dichthield. Pas toen ik mijn mond opende, wat eigenlijk niet nodig was, want ik vroeg naar Ace, die al nonchalant binnenkwam lopen. Iets waar ik heel erg blij mee was en stiekem ook het enige was wat ik op dit moment wilde. Ik merkte dat Ace het niet heel erg vond dat ik bij het kwam zitten, maar het viel ondanks dat niet van zijn gezicht af te lezen. De woorden naar Elijah had ik dan ook ergens wel aan zien komen, want hij mocht het niet toegeven, alleen dat nam niet weg dat het ergens wel pijn deed. Het lukte hem wel verdomd goed met zijn hele houding en alles eigenlijk, want zijn broer leek het wel te geloven. Zelfs zijn aanraking, om mijn gerust te stellen, leek hem niet op te vallen. Ik daarin tegen moest moeite doen, om niet te glimlachen, of mijn mond open te trekken, om de nog onuitgesproken woorden, naar Ace toe te werpen. Ik kon op dit moment heel weinig, dat kon pas als zijn broer weg was. Iets wat ik hoopte dat het snel zou gebeuren, want die jongen werkte me echt op de zenuwen. Een onbedoelde gaap verliet mijn mond, om mijn blik weer langs beide jongen te doen glijden. Het liefste wilde me mijn bed nu inkruipen, zoals eerder al de bedoeling was, maar nu niet deed.


    If we hug a little tighter, our hearts will be a little closer

    Ace Yarrow Maverick || Bewaker Themna
    Toen Elijah van nep-ontroerendheid in zijn handen klapte om daarna deze voor zijn mond te houden, rolde er al snel een hele reeks woorden over mijn lippen. Ik moest hem duidelijk maken dat ik nog steeds achter zijn plannetje stond. Hij deed zijn deel en ik deed het mijne. Zo hadden we het afgesproken en zo ging het dan ook blijven. Hij keek me verwachtingsvol aan, zijn groene ogen die net als de mijne konden doorboren in iemands doen en laten, inspecteerden elk detail van mijn gezicht en gedrag, op zoek naar enige twijfeling. Als het ging om Elijah’s technieken, kon ik met zekerheid zeggen dat ik een kei in was geworden om deze te misleiden. Alleen dacht hij dat ik er nog steeds enige moeite mee had. Vroeger, voor de prinses van Yurdill en voor al de macht, hadden ontvoerd, oefende hij deze technieken continu op zijn kleine broertje uit. Het ging dan meestal ook om onschuldige zaken bijvoorbeeld achterhalen of ik iets uit zijn kamer had gestolen. Toen we ouder werden, bleef hij dit doen en dan helemaal toen hij samen met Samuel en Damian de drie leiders van Themna werden. In het begin was het makkelijk af te lezen wanneer ik ergens over loog maar naar het einde toe kende ik zijn manier van werken en staarde hem even kil terug aan. Vandaag leek het enigszins opnieuw te werken. Hij had wederom niets in de gaten en verplaatste zijn blik al snel naar Winter. Ik had geen idee dat ik misschien met mijn woorden Winter kon hebben pijn gedaan. In mijn ogen klonken ze oprecht en logisch. Niet alleen omdat ik nog steeds de grote verantwoordelijkheidsdrang voelde richting het hele bewaker-zijn en mezelf nog steeds wilde bewijzen maar een klein deeltje van mij wilde er ook voor zorgen dat Winter veilig was. Uiteindelijk leek het me nu dan ook de perfecte kans om haar even gerust te stellen, niet wetend of ze nu een beetje boos op me was of niet. Ik raakte haar onderrug eventjes aan nadat ik mezelf zogezegd had uitgestrekt en mijn armen nu op het bureautje lagen te rusten. Hij had niets door. Mijn blik schoot dan ook lichtjes naar Winter die een blanko-expressie hield maar waaruit ik kon toch onderscheiden dat ze heel veel moeite deed om niet te glimlachen. “Nou nou, je moet je niet zo aangevallen voelen, broertje.” Mijn blik verplaatste zich weer naar Elijah die eindelijk was opgestaan, “Ik voel me niet aangevallen, Elijah. Ik wilde je het gewoon nogmaals even duidelijk maken.” Hij knikte, zijn ogen zochten de mijne en ik wist dat ik mijn blik nu niet moest afwenden. Eventjes bleven onze ogen dan ook met elkaar verbonden, alsof hij ermee wilde zeggen dat ik mijn taak precies zoals gepland moest uitvoeren en er geen eigen wendingen aan moest geven, wetende dat deze werden bestraft. Het feit dat ik niet afwendde, leek voor hem dan ook een bevestiging dat ik ermee akkoord was. Uiteindelijk verbrak Elijah het contact toen er naast mij een gaap te horen was. “Ik denk dat ze nu beter wat slaap kan gebruiken.” zei ik waarna ik recht stond en voor Elijah stond. “Anders ga je niet veel meer aan haar hebben als ze volledig uitgeput is, niet waar?” Ik keek hem vragend aan waarna hij zijn hand op mijn schouder legde en er in kneep. Hij knikte, “Daar, mijn broer, heb je een punt in. Slim van je.” De arrogantie leek van zijn stem te druppen waarna hij een diepe buiging richting Winter maakte, wat eerder spottend bedoeld was. “Het was me een genoegen, prinses van Yurdill. Ik kom je gauw weer een bezoekje brengen.” En met deze woorden liep hij de cel uit.

    [ bericht aangepast op 23 nov 2013 - 10:31 ]


    Rise and rise again until lambs become lions

    Gabriel Alexander Durigon || Bewaker Yurdill

    Autumn schoof weer wat dichterbij en liet haar zachte vingers mijn hoofd haar richting keren. Ik glimlachte naar haar en niet veel later voelde ik haar zalmroze lippen weer op de mijne. Mijn armen sloeg ik om haar middel heen en ik trok haar dichter tegen me aan. Mijn ene hand streelde over haar rug en ging zo richting haar prachtige rode lokken, waar mijn vingers dan in woelden.

    (sorry echt voor deze korte post. Helaas zit ik bij deze rpg een beetje met een writhersblock :/ )


    I caught a golden trout! But the real treusure? Friendship - ACNH

    -Dat geeft niet, ik begrijp je wel ;3 -

    Autumn Dahlrae Zendreij.
    Zijn armen sloeg hij om mijn middel heen, en hij trok me dichter naar zich toe. Zijn vingers woelden door zijn haar, en ik kroop bij hem op schoot. Ik maakte een tevreden geluidje, en mijn hand kroop onder zijn shirt omhoog, waar mijn vingers over zijn buikspieren gleden. Ik was nog nooit gekust, en had nog nooit van dit soort aandacht van een jongen mogen genieten. En nu ik die eenmaal had, kon ik er maar geen genoeg van krijgen.

    -Dat ken ik xd-


    These rings that I'm breaking are making you a personal debt.

    Winter Yurdill
    Mijn blik liet ik af en toe van Ace naar Elijah gaan, om vervolgens uit het raam te kijken. De twee broers, wat je nu duidelijk kon zien, redde zichzelf wel met het ontcijferen van elkaar blikken. Kijken of ze daarin wat konden ontdekken, of de andere wel de waarheid sprak, of iets. Ik hield me wel bezig met het gebied buiten deze cel. Het gebied zo anders was dan het ijzige, witte Yurdil waar ook altijd sneeuw lag. De plek waar je -je altijd warm aan moest kleden, waar je geen vrolijke kleuren of een zonnetje buiten zag. Het gebied waar ik overheers, of beter gezegd overheerste, maar na een lange tijd wende je aan de temperatuur en de omgeving. Zeker als je niets anders was gewend. Iets waar ik later wel weer aan zou moeten wennen, als het gebied niet veranderd was. Zo wendde ik langzaam aan dit uitzicht, waar je wel de kleuren van de lente naar voren zag komen. Waar de sneeuw volkomen verdwenen was, maar het ook heel mooi eruit zag. Niet dat ik Yurdill op zou offeren voor dit, maar het zou wel een tweede keuze zijn. Een zachte zucht rolde over mijn lippen, om uiteindelijk mijn blik weer op de jongens te richten en deze uiteindelijk te laten hangen bij de jongen waar ik al twee weken mee doorbracht. Ik kon het niet helpen dat er niet veel later ook nog een gaap volgde waardoor de stilte werd verbroken door Ace. Slaap zou me hopelijk wel goed doen, maar hij wist wat daar nodig voor was. En zijn eerdere reactie liet me weten dat het nog wel zou gebeuren, maar je wist het toch nooit zeker. Ik was dan ook blij dat Elijah met de jongen instemde, om me na een aantal woorden weer op mij te richten en een diepe buiging te maken. 'Doe vooral geen moeite,' rolde over mijn lippen, want ik wist ook dat het eerste niet gemeend was en het tweede zat ik dus echt niet op te wachten. Mijn ogen volgde de jongen dan ook tot hij uit het zicht was verdwenen, om op te staan en richting Ace te lopen om mijn armen om zijn middel te wikkelen. 'Dankjewel,' rolde mijn onhoorbaar over mijn lippen, maar het was wel hard genoeg dat hij het zou horen. Daarna liet ik me los, om me langzaam naar het bed te begeven en daar plaats op te nemen en naast me op de lege plek te kloppen. Ik wist niet of het handig was, om nog langer in een knuffel te staan, want ik wist ook niet of Elijah nog om de hoek stond te wachten of iets.


    If we hug a little tighter, our hearts will be a little closer