• Een wereld, niet ver van het mensenland, maar ook niet dichtbij. Een wereld waarin veel verschillende wezens leven. Fae: Elven, gnomen, gobalds, reuzen, pixies, trollen, meerminnen, dwergen en pratende dieren. Twee rijken zijn in oorlog, het Zomerrijk en het Winterrijk.
    Een grote reden hiervan is dat de dochter van het Winterrijk en de zoon van het Zomerrijk een relatie hebben.
    In het mensenland zijn 12 jongeren die anders zijn. Zij zijn niet direct menselijk, zij kunnen namelijk de andere dementie zien en beschikken ook over een gave, afhankelijk van hun sterrenbeeld. De Fae noemen hen Sterrenkinderen. Sluiten zij zich bij het Zomerrijk aan? Of bij het Winterrijk? En zullen zij de oorlog kunnen stoppen, die niet alleen de wereld van de Fae vernietigd, maar ook de mensenwereld?




    Informatie:
    Het is verstandig hier af en toe eens te kijken, er kan namelijk informatie toegevoegd worden dat belangrijk is voor het RPG!

    - De wereld van de Fae is opgedeeld in twee rijken, Nimmernimmer (het Zomerrijk) en Tir Na Nog (het winterrijk). De twee rijken worden van elkaar gescheiden door het Wyldwoud, waar de meesten andere Fae leven.
    - Het Zomerhof vindt plaats in een kasteel midden in een bloeiend park, het Winterhof in een kasteel van steen en ijs. De kledingstijl van de Winter is victoriaans, het hof van de Zomer prefereert 'menselijke' kleding.
    - De tijd in het land van Fae lijkt stil te staan, maar dat is echter niet waar. De tijd gaat er gewoon heel erg traag. Dagen duren niet langer of korter dan die in de mensenwereld, jaren duren enkel langer.
    - Fae kunnen niet tegen ijzer, ze worden en zwak van en kunnen er dood aan gaan. Het is dan ook streng verboden in beiden rijken.
    - De koninklijke families zijn Elven. Hoewel Elven van natuur elk erg mooi zijn, zijn de koninklijke Elven nóg mooier. Uiteraard hebben de koning van de Winter en de koningin van de Zomer een hekel aan elkaar.
    - Fae gebruiken geen achternamen! Velen van hen hebben ze wel, maar omdat de bekentenis van de volledige naam van een Fae gevaarlijk kan zijn, gebruiken ze die eigenlijk niet.
    - De poorten naar de Faewereld bevinden zich op plaatsen waar veel hoop en emoties zijn. Ze zijn onder andere te vinden in de kledingkast van kinderkamers, onder het bed van kleine kinderen of in discotheken. Enkel Elven en Sterrenkinderen kunnen de poort oversteken. Andere wezens die naar de gewone wereld of terug willen (om bijvoorbeeld kinderen te stelen) hebben toestemming nodig van de heerser van hun rijk.
    - Fae zijn erg gesteld op regels, etiquette en beloftes. Je kunt een Fae niet zomaar bedanken zonder bij hen in de schuld te staan.
    - De Winterprinses is gevangen genomen in het Zomerrijk en de Zomerprins is gevangen genomen in het Winterrijk. Door middel van brieven, telekinese en magische bellen waardoor ze kunnen ‘videochatten’ communiceren ze met elkaar.
    - De koningin van de Zomer heeft net als haar zoon de macht van de zomer en de lente en de Winterkoning heeft net als zijn dochter de kracht van de winter en herfst. Dit geldt voor alle koninklijke Fae. Iedere Fae heeft de kracht van de onzichtbaarheid, sommige kunnen enkel nog iets kleins meer, zoals het laten bloeien van planten, bevriezen e.d.
    - Gaven van de Sterrenbeelden:
    Ram (21 maart t/m 20 april): Snelheid.
    (bondgenoten: Stier, Tweeling, Weegschaal en Schorpioen)
    Stier (21 april t/m 21 mei): Communicatie met alle wezens.
    (bondgenoten: Tweelingen, Weegschaal, Schorpioen en Steenbok)
    Tweeling (22 mi t/m 21 juni): Dubbleren.
    (bondgenoten: Vissen, Boogschutter, Maagd, Stier en Kreeft)
    Kreeft (22 juni t/m 22 juli): Creativiteit.
    (bondgenoten: Waterman, Vissen, Tweelingen, Schorpioen)
    Leeuw (23 juli t/m 23 augustus): Vuur.
    (bondgenoten: Kreeft, Schorpioen en Stier)
    Weegschaal (23 september t/m 22 oktober): Evenwicht.
    (bondgenoten: Ram, Stier, Tweelingen en Waterman)
    Schorpioen (23 oktober t/m 21 november): Energie.
    (bondgenoten: Vissen, Stier, Ram en Leeuw)
    Boogschutter (22 november t/m 21 december): Jacht.
    (bondgenoten: Stier, Maagd, Tweeling en Ram)
    Steenbok (22 december t/m 20 januari): Aarde.
    (bondgenoten: Stier, Leeuw, Weegschaal en Schorpioen)
    Waterman (21 januari t/m 19 februari): Water.
    (bondgenoten: Kreeft, Tweeling, Ram en Weegschaal)
    Maagd (24 augustus t/m 22 september): Lucht.
    (bondgenoten: Vissen, Tweeling en Boogschutter)
    Vissen (20 februari t/m 20 maart): Camouflage.
    (bondgenoten: Kreeft, Maagd, Schorpioen en Waterman)


    Rollen:
    Sterrenkinderen:
    Sterrebeeld + kracht (zie informatie):
    Naam:
    Leeftijd:
    Uiterlijk:
    Innerlijk:
    Extra:

    Fae (Elven + andere wezens):
    Soort:
    Rijk:
    Naam:
    Leeftijd:
    Uiterlijk:
    Innerlijk:
    Extra:


    Zomerhof:
    - Koningin: Koningin Maeryn - xLout 1,7
    - Prins: Prins Caleb - BarnOwl Troonopvolger 1,1
    - Elf: Robin Jr. 'Puck' Goodfellow - Beschermer van de koninklijke familie - LyraPhoenix 1,2
    - Elf: June - Persoonlijke dienstmeid van de koningin - Pebble 1,4

    Winterhof:
    - Koning: Koning Egbon - DreamerN 1,5
    - Prinses: Prinses Aleeha - Pebble Troonopvolgster 1,1
    - Prinses: Prinses Akiria - Raccoon 1,2
    - Prins: Prins Jonathan - VladiFerr 1,6

    Overige wezens:
    - Draak: Zalúr Seránde - Paddo 1,1
    - Meermin: Safrina - horseslover6 1,5
    - Feniks: Azara Nuri - geleninja 1,8

    Sterrenkinderen:
    Waterman: Brooke Aurora - Water - CrazyGirlxx 1,2
    Schorpioen: Alesis Cala West - Energie - xLout 1,5
    Vissen: Thomas Aiden Duncan - Camouflage - Raccoon 1,2
    Tweeling: Jacè Larkin - Dubbleren - Paddo
    Maagd: Olivia Era Larkin - Lucht - VladiFerr
    Stier: Damianne Stravos Communicatie met dieren - BarnOwl 1,1
    Boogschutter: Kyra Crassins - Jacht - Paddo 1,1
    Steenbok: Liam Jayden Dumondt - Aarde - Raccoon 1,5
    Weegschaal: Ashton 'Ash' George Callaghan - Evenwicht - Pebble 1,5
    Ram: Eagon Flynn Cleveland - Snelheid - xLout 1,3
    Leeuw: Rhys Eldur - Vuur - GilGalad 1,1
    Kreeft: Elizabeth Moore - Creativiteit - JustLovegood 1,1

    Regels:

    - +/- 7 regels per post!
    - Max. 3 personages per persoon.
    - Geen Mary-Sue's of Gary-Stu's
    - 16+ mag, maar houdt het netjes!
    - Schelden is toegestaan, maar alleen in personage!
    - Naamsveranderingen doorgeven!
    - Minstens 1 keer per week reageren.
    - OOC zo aanduiden: [] {} ()
    - Reserveringen blijven 24 uur staan!


    Begin:
    Het is de dag van Elysium, een groot feest dat gehouden wordt ter ere van de seizoenswisseling. Dit keer wordt het gehouden in het Winterrijk, waardoor het ook in de mensenwereld herfst wordt.
    In het Winterrijk worden grote voorbereidingen gehouden, terwijl in het Zomerrijk het tamelijk rustig is, behalve in het hof. Daar maken de koningin en de prins zich klaar, samen met hun directe hofhouding, om naar het Winterrijk te vertrekken. Op het Elysium bespreken de koning en de koningin de overeenkomsten van de wapenstand en is het de traditie voor de kroonprins en -prinses om samen te dansen.
    Tegelijkertijd komen in de mensenwereld de Sterrenkinderen achter hun gave en vinden ze langzaamaan hun weg naar de wereld van Fae. Zes van hen komen aan aan de kant van de zomer, zes aan de kant van de winter. Ze komen aan bij het Winterrijk tijdens Elysium, na de dans van prins Caleb en prinses Aleeha. Dit brengt een grote oproer met zich mee en aan het eind van Elysium gaan de zes kinderen die mee zouden gaan naar Zomer, mee naar zomer.
    Tijdens de oproer zullen prins Caleb en prinses Aleeha weg sluipen, maar worden ze achtervolgd. Bij de tijd dat ze terug willen gaan naar het feest, zal Aleeha mee genomen worden door een aantal ridders van het Zomerrijk en Caleb door een aantal ridders van het Winterrijk. Dit zal de uiteindelijke druppel zijn voor de oorlog.
    In de spoiler hieronder vindt je wie waar terecht komt:

    Zomer:
    - Steenbok, Liam
    - Leeuw, Rhys
    - Ram, Eagon
    - Maagd, Olivia
    - Stier, Damianne
    - Kreeft, Elizabth
    Winter:
    - Tweeling, Jáce
    - Vissen, Thomas
    - Weegschaal, Ash
    - Waterman, Brooke
    - Schorpioen, Alesis
    - Booschutter, Kyra




    Based on the books of Julie Kagawa.

    [ bericht aangepast op 13 feb 2014 - 22:26 ]


    Beauty begins the moment you decide to be yourself - Coco Chanel

    Elrohir schreef:
    {Ik wacht nog op geleninja}


    Je wacht op mij? Wat heb ik gemist? Ik ga even kijken!!


    There is something alluring about an angel drawn to the dark side.

    geleninja schreef:
    (...)

    Je wacht op mij? Wat heb ik gemist? Ik ga even kijken!!


    {Het is weer je beurt te reageren met Azara :')}

    [ bericht aangepast op 23 jan 2014 - 21:47 ]


    Stenenlikker

    Azara Nuri ~ Feniks

    'Nee, en ik wil het graag weten. Ondanks dat jij ons net een klein beetje hebt verteld, snap ik nog steeds totaal niet wat er aan de hand is. Waarom zijn wij hier? Zijn er nog meer mensen zoals Olivia en ik?' Ik knipperde met mijn ogen en moest heel veel moeite doen om hem niet stom aan te staren.
    'O, wacht, nee, natuurlijk!' Natuurlijk wist hij van niets, hoe kon hij dit ook weten. 'Rhyss, ik zou je graag alles uitleggen, maar dat is niet aan mij.' Ik was even stil, terwijl iedere vezel in mijn lichaam me vertelde dat ik niets meer moest zeggen. De roep van de draak trilde nog in iedere vezel van mij na. Het was een heerlijk gevoel om iets zo machtig te voelen. 'Dat is aan het oude vuur, het zal niet lang meer duren of hij zal jullie roepen. Zalúr Seránde, hij die zo oud is dat zelfs hij zijn leeftijd vergeten is, hij die de laatste van zijn soort is.' Het was stil en toen kwam het. De brul van een wezen zo machtig en zo oud dat zelfs de stenen gillend weg zouden rennen als ze dat konden. Ik had het idee dat ik nog nooit zo wakker was geweest. Ieder deel van mijn lichaam deed zijn uiterste best om zijn brul in mij op te nemen. Mijn haar waaide omhoog in een wind die niet blies, mijn tenen wroette zich in de grond en tussen mijn vingers ontstonden vlammen: Ik leefde weer. Ik haalde diep adem en draaide me om naar Rhyss en Olivia.
    'Waarschijnlijk overleven jullie het wel.' Paniek ontstond in Olivia's ogen toen ze zonder haar wil opstond. Ik draaide me om en staarde naar de prachtige vlammen die door het hemelrijk schoten. Niet veel kon me nog schelen, bijna alles liet me koud. Als Rhyss en Olivia geen sterkinderen waren geweest had ik ze waarschijnlijk vermoord, gewoon omdat het kon. Gewoon omdat ik zin had in de smaak van bloed. Ik ademde nog een keer diep in en keek toen naar de kleding die ik aan had. Ik droeg een broek van konijnen vellen en een shirt gemaakt kleine riethalzen. Het leek niet speciaal maar het was de enige kleding die ik had die zo betoverd was dat ze niet in brand vloog. Wat voor mij heel handig was.
    Ik had nieuwe kleding nodig besloot ik. Ik had een jurk nodig en snel, want ik ging naar het Elysium toe. Gewoon omdat het kon. Gewoon omdat ik zin had in een feestje. Gewoon omdat ik zin had in de smaak van bloed.

    [Ja, sorry, had over jou post heen gelezen]

    [ bericht aangepast op 23 jan 2014 - 22:05 ]


    There is something alluring about an angel drawn to the dark side.

    [Ik kan denk ik vandaag niet meer reageren, sorry. Het is mijn verjaardag en er komt zo familie, dus dat gaat niet meer lukken…]


    Beauty begins the moment you decide to be yourself - Coco Chanel

    Pebble schreef:
    [Ik kan denk ik vandaag niet meer reageren, sorry. Het is mijn verjaardag en er komt zo familie, dus dat gaat niet meer lukken…]


    Oh Gelukkige verjaardag :3 !


    I caught a golden trout! But the real treusure? Friendship - ACNH

    Gefeliciteerd! Enne, ik zal vandaag ook even gaan schrijven voor mijn personages, had nogal twee drukke weken vol school ;)


    If you don't know where you're going, any road will get you there

    Rhys Eldur ~ Leeuw ~ Vuur

    'O, wacht, nee, natuurlijk! Rhys, ik zou je graag alles uitleggen, maar dat is niet aan mij.' Ze nam een korte pauze en ik vroeg me af waarom dat niet aan haar was. Echter gaf ze gauw daarna antwoord. 'Dat is aan het oude vuur, het zal niet lang meer duren of hij zal jullie roepen. Zalúr Seránde, hij die zo oud is dat zelfs hij zijn leeftijd vergeten is, hij die de laatste van zijn soort is.' Toen hoorde ik een luide brul die door merg en been ging en merkte ik dat een vreemd gevoel zich meester van mijn maakte. Ik voelde een drang om ergens heen te gaan, ik wist niet waarheen, en ik kon die drang niet tegenhouden. Ik schrok ervan, maar op een of andere manier voelde ik me ook kalm erdoor. Het zou me brengen naar daar waar ik moest zijn. Waarschijnlijk zouden we daar meer uitleg krijgen en die uitleg was wat ik nu het liefst wilde. Dat dit een vreemd land was, had ik al door dus van vreemde dingen zou ik niet zo erg meer schrikken.
    'Waarschijnlijk overleven jullie het wel,' zei Azara nog, waarna ik gehoor gaf aan de drang en mijn benen zouden mij brengen naar daar waar ik moest zijn.
    'Kom,' zei Olivia. Zij leek precies hetzelfde te hebben en bewoog zich ook voort onder drang, tenminste zo leek het. Ik ging naast haar lopen en samen volgden we het onzichtbare pad dat we volgden. Het bos maakte plaats voor een open plek, waar ik een grote draak zag zitten. Azara had het over het oude vuur gehad. Zou de draak dat zijn? Wat zou hij ons te vertellen hebben?

    [ bericht aangepast op 26 jan 2014 - 22:02 ]


    Stenenlikker

    Elrohir schreef:
    Rhys Eldur ~ Leeuw ~ Vuur

    'O, wacht, nee, natuurlijk! Rhys, ik zou je graag alles uitleggen, maar dat is niet aan mij.' Ze nam een korte pauze en ik vroeg me af waarom dat niet aan haar was. Echter gaf ze gauw daarna antwoord. 'Dat is aan het oude vuur, het zal niet lang meer duren of hij zal jullie roepen. Zalúr Seránde, hij die zo oud is dat zelfs hij zijn leeftijd vergeten is, hij die de laatste van zijn soort is.' Toen hoorde ik een luide brul die door merg en been ging en merkte ik dat een vreemd gevoel zich meester van mijn maakte. Ik voelde een drang om ergens heen te gaan, ik wist niet waarheen, en ik kon die drang niet tegenhouden. Ik schrok ervan, maar op een of andere manier voelde ik me ook kalm erdoor. Het zou me brengen naar daar waar ik moest zijn. Waarschijnlijk zouden we daar meer uitleg krijgen en die uitleg was wat ik nu het liefst wilde. Dat dit een vreemd land was, had ik al door dus van vreemde dingen zou ik niet zo erg meer schrikken.
    'Waarschijnlijk overleven jullie het wel,' zei Azara nog, waarna ik gehoor gaf aan de drang en mijn benen zouden mij brengen naar daar waar ik moest zijn.
    'Kom,' zei Olivia. Zij leek precies hetzelfde te hebben en bewoog zich ook voort onder drang, tenminste zo leek het. Ik ging naast haar lopen en samen volgden we het onzichtbare pad dat we volgden. Het bos maakte plaats voor bergen en ergens hoog voor ons, zag ik een draak zitten. Azara had het over het oude vuur gehad. Zou de draak dat zijn? Wat zou hij ons te vertellen hebben?


    {Zalúr zit op een open plek in het bos ;) Dat zou de plek zijn waar alle sterrenkinderen zouden komen :P Dus daar moeten ze ook heen ;) Denk meld het je even ^^ }

    Paddo schreef:
    (...)

    {Zalúr zit op een open plek in het bos ;) Dat zou de plek zijn waar alle sterrenkinderen zouden komen :P Dus daar moeten ze ook heen ;) Denk meld het je even ^^ }


    {Oh, oeps, dacht dat hij nog op zijn berg zat, haha. Zal het dan veranderen ^^}


    Stenenlikker

    Prinses Aleeha. II Winterhof. - outfit.
    'Dus toch?' mompelde Akiria, waarna ze op Jonathan's bed plofte. 'Winnie heeft ons al over hen verteld. Ik wil niet dat er oorlog komt Aleeha,' vervolgde ze, waarna ze me met haar gele ogen aankeek. Mijn ijsblauwe verzachten. Niet iedereen kreeg mijn zachte kant te zien, alleen mensen die veel voor me betekenden, zoals mijn familie, maar ook Caleb en mijn beste vriend Pip. Ik had hem nog niet gezien vandaag, maar ik wist dat hij me op het bal zo wel zou komen zoeken. Hij hield van feesten en nu het Zomerrijk naar ons zou komen, zou hij er zeker bij zijn. 'Ik ben zo bang, je mag vader hier niets over vertellen,' smeekte Aki bijna. Ik knikte. 'Daar ben ik het mee eens, we moeten vader hier niet mee lastig vallen. Niet vanavond in ieder geval.' Aki trok John op het bed en vroeg vervolgens of ik haar haar wilde doen. Ik knikte en zette een stap naar haar toe. 'Alleen als jij mijn haar wilt doen,' vertelde ik haar, een glimlach forcerend op mijn gezicht.
    Dit was het punt dat Johnathan besloot dat het tijd was om te gaan. Hij stond op en liep met grote passen naar de deur, waar hij me aan de kant duwde en de deur achter zich dicht smeet. Ik snapte dat hij zich hier vreselijk bij voelde, dat voelden we ons allemaal, maar ik hoopte dat mijn broertje het niet zou verlinken aan onze vader, hij zou helemaal over de rooie raken, zeker op een avond als deze. Ik snapte het wel, hij stond er helemaal alleen voor, nu moeder er niet meer was. Zij wist altijd hoe ze hem moest kalmeren, wist altijd het goede bij hem naar buiten te halen, maar nu zij er niet meer was - was de band tussen hem en ons, zijn kinderen, langzaam verzwakt. Ik voelde me er vaak nog slecht over, maar was te bang om er wat tegen te doen. Ik was altijd bang dat ik het verkeerde tegen hem zou zeggen, of dat hij boos op me zou worden. Een zachte zucht verliet mijn lippen, waarna ik Aki zacht bij haar pols pakte en haar naar haar kaptafel leidde. Daar haalde ik een borstel door haar blonde haar en stak het vrolijk en losjes op, zodat er ook grote krullen langs haar mooie gezicht vielen. Hoewel ik sprekend op mijn vader leek, met mijn bijna witte haar en ijsblauwe ogen, leek Akiria sprekend op onze moeder. Qua lichaamsbouw en een klein beetje in onze gezichten leken we op elkaar, maar buiten dat waren we beide helemaal anders. Ik stond voor winter, zij voor herfst. Ik drukte nog een kus op haar wang voor ik klaar was. 'Zo, klaar. Wat vind je er van?' glimlachte ik en stapte achteruit zodat ze het resultaat kon bekijken.


    Ashton 'Ash' George Callaghan. II Weegschaal. - outfit.
    Ik dwaalde al een tijdje alleen door het vreemde woud en heel eerlijk, het bezorgde me de rillingen. Ik was tot nu toe nog niemand tegen gekomen en langzaam kroop het claustrofobische gevoel mijn lichaam binnen. 'Hallo?' riep ik nogmaals, maar niets reageerde. Ik voelde me bekeken, alsof iemand al mijn bewegingen volgde. Ik beet mijn kiezen op elkaar om de longen niet uit mijn lijf te schreeuwen. Ik kon er echt niet tegen alleen te zijn. Plots hoorde ik een zacht, hoog gegiechel achter me en ik draaide me met een ruk om, om recht tegen een lichtgevend, zwevend vlekje te kijken. Toen ik beter keek zag ik dat het een heel klein meisje was, een pixie. 'Holy shit!' schreeuwde ik en sprong achteruit, bijna tegen een boom. Het kleine meisje schoot in de lach en leek niet meer bij te komen, waarna ik boos naar het wezentje staarde. Ze had zwarte haren en grote, lavendelkleurige ogen, dezelfde kleur als haar jurkje en haar vleugels. 'Mensen schrikken zo snel,' giechelde het kleintje, die naar haar buik greep van het lachen. Als ik niet zo verbaasd was geweest, had ik het meisje weg geslagen. 'Hoe kan dit?' mompelde ik, langzaam dichterbij komend. Het meisje werd plots serieus en zakte neer op het puntje van mijn neus. 'Je bent een Sterrenkind, mens.' Dit verbaasde me nog verder, maar ergens in mijn hoofd klonk dit logisch. Het wezentje legde uit, tot een vonk die achter haar verscheen me afleidde. Het wenkte me, alsof het steeds mijn naam zei. 'Ashhhhhh,' klonk het zacht, terwijl ik gehypnotiseerd naar het vlammetje staarde en het achtervolgde. De pixie schreeuwde me nog wat na, maar ik hoorde het al niet meer en volgde de vlam, tot ik bij een groot open veld kwam en een levensgrote draak zag.

    [ bericht aangepast op 29 jan 2014 - 18:02 ]


    Beauty begins the moment you decide to be yourself - Coco Chanel

    Alesis Cala West

    Langzaam nam ik de jongen in me op, die voor me stond. Hij keek een beetje verward, en leek niet te weten wat hij hier deed. Nou, dan was hij niet de enige, dacht ik bij mezelf. Ik had geen idee wat ik hier kwam doen, en hoe ik hier terecht gekomen was. 'J... Ja het... gaat wel' zei hij en probeerde te glimlachen. Hij gaf me een hand en hielp me overeind, 'En... En met jou?’ vroeg hij me toen. Ik grijnsde en keek hem zo vrolijk mogelijk aan. Volgens mijn oma creëerde ik te vaak een masker, maar mijn glimlach was dit keer oprecht. Ik moest glimlachen omdat ik iemand had ontmoet die me zou kunnen vertellen waar ik was. ‘Er is niets mis met mij,’ zei ik zo vrolijk mogelijk en keek hem toen aan. Hij keek alsof hij iets zocht, iets dierbaars. Een steek schoot door me heen, Nemo. ‘Ik weet niet waar ik ben,’ mompelde ik en keek hem verloren aan, ‘Kan je me alsjeblieft helpen.’ Ik smeekte hem, en net voor hij zijn mond kon opendoen, hoorde ik wat. Een geluid dat door merg en been ging. Een geluid waardoor ik zo snel mogelijk daar heen wilde.

    Eagon Flynn Cleveland

    ‘Elizabeth,’ zei ze met een glimlach en schudde mijn hand. Haar hand was warm en zacht. Ik liet haar hand langzaam los en keek haar intens aan. ‘Eerlijk gezegd hoopte ik dat jij het aan mij kon vertellen ik zou niet weten waar ik ben niet dat ik in 1 2 3 thuis moet zijn ofzo maar ik zou toch wel willen weten waar ik ben,’ antwoordde ze op mijn vraag. Ik merkte dat ze zo snel mogelijk haar antwoord probeerde te zeggen. Alsof ze nerveus van me werd. Ik liet mijn blik zakken en keek haar nu alleen maar nieuwsgierig aan. Dus hoe ben jij hier geraakt?’ vroeg ze me toen, en ik kon het niet laten en hoorde er iets van nieuwsgierigheid door heen gevlochten. Ik grijnsde en keek naar haar. Ze draaide zich om en bewonderde het bos. ‘Ik heb geen idee hoe ik hier gekomen ben,’ zei ik toen. ‘Het ene moment lag ik,’ ik hield op en keek haar aan. Misschien was het geen goed idee dat ik in het bed had gelegen van een meisje die ik nauwelijks kende. ‘Het ene moment lag ik in bed, het andere moment was ik hier,’ zei ik raadselachtig. Ik wilde haar nog meer vragen, maar ik hoorde wat. Het gaf me een gevoel waardoor mijn haartjes op mijn armen omhoog kwamen te staan. Ik rilde en keek naar het bos, een gevoel diep van binnen wilde daar zo graag naar toe. Ik begon er heen te lopen, maar keek achterom naar Elizabeth, wachtend op wat ze zou doen.

    Koningin Maeryn – in het Winterrijk

    Ik was vergeten hoe knap hij was. Ik was vergeten dat hij eruit zag als een betovering. Zijn ogen sneden door me heen, toen ze de mijne ontmoette. Ik was vergeten dat zijn kledingstijl er zo uitzag. Ik was bijna vergeten dat hij naar winter rook en verse sneeuw. Ik wilde hem aanraken, om te kijken of hij nog steeds van ijs was. Maar één blik vertelde me al genoeg. Hij was nog steeds van ijs. Mijn hart kromp ineen, ik was vergeten dat ik hem uit de grond van mijn hart haatte. Ik rechtte mijn rug en liet mijn handen langs mijn jurk hangen en keek hem aan. Mijn zoon was vertrokken, ik had net nog naast hem gezeten in de koets op weg naar het winterrijk. Hij had met zijn hoofd ergens anders gezeten, ik had het hem niet kwalijk genomen. Zelf was ik op dat moment ook ergens anders. Ik ging voor hem staan en maakte een kleine hoffelijke buiging, waarbij ik mijn hoofd niet naar de grond wendde, maar hem aan bleef kijken. ‘Egbon,’ begroette ik hem, zo kil mogelijk. Maar in mijn buik vlinderde iets, iets genaamd angst. Angst en afschuw voor deze man. Mijn handen balde zich tot vuisten, toen ik weer recht op ging staan en mijn hand naar hem uitstak. Dit toneelspel, was iets wat ik nog meer haatte dan deze koning. Ik keek naar het bos, voor ik weer naar hem keek. Sneeuwvlokjes leken om hem heen te wervelen, maar misschien waren het wel de echo’s van zijn hart.

    Sorry dat het zo lang duurde, hoop dat het goed is.


    If you don't know where you're going, any road will get you there

    { Eehhmm... oké, ik kan nu wel met Egbon gaan reageren, maar er is een enorm gat in de tijdlijn, de koningin is nog niet fatsoenlijk gearriveerd en dan staat ze opeens voor mijn / Egbon's neus XD .... Maar ja, dan doe ik het wel... }

    Egbon ~ Koning Winterrijk


    Het was tijd voor ons allen om het schertsvertoon aan te gaan om de gemoedstoestanden tussen zomer en winter weer over te dragen, het seizoen van de winter kwam eraan, om dit gehele gedoe bij het zomer elysium weer te herhalen.
    Met een soepele tred liep ik de ontvangstzaal in en zeeg op mijn troon neer, alles was al gereed en het was enkel wachten op mijn gasten, wier zeker niet met een rustig gezelschap aan zouden komen zetten.
    Met mijn ijsblauwe ogen speurde ik de aanwezigen van mijn hof af maar ik kon mijn bloedeigen kinderen nergens vinden, die op dit moment al naast me zouden moeten staan en er ontsnapte een minieme geërgerde zucht vanaf mijn lippen, eentje die niemand had kunnen horen.
    Ik kuchte waardoor er een Phooka naar voren kwam. "Ja heer ?"
    "Ga kijken waar mijn kinderen uitspoken, het zomerhof kan ieder moment arriveren." Sprak ik luid en duidelijk. "Ik wil niet dat ze te laat komen."
    Hoe onnodig dit allemaal ook is, het was alles behalve de bedoeling om het zomerhof te laten zien dat we ook maar enige zwakte hebben, ook al is het maar zoiets als te laat komen.
    Tegenwoordig wist ik vaak niet meer wat ik met hen aanmoest, mijn zoon was onhandelbaar en wou nooit naar me luisteren en mijn dochters hielden zich afzijdig, allemaal na de dood van mijn vrouw, hun moeder.
    Hoogstwaarschijnlijk verweten ze mij om haar dood, terwijl dat alles behalve het geval was.
    "Maar natuurlijk mijn heer." Met een korte buiging liep de Phooka naar achter en verdween ze uit mijn zicht.
    Hoewel ik dit allemaal onzin vind heb ik ergens wel respect voor koningin Maeryn, voor zover ze laat blijken is ze een vrouw die niet over zich heen laat lopen en die rechtvaardig en met goed verstand over haar volk regeert, natuurlijk iets wat ik niet aan haar laat blijken.
    Opeens was het doodstil voorin de zaal en verstomde het geroezemoes van mijn hof als een golf die door de zaal heen trok tot het geheel stil was.
    Aan het eind van de zaal waren de deuren opengegaan en kwamen de eerste zomerfea al naar binnen gedruppeld en ik kon een akelige gedachte niet onderdrukken, wat haatte ik het altijd als ze zo uitbundig binnenkwamen alsof dit gehele kasteel van hen was.
    Maar tot mijn genoegen zag ik ook een aantal ertussen de om zich heen keken en niet goed leken te weten wat ze precies moesten en er kwam een klein glimlachje bij me af, het zou misschien nog wel leuk worden om te zie hoe ze uit de klauwen van de roodkappen en kobolden bleven die angst en zwakte konden ruiken alsof het hun lievelingsmaal was, wat misschien ook wel zo is.
    En daar was ze dan, de koningin van het zomerhof en ik bleef strak naar haar kijken.
    Het ergste aan haar was dat ze qua gezicht zoveel op mijn vrouw leek, met de ijsblauwe ogen en de bleke huid, zelfs de kille gloed die het winterhof zo eigen maakt lag verscholen in haar blauwe kijkers, maar der haar verraadde de rest en dat hield mijn gedachten bijeen. Dit was één van de redenen waarom ik haar haatte. Al was het ergens ook amusant te zien dat zij misschien wel net zo verkilt van hart was als ik.
    Ze rechte haar rug, al was het maar een miniem gebaar en liet haar handen langs haar lichaam terwijl ze voor me tot stilstand kwam waar we elkaar aan bleven staren. Na een poosje kwam er een hoffelijke buiging vanaf die ik retourneerde met een respectabel gebaar met mijn hoofd, die dan ook al snel weer geheven was. "Egbon." Haar stem klonk kil, precies het soort kil wat ik gewend was, maar toch, toch kon ik er nog iets onder in horen, iets wat ik zo op het eerste ogenblik niet goed kon plaatsen, misschien omdat ik het nier bij haar zou verwachten of omdat ik het gewoon niet kon geloven.
    Angst.
    Ze balde haar handen eerst voor ze er eentje naar mij uitstak en ik moest even een zuinig glimlachje onderdrukken.
    "Maeryn." Mijn stem klonk daarentegen op diens eigen manier hoffelijk kil. "Welkom aan het winterhof." Het was een formaliteit, al wou ik dat dit alles weer over was en we allemaal weer lekker onze eigen zaken af konden ronden.

    [ bericht aangepast op 4 feb 2014 - 22:25 ]


    Credendo Vides

    xLout schreef:
    Alesis Cala West

    Langzaam nam ik de jongen in me op, die voor me stond. Hij keek een beetje verward, en leek niet te weten wat hij hier deed. Nou, dan was hij niet de enige, dacht ik bij mezelf. Ik had geen idee wat ik hier kwam doen, en hoe ik hier terecht gekomen was. 'J... Ja het... gaat wel' zei hij en probeerde te glimlachen. Hij gaf me een hand en hielp me overeind, 'En... En met jou?’ vroeg hij me toen. Ik grijnsde en keek hem zo vrolijk mogelijk aan. Volgens mijn oma creëerde ik te vaak een masker, maar mijn glimlach was dit keer oprecht. Ik moest glimlachen omdat ik iemand had ontmoet die me zou kunnen vertellen waar ik was. ‘Er is niets mis met mij,’ zei ik zo vrolijk mogelijk en keek hem toen aan. Hij keek alsof hij iets zocht, iets dierbaars. Een steek schoot door me heen, Nemo. ‘Ik weet niet waar ik ben,’ mompelde ik en keek hem verloren aan, ‘Kan je me alsjeblieft helpen.’ Ik smeekte hem, en net voor hij zijn mond kon opendoen, hoorde ik wat. Een geluid dat door merg en been ging. Een geluid waardoor ik zo snel mogelijk daar heen wilde.



    Jacé Larkin ~ Tweeling

    Mijn ogen bleven gefocust op het meisje... Was dat wel zo slim eigenlijk... misschien zou ze dan raar denken...
    Snel schoten mijn ogen naar de grond waarna ik daar naar toe bleef staren... Waarom moest ik nauw net iemand tegen komen die ik niet kende...
    Waarom was het niet gewoon mijn zusje?!....
    ‘Er is niets mis met mij,’ Ze beantwoorde mijn vraag of het ging met haar... Gelukkig ze had niets...
    ‘Ik weet niet waar ik ben, Kan je me alsjeblieft helpen.'
    Vroeg ze nauw om... hulp? Aan mij?!
    Ik wil mijn mond open doen, maar voordat ik iets kon zeggen, begon een angst mijn lichaam over te nemen... Iets in mij vocht tegen het gene wat mij over wilde nemen... Maar verloor... Dit gevoel... Is zo raar...
    'Ik... Ik denk dat... Dat we daar heen moeten...' Ik wees voor ons uit, tussen de bomen door. Op een of andere manier voelde ik dat we daar heen moesten, dat we daar naar toe moesten gaan voor iets wat belangrijker was dan alles wat we hier konden zien...
    'Z... Zullen we dan maar?' Nog steeds stotterde ik half... Ik kon er niets aan doen... Ik was geen sociaal persoon....
    Langzaam maar zeker begon ik zelf alvast te lopen, richting de plek waar we heen moesten... Richting de plek waar we naar toe begeleid zouden worden door dit vreemde gevoel....



    Kyra Crassins ~ Boogschieter

    De sneeuw was heftig onder mijn voeten, het leek wel alsof ik met elke stap steeds verder weg zakte... En nog geen spat van leven was er te vinden in de verte...
    Mijn mantel had ik half af gedaan, het leek wel alsof mijn lichaam aan de kou gewend was geraakt... Misschien nog iets wat mijn lichaam altijd kon doen...
    Mijn ouders hadden mij verteld over de legende van onze familie... Dat alleen een kind, van het sterrenbeeld boogschieter, speciale krachten had...
    Wat je speciaal noemt... Het enige waar ik goed in was, was mensen vermoorden zonder enige moeite.
    Een raar gevoel bedwingt mij om sneller te gaan lopen, bijna zelfs te gaan rennen. Als ik mijn ogen twee keer knipper, begin ik te merken waarom.
    Vele verschillende aura's waren zich gaan verzamelen op een grote open plek, met in het midden... een eeuwen oude aura, die mij onbekend was.
    Als ik moest schatten, moest ik nog zo'n 10 kilometer rennen... Moest ik nauw serieus zo ver van die plek vandaan gezet zijn?!
    Ik doe mijn mantel af waarna ik hem opvouw en in het tasje aan mijn riem doe, die net groot genoeg was voor mijn mantel.
    Als die erin zit, begin ik met rennen, de sneeuw onder mijn voeten leek wel alsof het nu gewoon beton was. Mijn voeten hadden met elke stap meer grip en ik kon met elke stap steeds sneller rennen.
    Als ik dit tempo aan zou houden, zou ik er binnen een half uur zijn, misschien zelfs iets minder....
    Na een kwartier begin ik te merken dat ik aardig dichtbij ben, en dat de grond onder mijn voeten ook langzaam verandert.
    In de verte begon ik zelfs al leven te zien, een gigantisch bos kwam namelijk te voorschijn.
    Langzaam begin ik richting looppas te gaan, waarna ik richting de plek loop waar ik heen moest gaan...

    Prinses Akiria || Winter Fea - Outfit

    'Daar ben ik het mee eens, we moeten vader hier niet mee lastig vallen. Niet vanavond in ieder geval.' zei mijn oudere zus instemmend. Op mijn vraag glimlachte Aleeha iets geforceerd, maar ik kan er mee leven. Ik knikte en glimlachte zwak terug. "Dat is een deal." zei ik proberend vrolijk te klinken.
    Ik keek op toen John zonder enige woorden te lossen uit zijn eigen slaapvertrek vertrok. Bedroefd keek ik hem nog na tot hij uit mijn zicht was verdwenen. Hij was net zo kil geworden als vader sinds de dood van onze moeder. Bij hem leek toch een deeltje onbevroren te zijn, maar zelfs nu leek het hem al teveel. Ik zette dan ook wel meteen een nep glimlach op mijn gezicht en ik richtte me weer op Aleeha, ik hield er niet van om mijn familie zo te zien, om voor hun te zitten faken. Maar ik wilde hun ook zien glimlachen, ookal is het op het vreselijkste moment. Ik wilde hun weer eens gelukkig zien. Ik hoorde Aleeha zacht zuchten, en daarna nam ze mijn polsen vast om me vervolgens mee te nemen naar de kaptafel. Het was een erg klassiek, maar mooie tafel, met een gigantische spiegel. Het meisje die voor me stond leek gelukkig en vrolijk, maar dit was alles behalve wat ik nu voelde. Ze haalde voorzichtig en zacht de borstel door mijn lange blonde lokken en ze stak deze vrolijk op. Als ze klaar was haf ze me nog een kus op mijn wang en bekeek me dan even onderzoekend aan vanaf een afstandje. Ik liet mijn blik weer glijden naar die spiegel ,die ik even genegeerd had. Mijn blonde haren waren vrolijk opgestoken en waren niet al te strak, wat ik erg fijn vond. 'Zo, klaar. Wat vind je er van?' vroeg ze me en ik keek haar met een oprechte glimlach aan. "Ik vind het echt geweldig." zei ik gemeend. Ik stond op en nu was het mijn beurt om haar zo mooi mogelijk op te maken. Ik borstelde haar witblonde haren, die ze echt meehad van vader. Ze waren glanzend en erg zacht. En dat had ze dan vooral weer mee van mam. Ik stak Aleeha haar haren zo op, net zoals mijn lievelingsbeeld van mam. Zorgeloos en echt gelukkig. Een soort van waterval vlecht, waar er net glittertjes in leken te zitten. Net zoals een glanzende bevroren waterval. Als ik klaar was liet ik mijn vingers over haar wang glijden zodat Aleeha wel in de spiegel zou kijken. "Hopelijk vind je het mooi." zei ik zacht, en ik twijfelde of ik het wel had moeten doen, maar voordat ik nog maar iets kon zeggen werd de deur geopend door één van onze hofmannen, Phooka. Hij melde ons dat we ons direct klaar moesten maken, aangezien de koninklijke hofleden van het zomer hof op komst waren.Ik knikte en keek dan naar Aleeha. "Ik moet nog mijn jurk aan. Ik zie je beneden wel weer." zei ik zacht tegen mijn zus en met deze woorden verliet ik het slaapvertrek van mijn broer en ging ik naar mijn eigen kamer toe. Ik maakte me nog wat op en deed dan de donkere blauwe jurk aan. Als ik helemaal klaar was, besefte ik dat mijn jurk niet echt bij me paste. Ik haf er wat herfstige kleuren aan , zodat de jurk een soort van donkerrood/paars achtig kleur had. Blauw was nooit echt mijn kleur geweest. Ik liep mijn kamer weer uit op mijn glazen muiltjes die net leken alsof ze van ijs waren. Ik de trappen van het paleis af en zag zo halverwege al de koninklijke van het zomerhof toekomen. Ik beet zenuwachtig op mijn lip en wilde eerlijk gezegd terug keren, maar een hofdame haf me een duwtje, waardoor ik wel verplicht naar beneden moest. Aleeha en John waren er nog niet en ik had geen idee wat ik zou moeten zeggen. toen ik beneden was en naast mijn vader stond, deed ik een buiginkje al teken van begroeting, voor de koningin van Zomer. "Welkom in het winterrijk." zei ik vriendelijk, maar ik meende het niet echt. Alleen liet ik het niet merken. Stel nou dat door mijn onbeleefdheid de oorlog zou gaan uitbreken... Ik schudde die gedachten uit mijn hoofd en wachtte geduldig af op een woord van mijn vader of de koningin.


    I caught a golden trout! But the real treusure? Friendship - ACNH

    Olivia Era Larkin. - Maagd, wind. outfit

    Rhys liep niet veel later naast me en hij leek hetzelfde te hebben als ik. Het gevoel alsof een klein vlammetje voor me dwaalde en me meenam naar zijn bijzondere plek. Ik zuchtte zacht toen ik eigenlijk eenmaal begreep day ik Jacé verlopig niet meer zou zien. Het beste was om me daarbij neer te leggen en het beste er van te maken. Ik zou hem missen, natuurlijk zou ik hem missen. Hij was mijn broer. Mijn toeverlaat als ik verdrietig was of boos. Als hij nou eens wist waar ik was. Ik kreeg een kleine glimlach op mijn gezicht bij die gedachten. Eigenlijk vond ik het wel fijn om zo te worden bestuurd. Het gevoel dat ik me compleet op mijn gedachten kon focussen en niet op de rest was heerlijk. Ik begon vervolgens om me heen te kijken. Dit bos was prachtig. Het deed me denken aan een film die ik altijd keek toen ik klein was. Narnia heette de film. Ik kon er altijd bij wegkruipen als klein kind. En schreeuwen als de heks in beeld kwam waarop Jacé verschrikt binnen kwam rennen. Zou de tijd in de echte wereld nu ook stil staan zoals in de film? Of zou Jacé nu als en kip zonder kop door er huis rennen. Denken dat dit een grapje was. Ik keek verschrikt op toen ik mijn lichaam weer kon besturen. Rhys en ik stonden op een grote open plek en daar stond een draak. Een heuse echt draak! Ik hield van draken! Mijn mond viel open van verbazing en ik liep uit mezelf dichter naar de draak. Het geschubte dier leek precies op de plaatjes die ik vroeger altijd zag in boeken. Dit was waarschijnlijk ook de oorzaak dat ik hierheen was gekomen. Want tja, draken bestuurde vuur. Er was een meisje bij de draak, maar ik durfde mijn mond niet open te trekken. De angst bekroop me dat ik iets verkeerd zou doen. Ik ging rustig in kleermakerszit zitten en keek even naar Rhys. Gewoon om er zeker van te zijn dat hij er nog was.

    Johnathan. - prins van het winterhof. outfit

    Ik kon het in controle houden. En dat maakte me trots. De trots prikte in ieder deel van mijn lichaam en een glimlach kwam tevoorschijn op mijn gezicht. Ik stond in een ijzige gang. Één van de vele in het paleis. Een Poohka kwam onverwachts de hoek om gestormd en botste bijna tegen me op. Ik trok een wenkbrauw op en staarde de Poohka aan.
    'Wat?!' beet ik de Phooka toe.
    'U vader wilt u zien' zei de Poohka met zijn beroemde grijns. Ik snoof en passeerde de Poohka. Winne zat op mijn schouder er knabbelde op een noot die ik had geregeld. Ik kwam aan in de feestzaal. Het zomerhof was er ugh. Het verdomde zomerhof, mogen de Koepas ze opeten. Ik zag Aki staan bij vader en ze koningen van zomer. Ik ging naast haar staan en knikte naar vader.
    'Vader' zei ik met vriendelijkheid.
    Althans, voor zover dat kon bij mij.
    Ik keek naar de koningin en mijn ogen vernauwde zich.
    'Koningin,' zei ik nors. 'Altijd leuk om u te zien.'
    Ik haakte mijn arm rustig in die van Aki en wachtte af wat er zou gebeuren op deze bijzondere dag.


    "Rebellion's are build on hope"