• BESTIALISSIMOS


    Fulgur Falls - Maine, USA

    In de regenachtige, dicht beboste omgeving van Maine ligt het stadje Fulgur Falls. Het kreeg zijn naam vanwege de onmetelijke blikseminslagen die het al gekend heeft, die wonder boven wonder nog geen enkel dodelijk slachtoffer gekend hebben. Dat is echter niet het meest bizarre aan deze vreemdsoortige plaats.
    Het is de thuishaven van vele bovennatuurlijke wezens en half-mensen. Aan de absolute top van deze eeuwenoude hiërarchie behoren de Lycantropen - de weerwolven.
    Deze zijn zich doorheen de jaren gaan onderscheiden in twee geheel tegenovergestelde Roedels; Lupus Sanguinibus en Versipellis.
    De eerste bestaat uit aristocratische families, die hun bloedlijn al generaties lang zo zuiver en intact mogelijk willen houden. Ze zijn de bewaarders van alle kennis omtrent hun soort en de bewakers van de regels. Zij staan bekend om hun intelligentie en gecontroleerde vechttechnieken.
    De Versipellis zijn dan weer een relatief jonge Roedel. Zij hebben zelf hun familie samen gesteld en verwelkomen iedereen die nergens anders terecht kan. Ze worden veelal gezien als beschermers, zowel van hun eigen Roedel als van de Lupus leden. Hun kwaliteiten bestaan onder ander uit compassie en mededogen, waardoor ze het vaak minder strikt met de regels nemen.

    Toch dient de strikte code in acht genomen te worden, zeker nu een onbekend gevaar zich heeft aangediend in de eens zo veilige haven; een burger heeft tegen hun wil De Beet ontvangen. Dat druist in tegen het meest voorname principe van elke weerwolf. De Lycantropische Raad heeft reeds bepaald dat geen van beide Roedels met het voorval gemoeid zijn, en er een derde partij in het spel is. Het onderzoek is reeds ingezet, terwijl men in afwachting van de volle maan het slachtoffer nauwlettend in de gaten houdt, hopend dat De Beet niet gewerkt heeft.


    De Roedels

    Lupus Sanguinibus
    Aristocraten, plichtsbewust. Eén Alfa.
    Wolven
    ♰ Orpheus Spencer Grey • m • 23 • Bloed • Council Member/Student • Hanson • 1
    ♰ Harvey Lowel Armistead • m • 37 • Bloed • Alfa/Houthakker • Witcher • 3
    ♰ Maddie Grace Travers • v • 22 • Bloed • Cleverness • 3
    ♰ Scarlett Young • v • 25 • Bloed • Joy_x • 4
    ♰ Oliver Louis Desrosiers-Grey • m • 21 • Bloed • KIaus • 5
    ♰ Evelyn Finley Gardner • v • 25 • Beet • Dierenarts • Witcher • 6

    Mensen
    (beperkt)
    ♰ Dove Lazaroth • fluid • 22 • Onbewust • FreeThyself • 2


    Versipellis
    Personen boven regels. Duopositie Alfa.
    Wolven
    ☮Vivianne "Vee" Laurier • f • 21 • Bloed • Bartender • Dreamweaver • 2
    ☮ Lucas Alexander Sanders • m • 20 • Bloed • Venustic • 3
    ☮ Jérémie ‘'Jem’' Matthias Dubois • m • 22 • Bloed • Fika • 4
    ☮ Laurel Tallmund • v • 25 • Bloed • Alfa • Elentiya • 4

    Mensen
    ☮ Linden Rose Orbin • v • 21 • Onbewust • Bibliothecaresse • Hanson • 1
    ☮ Asher Ambrose Steele • m • 27 • Bewust • High School leraar • Venustic
    ☮ Soren Virtanen • m • 25 • Bewust • Guardian • Quinlan

    Ander
    ☮ Nox "Hadeon" Zion • m • 22 • Half Demon • Cleverness • 2
    ☮ Eli Bellamy • m • 24 • Magiër • Theezaak • Witcher • 2
    texttextexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttexttext





    [ bericht aangepast op 14 mei 2020 - 19:17 ]


    Bicycle, unicycle, unitard. Hockey puck, rattlesnake, monkey, monkey, underpants.


    𝔑𝔬𝔵 - ℌ𝔞𝔡𝔢𝔬𝔫

    𝔐𝔶 𝔇𝔢𝔪𝔬𝔫 𝔦𝔰 𝔫𝔬𝔱 𝔰𝔬𝔪𝔢𝔱𝔥𝔦𝔫𝔤 𝔱𝔥𝔞𝔱 𝔠𝔞𝔫 𝔟𝔢 𝔠𝔬𝔫𝔮𝔲𝔢𝔯𝔢𝔡


    𝔜𝔦𝔫/𝔜𝔞𝔫𝔤      -      𝔙𝔢𝔢'𝔰 𝔊𝔞𝔯𝔞𝔤𝔢      -      𝔙𝔢𝔢 𝔞𝔫𝔡 𝔏𝔞𝔲𝔯𝔢𝔩



          Vee haar saluut in Laurel haar richting is gelukkig lang niet zo spottend als Nox zou verwachten bij zo'n gebaar en hij is blij dat de zwartharige er niet op uit is meer stennis te schoppen dan nodig is. Hij vraagt zich af hoe Laurel hierop gaat reageren, maar vind haar ogen op zijn eigen persoon wanneer hij weer in haar richting kijkt en vraagt zich af of ze het überhaupt heeft gezien.
          "En wij moeten nog eens praten," richt ze tot hem, haar blik scherp. Nox slikt moeilijk en knikt slechts zachtjes bij dit statement. Misschien is het inderdaad beter als ze eens praten, beter dat alles wat tussen hen in lijkt te staan op tafel word gegooid. De tweestrijd die hij eeuwig lijkt te hebben is iets persoonlijks en iets wat hem continu achtervolgt en hij wil dat zij dit weet. Dat ze begrijpt dat hij uit de roedel zou stappen als het de veiligheid van de anderen beter kon garanderen, maar bang is wat dit voor hemzelf zal betekenen. Wat de consequenties zijn voor hem wanneer hij iets achter zich laat waar hij gelukkig van wordt en Hadeon zo'n enorme zet laat winnen. De pure angst dat zijn eigen negatieve emoties de demon alleen zullen versterken en hiermee juist een averechts effect zullen hebben, wat heel Fulgur Falls in gevaar brengt.
          "Dankjewel, Laurel," uit hij, hopend dat ze in zijn ogen kan zien dat hij het meent. Ze had er op kunnen staan dit gesprek nu te voeren, maar geeft hem de mogelijkheid voor het meest dwarse lid van de roedel te zorgen. "Ik zorg dat Vee oké is. Tot snel."
          Zijn ogen blijven gericht op haar rug tot hij haar niet meer kan zien, alvorens hij zich met een zucht tot Vee wend. Langzaam begint de adrenaline weg te vagen, hetgeen er voor heeft gezorgd dat hij grip kon houden op de situatie. Nu komt langzaam het daadwerkelijke besef dat hij Vee heeft aangevallen, wonderbaarlijk genoeg voor het eerst sinds ze elkaar kennen, wat de volgende vlaag angst aandraagt. Wat als Vee — juist op dat moment grimassend van de pijn — vanaf nu naar hem zal kijken om Hadeon te zien, herinnerd te worden aan wat er dan ook is voorgevallen.
          "Als je me niet van plan bent naar bad te dragen. . ." werpt ze hem juist op dat moment toe, zonder hem een blik waardig te keuren. Ze laat zichzelf op het grove hout van de werkbank zakken — wat alles behalve comfortabel kan zijn — en strekt zich er uit als een luie kat, fles nog steeds in de hand en er absoluut geen rekening mee houdend dat ze nog steeds slechts is gehuld in zijn weinig toereikende trui. Laurel heeft dan schone kleren voor haar mee gepakt, misschien is het inderdaad maar beter haar eerst te laten douchen om het vuil en opgedroogd bloed van zich af te spoelen.
          "Je had hem moeten zien, Nox, hij was ziedend. Volledig buiten zinnen. Hoogstwaarschijnlijk walgend van de mogelijke ziektes van een wolven zoen," verkondigt ze tegen het plafond nog voor hij kan antwoorden op haar eerdere woorden. Hij voelt hoe het bloed uit zijn gezicht trekt bij het gemak waarmee ze erover begint en het feit dat hij daar misschien helemaal nog niet klaar voor is. Haar 'je had hem moeten zien' snijd door hem heen, zichzelf bewust van het feit dat hij Hadeon nog nooit heeft gezien, geen idee heeft hoe hij er dan uit ziet. Susan heeft het hem eens beschreven na zijn eigen aandringen, waar hij achteraf spijt van heeft gehad.
          "Ik zei toch dat het unladylike was," mompelt hij afwezig, beseffend dat hij te ver in zijn eigen gedachten aan het zinken is en terugdenkend aan het moment dat ze zijn gezicht had gelikt, voor deze hele shitshow begon. Hoe snel heeft de situatie een wending kunnen nemen? Hij overbrugt de afstand die hij eerder had gecreëerd en leunt met zijn heup tegen de werkbank om op haar neer te kunnen kijken. "Vee ik denk dat het heel verstandig is om een bad of douche te nemen. Schoon worden en warmte voor je spieren."
          Achteraf kleding aan, voegt hij toe in zijn hoofd, plotseling heel bewust van het feit dat ze na Laurel haar vertrek alleen zijn in Vee's huis — iets wat al veel vaker is voorgekomen, maar wat na alle gebeurtenissen van vanavond ineens veel meer beladen voelt van zijn kant — en dat zij nauwelijks iets aan heeft.
          "Kan je me daarna vertellen wat er is gebeurd toen ik..." het spiertje in zijn kaak trekt kort samen, "weg was."
    Hij durft niet te vragen of hij haar daadwerkelijk moet dragen, aangezien hij niet goed kan peilen of ze een grapje maakte of niet. Nox heeft geen zin om haar woede over zich heen te halen door te bezorgd op te treden en steekt dus slechts zijn hand uit om haar eventueel weer overeind te helpen.


    Marrow deep, soul deep, essence deep

    Orpheus Spencer Grey

    22 | Lupus Sanguinibus | Oracle | Council Member | Maddie & Lucas

    Het zat hem niet lekker Laurel alleen achter Nox aan te laten gaan, maar orders waren orders. Bovendien was ze Alfa om een reden en moest hij erop vertrouwen dat ze zichzelf zou kunnen redden. Het was dan ook met tegenzin dat Orpheus besloten had huiswaarts te keren.
    "Maddie?" riep hij zodra hij binnen was, waarbij hij naar gewoonte zijn sleutels aan de kapstok hing. Het werd hem echter al vrij snel duidelijk dat zijn verloofde er niet was, gezien er geen antwoord kwam en hij ook geen stuiterende rode krullenbol te zien kreeg. Niet dat dat zo verwonderlijk was; ze woonden tenslotte nog niet samen - al bracht ze tegenwoordig steeds vaker bij hem de nacht door. In het begin had hij er enorm aan moeten wennen overal spulletjes van haar aan te treffen; haar rekkers -nee, scrunchies, had ze hem verbeterd, een vergeten sjaal, en inmiddels verscheidene sterk geurende crèmes. Ondertussen was hij het zelfs leuk gaan vinden, was het bijna een soort van schattenjacht geworden. Het waren kleine dingetjes waarin hij haar kon ontdekken en terug vinden zelfs als ze er niet was.
    Het bracht hem dan ook een glimlach toen hij zodra hij de badkamer in liep de tube tandpasta zag liggen zonder dop. Hij schudden zijn hoofd en draaide het ding weer dicht. Hij had er kwaad om kunnen worden maar stiekem vond hij het schattig hoe ze zo'n warhoofd was. Hij hield er van hoe ze meer wel dan niet twee verschillende sokken droeg, en hoe ze hem soms op de zenuwen werkte door een uur in stilte door te brengen maar hem dan net tijdens de film iets te willen vertellen. Ze was een vat vol tegenstrijdigheden en ze wist hem zo intens te boeien.
    Orpheus stapte in de douche en nam zijn tijd om zichzelf weer helemaal schoon te schrobben en zijn haren een stevige wasbeurt te geven tot hij zich weer een beetje mens voelde. Hoe zeer hij er ook van genoot in zijn Second Skin rond te lopen; hij vond het minstens net zo prettig zich nadien weer op te kunnen frissen.
    Eens hij voldoende proper en afgedroogd was trok hij naar de slaapkamer toe, waar hij een klassieke broek met een simpel shirt en een warme trui uit de kast haalde. Nadat hij zich aangekleed had voelde hij zijn buik rommelen, en maakte beneden een boterham met pindakaas. Terwijl hij een hap nam stopte hij het mes meteen in de vaatwasser, zodat Maddie het niet per ongeluk kon gebruiken later. Vervolgens nam hij een nieuw mes en smeerde hij voor haar een boterham met de mierzoete frambozenjam die ze had meegebracht en wikkelde deze in plasticfolie.
    Toen hij klaar was met eten en de keuken weer netjes was wilde hij net aan de computer gaan zitten om het verslag dat hij aan Harvey beloofd had uit te typen wanneer hij zijn mobieltje hoorde gaan. Hij hoefde niet te twijfelen wie het was. Maddie's persoonlijke berichttoon was namelijk een opname van haar melodieuze gegiechel.
    TO: Maddie
    OMW. Chocomonster.

    Hij stopte zijn telefoon in zijn broekzak zodra het bericht verzonden was en plukte de boterham die hij voor haar in de koelkast had gelegd er weer uit. Nadat hij zijn sleutels van de kapstok gehaald had en de deur achter zich op slot gedraaid had stapte hij in zijn wagen, waarna hij richting Lucas reed.
    Daar belde hij aan, maar gaf vervolgens toe aan de ijzersterke impuls om drie keer aan te kloppen. Het was sterker dan zichzelf, dat was het altijd al geweest.


    Bicycle, unicycle, unitard. Hockey puck, rattlesnake, monkey, monkey, underpants.

    VEE      LAURIER
    Versipellis • The Raven • Home, Nox


          Nox was niet de enige wiens energie als sneeuw voor de zon leek te zijn verdwenen zodra de rust binnen de garage was wedergekeerd. Het kwam niet vaak voor dat ze zoveel had moeten incasseren, grotendeels te wijten aan het feit dat Vee (hoe kon het ook anders) meer een aanvaller dan een verdediger was. Hadeon had haar daarnaast ook nog eens overvallen met zijn bloedlust. Als een pitbull was hij haar te lijf gegaan — geen ander doel voor ogen dan onherstelbare schade aanrichten. Terugkijkend op het gevecht wist Vee haar fouten te benoemen, ze strafte zichzelf af op elke misstap die ze had gemaakt en rekende zich nog meer de aarzeling aan die hem alle mogelijkheid had gegeven om haar persoonlijke ruimte te betreden. Vanaf daar was het bergafwaarts gegaan en, zoals ze al eerder nuchter had geopperd, was het een dodelijke zet geweest als Hadeon haar daadwerkelijk had willen vermoorden.
          In die laatste momenten, waarin ze zelfs in het heetst van de strijd begreep dat ze aan het verliezen was, had ze alleen maar aan Nox gedacht — aan de jongen achter het monster en diens vurige wangen wanneer ze hem een ongepaste opmerking toeslingerde, wiens geur ze naar het einde van de wereld zou kunnen volgen.
    Er komt een moment dat hij meer Hadeon is dan Nox en dat hij er naar zal verlangen mij aan het roer te laten. De pijn die het hem doet drijft hem hier steeds verder naar toe. Vee knipperde enkele malen, haar grip om de flessenhals zo strak dat haar knokkels wit uitstaken.
    Het was akelig stil gebleven na haar onverschillige uitlating over haar ontmoeting met Hadeon, zodanig zelfs dat Vee haar gezicht een stukje van de werkbank had opgetild om Nox te spotten, welke asgrauw was blijven staan.
          ‘Ik zei toch dat het unladylike was?’ mompelde hij uiteindelijk zonder echt haar kant op te kijken, waardoor Vee de fles halverwege een nieuwe koers naar haar mond onderbrak. Oh. Ze voelde haar mondhoeken trillen, niet wetend of ze wilde glimlachen om zijn onschuldige gedachtegang of het idee dat hij daadwerkelijk helemaal niets had gemerkt van het moment waarop ze haar lippen tegen de zijne had gedrukt. De pure schok, gevolgd door onvervalste walging, kroop ongewild haar gedachten binnen. Het was niet Nox' reactie geweest en toch. . . Het was een onmogelijke opgave aan te wijzen waar Nox eindigde en Hadeon begon.
          ‘Vee ik denk dat het heel verstandig is om een bad of douche te nemen. Schoon worden en warmte voor je spieren.’ Hij was teruggekomen naar de werkbank, waar hij nu tegenaan leunde, hetgeen wat hij niet onder woorden bracht bijna zichtbaar achter de mistige glans in zijn ogen.
    Vee had één van haar wenkbrauwen eigenwijs de hoogte in gerezen, toen ze zijn blik kruiste. De gelige lamp achter hem zorgde ervoor dat hij in een halo van licht stond, wat haar zodanig overrompelde dat ze hem enkel aanstaarde. Zelfs met de donkere kringen onder zijn ogen, de verslagenheid in zijn schouders en de beurse uitstorting die zijn sleutelbeen decoreerde had Nox er nog nooit zo. . . bovenmenselijk uitgezien.
    Goddelijk — er was geen ander woord om het te omschrijven.
          ‘Kan je me daarna vertellen wat er is gebeurd toen ik... weg was.’
    Ze verschoof haar blik stijfjes naar de hand die hij haar goedbedoeld aanbood, wetende dat ze ongevraagde aanrakingen meestal met weinig enthousiasme ontving. Zacht uitgedrukt.
    Misschien was het de alcohol die door haar bloedbaan stroomde en de uitputting en de melancholie van het bijna—sterven, maar Vee's wangen gloeiden als twee miniatuur zonnen. Ze duwde zichzelf zo snel overeind dat de fles uit haar hand glipte en uiteen spatte op de grond naast hen.
          ‘Misschien is het beter—’ Vee knarste haar tanden halverwege die zin, daadwerkelijk horend wat ze zei— ‘het zou verstandig zijn als je ging.’
    Haar ogen kropen automatisch terug naar de afdrukken die haar vingers hadden achtergelaten op zijn hals, de neiging deze aan te raken onderdrukkend. Het was alsof de lucht die ze zo traag mogelijk probeerde te inhaleren elektrisch geladen was en zich moeiteloos vastklampte aan de hitte waarmee haar huid inmiddels in vuur en vlam leek te staan. Eén beweging en ze zou losrafelen. De blik in Vee's ogen werd bijna koortsachtig nadat haar tong gedachteloos over haar lippen was gegleden, de restjes rum en bloed proevend die ze daarbij verorberde. Het geluid dat vervolgens over haar tong rolde, maakte dat ze ontwaakte uit de trans.
          En zich tegen beter weten in van de werkbank liet zakken, elke wiebelende stap richting de trap één te veel, alsof ze zich los probeerde te rukken uit drijfzand en haar dodelijke greep rondom de trapleuning niet zozeer voor meer stabiliteit was maar een anker om te voorkomen dat ze zich om zou draaien.
          Ze kon hem niet aankijken. Ze kon hem niet aankijken. Het zou haar ondergang worden.
          Vee klemde haar kaken op elkaar en dwong zichzelf iets te zeggen, wat dan ook, maar er kwam helemaal niets samenhangend over haar lippen terwijl ze aan de grond genageld stond.
          ‘Alsjeblieft,’ fluisterde ze, niet wetend of ze hem smeekte om te gaan, of te blijven.



    [ bericht aangepast op 15 feb 2020 - 16:33 ]


    Feel the fire, but do not succumb to it.


    Eli 'Bellamy'

    The Magician / Apollo/ With Linden Rose



    Toen de bel van Linden Rose's appartementje ring, had ik hoop dat Nox terug gekomen was. "Zou het?" vroeg ik zachtjes aan Asra toen Linden rose de deur uit was en ik hoorde mijn familiar even zacht sissen. Ik had me er niet helemaal fijn bij gevoeld om Nox alleen te laten. Hij was waarschijnlijk naar Vee gegaan, maar toch. Hij was toen al wat verzwakt door Nox, ik hoopte maar dat de demoon zich gedeisd had kunnen houden. Ik verplaatste mezelf met mijn thee naar de sofa waar ik me neer plofte, klaar voor Film avond. Echter zodra ik voetstappen op de trap hoorde kon ik al achterhalen dat het Nox niet was. Een vlaag van teleurstelling gleed door mijn borstkas heen, al liet ik dit niet blijken. Aan de stompende manier hoe het zwaargewicht de trap op ging, kon ik al raden dat het de Lupus Sanguinibus Alpha was die zijn intrede maakte. Naast de zachte voetstapjes van Linden Rose was het nogal een verschil. Ik begroette de man vriendelijk, als hij hier was, betekende dat dat de zoektocht over was. En zo bleek hadden ze wat gevonden. Anders zou Harvey niet hier zijn, tenzij Linden Rose hem uitgenodigd had. Ik site even van mijn thee toen Linden Rose en Harvey naast me kwam zitten in de zetel. Mijn vermoedens leken correct te zijn, de wolven hadden iets gevonden. Een plantachtig iets als ik de vraag van Harvey correct had begrepen. Een plantenboek dus? Ik haalde even bedenkelijk een hand over mijn kin.
    "Alle boeken over plantenkunde staan gesorteerd in één sectie in de bib. We kunnen het na de film wel even gaan zoeken?" sprak Linden Rose, ik hoorde hoe de Alpha ongemakkelijk on de zetel wiebelde. Maar ook merkte ik op hoe Linden Rose toch ietsje anders was bij de man, het wegdromen, het zachte grinnikje die ik hoorde en wel ik had wel genoeg praatjes gehad met Linden om te weten dat ze Harvey niet als een gewone vriend zag. " We kunnen de film gerust morgen kijken." zei ik luchtig tegen Linden Rose. "We kunnen er morgen dan ook meteen een Stephen King Marathon van maken." grijnsde ik naar mijn vriendin als ik haar een zacht elleboog stootje haf. "Daarbij, Harvey lijkt echt jou hulp nodig te hebben nu. " fluisterde ik naar haar en grijnsde naar de dame met een lichte grijns. Volgens mij deed ik hier niet enkel Harvey maar ook Linden Rose een plezier. Ik nam een laatste slokje van mijn thee en stond op. " Ik laat je weten als ik thuis ben." verzekerde ik Linden Rose , zodat ze niet bezorgd over mij hoefde te zijn. Ik nam mijn wandel stok en glimlachte naar de twee. "Laat me weten als jullie het gevonden hebben, ik ben er ook wel benieuwd naar." grinnikte ik, waarna ik zwaaide en Lindens appartementje uit liep. Voorzichtig liep ik de trap af, ik wilde namelijk niet mijn enkel omslaan. Ik was nog maar net de trappen af of ik voelde mijn mobieltje afgaan. Technologie was altijd wel wat moeilijk voor mij, maar Nox en Linden hadden me uitgelegd hoe 'Siri' werkte. Ik schraapte mijn stem even. 'Siri, open mijn nieuw bericht.' sprak ik. Mijn mobieltje haf aan dat het Ollie was, zijn stem galmde niet veel later door mijn mobieltje "Zin om me te komen redden van dood door verveling in de diner? Ik heb donuts." ik grinnikte zacht, waarna ik hem een spraakberricht terugstuurde met behulp van Asra. " Donuts? Ik kom eraan, hou er wat voor me over." sprak ik geamuseerd. Ik kende mijn weg naar de diner wel, dus erg lang duurde het niet voor ik de Diner al binnen liep.Onderweg haalde ik toch nog even mijn mobiel boven. HEt knaagde toch wat vanbinnen dat ik nog niets van Nox had gehoord, dus, vroeg ik Siri om een spraakberricht naar nox te sturen. "He, alles oké? Waar ben je nu?" vroeg ik dan toch en stak mijn mobiel weer weg toen ik bij de Diner aankwam. Ik opende de deur, waar de geur van zoetigheid me al begroette. "Dus waar zijn die donuts?" grijnsde ik geamuseerd wetende dat Ollie niet ver af zou zijn.

    [ bericht aangepast op 15 feb 2020 - 18:07 ]


    I caught a golden trout! But the real treusure? Friendship - ACNH

    Lucas Alexander Dubois



    The pup | 20 years | In the woods | With Maddie

    Lucas hield de bus slagroom op alsof het zijn meest trotse bezit was, een prijs die hij had gewonnen, terwijl hij Maddie vroeg of ze ook slagroom op haar chocolademelk wou. "Is dat überhaupt een vraag? Geen warme chocomelk zonder slagroom," zei Maddie, die het net zo'n overbodige vraag had gevonden als Lucas zelf, maar hij wou niet zomaar aannames maken. 'Ik was even aan het peilen of jij niet stiekem een cultuur barbaar bent.' zei Lucas waarna er een korte lach over zijn lippen rolde, hierna had hij zich weer gericht op het pannetje met chocolademelk. Chocolademelk was Lucas zijn specialiteit als het om koken ging, chocolade melk en soep, wat waarschijnlijk kwam omdat je beide enkel warm hoefde te maken.
    Vervolgens had Lucas Maddie gevraagd over de packs en hoeverre zij inmiddels daarvan op de hoogte was. "Mijn pack wel, binnen die van jou weet ik het niet. Als ik het goed begreep was Hadeon los, maar er is niet om back up gevraagd dus het zal wel onder controle zijn." zei de rood harige dame. Lucas knikte langzaam. 'Oh shit,' mompelde hij voornamelijk gericht op het feit dat Hadeon weer los was. Lucas had het zelf nog nooit meegemaakt, maar hij kon zich niet eens voorstellen hoe naar en zwaar dat voor Nox zou moeten zijn. Lucas wist dan ook niet helemaal wat hij er mee aan moest, zijn eerste gedachte was om Nox een berichtje te sturen en te vragen of hij oké was, maar misschien had hij daar ook wel helemaal geen behoefte aan. Lucas had zijn telefoon al in zijn handen, maar legde hem uiteindelijk toch weer terug op het aanrecht. "En nee, ik heb geen idee. Ik hoopte Orpheus nog te zien vanavond, hij weet vast meer." voegde Maddie nog aan haar vorige woorden toe, Lucas knikte nogmaals. 'Oké, ik hoop gewoon dat iedereen oké is en dat dit alles snel voorbij kan zijn.' zei Lucas, hij ging niet zo goed om met stress en hij vond de hele situatie nogal stressvol.
    "Doe maar niet of het je om de chocomelk gaat! Ik weet wel dat je stiekem alleen op die bus slagroom aast," zei Maddie vervolgens, wat Lucas weer een beetje wist op te beuren, opnieuw verscheen er een glimlach op Lucas zijn lippen. "Je houdt niemand voor de gek." zei Maddie. Lucas schudde snel zijn hoofd. 'Die bus slagroom hou ik voor mezelf hoor, het liefst zou ik hem meteen leegspuiten en alles opeten, maar ik wil nog best een beetje met je delen.' zei Lucas plagend, waarna hij inderdaad een beetje slagroom in zijn eigen mond spoot terwijl Maddie tijdelijk was afgeleid door haar eigen telefoon.
    Lucas pakte twee grote mokken uit één van de keuken kastjes en zette die naast het pannetje neer klaar om de chocolademelk over te schenken in de mokken. "Kijk je trouwens uit dat je je niet brand? Ik ken je langer dan vandaag." zei Maddie achter hem, Lucas keek even om naar de jongedame. 'Het komt helemaal goed, maak je je geen zorgen.' zei hij zelfverzekerd, waarna hij het pannetje met warme chocolademelk oppakte. Zich branden deed Lucas niet, maar in de eerste instantie belande er meer chocolademelk naast de mok dan er in. 'Oh shit,' mompelde Lucas, waarna hij een tweede poging deed en uiteindelijk nog enigszins schoon beide mokken wist te vullen.
    Na nog even met Maddie gezeten te hebben klonk het geluid van de deurbel door de keuken. 'Ik doe wel even open,' zei Lucas waarna hij opsprong van zijn stoel en daarmee, zo onhandig als hij was, ook zijn mok om wist te stoten waardoor het laatste beetje van zijn chocolademelk over de tafel droop. 'Shit... ik ruim het zo op,' zei hij tegen Maddie, want hij wou hun bezoek niet te lang voor de deur laten wachten.
    Toen Lucas de deur open deed dropen er nog een paar bruine druppels chocolademelk van zijn vingers af, die hij probeerde af te vegen aan zijn joggingsbroek. 'Hoi,' zei hij tegen Orpheus terwijl hij de deur open zwaaide. 'Kom binnen,' voegde Lucas aan zijn vorige begroeting toe. 'Maddie zit in de keuken.' Lucas ging er toch wel van uit dat Orpheus hier meer voor Maddie was dan voor hem, hij en Orpheus zouden niet zo snel samen chocolademelk gaan zitten drinken.

    [ bericht aangepast op 15 feb 2020 - 18:03 ]


    I could be your perfect disaster, you could be my ever after.


    𝔑𝔬𝔵 - ℌ𝔞𝔡𝔢𝔬𝔫

    𝔐𝔶 𝔇𝔢𝔪𝔬𝔫 𝔦𝔰 𝔫𝔬𝔱 𝔰𝔬𝔪𝔢𝔱𝔥𝔦𝔫𝔤 𝔱𝔥𝔞𝔱 𝔠𝔞𝔫 𝔟𝔢 𝔠𝔬𝔫𝔮𝔲𝔢𝔯𝔢𝔡


    𝔜𝔦𝔫/𝔜𝔞𝔫𝔤      -      𝔙𝔢𝔢'𝔰 𝔊𝔞𝔯𝔞𝔤𝔢      -      𝔙𝔢𝔢



          Ze neemt zijn hand niet aan. Natuurlijk neemt ze zijn hand niet aan, kijkt er enkel naar alsof het haar persoonlijk beledigd puur door daar te zweven. Nox zal net verzuchten dat hij geen medelijden met haar heeft maar haar gewoon wil helpen, wanneer ze besluit op eigen kracht overeind te schieten en daarbij de fles rum aan diggelen te laten vallen op de betonnen vloer van de werkruimte. Het weinige wat nog in de fles zit spat alle kanten op, inclusief tegen Nox zijn toch al ranzige broek en hij stapt in reflex weer iets weg om geen scherven op te vangen. Daar waar hij geschrokken is lijkt Vee het niet eens door te hebben en richt zich zonder een blik op de ravage te richten tot hem.
          "Misschien is het beter—" begint ze, alvorens haar kaak strak trekt en ze het over een andere boeg gooit " —het zou verstandig zijn als je ging."
          Het voelt letterlijk als een stomp in zijn maag en ergens in de krochten van zijn gedachten klinkt Hadeon zijn stem, al zou het evengoed zijn eigen verbeelding kunnen zijn die met hem op de loop gaat. Afwijzing, echoot het als een koude fluistering die zijn nekharen overeind doen komen. Vee heeft zijn ware kleuren gezien, eindelijk de andere kant aanschouwd en het totaalplaatje bevalt haar niet. Haar ogen zijn wel op hem gericht, maar maken geen contact met de zijne en het voelt of er een baksteen in zijn maag ligt, zwaar en misselijkmakend. Hij staart als verdoofd naar haar gezicht. De prominente wenkbrauwen, blauwe ogen en constellaties aan sproeten die ondertussen zo vertrouwd zijn geworden, bezoedeld door de door hem gecreëerde snede. Haar wangen hebben meer kleur dan anders, ondanks dat hij het niet per se heel warm vind hier en hij niet het idee heeft dat ze nou al zo veel van de alcohol heeft genuttigd.
          "Je wilt dat ik ga?" Is eigenlijk het enig wat hij uit weet te brengen, bijna zonder zijn eigen woorden te beseffen, afgeleid door de manier waarop Vee haar tong tussen haar volle lippen vandaan priemt en deze bevochtigen in een lome beweging. Zijn ogen zijn gefixeerd op de handeling en plotseling lijkt de temperatuur te stijgen, de baksteen in zijn maag overstemd en haast vergeten door de kriebels in zijn buik. Hij slikt zelf onbewust en zonder duidelijke reden en zijn eigen lippen wijken zonder zijn toestemming vaneen terwijl hij niet weg kan kijken. Hij durft te zweren dat ze geluid maakt, zo zacht dat hij het afschuift op zijn verbeelding en Nox zou willen dat hij zichzelf tot de orde kon roepen, maar lijkt hier niet toe in staat. Vee doorbreekt zijn verhitte gedachten door zichzelf af te zetten van de werkbank en hem terug te trekken naar het feit dat ze zijn hulp niet wil. Dat ze hem weg wil hebben. Dat er glas op de grond ligt, waar ze wonderbaarlijk genoeg niet in gaat staan terwijl ze zichzelf richting de trap sleurt, hem nog steeds verward achterlatend.
          "Alsjeblieft," hoort hij haar zeggen, wat een bevestiging is, zij het niet dat haar toon hem het compleet tegenovergestelde lijkt te vragen. Normaal prikt hij met gemak door Vee haar tegenstrijdigheden heen, maar op dit moment is hij zelf nog te danig emotioneel van slag om haar te peilen. De moeite die het haar kost om slechts één been op de trap naar boven te krijgen doet echter zijn vastberadenheid nog eenmaal tot leven stotteren. Het spiertje in zijn kaak trekt samen en met twee lange stappen is hij bij haar. Zonder enige omhaal hevelt hij haar wederom in zijn armen en bestijgt in diezelfde beweging te trap, zijn kracht eigenlijk het enige positieve aan zijn situatie.
          "Raas wat je wilt, haat me, doe wat je moet doen, maar doe het over een half uur als je veilig, schoon en verzorgd in bed ligt. Ik laat je niet alleen met hetgeen ik heb aangericht," zegt hij resoluut, goed kijkend waar hij loopt om niet te vallen, maar ook om niet in haar ogen te hoeven kijken — niet de emoties te zien die ze naar hem toe voelt. Hij zou het niet aankunnen.
          Boven treft hij de knusse woonruimte van Vee, welke uit slechts één kamer bestaat. Haar bed rechts in de hoek is halfhartig opgemaakt en links is een bad, afgeschermd door een divider. Dit is waar hij heen loopt en waar hij Vee buitengewoon zachtzinnig op de rand van het bad laat zakken, alvorens te hurken, het putje af te sluiten en de kraan open te zetten. Zijn gedachten razen alle kanten op tijdens het uitvoeren van deze simpele handelingen en hij begint lichtelijk in paniek te raken door het teveel aan prikkels. Ze haat hem, ze wil hem weg hebben, hij heeft haar bezeerd, ze heeft nauwelijks kleding aan, ze gaat zo in bad waar helemaal geen kleding van pas komt en hij — hij heeft geen idee hoe hij met dit alles om moet gaan, weet alleen dat hij het niet zou kunnen verkroppen als ze hem niet meer wil zien. Niets meer met hem van doen wil hebben.
          Terwijl het bad volloopt vind hij het lef uit zijn ooghoeken weer naar haar te kijken en voelt zijn hart een slag overslaan bij haar aanblik. Hij schraapt zijn keel, richt zichzelf weer op en is nu degene die zijn lippen moet bevochtigen.
          "Ik — euhm — ik hang een handdoek over het scherm en wacht aan de andere kant," zegt hij zacht.


    Marrow deep, soul deep, essence deep

    Linden Rose Orbin
    21 | Human | Librarian | Never been kissed | Eli & Harvey


    "We kunnen de film gerust morgen kijken," sprak Eli voor Harvey ook maar de kans kreeg iets te zeggen. Linden Rose opende haar mond om de blonde jongen te vertellen dat ze niet van plan was hem in de steek te laten, maar kwam helaas ook niet veel verder dan dat. "We kunnen er morgen dan ook meteen een Stephen King marathon van maken."
    "Ja, oké, maar -" probeerde ze opnieuw haar duitje in de zak te doen, enkel en alleen om terug overstemd te worden. Bovendien raakte ze enorm verward door de vreemde lach die Eli op zijn lippen droeg.
    "Daarbij, Harvey lijkt echt jou hulp nodig te hebben nu."
    "Wuh?" bracht de roodharige dame uit, nog meer confuus dan eerst. Dit kwam wellicht deels door het feit dat haar jeugdvriend nu ook nog eens ging fluisteren alsof hij iets wist waar Harvey niet van op de hoogte was. Het probleem daarmee was enkel dat zij zelf ook niet begreep wat dat dan wel moest wezen. Perplex keek Linden Rose toe hoe de krullenbol zijn thee soldaat maakte en overeind ging staan. Had ze hem de indruk gegeven hem weg te willen hebben? Dat was namelijk niet zo. Ze zou niet weten waarom.
    "Ik laat je weten als ik thuis ben."
    "Maar Eli-"
    "Laat me weten als jullie het gevonden hebben, ik ben er ook wel benieuwd naar."
    Linden Rose draaide zich om zodat ze over de bank heen kon kijken, in de hoop de jongeman nog tegen te kunnen houden. Het leek er echter niet op, gezien hij zonder omkijken haar deur uit wandelde.
    "Eli, je-" Ze zuchtte diep en staakte haar zin, beseffend dat het toch geen nut meer had. Ze liet zich terug op de sofa zakken en fronste onbewust haar wenkbrauwen terwijl ze peinzend -op zoek naar een logische verklaring voor Eli's plotse vertrek- op haar lip kauwde.
    "Wat gebeurt er vandaag?" vroeg ze zichzelf semi-hardop af, waarna ze kort Harvey aankeek - alsof hij wel een antwoord zou hebben. "Wel. Ik eh - ik denk dat ik vrij ben om naar de bib te gaan," vervolgde ze, schouderophalend. Ze besloot haar best te doen er niet verder bij stil te staan gezien ze enkel meer in de war leek te raken hoe langer ze over het voorval nadacht, en haar volledige aandacht op de man naast zich te richten. Ze glimlachte even.
    "Wil jij mijn fiets in de laadbak doen? Ik heb nog een lasagne voor je in de koelkast zitten en wat nieuwe boeken liggen. Misschien kunnen we na de bibliotheek alles bij jou afzetten? Dan ga ik eerst even nette kleren aandoen en alles bijeen sprokkelen," bood ze aan. Op die manier kon ze nadien gewoon met de fiets naar huis en moest Harvey ook niet heen en weer blijven rijden. Wellicht kon ze zich bij hem wel bezig houden met een lading was, terwijl hij zijn boek bekeek.


    Bicycle, unicycle, unitard. Hockey puck, rattlesnake, monkey, monkey, underpants.

    VEE      LAURIER
    Versipellis • The Raven • Home, Nox


          Je wilt dat ik ga?
    Hij had naar haar gekeken alsof ze een spook was, alsof de woorden alien waren en hij ze wel verstond, maar niet volledig begreep.
    Niet overtuigend genoeg ; ze was niet overtuigend genoeg. Dus Vee had haar laatste restje wilskracht gebruikt om zoveel mogelijk afstand tussen hen te krijgen. Het was bijna zielig dat ze het slechts tot de trap had geschopt.
          Heel even dacht ze dat hij inderdaad de benen nam en door de deur naar buiten zou verdwijnen. Haar ruggengraat was namelijk op slot gesprongen op het moment dat hij in beweging kwam — maar niet richting de andere kant van de garage, waar Laurel zich eerder aan het zicht had onttrokken, maar rechtstreeks in de richting waar Vee nog altijd krampachtig aan de rugleuning hing.
          Nee. Nee. Nee. Ze wilde de woorden bijna schreeuwen. Hij maakte de verkeerde keuze.
          Voor een tweede maal op deze bizarre, onvoorspelbare avond vond ze zichzelf in Nox' armen. Er was geen uitleg of veelbetekenende blikken; niet meer dan een serie aan handelingen om de werkplaats te verruilen voor de veel huiselijker ogende bovenverdieping die de zwartharige daadwerkelijk bewoonde. Pas op de laatste treden verdedigde hij zijn vastberaden actie, hoewel het haar niet ontging dat hij overal keek behalve naar haar. Hij kan je niet eens aankijken maar hij kan het niet over zijn hart verkrijgen je achter te laten in je eigen rotzooi, zie je?
          ‘Raas wat je wilt, haat me, doe wat je moet doen, maar doe het over een half uur als je veilig, schoon en verzorgd in bed ligt. Ik laat je niet alleen met hetgeen ik heb aangericht.’
    Vee brieste ter antwoord, een geluid wat perfect aansloot op de donderende uitdrukking in haar gezicht, wat op zijn beurt een absurd contrast vormde met de onvoorstelbare opluchting die ze door haar lichaam voelde stromen.
          Het was niet de eerste keer dat Nox zich in haar slaapkamer begaf, die met de nodige innovatie eveneens dienst deed als badkamer en leefruimte. Toch was het tamelijk bijzonder om hem zo kalm door de chaos te zien navigeren. Pas op het moment dat het koude sanitair haar dijen raakte merkte Vee hoe smeulend heet haar huid daadwerkelijk was. Ze bleef echter roerloos zitten terwijl Nox het water liet lopen, gehurkt en zo dichtbij dat ze zijn hartslag in zijn hals kon zien kloppen.
    Hij was zo verloren in zijn alledaagse handelingen dat Vee zichzelf een kwartslag opzij worstelde, haar focus op het transparante water en niet het zeegroen in zijn ogen. Hij bewees haar gewoon een vriendendienst. Het was de koorts die haar overmande, niets anders.
          Het hielp om de met rum gespoelde wonden op haar onderarm te bekijken. Het zag er ongeveer net zo onappetijtelijk uit als bedorven rosbief. Voorgaande ervaringen hadden haar echter geleerd dat het uiteindelijk een stuk beter opknapte dan ze in de eerste instantie voor ogen had. In haar geval had Vee meer dan eens een zijweg genomen in haar absurd snelle genezingsproces.
    Soms wilde ze niet dat het netjes heelde. Ze verzamelde fouten in de vorm van littekens, een zichtbare herinnering om dezelfde fout niet nog eens te maken. Waarschuwingstekens voor de rest van de wereld die riepen ik ben niet bang — zelfs als verreweg de meesten zich onderhuids bevonden.
          Het was zo stil in de rest van de ruimte dat het geluid van zijn overslaande hartslag gelijk stond aan het dichtslaan van een deur.
    Vee draaide haar gezicht bijna automatisch naar hem toe, net op tijd om getuige te zijn van de manier waarop hij zijn tong over zijn lippen liet glijden.
          ‘Ik — euhm — ik hang een handdoek over het scherm en wacht aan de andere kant.’ Vee knipperde niet. Ademde niet. Ze was zich amper bewust van de lage pieptoon in haar oren die ze enkel kon linken aan wat er gebeurde wanneer haar bloed zo snel door haar aderen stroomde dat het al het andere overstemde.
          Dat gebeurde wanneer het jachtinstinct insloeg. Dat gebeurde wanneer—
    Vee probeerde te slikken, maar haar mond was zo droog geworden dat ze enkel haar keel voelde bewegen onder haar uitgestoken kin. Ze kreeg haar ogen niet afgewend, niet los van de fixatie die ze hadden aangenomen op Nox en het gegeven dat hij onmogelijk achteruit kon stappen.
    Want haar vingers waren als een bankschroef om zijn pols gevouwen.
          ‘De trui,’ zei ze tot haar eigen verrassing, waarna ze hem bijna vinger voor vinger opnieuw losliet.




    Feel the fire, but do not succumb to it.


    M A D D I E       G R A C E       T R E V E R S

    -      Little Red Riding Hood Became The Wolf      -

    Little Red      -      Lucas Kitchen      -      Lucas&Orpheus
          "Het komt helemaal goed, maak je je geen zorgen," klinkt het zelfverzekerd bij Lucas vandaan, alvorens hij het pannetje van het vuur haalt en poogt de chocolademelk in de mokken te gieten. Maddie barst in lachen uit wanneer hij de warme vloeistof overal heen giet behalve in genoemde mokken en dat na zijn statement van zojuist.
          "Oh shit," vloekt hij dan ook, wat haar eigenlijk alleen nog meer aanspoort. Maddie is gek op Lucas en niet alleen omdat ze hun ei bij elkaar kwijt kunnen met betrekking tot hun beider onhandigheid. De jongen is ook grappig zonder daar zijn best voor te doen en weet haar altijd aan het lachen te maken, zelfs wanneer ze een avond als de afgelopen achter de rug hebben. Zijn tweede poging de mokken te vullen verloopt beter en hij overhandigt er haar een met een schaapachtige grijns rond zijn lippen. De roodharige omsluit de warme beker dankbaar en snuift tevreden de zoete geur op.
          Ze nemen plaats in de keuken en Maddie zit zich net te verwonderen over het feit dat Lucas al het lef heeft te drinken — ondanks dat het nog super warm is— wanneer haar telefoon trilt. Ze leest Orpheus zijn reactie snel en krijgt automatisch een glimlach rond haar lippen. Ze had eigenlijk in de planning gehad vanavond gewoon thuis te slapen, maar eigenlijk heeft ze enorm behoefte aan zijn gezelschap en vraagt ze hem misschien nog wel of ze toch bij hem terecht kan. Wanneer de deurbel gaat vliegt Lucas overeind en stoot hiermee zijn mok om, waardoor het laatste restje van zijn drinken over de tafel druipt.
          "Shit... ik ruim het zo op," vloekt hij voor de tweede keer binnen vijf minuten en snelt vervolgens de keuken uit. Maddie hoopt dat het Orpheus is, maar weet niet wie Lucas misschien verder zelf nog uit heeft genodigd. Wanneer er echter na het belletje ook nog driemaal geklop klinkt, weet ze zeker dat hij voor de deur staat. Ze voelt zich echter ook weer niet zo thuis dat ze het voortouw neemt de deur te openen en neemt zich voor geduld te hebben. Het is niet alsof ze Orpheus in geen weken heeft gezien of iets. Ze zet daarom haar eigen mok op de tafel — de warmte ervan direct missend — en pakt een doekje van het aanrecht om de boel vast schoon te maken, voor er nog meer op de grond kan druppen dan er al ligt.
          Wanneer de tafel schoon is zakt ze door haar knieën en richt zich op de vloer. Ze moet een klein stukje naar voren schuifelen om overal bij te kunnen en is bijna klaar wanneer er voetstappen klinken. Wetende dat Orpheus er aan komt richt ze zich razendsnel op — waarbij ze vergeet dat ze verder onder de tafel is gekropen — en stoot haar hoofd vol tegen het massieve hout. Ze uit een gesmoord kreetje — meer van schrik dan van de pijn— en komt dan voorzichtig onder de tafel weg om zich met een schaapachtige grijns op te richten, haar hand op de iets pijnlijke plek bij haar kruin.
          "Oeps," mompelt ze op bijna vragende toon, wetend dat het helemaal niemand meer verrast en dat men meer verbaasd zou zijn geweest als dit goed was gegaan.


    Marrow deep, soul deep, essence deep

    SOREN VIRTANEN

    •••

    Guardian • @ Woods, Fulgur Falls • & Laurel
    Soren laat zijn handen vederlicht langs zijn verborgen messen glijden, welke in hun lederen verweerde holster op zijn onderrug zitten. Automatisch glijden zowel zijn lederen jack als shirt er overheen. Van het ene op het andere moment is hij onschuldig, niemand heeft weet van de dodelijke wapens. Soren weet veel beter dan zijn huis verlaten zonder wapens, een prooi voor bovennatuurlijke wezens. En, het ironische van dat alles? Soren is één van de weinige personen ter wereld die deze wezens eveneens bescherming biedt. Echter, Noora's overlijden heeft ervoor gezorgd dat Soren geen risico's neemt. Wellicht loopt Noora's moordenaar hier ergens rond. Alleen de gedachten laten Soren al koken van withete woede.
          Snuivend loopt Soren verder door de straten, niet wetende waar hij uit zal komen. Na een week lang klussen, schilderen en verhuizen wilde hij naar buiten — de wind voelen, het bos ruiken en zonlicht opnemen. Maar nu hij eenmaal op weg is, voelt hij zich plotseling eenzaam.
          Wellicht is verhuizen naar een andere stad alsnog moeilijker dan hij zich voor ogen hield.
          Grommend schudt Soren de opkomende negatieve gevoelens van zichzelf af, zet zijn doel voor ogen — waardoor hij het niet nogmaals kan verliezen. Noora. Zij verdient rechtvaardigheid. Soren laat haar niet los, nooit. Noora is de reden van zijn verhuizing, dat zou het gemakkelijker maken.
          Het dichtslaan van een deur laat Soren waakzaam omhoog kijken, waarop hij een blonde jongedame naast een garage ziet verschijnen. Soren bekijkt het bijbehorende huis, wat hem het gevoel van warmte geeft. Alsnog glijdt zijn blik terug, onderzoekend — de jongedame komt hem enigszins bekend voor.
          En dan klikt het plotseling, als donderslag bij heldere hemel.
          Alpha. Laurel. Versipellis.
          Oliver's ouders hebben hem ingelicht, foto's laten zien.
          'Tallmund.'
          Soren's stem is zowel hees als krachtig, gemakkelijk te horen binnen de verlaten straat — helemaal door een bovennatuurlijk wezen. Vanwege zijn aandrang om te laten zien dat hij geen kwaad in zijn zin heeft, steekt Soren zijn hand omhoog — een eeuwenoude groet.
          Wanneer hij meters van haar is verwijderd, komt hij tot stilstand en knikt eenmalig.
          'Soren Virtanen, guardian. Oliver's ouders hebben me over je verteld.'


    •••

    [ bericht aangepast op 16 feb 2020 - 20:47 ]


    •



    HARVEY LOWELL ARMISTEAD

    Alpha of the Lupus Sanguinibus clan || At Linden Rose's place



    Linden Rose keek me afwachtend aan en knipperde met haar grote groene ogen na mijn vraag, waarna een bedenkelijke "Uh..." haar lippen verliet. Vervolgens begonnen haar wangen de kleuren waardoor ik lichtjes fronste. Had ik iets verkeerd gezegd? Vervolgens perste de roodharige meid haar lippen op elkaar alvorens ze me een antwoord haf "Het spijt me. Sorry Harvey, mijn gedachten dwaalden even af," verklaarde ze waarbij een kleine 'hmm' over mijn keel humde. HEt gebeurde wel vaker dat Linden Rose haar gedachten afdwaalden dus ik dacht er niets bij. "Planten zei je toch?" vroeg ze vervolgens waarbij ik knikte en een slok van mijn biertje nam. "Bloemen om specifiek te zijn." vervolgde ik, mijn stem bromde licht al was dit van nature zo.
    "Dat was vast een boek dat ik ontleend had." sprak Linden Rose waarbij een zachte zucht mijn lippen verliet en ik een hand kort in mijn nek liet wrijven. Een avond geen nachtrust zou dat worden dus.. Ik kon mezelf wel vervloeken om dit moment, maar ik wilde Linden Rose niet ongerust stellen. Hoe minder personen wisten over het onbekende bloempje hoe beter. "Alle boeken over plantenkunde staan gesorteerd in één sectie in de bib. We kunnen het na de film wel even gaan zoeken?" stelde Linden Rose voor, ik wilde net toestemmen tot de Magier plots weer aan het woord kwam. De jongen was de hele tijd stil geweest, waardoor ik bijna vergeten was dat hij hier ook zat.
    " We kunnen de film gerust morgen kijken." Ik haalde mijn wenkbrauw licht op en nam nog een slokje van mijn bier, mocht hij vertrekken zou het mij goed uitkomen. Beide packs misschien als ik zou vinden wat ik nodig had. Ik was wat in gedachten verzonken Linden Rose probeerde haar vriend nog tegen te houden, maar Eli leek vastberaden te zijn om hun filmavondje te verzetten naar morgen. De toon in zijn stem nam het ons niet kwalijk, waardoor ik me stil hield. "Maar Eli-" stamelde Linden Rose nog, al wuifde de magier ons nog toe. "Laat me weten als jullie het gevonden hebben, ik ben er ook wel benieuwd naar." en met die woorden was hij weg. Linden hing ondertussen half over de zetel. "Wat gebeurt er vandaag?" hoorde ik Linden Rose vragen waardoor ik haar nu ook wat verrast aankeek. "Vreemde dag gehad?" vroeg ik haar, dan toch een beetje geamuseerd om haar zo verward te zien. Het haf haar wat schattigs.
    "Wel. Ik eh - ik denk dat ik vrij ben om naar de bib te gaan," sprak ze dan schouder ophalend, ik schonk haar een schaapachtig glimlachje. "Blijkbaar." sprak ik en zette mijn biertje even op haar salontafel. "Sorry dat ik je filmavondje heb verstoord." sprak ik dan, nu ja ik was nu ook niet bepaald in de mood om een film te kijken.
    "Wil jij mijn fiets in de laadbak doen? Ik heb nog een lasagne voor je in de koelkast zitten en wat nieuwe boeken liggen. Misschien kunnen we na de bibliotheek alles bij jou afzetten? Dan ga ik eerst even nette kleren aandoen en alles bijeen sprokkelen," stelde Linden Rose voor en ik knikte. "Is goed, ik zal op je wachten in de pickup." sprak ik, waarna ik nog rustig mijn biertje opdronk en opstond.
    Ik voelde nog enkele botten in mijn lijf kreunend kraken bij mijn beweging. Ik was haastig teruggetransfomeerd, waardoor al he tkraakbeen in mijn lijf nog niet helemaal gesetteld was. Linden Rose was toch naar haar kamer dus strekte ik me even breed uit, waarop ik nog een ruggewervel voelde kraken, terug op de juiste plek. "Verdomme." prevelde ik zacht, het deed verdomd zeer, maar het was ook erg lekker als alles weer op de jusite plek zat. Ik wilde Linden Rose's appartementje uit gaan, zodat ik haar fiets in de laadbak kon doen, maar hield even halt bij de deur. Mijn blik was op een familiefotto gevallen van de Orbins. Het was een wat oudere foto, maar ik herinner me nog goed hoe het meisje was die aantal jaren terug, en haar broer, Quenten, mijn beste maatje. "Ik ben je nog niet vergeten maat." sprak ik zacht terwijl ik een hand door mijn donkere haren haalde. Ik had nog zoveel vragen, zoveel momenten dat ik met hem had willen spenderen, dat laatste koude biertje die we dronken. "Ik zal het vinden, dat beloof ik je." niet echt wetend wat met mijn handen te doen, greep ik de deurklink beet en wierp nog een laatste blik op de foto vooraleer ik de deur opende en de trappen afliep. Eens buiten, tilde ik met gemak Linden Rose's roze fiets op, welke ik in de laadbak zette. Het begon koeler en donkerder te worden buiten. "Hmm". bromde ik nog zacht, waarna ik mijn auto inkroop, wachtend op Linden Rose.

    [ bericht aangepast op 16 feb 2020 - 22:38 ]


    I caught a golden trout! But the real treusure? Friendship - ACNH


    𝔑𝔬𝔵 - ℌ𝔞𝔡𝔢𝔬𝔫

    𝔐𝔶 𝔇𝔢𝔪𝔬𝔫 𝔦𝔰 𝔫𝔬𝔱 𝔰𝔬𝔪𝔢𝔱𝔥𝔦𝔫𝔤 𝔱𝔥𝔞𝔱 𝔠𝔞𝔫 𝔟𝔢 𝔠𝔬𝔫𝔮𝔲𝔢𝔯𝔢𝔡


    𝔜𝔦𝔫/𝔜𝔞𝔫𝔤      -      𝔙𝔢𝔢'𝔰 𝔊𝔞𝔯𝔞𝔤𝔢      -      𝔙𝔢𝔢



          Dat Vee buitengewoon rustig blijft bij het krijgen van hulp is iets nieuws, evenals de intense blik waarmee haar ogen hem op lijken te nemen — de manier waarop ze hem gade slaat alsof hij de prooi is van het dier wat slechts één shift van hen is verwijderd. Het staat bij aan zijn toch al razende hart, aan de klamme handen die hij al heeft vanaf het moment dat ze haar lippen likte beneden, zittend op de werkbank. Hij beantwoord haar blik langer dan zou moeten, maar krijgt zichzelf er niet toe aangezet om weg te kijken en daadwerkelijk achter de divider te verdwijnen zoals hij zoeven heeft gezegd te doen.
          Het is niet voor het eerst dat hij staart, niet de eerste keer dat hij langer naar Vee kijkt dan sociaal acceptabel is. Wel is het de eerste keer dat hij het doet met haar wetenschap. Nox weet wat het gevoel in zijn onderbuik is. Hij heeft het slechts een aantal keren eerder ervaren, maar weet 'zogenoemde vlinders' ondertussen te plaatsen. Ook weet hij dat hij de domste persoon aller tijden is, want het is altijd geweest tegenover mensen die zo ongelofelijk veel voor hem betekenen op vriendschappelijk vlak en uit zijn ervaring met Linden Rose heeft hij geleerd dat je op die manier mensen kwijt zou kunnen raken. Hij heeft haar nog — godzijdank — en ze hebben het recht weten te trekken, al heeft het weken aan ongemakkelijkheid opgeleverd. Hij heeft het mede hierdoor nooit over zijn hart kunnen krijgen zijn crush op Eli toe te geven, nauwelijks tegenover zichzelf maar al helemaal niet tegenover de blonde jongen.
          En sinds een tijdje is er Vee, de zwartharige, in een bar werkende, aan motoren sleutelende, no nonsense einzelgänger, die hem 'zogenoemde vlinders' bezorgd met haar plagerige geflirt en de speelse aanrakingen. Om hem te stangen. Zijn blos te zien. Vriendschappelijk. Nox is werkelijkwaar een idioot. En toch kijkt ze terug, wat ongetwijfeld een compleet andere insteek heeft als waarop Nox in zijn verbeelding hoopt.
          Die verbeelding wordt verstoord door het deuntje uit zijn broekzak en wel Eli zijn berichttoon — de jongen zelf schreeuwend; I just really like tea. Het is alsof er een trance wordt opgeheven en Nox zich bewust word van hoe onbeschaamd hij aan het staren is, plotseling ongemakkelijk. Hij poogt achteruit weg te stappen, wat niet lukt. Vee haar vingers sluiten zich om zijn pols, haar grip belachelijk sterk voor iemand die zo is toegetakeld en nog voor hij haar aanraking weet te registreren heeft ze al gesproken.
          "De trui." Het zijn slechts twee woorden, maar op verbijsterende snelheid vullen Nox zijn hersenen de rest in. De onuitgesproken ik heb hulp nodig ongetwijfeld een deuk slaand in haar trots. Tergend langzaam verdwijnt haar grip weer, maar haar blik is nog steeds onafgebroken op hem gericht en deze keer lacht ze niet die scheve grijns wanneer zijn wangen verkleuren. Er is niets speels aan de hele situatie.
          Het is niet dat zijn aan flarden gereten hoodie nog erg veel bedekt, maar desondanks onttrekt de stof de persoonlijkste delen van haar lichaam nog aan het oog. Het is eveneens een reminder aan dat hij dit heeft gedaan en dat hij haar zonder enige twijfeling moet helpen, al barst de chaos in zijn hoofd nog zo hevig los.
          "Oké. Ja. Oké, ik kan je helpen," zegt hij zacht, wat vast ongelofelijk vastberaden overkomt. Hij schraapt zijn keel en raapt zichzelf zo goed en kwaad bij elkaar. alvorens het laatste beetje afstand te overbruggen. Hij pakt de hand die ze zojuist weer terug in haar schoot heeft gelegd en trekt haar heel voorzichtig overeind, zorgend dat ze nog wel tegen de rand kan leunen mocht ze dat nodig hebben. Ondertussen probeert hij uit alle macht zijn voortrazende gedachten te beteugelen. "Als jij je armen omhoog doet, dan — euhm — trek ik de trui over je hoofd."
          Nu durft hij haar niet meer aan te kijken, bang dat ze iedere gedachte in zijn hoofd zou kunnen lezen. In plaats daarvan kijkt hij naar beneden, naar de onderkant van zijn trui, en strekt zijn handen er zo voorzichtig mogelijk naar uit. Bij het omvatten van de rand strelen zijn vingertoppen onbedoeld langs de huid van haar benen en hij bijt nerveus op zijn onderlip om te voorkomen dat hij naar adem snakt. Snel sluit hij zijn ogen.
          "Ik heb mijn ogen dicht, zeg maar als ik... je weet wel." Je uit kan kleden.


    Marrow deep, soul deep, essence deep

    ———————————————————————————
    •••
    ———————————————————————————

    ——————————————————————————

    ———————————————————————————
    •••
    ———————————————————————————

    Laurel Tallmund

    ”She craved the type of passion that even brought the Devil down to his knees..”

    • 25 • Alpha Versipellis • Soren •

          "Slaaplekker, Laurel."
    Na een diepe frons, gevolgd door uiteindelijk een opgetrokken wenkbrauw wist de brunette een zwakke glimlach niet helemaal tegen te gaan. Dat ze haar best deed werd in ieder geval niet gemist, dat bleek wel. Nox' dankbare uitting ontging Laurel eveneens niet, waarop voor enkele seconden de uitdrukkingen op haar gezicht verzachtte. Kon ze maar in zijn hoofd kijken, maar daar waar ze bij iedereen toegang kon krijgen via de mentale link, was deze onvindbaar tussen haar en ieder ander wezen dan een wolf.
          "Ik zorg dat Vee oké is. Tot snel."
    Laurel knikte enkel, verder niet goed wetende wat ze nog tegen het tweetal moest zeggen en liet hen beide met een dubbel gevoel achter in de garage. Een moment voor haarzelf was hetgeen wat de jonge alfa nu goed kon gebruiken, maar tevens druiste het ergens tegen haar instincten in.

    Eenmaal buiten sloot Laurel opnieuw haar ogen, inhaleerde de frisse buitenlucht dusdanig diep in dat haar wolvin een uithaal naar de oppervlakte poogde te maken en wilde daar bijna aan toegeven, totdat een hese doch krachtige stem haar onderbrak.
          "Tallmund."
    Laurel fronste licht, haar wolf direct op haar hoede. Vluchtig nam ze de jongeman een eindje verderop in de straat in zich op, maar als hij een bekende was geweest dan liet haar geheugen hen beide momenteel in de steek. Nauwlettend hield ze hem dan ook in de gaten zodra hij de meters afstand tussen hen in overbrugde, alvorens hij eerst in een vriendschappelijk gebaar een hand had opgestoken ten teken van geen dreigend gevaar. Hij kende haar soort, dat moest haast wel.
          "Soren Virtanen, guardian. Oliver's ouders hebben me over je verteld."
    Een onbewuste kalmte spoelde door de jonge alfa heen en in een lichte aarzeling verscheen er een nieuwe zwakke glimlach rondom haar lippen. Laurel was nog niet volledig op de hoogte geweest van de jongen voor haar, maar dat er nu een belletje rinkelde waarom Oliver's ouders haar verleden week hadden willen spreken werd nu wel duidelijk. Ze had er alleen nog weinig tijd voor gehad.
          "Laurel Tallmund," reageerde ze, wellicht een tikkeltje overbodig. "Maar dat weet je dus al."
    Subtiel kantelde ze haar hoofd iets, liet haar blik zijn uitdrukkingen opnemen en verwonderde zich kortdurend om de helderheid van zijn blauwe ogen, waarbij ze de verre schaduw erin eveneens herkende.
          "Ik moet je eerlijk bekennen nog niet met Oliver's ouders gesproken te hebben."
    Onbewust betrok haar gezicht even en blikte Laurel weg van de jongen voor haar. Ze had het te druk gehad de afgelopen weken en haar hoofd begon zowat langzamerhand over te lopen van alles wat er gebeurd was, of nog te gebeuren stond. "Het is nogal, eh.. veel geweest, de afgelopen tijd." Het klonk als een vreselijk zwak excuus, maar Laurel kon alleen maar hopen dat hij het begreep; het maakte haar oprechte nieuwsgierigheid naar hem niet minder in ieder geval.

    [ bericht aangepast op 17 feb 2020 - 8:33 ]


    'Three words, large enough to tip the world; I remember you.'

    VEE      LAURIER
    Versipellis • The Raven • Home, Nox


          Misschien had ze nooit echt naar Nox gekeken. Niet verder dan de meest standaard kenmerken die hem sierden, in elk geval. De vanzelfsprekende verzameling van donker haar, sneeuwwitte huid en slungelige ledematen. Hoe makkelijk hij het maakte om over niets van belang te praten en zijn mond hield wanneer het er toe deed. De rode kleur op zijn wangen die zij met achteloos gesproken woorden tevoorschijn kon toveren en wanneer de kuiltjes in zijn wangen uitbleven als hij lachte, zij kon vertellen wanneer hij het meende of niet.
          Maar als het aankwam op zijn gedachten, welke zich vlak achter de groene oase in zijn ogen schuilhielden, tastte Vee in het duister. Lichaamstaal, dat was de taal die ze begreep, welke ze altijd zou verkiezen boven het gesproken woord. Woorden konden liegen en bedriegen en volledig verkeerd begrepen worden.
    Vee wilde dat ze kon zien wat hij zag, wat er door zijn gedachten ging nu, of hij haar weg zou duwen als—
          I just really like tea!
    Het was alsof de opgenomen stem van hun gezamenlijke vriend Vee eraan herinnerde waar ze mee bezig was. Wat ze bijna had gedaan. En ze was duidelijk niet de enige. Als Vee hem niet had vastgepakt, was hij er vandoor gegaan. Omdat hij een goed persoon was. En jij niet.
          ‘Oké. Ja. Oké, ik kan je helpen.’ Hij bleef staan. Natuurlijk bleef hij staan; hij voelde zich verplicht om haar ergens mee te assisteren waar ze Laurel eerder voor had bedankt. Vee voelde zich lang niet meer zo zelfgenoegzaam als eerder, en zelfs het aanblik van zijn blozende wangen ontlokte geen glimlach aan haar strakke gelaat.
          Als het kon was ze met trui en al in bad gaan zitten; gewoon, om er maar klaar mee te zijn, om deze situatie niet verder voort te hoeven slepen dan hij al deed. Ze kon niet nadenken als hij naar haar keek, als hij naar haar staarde alsof de wereld uit elkaar kon vallen en hij niet zou knipperen.
          Dat hij haar opnieuw vastpakte—een zoveelste keer deze dag, deze avond—hielp allerminst. De zelfzekere grip ontbrak en een bijna tedere variant had zijn plaats ingenomen. Als ze zich niet bewust was van elke plek waar zijn huid de hare raakte, zou ze waarschijnlijk heimelijk hebben gelachen om het feit dat alleen Nox na alles zo ongelooflijk spastisch zou kunnen doen over zoiets nietszeggend als naaktheid.
          ‘Als jij je armen omhoog doet, dan — euhm — trek ik de trui over je hoofd.’ Stamelde hij. Met het minieme beetje hoogteverschil tussen hen in stonden ze bijna neus aan neus, de badrand tegen haar achter— en Nox bijna tegen haar voorkant gedrukt. Haar armen gaven er desondanks gehoor aan, tilden zich boven haar hoofd zoals kinderen deden die wachtten tot hun ouders, of wie dan ook, hun kleding aan of uit zouden trekken. Misschien voelde ze zich vooral heel stompzinnig omdat er nog nooit iemand was geweest die dat voor haar had gedaan. Bovendien waren de mannen die het later hadden geprobeerd eveneens van een koude kermis thuisgekomen.
          ‘Ja, oké.’ Vee schudde haar hoofd.
          Ze stond op het punt om hem te vertellen dat ze het zelf wel zou doen — alsof de realisatie dat er nog nooit iemand was geweest die ze dit had gevraagd rechtstreeks op de paniek knop had gedrukt — toen hij zijn blik omlaag sloeg en ze zijn vingers vederlicht over haar bovenbeen voelde strijken.
    Oh.
    Daar had ze zich overheen kunnen zetten, dat had ze kunnen afdoen als een onbedoelde en niet te voorkomen aanraking, als Nox daarna niet zijn tanden in zijn onderlip had gezet en daarmee de verbinding tussen haar lichaam en gedachten met één handeling had verbroken.
          ‘Ik heb mijn ogen dicht, zeg maar als ik. . . je weet wel.’
    De woorden waren hol, betekenisloos, weggevlogen voor ze ooit geland waren. Verderweg klonk nog altijd het geluid van stromend water, dat samensmolt met het bonzen van twee paar harten, beiden sneller dan het gemiddelde ritme. Vee voelde haar armen verzuren, maar hield ze geheven.
          ‘Ik ben klaar,’ fluisterde ze. Meer dier dan mens. Ze was bang om haar keel te schrapen.
    Tergend langzaam, alsof hij dacht dat het pijn zou doen wanneer hij de trui eindelijk van haar zou scheiden, trok hij de stof omhoog. Hoger, hoger, tot ze de halsopening langs haar keel voelde trekken en het gewicht met een laatste kerm van haar kant over haar donkere haar verdween.
          Hij hield zijn ogen zo stevig dichtgeknepen dat er kreukelende lijntjes langs de hoeken waren ontstaan en het laatste greintje zelfbeheersing dat Vee had bezeten was aan de trui blijven plakken, verloren.
          En er was niets zachts of voorzichtig aan de manier waarop Vee haar mond tegen zijn lippen drukte.



    Feel the fire, but do not succumb to it.

    Orpheus Spencer Grey

    22 | Lupus Sanguinibus | Oracle | Council Member | Maddie & Lucas

    "Dag Lucas," begroette Orpheus de jongeman die de deur opende en meedeelde dat hij zijn verloofde in de keuken aan zou treffen. "Bedankt voor de gastvrijheid." Hij wilde beweren dat hij net zo goed blij was om de Pup te zien, maar als hij eerlijk was met zichzelf dan was er niemand die kon tippen aan het gezelschap van Maddie. Dus hij hield zich bij de noodzakelijke beleefdheden.
    Wanneer hij een luide knal uit de keuken hoorde komen vergat hij echter zijn manieren en snelde de gastheer voorbij, de keuken in. Gedurende enkele ogenblikken dreigde hij in een paniek te raken, dat zijn partner iets overkomen zou zijn en poogden zijn hersenen meteen naar het worst-case scenario te schieten. Zodra hij de roodharige dame echter zag staan, met haar hand op haar hoofd vielen de puzzelstukjes op hun plaats en maakte de ingebeelde ramp in zijn hoofd plaats voor oprechte bezorgdheid.
    "Oeps," probeerde zij het als minder pijnlijk af te doen dan het er uit zag.
    "Maddie..." bracht Orpheus uit, met een toon die in dat enkele woord net zoveel vertelde als dat ze voorzichtiger moest zijn. Hij wilde haar niet verliezen, het liefst helemaal nooit maar al helemaal niet vanwege stommiteiten of slecht toeval.
    Hij sloot de afstand tussen hen in en keek even door haar rode haren, om er zeker van te zijn dat ze niet bloedde. Wanneer die zorg van de baan geschoven was drukte hij zijn lippen op haar kruin, al wist hij dat het weinig zou doen om haar pijn te verhelpen.
    "Heb je nog gehoord van Laurel?" vroeg hij vervolgens aan Lucas, deels uit nieuwsgierigheid en deels omdat hij niet wilde dat de jongen zich in zijn eigen huis het vijfde wiel aan de wagen zou voelen. "Of de andere Roedelleden?" ging hij verder. Hij hoopte oprecht dat iedereen veilig thuis geraakt was en uit de klauwen van Hadeon was kunnen blijven.


    Bicycle, unicycle, unitard. Hockey puck, rattlesnake, monkey, monkey, underpants.