• BESTIALISSIMOS


    Fulgur Falls - Maine, USA

    In de regenachtige, dicht beboste omgeving van Maine ligt het stadje Fulgur Falls. Het kreeg zijn naam vanwege de onmetelijke blikseminslagen die het al gekend heeft, die wonder boven wonder nog geen enkel dodelijk slachtoffer gekend hebben. Dat is echter niet het meest bizarre aan deze vreemdsoortige plaats.
    Het is de thuishaven van vele bovennatuurlijke wezens en half-mensen. Aan de absolute top van deze eeuwenoude hiërarchie behoren de Lycantropen - de weerwolven.
    Deze zijn zich doorheen de jaren gaan onderscheiden in twee geheel tegenovergestelde Roedels; Lupus Sanguinibus en Versipellis.
    De eerste bestaat uit aristocratische families, die hun bloedlijn al generaties lang zo zuiver en intact mogelijk willen houden. Ze zijn de bewaarders van alle kennis omtrent hun soort en de bewakers van de regels. Zij staan bekend om hun intelligentie en gecontroleerde vechttechnieken.
    De Versipellis zijn dan weer een relatief jonge Roedel. Zij hebben zelf hun familie samen gesteld en verwelkomen iedereen die nergens anders terecht kan. Ze worden veelal gezien als beschermers, zowel van hun eigen Roedel als van de Lupus leden. Hun kwaliteiten bestaan onder ander uit compassie en mededogen, waardoor ze het vaak minder strikt met de regels nemen.

    Toch dient de strikte code in acht genomen te worden, zeker nu een onbekend gevaar zich heeft aangediend in de eens zo veilige haven; een burger heeft tegen hun wil De Beet ontvangen. Dat druist in tegen het meest voorname principe van elke weerwolf. De Lycantropische Raad heeft reeds bepaald dat geen van beide Roedels met het voorval gemoeid zijn, en er een derde partij in het spel is. Het onderzoek is reeds ingezet, terwijl men in afwachting van de volle maan het slachtoffer nauwlettend in de gaten houdt, hopend dat De Beet niet gewerkt heeft.


    De Roedels

    Lupus Sanguinibus
    Aristocraten, plichtsbewust. Eén Alfa.
    Wolven
    ♰ Orpheus Spencer Grey • m • 23 • Bloed • Council Member/Student • Hanson • 1
    ♰ Harvey Lowel Armistead • m • 37 • Bloed • Alfa/Houthakker • Witcher • 3
    ♰ Maddie Grace Travers • v • 22 • Bloed • Cleverness • 3
    ♰ Scarlett Young • v • 25 • Bloed • Joy_x • 4
    ♰ Oliver Louis Desrosiers-Grey • m • 21 • Bloed • KIaus • 5
    ♰ Evelyn Finley Gardner • v • 25 • Beet • Dierenarts • Witcher • 6

    Mensen
    (beperkt)
    ♰ Dove Lazaroth • fluid • 22 • Onbewust • FreeThyself • 2


    Versipellis
    Personen boven regels. Duopositie Alfa.
    Wolven
    ☮Vivianne "Vee" Laurier • f • 21 • Bloed • Bartender • Dreamweaver • 2
    ☮ Lucas Alexander Sanders • m • 20 • Bloed • Venustic • 3
    ☮ Jérémie ‘'Jem’' Matthias Dubois • m • 22 • Bloed • Fika • 4
    ☮ Laurel Tallmund • v • 25 • Bloed • Alfa • Elentiya • 4

    Mensen
    ☮ Linden Rose Orbin • v • 21 • Onbewust • Bibliothecaresse • Hanson • 1
    ☮ Asher Ambrose Steele • m • 27 • Bewust • High School leraar • Venustic
    ☮ Soren Virtanen • m • 25 • Bewust • Guardian • Quinlan

    Ander
    ☮ Nox "Hadeon" Zion • m • 22 • Half Demon • Cleverness • 2
    ☮ Eli Bellamy • m • 24 • Magiër • Theezaak • Witcher • 2
    texttextexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttext





    [ bericht aangepast op 14 mei 2020 - 19:17 ]


    Bicycle, unicycle, unitard. Hockey puck, rattlesnake, monkey, monkey, underpants.







    Laurel Tallmund

    ”She craved the type of passion that even brought the Devil down to his knees..”

    • 25 • Alpha Versipellis • Soren •

    Laurel raakte aangestoken door de lach die Soren liet klinken, eens hij ook de wankele passen zag die de brunette maakte, en het klonk als een muziek in haar oren. Grijnzend keek Laurel naar hem op, terwijl ze vervolgens in stevigere stappen naar de uitgang van de bar loopt. Onbewust koesterde ze deze avond nu al. Na een paar lange dagen en een roerige avond voorafgaande aan de afgelopen uren met Soren, voelde Laurel zich goed. Een tevreden uitdrukking glijdt daarom dan ook over haar gezicht heen als de jonge alfa naar buiten stapt — de koele avondlucht in, die ze verwelkomde door heel even haar ogen te sluiten.
          "We zullen elkaar samen ondersteunen, goed?"
    Voorzichtig haakt Soren zijn arm door het hare heen, eens hij langs haar is komen lopen. "Dat lijkt me een heel strak plan," lacht de brunette zacht. Onbewust ging Laurel nog iets dichter tegen Soren aanlopen — hun passen een stuk langzamer dan ze wellicht in haar eentje gelopen zou hebben, maar klagen deed ze allesbehalve. Net wanneer Laurel haar mond wilde openen om iets te zeggen, is Soren haar voor.
          "Vertel nou niet tegen je pack leden dat je mij direct dronken hebt gezien vanavond."
    Laurel lachte zacht, schudde daarbij kort met haar hoofd. Echter, de reactie die ze verder had willen geven stierf weg op haar lippen doordat Soren naar voren struikelde. Enkel een geschrokken 'Woa,' is het enige wat daarop klinkt. Resoluut greep Laurel zijn arm steviger beet, maar voorkwam daarbij het wankelen dat hij deed niet. Vloekende woorden klonken en daar waar de brunette heel even gedacht had dat ze beide met een smak op de grond zouden komen, lukte het Soren verrassend goed om op zijn benen te blijven staan.
          In een halve draai — welke ze samen maakten doordat Laurel weigerde zijn arm los te laten — grijpt Soren de brunette om haar middel vast, waardoor hij uiteindelijk zijn evenwicht weet te herpakken.
          "Oke, dat was iets minder charmant als dat ik zou willen."
    "Het scheelde niet veel of we hadden op de grond gelegen," grinnikte Laurel zacht, met haar blik heel even oplettende naar de grond gericht alvorens ze opkeek naar Soren — wie op zijn beurt grijnzend op haar neer keek. "Ik denk toch dat jij degene bent die mij ondersteunt."
          "Ik zal je blijven ondersteunen, zolang je me nodig hebt."
    Daar waar Laurel eerder een plagende opmerking had willen maken, waren het de diepgaandere woorden die haar mond verlieten. Het verraste haar zelf ook, dat liet de verschoten kleur op haar wangen wel blijken, maar het was uiteindelijk voor geen moment ongemeend.
          " Of het — zolang je het nodig hebt. Onderweg.. enzo.." Ze wauwelde. Laurel glimlachte voorzichtig doch aarzelend, terwijl de warmte verder naar haar wangen steeg en ze ondertussen nog geen stap uit zijn omhelzing zetten — daar Soren' arm nog altijd om haar middel lag. Subtiel versnelde haar hartslag zich iets, nu ze meer en meer bewust raakte van hoe dichtbij elkaar ze stonden, en haar vingers — van de hand die ze gaandeweg hun zwaaiende draai op zijn borst had gelegd — speelde licht met de stof van zijn kleding.


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'


    𝔑𝔬𝔵 - ℌ𝔞𝔡𝔢𝔬𝔫

    𝔐𝔶 𝔇𝔢𝔪𝔬𝔫 𝔦𝔰 𝔫𝔬𝔱 𝔰𝔬𝔪𝔢𝔱𝔥𝔦𝔫𝔤 𝔱𝔥𝔞𝔱 𝔠𝔞𝔫 𝔟𝔢 𝔠𝔬𝔫𝔮𝔲𝔢𝔯𝔢𝔡


    𝔜𝔦𝔫/𝔜𝔞𝔫𝔤      -      𝔙𝔢𝔢'𝔰 𝔊𝔞𝔯𝔞𝔤𝔢      -      𝔙𝔢𝔢

          Terwijl de laatste klanken over zijn lippen wegsterven vind hij een handdoek en bij het terugdraaien naar Vee ontdekt hij hoe ze haar hoofd iets naar achteren heeft gekanteld als om zijn woorden beter in zich op te kunnen nemen. Haar ogen zijn gesloten en plotseling vraagt Nox zich af of de ontwikkelingen van deze avond iets hebben getriggerd in zijn hoofd, een knop om hebben gezet waarvan hij niet wist dat die er was. Hij lijkt zich opeens extreem bewust van iedere lijn van haar lichaam, ieder ontbloot stukje huid en iedere beweging die ze maakt. De manier waarop ze slikt iets waar zijn blik op gefocust is, terwijl de stilte aanzwelt tot iets bijna tastbaars. Haar hals een uitnodiging om beroerd te worden en hij weet nu, sinds vanavond, hoe zacht de huid van haar gezicht is, hoe haar wang exact in palm van zijn hand lijkt te passen. Ook weet hij nu dat zij buiten zichzelf was van wat het dan ook was wat er door haar bloedbaan schoot en dat haar acties enkel werden gedreven door een koortsige impuls.
          Haar ogen openen zich, al blijft het bij een geloken blik ter overstaan van iets helderders. Het kan niet anders of ze staat op instorten, de vermoeidheid die haar eindelijk in begint te halen iets waartegen ze niet veel langer kan vechten. Ze pakt de handdoek aan en begint zichzelf er onhandig mee droog te schrobben, alvorens die poging vrij snel op te geven.
          "Je was er niet bij," zegt ze feitelijk, alvorens de handdoek te laten voor wat het is en haar aandacht weer te verleggen naar wat er over is van haar t-shirt. Nox weet in dit geval niet hoe snel hij zich van haar weg moet draaien, haar woorden eindelijk iets wat zijn trance doorbreekt. Hij zou willen dat hij het zo simpel kon stellen, maar lijkt nooit in staat iemand te doen inzien dat hij er wel bij was. Zijn lichaam, zijn geest hoewel onbewust. Haar bloed onder zijn nagels het overduidelijke bewijs. "Je verloor de controle omdat Hadeon een monster is. En jij, ondanks alles, menselijk."
          Hij hoort haar bewegen achter zich en blijft met zijn rug naar haar toe staan, tot hij zeker kan weten dat ze weer toonbaar is. Om zichzelf af te leiden maalt hij over haar woorden, herhaalt ze als een mantra. Menselijk. Hij vraagt zich af of hij ook maar enig moment in zijn leven heeft gekend waarin hij enkel dat was. Haar tegenspreken heeft geen zin en is ook niet wat hij wil. Ze hebben genoeg gebekvecht voor deze avond en hij wil de spanning tussen hen niet nog hoger op doen lopen. Voor hetzelfde geld is hun relatie al onherroepelijk veranderd en doet hij enkel nog een duit in het zakje als deze discussie een meer intense word. Hij kiest er voor niet op haar woorden te reageren, al twijfelt hij er geen moment over of ze ziet dwars door hem heen.
          "Ben je weer gekleed?" vraagt hij zacht, zijn ogen afdwalend naar de tas van Greg. De instructies van de magiër waren vrij simpel en hij beseft zich dat Vee hem hier niet per se voor nodig heeft. Normaal zou hij aandringen te blijven, haar misschien zelfs wijsmaken dat zijn hulp wel degelijk nodig is. Vanavond lijkt het hem echter verstandig om haar de keuze te geven, al zou hij niets liever dan blijven. "Vee. Wil je dat ik blijf of wil je dat ik ga?"


    Marrow deep, soul deep, essence deep

    SOREN VIRTANEN

    •••

    Guardian • @ Street • & Laurel
          'Het scheelde niet veel of we hadden op de grond gelegen.'
          Soren ziet Laurel richting de grond kijken alsof hij is gemaakt van lava — waar ze beiden zojuist bijna in terecht waren gekomen vanwege zijn stomme toedoen. Nogmaals voelt hij zijn wangen rood kleuren, alsof al zijn remmen compleet zijn verdwenen. Soren weet dat het lang is geleden dat hij zich dusdanig heeft gedragen rondom een aantrekkelijke vrouw — iemand zoals Laurel. Waarom het nu ineens omhoog is gekomen, weet hij niet. Of het aan de alcohol zal liggen, betwijfel hij gedeeltelijk.
          'Ik zal je blijven ondersteunen, zolang je me nodig hebt.'
          Soren's kijkers schieten terug van de grond naar Laurel's gezicht — de diepgaande toon van haar woorden binnenkomend als een storm. Ditmaal zijn het Laurel's wangen welke vliegensvlug van kleur verschieten. Soren's mond wordt opnieuw droog — de woorden tussen hen inhangend.
          'Of het — zolang je het nodig hebt. Onderweg. . . enzo. . .'
          Halverwege Laurel's onsamenhangende stroom van gemengde woorden, schudt Soren minimaal zijn hoofd. Wanneer ze stopt, verstarren zijn handen op haar zachte lichaam — hem eraan herinnerend waar hij nu is, wat hij doet. Schijnbaar is dat voldoende om hem opnieuw te laten ademhalen.
          Soren heeft dagen, weken en maanden en jaren gedroomd over zijn fictieve brug — de persoon die het regenen laat stoppen. Maar wat als die persoon nooit naar hem toe komt? Soren voelt zich inmiddels dusdanig overspoeld met de ijskoude regen — dat hij de hoop niet meer inziet. Waarom daarop wachten? Waarom vasthouden aan een idee wat ieder moment kan vervliegen? Liefde ontstaat niet zoals in vele boeken — perfect, plotseling en welwillend. Soren is daar het levende bewijs van.
          'Ik—'
          Soren buigt langzaamaan naar voren — een blik van paniek in zijn ogen.
          'Het spijt me.'
          Soren weet zichzelf opnieuw terug te trekken — een afstand tussen zichzelf en Laurel creërend. Mocht hij bij haar blijven, gaat hij absoluut fouten maken, dingen die hij niet wil laten gebeuren. Soren tracht zichzelf weer bijeen te rapen — maar de whiskey maakt het geheel moeilijk. Zuchtend houdt hij zijn arm door Laurel's arm heen gehaakt. Maar zijn andere arm haalt hij weer van haar middel — direct de avond koelte voelend. Alsnog weet hij de neiging te onderdrukken hem terug rondom haar te zwaaien.
          'Ik wil geen dingen doen waar jij spijt van krijgt.'
          Want dat zou het zijn — een kus die nergens toe zou leiden, omdat hij is ontstaan op een al te verkeerd moment. Soren haat zichzelf daarvoor en veracht zichzelf, maar weet dat dit het beste is. Slikkend kijkt hij naar Laurel's verlichte gezicht — de maan doorbrekend door de nachtelijke wolken.
          'Het spijt me.'


    •







    Laurel Tallmund

    ”She craved the type of passion that even brought the Devil down to his knees..”

    • 25 • Alpha Versipellis • Soren •

    Wanneer Laurel voelt hoe Soren verstart dreigt een eerste instinctieve reactie met de wolvin aan de haal te gaan. Toch weet de brunette te blijven staan, in plaats van terug te deinzen omdat de emotie in het gezicht voor haar er een is die ze niet had willen veroorzaken.
          "Ik—"
    Heel even stokt haar adem in de keel als Soren zich naar voren buigt — haar hart denderend door haar borstkas heen; zelf doodstil en afwachtend op wat er komen gaat. Geen enkel moment komt er in Laurel op om afstand te nemen, terwijl de wirwar aan emoties door haar heen golft als de paniek in Soren' heldere kijkers steeds groter lijkt te worden.
          Niet doen.
    Wat het ook was dat hem in deze modus bracht, Laurel wilde dat hij het niet deed en ze wenste dat ze het kon wegnemen. Was het teveel? Had ze iets verkeerd gezegd, of gedaan? Had Laurel deze keer zichzelf teveel laten leiden door de gedreven instincten in haar wezen — welke normaliter zo feilloos afgestemd waren op hetgeen er rondom haar gebeurde?
          "Het spijt me."
    Als zijn arm rondom haar middel verdwijnt, trekt er een huivering door de jonge alfa heen en maakt de warmte plaats voor een kou die ze liever niet had gehad. Haar hand verdwijnt van zijn borstkas, zodra Laurel zich daar bewust van wordt, en grijpt daarmee naar de kragen van het vest dat ze droeg om deze iets dichter te trekken. Ongemak vult haar wezen.
          "Ik wil geen dingen doen waar jij spijt van krijgt."
    Een lichte frons nestelt zich tussen haar wenkbrauwen als Laurel haar blik op Soren weet te richten. Waar zij spijt van krijgt? Voor welke fout wilde hij haar behoeden, waarvan hij dacht dat ze deze ging maken? Was het om hem, of vóór hem? Of lag het aan haar en deed ze inderdaad iets verkeerd? Een naar gevoel bekroop Laurel als het idee in haar opkomt dat ze met haar instinctieve drang sommige dingen weleens verkeerd geïnterpreteerd kon hebben.
    Als Soren opnieuw excuses maakt, schudt Laurel licht met haar hoofd en wend daarbij haar blik van hem af.
          "Ik ben een grote meid, Soren," glimlachte ze zwak — een die haar ogen amper wist te bereiken. "Het is al goed." Terwijl zijn arm nog gehaakt door de hare lag, verbrak Laurel elke verdere contact met zijn lichaam door zich iets rechter te draaien. Heel even blikte ze op naar de heldere maan boven hen, voelde hoe haar wolvin zich roerde, maar putte amper troost uit het witte licht. "Laten we gaan."


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    SOREN VIRTANEN

    •••

    Guardian • @ Street • & Laurel
          Gedurende zijn woorden ziet hij Laurel's gezicht van kleur verschieten — alsof zijn geraas geen plaats kan vinden in haar hoofd. Soren voelt zijn onzekerheid groeien, hetgeen hem ertoe leidt haar nogmaals excuses aan te bieden. Wanneer Laurel daarop zachtjes haar hoofd heen en weer schudt — voelt het als een afwijzing. Hetgeen bizar is, aangezien hij degene is die haar zojuist af heeft gewezen. Soren kan zichzelf wel slaan — schreeuwen naar de maan waarom hij is zoals hij is.
          'Ik ben een grote meid, Soren — het is al goed.'
          De manier waarop haar glimlach slechts beperkend weet te blijven tot haar mondhoeken, maakt Soren zichzelf leeg voelen van binnen. Gedurende deze avond had hij Laurel meerdere malen zien lachen — oprecht lachend met alles binnen in haar. Nu was hij de reden waarom die lach plotseling uitbleef, iets wat hij zich aanrekende.
          'Laten we gaan.'
          Soren loopt zwijgzaam met Laurel mee verder in de straat — het gevoel van zijn arm door de hare plots vreemd. Zojuist had het het beste gevoel van de wereld geleken. Soren voelt zijn gevoelens slechter en slechter worden tijdens de verder stille wandeling — de woorden binnen in hem alsmaar groeiend.
          'Dat was stom.'
          Schijnbaar denken zijn gedachten dat dat voldoende is te zeggen, want verder blijven de woorden angstvallig uit. Soren voelt zijn frustratie groeien — jegens de situatie en zichzelf. Waarom dacht hij dat het zijn taak was om Laurel hierbij te beschermen? Soren had beter naar haar moeten luisteren — ze was een jongedame die zeker voor zichzelf kan zorgen. Abrupt weet hij tot stilstand te komen, Laurel eveneens staande dwingend vanwege hun armen welke nog steeds stevig in elkaar zijn gelinkt.
          Wanneer hij zichzelf naar haar heeft omgedraaid, voelt hij enkele druppels regen op zijn wangen terecht komen. En dat is hetgeen wat hem over de rand duwt — de koude spatten. Waarom wachten op iets wat nooit ofte nimmer zal komen, terwijl er voor hem iets prachtigs staat.
          Soren haakt zijn arm voorzichtig uit Laurel's.
          'Fuck — het spijt me helemaal niet.'
          Soren vouwt zijn handen om haar gezicht.
          En dan gaat de tijd ineens langzaam. Soren ziet haar kijkers verwijden — voelt haar hartslag onder zijn handen versnellen. En dan raken hun lippen elkaar koortsig. Soren voelt een kreun ontsnappen — het gevoel te lang geleden. En nu wil hij meer.
          Gedurende het begin gaat de kus langzaam — het zoeken naar de perfecte pasvorm voor tussen hen tweeën. Maar dan buigt Laurel haar lichaam ietwat, en vallen alle puzzelstukjes ineen. Instinctief weet Soren de kus te verdiepen — hongerig naar haar.
          En plotseling had de regen nog nooit zo goed gevoeld.


    •

    Jéremie ‘'Jem’' Matthias Dubois


    Direction is so much more important than speed,
    some are going nowhere, fast


    Versipellis – At Home – With Scarlett, Orpheus, Maddie & Lucas
          Waar Lucas hem met een knikje naar het warme drankje leidde, gaf Maddie er een vocale boodschap bij. ‘'Aangezien Lucas klaar heeft gemaakt voor een heel weeshuis, denk ik dat er nog wel genoeg over is, om slagroom moet je misschien met hem op de vuist.’' Een speelse grijns verscheen rondom zijn lippen waarna hij richting het pannetje liep. Tijdens het passeren van Lucas gaf hij de jongeman een plagende aai over zijn bol. ‘’Het zal ook eens niet zo zijn.’’
          Ook Scar had zich bij hem gevoegd en stond al klaar met twee mokken nog voordat hij het keukenkastje kon opentrekken. ’’Ik denk dat ik hem wel aan kan, ik doe alles voor slagroom." Zei Scar luchtig terwijl ze de chocomel inschonk. Het was voor hen gebruikelijk om in elkaars huis zich te gedragen alsof ze thuis waren. De gastheer rol had hij jaren geleden dan ook al achter zich gelaten en dat was een van de vele mooie kanten aan hun vriendschap. ‘'Ik zou maar rennen.’' Zei hij gericht aan Lucas op dezelfde luchtige toon als Scar zojuist deed ondanks dat de jongeman zijn weerwoord al had gegeven.
          Weliswaar was zijn verbazing misschien iets té aanwezig geweest, want enkele momenten zij zijn entree kondigde Maddie aan dat zij en Orpheus toch al val plan waren om weg te gaan. ‘’Oh, jullie hoeven niet te gaan vanwege ons.’’ Wierp hij hen tegen waarbij hij de schuld die aan zijn voeten lag wegduwde. Maar de manier waarop het koppel zich richting de deur bewoog vertelde hem dat dit niet iets was waar verandering in gebracht kon worden. Het was spijtig dat de twee al vertrokken aangezien zij over meer informatie beschikten wat het voorval eerder die avond betrof. Eigenlijk was dit wel informatie die zijn nieuwsgierigheid behoorlijk kriebelde. Zou het niet handig zijn om te vertellen wat er zojuist met Scarlett was gebeurd? Hij wisselde kort een blik met haar uit, om te peilen of ze het naar boven zou brengen, maar buiten haar blauwe ogen die de bewegingen van Orpheus volgde was er niets dat hintte naar een mogelijke bekentenis.
          Er werd nog kort gesproken over een run de volgende dag, maar dat had niets te maken met hem. Zodoende keerde hij naar het volgende waar hij toch wel zin in had: Chips. Het hele veranderen naar wolf formaat – patrouilleren en weer terug naar het mensen formaat koste toch best was energie, energie die hij deze avond ging bijvullen met een hoop ongezonde snacks en eigenlijk keek hij daar best wel naar uit.


    Adventurer at heart, but oh how she loved to be home







    Laurel Tallmund

    ”She craved the type of passion that even brought the Devil down to his knees..”

    • 25 • Alpha Versipellis • Soren •

    Geen van beide zeiden iets, zodra Laurel aangaf dat ze maar beter konden gaan. In haar hoofd echter leek wel een bom te zijn ontploft — gedachten welke alle kanten op leken te schieten, maar waar Laurel geen touw aan vast wist te knopen. Ze wilde iets zeggen, wat dan ook, om het vreemde gevoel wat nu tussen hen in hing te doen verdrijven. Het was een van de fijnste avonden in een hele lange tijd, en Laurel weigerde te geloven dat het zo moest eindigen.
          Maar de woorden bleven uit. Stierven weg op het puntje van haar tong als ze de paniek in Soren' ogen terug ziet en het daaropvolgende excuus weer klinkt.
          "Dat was stom."
    Net wanneer de brunette zichzelf er van wil verwijten dat ze stom bezig was geweest, worden haar woorden bijna hardop herhaald — zij het in een iets andere context. Met een lichte frons tussen haar wenkbrauwen in, en een niet begrijpende uitdrukking op haar gezicht, kijkt Laurel schuin naar Soren op. Haar verwarring groeit echter als Soren dan ook nog eens abrupt tot een stilstand komt, waarop ze eveneens gedwongen word te blijven staan.
          "Wat is—" De vraag die Laurel wilde stellen haalt zijn einde niet. Ze wilde hem vragen wat er stom was, maar daar waar ze eerder paniek had gezien in de paar heldere blauwe kijkers, was deze nu geheel anders. Een vlaag van onrust golft kort door de jonge alfa heen en de verwarring slaat opnieuw even toe als Soren zijn arm uit de hare haalt. Ging hij weg?
          Nog voor de eerste druppels vallen vangt haar scherpe neus de verse geur van regen al op, maar deze weet de al diep doorgedrongen geur van Soren niet meer te wissen, en valt daarbij in het niet. Laurel betwijfelde überhaupt of ze deze ooit nog kwijt zou raken — laat staan dat ze het zou willen. Het zou haar herinneren aan dit; deze avond met de jongen voor haar.
          "Fuck — het spijt me helemaal niet."
    Zachtjes vouwt Soren zijn handen om Laurel' gezicht — haar wenkbrauwen beide iets omhoog, verrast door zijn woorden. Wanneer Soren dichterbij komt versnelt opnieuw het ritme van haar hart en roffelt deze bijna bezeten door haar borstkas heen. Laurel voelt hoe de eerste vezels in haar lichaam op hem reageren en zodra zijn lippen de hare dan toch raken verdwijnt de verwarring van eerder. De kreun die ontsnapt laat een stille huivering door de brunette heen gaan, waarop ze de kus zonder enig aarzeling beantwoord.
          Haar handen glijden opnieuw over zijn borst heen — grijpen dit keer zacht naar de stoffen van zijn kleding om ze daar vast te houden — en terwijl Laurel haar lichaam dichter naar dat van Soren buigt, lijkt er in haar binnenste iets op zijn plek te schuiven. De onzichtbare band die tussen hen in was gegooid verankerde zich in de kern van haar wezen, precies daar waar nog nooit iemand had weten te raken.
          Dikke regendruppels vallen op hen neer, maar het ontgaat de jonge alfa volledig. Alles wat er om hen heen gebeurde mocht gestolen worden, maar dit moment met Soren nam niemand meer van haar af. Laurel proeft de honger in hun diepgaande kus — opende zich verder en evenaart hem met haar eigen gretige verlangen naar meer — terwijl de opwinding haar ademhaling opjaagt als deze door haar lichaam heen trekt.
          Er was geen enkel gevoel van spijt, want Soren was precies wie Laurel graag wilde.

    [ bericht aangepast op 22 maart 2020 - 0:51 ]


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    SOREN VIRTANEN

    •••

    Guardian • @ Street • & Laurel
          Vanaf het moment waarop Laurel zichzelf over weet te geven — voelt Soren de kus steeds dieper worden. Wanneer haar handen over zijn borstkas glijden, weet een tevreden brommend geluid vanuit zijn onderbuik te ontstaan. Nog steeds valt de regen gestaag op hen beiden neer — maar Soren voelt de druppels niet meer.
          Soren houdt zijn rechtse hand om Laurel's wang heen gevouwen, terwijl zijn linkse hand naar beneden glijdt — waar hij haar middel omvat. Wanneer hij zijn lippen voor haar opent, proeft hij nog steeds whiskey. Echter, ditmaal is het vermengd met diepere smaken — smaken die enkel en alleen bij Laurel eigen zelf horen. Alles doet hem denken aan de bossen en aan vrijheid. Soren kan haar wolvin vrijwel onderhuids voelen, alsof ze zowel op de loer ligt als genietende is — een gegeven wat hem zelf doet genieten.
          Wanneer Soren's hand op Laurel's middel zachtjes weet te verstrakken, trekt hij haar dichter tegen zichzelf aan. Direct voelt hij zijn lichaam instinctief reageren — zijn onderlichaam in het bijzonder. Verstarrend weet hij zijn heupen van Laurel af te draaien, zijn wangen langzaamaan rood wordend.
          'Woah, Laurel—'
          Soren weet de kus voorzichtig te doorbreken. zijn voorhoofd tegen Laurel's aanleunend.
          'Ik moet even— je weet wel. . .'
          Grommend sluit Soren zijn kijkers, zich focussend op zijn ademhaling en de koele avondlucht rondom. Langzamerhand weet hij zijn lichaam enigszins onder controle te krijgen — de hitte in zijn onderbuik iets afnemend. Zuchtend opent hij zijn kijkers, een lome glimlach rondom zijn mondhoeken gevouwen.
          'Nu wordt het nog moeilijker om je thuis te brengen.'
          Grijnzend drukt Soren zijn lippen zachtjes op Laurel's rechtse mondhoek, gevolgd door haar linkse mondhoek — waarna hij haar nogmaals dichter tegen zijn lichaam aan trekt. 'Maar, ik ga het wel doen — God, sta me bij.' Soren duwt een kus op haar voorhoofd, voelend dat de regen afneemt.


    •

    VEE      LAURIER
    Versipellis • The Raven • Home, Nox


          Hij deed precies wat ze had verwacht en toch deed het haar slikken toen hij zich als gestoken de andere kant op draaide. Alsof hij niet naar haar kon kijken wanneer ze in haar puurste vorm voor hem stond. Vee had nog nooit zo veelvuldig eenzelfde reactie gekregen. Mannen wisten niet hoe snel ze de kleding van haar lijf moesten trekken, de voorspelbaarheid van hun wezens iets waaraan ze allicht zo gewend was geraakt over de jaren dat Nox haar volledig in de war bracht met deze aanpak.
          Het enige goede wat eruit voortvloeide, was dat de wolvin haar gezicht niet leeg hoefde te scholen maar haar expressies op de vrije loop kon laten. Normaliter zou ze de grimassen onderdrukken terwijl ze zich in een nieuw shirt hees, maar ze wist niet eens of ze daar nu de kracht voor zou hebben. Lichamelijk voelde alles beter — maar tegelijkertijd was er zoveel fout.
          ‘Ben je weer gekleed?’ vroeg hij, nadat ze al enkele seconden in stilte naar zijn rug had gestaard alsof de antwoorden daar op magischer wijze zouden verschijnen.
          ‘Ja,’ antwoordde ze, niet veel harder dan een fluistering. Het was niet eens in haar opgekomen om er een sarcastische sneer aan toe te voegen.
    De zwartharige wist niet waar ze naar moest kijken, maar haar ogen gleden als vanzelf naar de groene poelen in het centrum van zijn gezicht zodra hij zich langzaam opnieuw tot haar wendde. Hij bewoog, zij bewoog — het was iets waar ze voor deze avond nog nooit zo bij stil had gestaan.
          ‘Vee.’ Die stem—zijn stem—zou haar nooit Vivianne noemen. Het was slechts één lettergreep, haar naam, maar ze wilde dat hij hem nog eens zou noemen. ‘Wil je dat ik blijf of wil je dat ik ga?’
    De woorden hingen tussen hen in omdat ze zich niet eens aan hen wilde branden. Ze betekenden niets. Een kus die haar tot aan haar sterfbed zou volgen, of de manier waarop zijn voetstappen hadden geklonken toen hij er vandoor was gegaan — dat waren dingen die onherroepelijke impact hadden.
          ‘Je mag niemand vertellen wat er is gebeurt nadat Laurel wegging,’ begon ze, zich beseffend dat ze hem niet had verteld over de afwezigheid van haar wolvin. Ze zou hem niet nog meer zorgen geven, besloot ze, waardoor ze dat onderwerp ook niet aansneed. ‘Dit blijft tussen jou en mij.’
    Hoewel de woorden niets behalve serieus waren, ontleende Vee toch haar niet—gewonde arm naar voren, waar ze haar pink tussen hen in de hoogte in stak.
          ‘Zweer het,’ gebood ze hem, ‘dan kun je naar huis.’






    Feel the fire, but do not succumb to it.

    .

    [ bericht aangepast op 22 maart 2020 - 14:13 ]


    Bicycle, unicycle, unitard. Hockey puck, rattlesnake, monkey, monkey, underpants.







    Laurel Tallmund

    ”She craved the type of passion that even brought the Devil down to his knees..”

    • 25 • Alpha Versipellis • Soren •

    Als Soren met een van zijn handen haar middel omvat en hij Laurel nog dichter naar zich toe trekt, weet een zacht geluid door haar keel heen te glijden. Haar grip op hem verstrakt zich meer, terwijl enkele zintuigen steeds verder geprikkeld raken. Laurel proefde Soren en voelde hem overal waar hij haar aanraakten. Ze hoorde hem.
          "Woa, Laurel—"
    Zeg dat. Langzaam verbreekt Soren de kus, wat hem bijna een zachte jammer oplevert — ware het niet dat Laurel haar ademhaling eerst eens terug op een normaal niveau moest zien te krijgen. Zacht krullen haar mondhoeken iets op, haar borstkas snel op en neer deinend, terwijl ze Soren's even snelle hartslag meent op te vangen.
          "Ik moet even— je weet wel. . ."
    Zachte blossen kleuren Laurel's wangen nog verder rood terwijl zijn voorhoofd tegen het hare rust. De grom die Soren laat horen rommelt door tot in haar binnenste — waar haar wolvin opgewonden op lijkt te reageren terwijl ze de band liefkoost die nu tussen hen in ligt, en hem tracht te beschermen tegen wie dan ook die hem wilde schaden.
          Het brandende verlangen ruist als een verzengende hitte door haar aderen heen, maar weet op een geleidelijke manier af te nemen als Laurel haar hamerende hart tot een bedaren weet te brengen.
          "Nu wordt het nog moeilijker om je thuis te brengen."
    Grinnikend kijkt Laurel naar Soren op, maar sluit haar ogen heel even als hij één voor één haar mondhoeken kust — alvorens Soren haar weer dicht tegen zich aantrekt. De weg terug naar huis was geen uren meer en nu kromp ze nog meer in een bij de gedachten dat haar voordeur toch echt een keer in zicht kwam.
          "Maar, ik ga het wel doen — God, sta me bij."
    "Het lukt je wel," sprak Laurel zacht, haar stem nog een beetje vervuld met een lichte trilling van opgewondenheid, en een kleine aarzeling die liet klinken of het haar überhaupt zelf wel ging lukken.
          Haar vingers gleden over zijn kleding heen — daar waar ze twee tellen eerder het stof nog verkreukeld had onder haar grip — terwijl ze haar donkere kijkers terug naar Soren opsloeg. De regen liet hen beide nog altijd ongestoord en hoewel het gestage af begon te nemen, veegde Laurel zacht een paar rollende druppels van Soren's wang af. Als Laurel haar blik af laat dwalen naar zijn lippen, zinken haar tanden onbewust in haar onderlip en voelt ze de hitte gevaarlijk een keer opvlammen.
          "Maar dan moeten we nu gaan," spreekt Laurel dan hees, een donkere gloed door haar eigen kijkers heen. "Anders weet ik niet of het mij wel gaat lukken."


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    SOREN VIRTANEN

    •••

    Guardian • @ Street • & Laurel
          Wanneer zijn woorden leiden tot Laurel's lach — voelt Soren het gapende gat binnen in zijn borstkas helen. Zojuist had ze een glimlach laten zien die haar kijkers niet had weten te bereiken. Nu lacht ze weer met alles hetgeen ze kan bieden — een stralende zon op een late avond.
          'Het lukt je wel.'
          Soren betwijfelt het — voornamelijk door het gevoel van Laurel's vingers die over zijn kleding heen en weer glijden. Huiverend sluit hij zijn kijkers, kortstondig — aangezien hij zichzelf niet wil laten meeslepen, of niet kan laten meeslepen. Soren dwingt zichzelf Laurel om weer onder ogen te komen — hetgeen hem niet doet kalmeren.
          'Maar dan moeten we nu gaan. Anders weet ik niet of het mij wel gaat lukken.'
          Soren's handen ballen zich in haar middel, haar nogmaals tegen zich aantrekkend. Grommend duwt hij zijn gezicht in haar inmiddels vochtige lokken — haar geur in zichzelf opnemend. Soren zucht hard, waarna hij zichzelf voorzichtig los tracht te maken. Hetgeen hij niet wil nu. Hij wil meer.
          'Dit wordt m'n dood nog,' kreunt hij dan ietwat overdreven.
          Grijnzend draait hij zichzelf een simpele kwartslag — waarbij zijn arm bezitterig rondom Laurel's middel heen blijft liggen. Onder de stof van haar gevoerde hoodie, voelt haar heup zacht aan. Slechts op wilskracht weet hij verder te lopen langs Laurel — af en toe een blik opzij werpend.
          Uiteindelijk weet Laurel tot stilstand te komen, gebarend naar haar huidige woonplaats. Soren kijkt echter niet op of om — zijn blik vast geklampt aan haar gezicht. Voorzichtig veegt hij een wilde lok haar achter haar oor, de regen inmiddels volledig verdwenen.
          'Deze avond was. . . Bedankt, Laurel. Mag— Mag ik je binnenkort bellen?'
          Soren buigt zich langzaam voorover, zijn lippen opnieuw zacht op de hare drukkend in een afscheidskus. Nukkig komt hij weer overeind — te bang om zichzelf mee te slepen in zijn gevoelens. Soren geeft een zacht kneepje in Laurel's zij die hij geen moment los heeft gelaten.


    •

    Ollie Grey
    21 • Very French • Lupus Sanguinibus / Babysitter / Restaurantmedewerker • The Diner • Ugh customers • Eli and Asher


    Eli leek zo blij als een kind tijdens het vallen van de eerste sneeuw, toen ik hem vertelde dat hij echt mocht helpen donuts maken. Ach, we hadden toch niets anders te doen, en de schappen konden niet leeg zijn voor potentiële klanten. Ik was nog niet achter de toonbank om een glas sap voor hem te halen, toen de bel ging. Mijn volledige houding veranderde naar een versie van mezelf die heel vriendelijk en klantgericht was. Het was een toneelstukje, zeker nu, maar dat hoefden de klanten niet te weten. Ik heette de man welkom. Eli kende hem duidelijk en hij Eli ook. Ik had hem alleen nog hier en daar vaag gezien. Mij was verteld dat hij een leraar was, maar sinds ik hier niet op school had gezeten, had ik hem ook nooit meer gezien dan heel sporadisch.
    Hij vroeg me of hij iets kon eten, waarna ik hem vertelde wat we hadden, of in elk geval het deel van het menu wat ik kon maken. Ik was zeker geen keukenprinses, maar de meest bestelde dingen kon ik zeker maken. De man fronste even, waarbij ik niet goed wist of het kwam omdat ik niet duidelijk was geweest, of omdat hij nog niet wist wat hij wilde. Het bleek het laatste, of in elk geval dat maakte ik op uit zijn antwoord. "Oui." zei ik met een glimlach. "Un... Een momentje, alstublieft."
    Ik bedacht me dat hij misschien ook wat wilde drinken. Zijn antwoord deed mij op mijn beurt een beetje fronsen. Ik had altijd geleerd netjes u te zeggen tegen ouderen, en zeker leraren, maar blijkbaar hoorde dat hier niet. Tja, sommige dingen verleerde je niet zo snel. Ik knikte en stapte toen de keuken in, om alvast de gril en de frituur aan te zetten. Terwijl die warm werden zette ik alles klaar. Ik had zelfs tijd over om Eli's sapje te persen.
    Ik bracht het drankje naar mijn vriend en legde zacht zijn vrije hand ertegen, zodat hij het glas niet per ongeluk zou missen en van tafel zou slaan. "De burger met friet komt er zo aan. Wilde u... Excusez-moi je er nog wat bij drinken?" vroeg ik aan de man, Asher volgens mij. Hij had een aardige uitstraling, maar toch hield ik mijn afstand. Hij leek dan wel niet onder de indruk van Eli's magische uitstraling, en volgens mij had iemand me verteld dat hij van de wolven wist, hij bleef een mens. Dat was overduidelijk.
    Na zijn antwoord op mijn vraag liep ik terug de keuken in, om daar de burger op de gril en de friet in het vet te gooien. Ik maakte het broodje vast klaar op mijn gemak. Dit was heel anders dan de drukte soms, al was ik dan meestal ook niet in de keuken. Mijn ouders stonden dan liever zelf in de keuken. Ik was namelijk ook niet super efficiënt met koken volgens hen. Ik deed het gewoon op de manier die werkte voor mij, maar ik vond het wel prima. Dan hoefde ik ook minder vaak letterlijk mijn pootjes te branden.
    Toen het eten klaar was, bracht ik het bord met de burger en de friet naar de tafel. "Eet smakelijk" zei ik met een glimlach. Ik liep toch weer terug de keuken in, hoe graag ik ook blij mijn vriend ging zitten. Ik vond het toch wat ongemakkelijk met Asher erbij. Ik zette de gril en frituur weer uit en ruimde de keuken maar weer op. Daarna bleef ik wat achter de toonbank staan, waar ik maar kopjes ging afwassen, terwijl ik luisterde naar het gesprek van de heren.



    Bowties were never Cooler







    Laurel Tallmund

    ”She craved the type of passion that even brought the Devil down to his knees..”

    • 25 • Alpha Versipellis • Soren •

    De reactie die haar woorden teweeg brachten bij Soren, streelde haar vrouwelijke ego subtiel — van het ballen van zijn vuisten in haar middel, tot de grom die hij liet klinken alvorens zijn gezicht in haar natte lokken te steken. Laurel humde zacht, terwijl Soren op zijn beurt een harde zucht liet klinken.
          "Dit wordt m'n dood nog," kreunt hij bijna verslagen.
    Laurel bijt opnieuw op haar onderlip om zo een lach te smoren tot een subtiele grinnik.
          "Ik zal lief zijn," bracht ze uit, zowel zichzelf als hem plagend met de subtiele opmerking.
    Met zijn arm rondom haar middel draaide Laurel samen met hem mee, om zo de laatste lange meters naar haar huis af te leggen. Onderweg keek ze enkele keren schuins omhoog, om tot de ontdekking te komen dat Soren precies hetzelfde deed, gezien zijn blik de hare kruiste als ze naar hem keek. Nog nooit was de weg naar huis Laurel te snel gegaan, maar eens haar ouderlijke huis in zicht kwam, bracht ze hen beide tot stilstand — gebarend in de richting van de donkere woning.
          Als Soren zacht een lok van haar haren achter haar oor veegt, voelt ze het weke gevoel in haar onderbuik onder de blik waarmee hij naar haar kijkt.
          "Deze avond was. . . Bedankt, Laurel. Mag— Mag ik je binnenkort bellen?"
    Laurel weet haar mondhoeken iets omhoog te duwen. Ze had geen verdere woorden nodig om deze avond voor hen beide te omschrijven — er bleef tenslotte nog maar weinig over van wat er in de buurt van perfect kwam voor haar. Laurel beantwoord de laatste kus die Soren haar geeft en probeert het nukkige te negeren, omdat het er voor haar niet makkelijker op werd hem zo te laten gaan.
          "Jij ook bedankt," fluisterde ze, haar hoofd een klein stukje gekanteld als ze naar Soren opkijkt. "Ik zou het heel fijn vinden als je me wil bellen. Of langskomen, je weet nu waar ik woon."
    Subtiel knikte Laurel naar het oude huis achter hen, waarna ze een gebaar maakte naar Soren's mobieltje zodat ze haar nummer er in kon zetten. Zodra Laurel deze weer terug had gegeven nam de zwaarte van het afscheid pas echt toe.
          En ze wilde niet. Ze wilde niet dat hij ging.
    Het was bijna bizar te noemen wat er zich vanavond tussen hen gevormd had, maar geen enkel vezel in haar hele lichaam twijfelde er ook maar één seconde aan. Zij wist wat ze voelde, haar wolvin alleen was daar al duidelijk in.
          "Niks moet, Soren," glimlachte Laurel vervolgens zacht, waarbij ze haar hand licht op zijn borst plaatste — precies daar waar ze zijn hart het hardste voelde kloppen. "Volg je gevoel." Laurel wilde niet dat hij zich gedwongen voelde tot wat dan ook — ze wilde dat, wat het ook was dat zich tussen hen ontplooide, het oprecht bleef. Precies zoals het nu was.
          "Dat doe ik ook."
    Nog éénmaal trok ze Soren naar zich toe voor een kus — gaf in deze laatste afscheidskus alles wat ze in zich had aan hem — alvorens Laurel zich met veel meer moeite terug wist te trekken.
          "Slaap lekker alvast," fluisterde Laurel.
    Ze moest zich volledig terug trekken om de afstand tussen hen in te vergroten — door tevens ook achteruit te gaan zodat ze zich kon omdraaien. Haar wolvin gromde ontevreden, dwong haar om terug te draaien naar de jongen achter haar, maar Laurel durfde het niet. Ze beet hard op haar onderlip terwijl ze iets ineen kromp door de plotselinge kou om haar heen. De goden mochten weten wat ze zou doen als ze Soren weg zag lopen.


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'


    𝔑𝔬𝔵 - ℌ𝔞𝔡𝔢𝔬𝔫

    𝔐𝔶 𝔇𝔢𝔪𝔬𝔫 𝔦𝔰 𝔫𝔬𝔱 𝔰𝔬𝔪𝔢𝔱𝔥𝔦𝔫𝔤 𝔱𝔥𝔞𝔱 𝔠𝔞𝔫 𝔟𝔢 𝔠𝔬𝔫𝔮𝔲𝔢𝔯𝔢𝔡


    𝔜𝔦𝔫/𝔜𝔞𝔫𝔤      -      𝔙𝔢𝔢'𝔰 𝔊𝔞𝔯𝔞𝔤𝔢      -      𝔙𝔢𝔢
          De stilte die hem begroet na het uiten van zijn vraag lijkt de langste die hij ooit heeft overbrugd binnen een conversatie met haar. Er valt niets van haar gezicht te lezen en hij zou hier de vermoeidheid de schuld van kunnen geven, al zou hij niet beter weten. Vee is altijd even doorzichtig als dat ze onleesbaar is. Haar acties een open boek voor hem, de processen in haar hoofd onbekend terrein. Hoewel ze hem niet direct weg stuurt, voelt het voor hem onvermijdelijk.
          "Je mag niemand vertellen wat er is gebeurt nadat Laurel wegging. Dit blijft tussen jou en mij." En die woorden zijn als een plens koud water. Hoewel ze buiten zichzelf was draagt ze de herinnering klaarblijkelijk nog helder en het heeft niet lang geduurd of ze heeft een conclusie getrokken. Niemand mag dit weten. Ze schaamt zich ervoor, de woorden als een fluistering door zijn hoofd.
          Vee buigt zich naar hem toe en steekt haar hand naar hem uit, haar pink geheven in een gebaar wat hij maar al te goed kent. Aan zijn geestesoog flitst ze voorbij, haar pink omhoog om hem te laten beloven dat hij niemand verteld over tequila shots aan de bar, gevolgd door de belofte nooit te vertellen dat hij haar naar huis loopt als een chaperonne en daarna het moment dat ze hem beloofd nooit met iemand te delen dat hij soms het verschil tussen links en rechts niet kent.
          "Zweer het," gebied ze hem, "dan kun je naar huis."
          En het is dat hij weet dat ze op instorten staat, dat Vee genoeg heeft gehad voor vandaag, of waarschijnlijk wel voor de hele week. Wat zij wil is op dit moment belangrijker dan alles wat er door hemzelf heen raast, alles wat onuitgesproken tussen hen in hangt. En dus haakt Nox zijn pink achter de hare, werpt nog een laatste blik in haar blauwe ogen en poogt zijn stem zo neutraal mogelijk te houden.
          "Ik zweer het."


    Marrow deep, soul deep, essence deep